This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document C2012/399/19
Case C-437/12: Reference for a preliminary ruling from the Gerechtshof te ’s Hertogenbosch (Netherlands), lodged on 1 October 2012 — X; Other party: Voorzitter van het managementteam van het onderdeel Belastingdienst/Z van de rijksbelastingdienst
Zaak C-437/12: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Gerechtshof te 's-Hertogenbosch (Nederland) op 1 oktober 2012 — X, andere partij: Voorzitter van het managementteam van het onderdeel Belastingdienst/Z van de rijksbelastingdienst
Zaak C-437/12: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Gerechtshof te 's-Hertogenbosch (Nederland) op 1 oktober 2012 — X, andere partij: Voorzitter van het managementteam van het onderdeel Belastingdienst/Z van de rijksbelastingdienst
PB C 399 van 22.12.2012, p. 11–12
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
22.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 399/11 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Gerechtshof te 's-Hertogenbosch (Nederland) op 1 oktober 2012 — X, andere partij: Voorzitter van het managementteam van het onderdeel Belastingdienst/Z van de rijksbelastingdienst
(Zaak C-437/12)
2012/C 399/19
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Gerechtshof te 's-Hertogenbosch
Partijen in het hoofdgeding
Verzoeker: X
Andere partij: Voorzitter van het managementteam van het onderdeel Belastingdienst/Z van de rijksbelastingdienst
Prejudiciële vragen
1) |
Dient voor de beoordeling van de in het kader van artikel 110 VWEU te beantwoorden vraag of het bedrag van de heffing in 2010 ter zake van de registratie van de personenauto (niet) hoger is dan het restbedrag van de heffing dat is vervat in de waarde van gelijksoortige reeds op het nationale grondgebied geregistreerde gebruikte personenauto's voor de bepaling van dit restbedrag als gelijksoortig te worden aangemerkt:
|
2) |
Dient voor de beoordeling van de vraag of artikel 110 VWEU in de weg staat aan de heffing van BPM (1) ter zake van de registratie van de personenauto in 2010 voor zover deze heffing afhankelijk is van de CO2-uitstoot (volgens de tabellen in artikel 9, lid 1, van de Wet BPM) dit deel van de heffing te worden aangemerkt als een nieuwe belasting, die onderscheiden moet worden van de BPM tot 1 februari 2008, die alleen afhankelijk was van de catalogusprijs, zodat, in zoverre de heffing afhankelijk is van de CO2-uitstoot, een vergelijking met (gelijksoortige) tweedehands personenauto's die voor 1 januari 2010 zijn geregistreerd niet relevant is? |
3) |
Zo niet sprake zou zijn van een nieuwe belasting als onder 2) bedoeld: staat ingevolge artikel 110 VWEU aan de heffing van BPM ter zake van de registratie van de personenauto in 2010 voor zover deze heffing afhankelijk is van de CO2-uitstoot (volgens de tabellen in artikel 9, lid 1, van de Wet BPM) in de weg dat ten aanzien van met de personenauto vergelijkbare personenauto's die voor 1 februari 2008 voor het eerst in gebruik zijn genomen en die in de periode 1 februari 2008 tot en met 31 december 2009 als gebruikte personenauto zijn ingevoerd en geregistreerd geen heffing afhankelijk van de CO2-uitstoot (volgens het in die periode geldende artikel 9ba van de Wet BPM) heeft plaatsgevonden, terwijl deze heffing afhankelijk van de CO2-uitstoot wel heeft plaatsgevonden bij registratie in de vorenbedoelde periode ten aanzien van personenauto's, die na 1 februari 2008 voor het eerst in gebruik zijn genomen, maar overigens met de personenauto vergelijkbaar zijn? |
(1) Belasting personenauto’s en motorrijwielen