This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62016CA0103
Case C-103/16: Judgment of the Court (Third Chamber) of 22 February 2018 (request for a preliminary ruling from the Tribunal Superior de Justicia de Cataluña — Spain) — Jessica Porras Guisado v Bankia SA and Others (Reference for a preliminary ruling — Social policy — Directive 92/85/EEC — Measures to encourage improvements in the safety and health of pregnant workers and workers who have recently given birth or are breastfeeding — Article 2(a) — Article 10(1) to (3) — Prohibition of dismissal of a worker during the period from the beginning of her pregnancy to the end of her maternity leave — Scope — Exceptional cases not connected with the pregnant worker’s condition — Directive 98/59/EC — Collective redundancies — Article 1(1)(a) — Reasons not related to the individual workers concerned — Pregnant worker dismissed in the context of a collective redundancy procedure — Reasons for the dismissal — Priority for retention of the post of the pregnant worker — Priority for redeployment)
Zaak C-103/16: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 februari 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Superior de Justicia de Cataluña — Spanje) — Jessica Porras Guisado / Bankia SA e.a. (Prejudiciële verwijzing — Sociale politiek — Richtlijn 92/85/EEG — Maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk van werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie — Artikel 2, onder a) — Artikel 10, punten 1 tot en met 3 — Ontslagverbod voor werkneemsters gedurende de periode vanaf het begin van hun zwangerschap tot het einde van hun zwangerschapsverlof — Toepassingsgebied — Uitzonderingsgevallen die geen verband houden met de toestand van de betrokken werkneemster — Richtlijn 98/59/EG — Collectief ontslag — Artikel 1, lid 1, onder a) — Redenen die geen betrekking hebben op de persoon van de werknemer — Zwangere werkneemster die ontslagen is in het kader van een collectief ontslag — Motivering van het ontslag — Voorrang bij behoud van de arbeidsplaats van de werkneemster — Voorrang bij herplaatsing in een andere functie)
Zaak C-103/16: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 februari 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Superior de Justicia de Cataluña — Spanje) — Jessica Porras Guisado / Bankia SA e.a. (Prejudiciële verwijzing — Sociale politiek — Richtlijn 92/85/EEG — Maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk van werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie — Artikel 2, onder a) — Artikel 10, punten 1 tot en met 3 — Ontslagverbod voor werkneemsters gedurende de periode vanaf het begin van hun zwangerschap tot het einde van hun zwangerschapsverlof — Toepassingsgebied — Uitzonderingsgevallen die geen verband houden met de toestand van de betrokken werkneemster — Richtlijn 98/59/EG — Collectief ontslag — Artikel 1, lid 1, onder a) — Redenen die geen betrekking hebben op de persoon van de werknemer — Zwangere werkneemster die ontslagen is in het kader van een collectief ontslag — Motivering van het ontslag — Voorrang bij behoud van de arbeidsplaats van de werkneemster — Voorrang bij herplaatsing in een andere functie)
PB C 134 van 16.4.2018, p. 3–4
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
16.4.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 134/3 |
Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 februari 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Superior de Justicia de Cataluña — Spanje) — Jessica Porras Guisado / Bankia SA e.a.
(Zaak C-103/16) (1)
((Prejudiciële verwijzing - Sociale politiek - Richtlijn 92/85/EEG - Maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk van werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie - Artikel 2, onder a) - Artikel 10, punten 1 tot en met 3 - Ontslagverbod voor werkneemsters gedurende de periode vanaf het begin van hun zwangerschap tot het einde van hun zwangerschapsverlof - Toepassingsgebied - Uitzonderingsgevallen die geen verband houden met de toestand van de betrokken werkneemster - Richtlijn 98/59/EG - Collectief ontslag - Artikel 1, lid 1, onder a) - Redenen die geen betrekking hebben op de persoon van de werknemer - Zwangere werkneemster die ontslagen is in het kader van een collectief ontslag - Motivering van het ontslag - Voorrang bij behoud van de arbeidsplaats van de werkneemster - Voorrang bij herplaatsing in een andere functie))
(2018/C 134/04)
Procestaal: Spaans
Verwijzende rechter
Tribunal Superior de Justicia de Cataluña
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Jessica Porras Guisado
Verwerende partijen: Bankia SA, Sección Sindical de Bankia de CCOO, Sección Sindical de Bankia de UGT, Sección Sindical de Bankia de ACCAM, Sección Sindical de Bankia de SATE, Sección Sindical de Bankia de CSICA, Fondo de Garantía Salarial (Fogasa)
in tegenwoordigheid van: Ministerio Fiscal
Dictum
1) |
Artikel 10, punt 1, van richtlijn 92/85/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 inzake de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk van werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie (tiende bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van richtlijn 89/391/EEG) moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling volgens welke een zwangere werkneemster naar aanleiding van een collectief ontslag in de zin van artikel 1, punt 1, onder a), van richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag kan worden ontslagen. |
2) |
Artikel 10, punt 2, van richtlijn 92/85 moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling op grond waarvan een werkgever een zwangere werkneemster als onderdeel van een collectief ontslag kan ontslaan zonder andere redenen te geven dan die welke het collectief ontslag rechtvaardigen, mits de objectieve criteria worden vermeld die zijn gehanteerd bij het selecteren van de voor ontslag in aanmerking komende werknemers. |
3) |
Artikel 10, punt 1, van richtlijn 92/85 moet aldus worden uitgelegd dat het zich verzet tegen een nationale regeling die het ontslaan van een werkneemster tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie in beginsel niet preventief verbiedt, maar slechts, bij wijze van herstel, een dergelijk ontslag nietig verklaart indien het onrechtmatig is. |
4) |
Artikel 10, punt 1, van richtlijn 92/85 moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling die bij een collectief ontslag in de zin van richtlijn 98/59 niet bepaalt dat werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie voorafgaand aan het ontslag voorrang krijgen bij behoud van de arbeidsplaats of bij herplaatsing in een andere functie. De lidstaten hebben echter de mogelijkheid om werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie beter te beschermen. |