EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62016CA0016

Zaak C-16/16 P: Arrest van het Hof (Grote kamer) van 20 februari 2018 — Koninkrijk België / Europese Commissie (Hogere voorziening — Consumentenbescherming — Onlinegokdiensten — Bescherming van consumenten en spelers en voorkoming van onlinegokken door minderjarigen — Aanbeveling 2014/478/EU van de Commissie — Juridisch niet-bindende handeling van de Unie — Artikel 263 VWEU)

PB C 134 van 16.4.2018, p. 3–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

16.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 134/3


Arrest van het Hof (Grote kamer) van 20 februari 2018 — Koninkrijk België / Europese Commissie

(Zaak C-16/16 P) (1)

((Hogere voorziening - Consumentenbescherming - Onlinegokdiensten - Bescherming van consumenten en spelers en voorkoming van onlinegokken door minderjarigen - Aanbeveling 2014/478/EU van de Commissie - Juridisch niet-bindende handeling van de Unie - Artikel 263 VWEU))

(2018/C 134/03)

Procestaal: Nederlands

Partijen

Rekwirant: Koninkrijk België (vertegenwoordigers: L. Van den Broeck, M. Jacobs en J. Van Holm, gemachtigden, bijgestaan door P. Vlaemminck, B. Van Vooren, R. Verbeke en J. Auwerx, advocaten)

Andere partij in de procedure: Europese Commissie (vertegenwoordigers: F. Wilman en H. Tserepa-Lacombe, gemachtigden)

Dictum

1)

De hogere voorziening wordt afgewezen.

2)

Het Koninkrijk België wordt verwezen in de kosten.


(1)  PB C 145 van 25.04.2016.


Top