This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62009CA0175
Case C-175/09: Judgment of the Court (Third Chamber) of 28 October 2010 (reference for a preliminary ruling from the Court of Appeal (United Kingdom)) — Commissioners for Her Majesty’s Revenue and Customs v AXA UK PLC (Sixth VAT Directive — Exemption — Article 13B(d)(3) — Transactions concerning payments or transfers — Debt collection and factoring — Payment plans for dental care — Service of collecting and processing payments for the account of the service supplier’s clients)
Zaak C-175/09: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 28 oktober 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Court of Appeal — Verenigd Koninkrijk) — Commissioners for Her Majesty’s Revenue and Customs/AXA UK plc (Zesde btw-richtlijn — Vrijstelling — Artikel 13, B, sub d, punt 3 — Handelingen betreffende betalingen en overmakingen — Invordering van schuldvorderingen — Betalingsplan voor tandheelkundig zorg — Dienst van verzameling en verwerking van betalingen voor rekening van cliënten van dienstverrichter)
Zaak C-175/09: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 28 oktober 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Court of Appeal — Verenigd Koninkrijk) — Commissioners for Her Majesty’s Revenue and Customs/AXA UK plc (Zesde btw-richtlijn — Vrijstelling — Artikel 13, B, sub d, punt 3 — Handelingen betreffende betalingen en overmakingen — Invordering van schuldvorderingen — Betalingsplan voor tandheelkundig zorg — Dienst van verzameling en verwerking van betalingen voor rekening van cliënten van dienstverrichter)
PB C 346 van 18.12.2010, p. 13–14
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
18.12.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 346/13 |
Arrest van het Hof (Derde kamer) van 28 oktober 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Court of Appeal — Verenigd Koninkrijk) — Commissioners for Her Majesty’s Revenue and Customs/AXA UK plc
(Zaak C-175/09) (1)
(Zesde btw-richtlijn - Vrijstelling - Artikel 13, B, sub d, punt 3 - Handelingen betreffende betalingen en overmakingen - Invordering van schuldvorderingen - Betalingsplan voor tandheelkundig zorg - Dienst van verzameling en verwerking van betalingen voor rekening van cliënten van dienstverrichter)
2010/C 346/21
Procestaal: Engels
Verwijzende rechter
Court of Appeal
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Commissioners for Her Majesty’s Revenue and Customs
Verwerende partij: AXA UK plc
Voorwerp
Verzoek om een prejudiciële beslissing — Court of Appeal — Uitlegging van artikel 13, B, sub d, nr. 3 van de Zesde richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag (PB L 145, blz. 1) — Vrijstellingen — Draagwijdte — Begrip „diensten die tot een overmaking van geld leiden en juridische en financiële wijzigingen meebrengen” — Diensten van verzameling, behandeling en inning van de vorderingen van een ondernemer op zijn cliënten — Betaalplan voor tandheelkundige zorg
Dictum
Artikel 13, B, sub d, punt 3, van de Zesde richtlijn (77/388/EEG) van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag, moet aldus worden uitgelegd dat onder de vrijstelling van de belasting over de toegevoegde waarde waarin deze bepaling voorziet niet valt een dienstverrichting die in hoofdzaak inhoudt dat aan de bank van een derde persoon wordt gevraagd, een door die persoon aan de cliënt van de dienstverrichter verschuldigd bedrag via het systeem van automatische incasso over te maken op de rekening van de dienstverrichter, dat aan de cliënt een rekeningoverzicht wordt gezonden, dat contact wordt opgenomen met de derde persoon van wie de dienstverrichter de betaling niet heeft ontvangen en, tot slot, dat aan de bank van de dienstverrichter opdracht wordt gegeven, de ontvangen betalingen, verminderd met de vergoeding van de dienstverrichter, op de bankrekening van de cliënt over te maken.