This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62019TA0336
Case T-336/19: Judgment of the General Court of 30 January 2020 — BZ v Commission (Civil service — Contract staff — Dismissal for obviously inadequate work — Proportionality — Article 8 of the Conditions of Employment of Other Servants — Liability)
Zaak T-336/19: Arrest van het Gerecht van 30 januari 2020 – BZ/Commissie („Openbare dienst – Arbeidscontractanten – Ontslag wegens kennelijke ongeschiktheid – Evenredigheid – Artikel 84 RAP – Aansprakelijkheid”)
Zaak T-336/19: Arrest van het Gerecht van 30 januari 2020 – BZ/Commissie („Openbare dienst – Arbeidscontractanten – Ontslag wegens kennelijke ongeschiktheid – Evenredigheid – Artikel 84 RAP – Aansprakelijkheid”)
PB C 77 van 9.3.2020, p. 47–48
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
9.3.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 77/47 |
Arrest van het Gerecht van 30 januari 2020 – BZ/Commissie
(Zaak T-336/19) (1)
(„Openbare dienst - Arbeidscontractanten - Ontslag wegens kennelijke ongeschiktheid - Evenredigheid - Artikel 84 RAP - Aansprakelijkheid”)
(2020/C 77/67)
Procestaal: Frans
Partijen
Verzoekende partij: BZ (vertegenwoordiger: C. Mourato, advocaat)
Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: G. Berscheid, B. Mongin en M. Brauhoff, gemachtigden)
Voorwerp
Verzoek krachtens artikel 270 VWEU, ten eerste tot nietigverklaring van het besluit van de Commissie van 25 juli 2018 om verzoekster, na een voortijdig opgesteld rapport over de proeftijd, te ontslaan wegens kennelijke ongeschiktheid, en ten tweede tot vergoeding van de materiële en immateriële schade die verzoekster door dat besluit zou hebben geleden
Dictum
1) |
Het besluit van de Europese Commissie van 25 juli 2018 om BZ te ontslaan wordt nietig verklaard. |
2) |
Het beroep wordt verworpen voor het overige. |
3) |
De Commissie wordt verwezen in de kosten. |