EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62008CN0534

Zaak C-534/08: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden (Nederland) op 3 december 2008 — KLG Europe Eersel BV tegen Reedereikontor Adolf Zeuner GmbH

PB C 44 van 21.2.2009, p. 33–33 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

21.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 44/33


Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden (Nederland) op 3 december 2008 — KLG Europe Eersel BV tegen Reedereikontor Adolf Zeuner GmbH

(Zaak C-534/08)

(2009/C 44/54)

Procestaal: Nederlands

Verwijzende rechter

Hoge Raad der Nederlanden

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekster: KLG Europe Eersel BV

Verweerster: Reedereikontor Adolf Zeuner GmbH

Prejudiciële vragen

1)

Verwijst het begrip „tussen dezelfde partijen” in artikel 34, aanhef en onder 3, EEX-Verordening (1) naar de regels inzake de subjectieve omvang van de werking van rechterlijke beslissingen van de betrokken lidstaten of is hiermee beoogd een nadere, verordeningsautonome, invulling te geven aan de subjectieve omvang van de werking van de concurrerende beslissingen?

2)

Indien de eerste vraag aldus wordt beantwoord dat met het begrip „dezelfde partijen” is beoogd een nadere, verordeningsautonome, invulling te geven aan de subjectieve omvang van de werking van de concurrerende beslissingen moet dan,

i)

bij de uitleg van dit begrip in artikel 34, aanhef en onder 3, EEX-Verordening aansluiting worden gezocht bij de uitleg die het HvJEG in zijn arrest van 19 mei 1998, zaak C-351/96, Jurispr. 1998, p. I-3075, NJ 2000, 155 (Drouot/CMI) heeft gegeven aan het begrip „tussen dezelfde partijen” als bedoeld in artikel 21, EEX-Verdrag, thans artikel 27, EEX-Verordening en

ii)

K-Line, die partij was in de Rotterdamse en niet in de Düsseldorfse procedure, vanwege de cessie en de lastgeving gelden als „dezelfde partij” als Zeuner, die partij was in de Düsseldorfse procedure, maar niet in de Rotterdamse?

3)

Moet, wil een beroep op de weigeringsgrond van artikel 34, aanhef en onder 3, EEX-Verordening kunnen slagen

i)

de in de aangezochte lidstaat gegeven beslissing in kracht van gewijsde zijn gegaan?

ii)

de in de aangezochte lidstaat gegeven beslissing dateren van vóór de indiening van het exequaturverzoek respectievelijk de verlening van het exequatur?


(1)  Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (PB 2001 L 12, blz. 1).


Top