Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014R1226

    Verordening (EU) nr. 1226/2014 van de Commissie van 17 november 2014 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat Voor de EER relevante tekst

    PB L 331 van 18.11.2014, p. 3–5 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 18/11/2014

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2014/1226/oj

    18.11.2014   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 331/3


    VERORDENING (EU) Nr. 1226/2014 VAN DE COMMISSIE

    van 17 november 2014

    tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen (1), en met name artikel 17, lid 3,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Krachtens Verordening (EG) nr. 1924/2006 zijn gezondheidsclaims voor levensmiddelen verboden, tenzij de Commissie daarvoor overeenkomstig die verordening een vergunning heeft verleend en zij zijn opgenomen in een lijst van toegestane claims.

    (2)

    Verordening (EG) nr. 1924/2006 bepaalt tevens dat aanvragen voor een vergunning voor gezondheidsclaims door exploitanten van levensmiddelenbedrijven bij de bevoegde nationale autoriteit van een lidstaat kunnen worden ingediend. De bevoegde nationale autoriteit moet geldige aanvragen doorsturen naar de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA).

    (3)

    Na ontvangst van een aanvraag moet de EFSA de andere lidstaten en de Commissie daarvan onverwijld in kennis stellen en een advies over de desbetreffende gezondheidsclaim uitbrengen.

    (4)

    De Commissie moet bij haar besluit over de verlening van een vergunning voor gezondheidsclaims rekening houden met het advies van de EFSA.

    (5)

    Ingevolge een aanvraag van Lactalis B&C, die werd ingediend overeenkomstig artikel 14, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1924/2006, moest de EFSA een advies uitbrengen over een gezondheidsclaim die betrekking had op „arm aan vet en arm aan smeerbare transvetten rijk aan onverzadigde en omega-3-vetzuren” en op de verlaging van LDL-cholesterolconcentraties (Vraag nr. EFSA-Q-2009-00458)  (2). De door de aanvrager voorgestelde claim luidde als volgt: „Het vervangen van een vet rijk aan verzadigde of transvetzuren door een vet rijk aan onverzadigde vetzuren draagt bij aan de verlaging van LDL-cholesterol. LDL-cholesterol is een cardiovasculaire risicofactor.”.

    (6)

    Op grond van de overgelegde gegevens concludeerde de EFSA in haar op 25 mei 2011 door de Commissie en de lidstaten ontvangen advies dat een oorzakelijk verband was vastgesteld tussen de consumptie van mengsels van verzadigde vetzuren (VVZ's) in de voeding en de verhoging van de LDL-cholesterolconcentraties in het bloed, en dat het vervangen van een mengsel van VVZ's door cis-enkelvoudig onverzadigde vetzuren en/of cis-meervoudig onverzadigde vetzuren in voedsel of maaltijden op een gram-per-gram basis de LDL-cholesterolconcentraties verlaagt. Daarom moet een gezondheidsclaim waarin deze conclusie tot uiting komt, worden geacht te voldoen aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1924/2006 en in de EU-lijst van toegestane claims worden opgenomen. De klinische interventiestudie waarvoor de aanvrager de eigendomsrechten opeist, werd door de EFSA niet noodzakelijk geacht om tot haar conclusie te komen. Daarom wordt geoordeeld dat aan het vereiste van artikel 21, lid 1, onder c), van Verordening (EG) nr. 1924/2006 niet is voldaan en dat bijgevolg geen bescherming van door eigendomsrechten beschermde gegevens mag worden verleend.

    (7)

    De EFSA heeft in haar advies geconcludeerd dat, om van de claim te mogen worden voorzien, significante hoeveelheden verzadigde vetzuren moeten worden vervangen door enkelvoudige onverzadigde vetzuren en/of meervoudige onverzadigde vetzuren in voedsel of maaltijden op een gram-per-gram basis. Om te waarborgen dat een levensmiddel een significante hoeveelheid enkelvoudige onverzadigde vetzuren en/of meervoudige onverzadigde vetzuren bevat, is het bijgevolg aangewezen het gebruik van de claim tot oliën en vetten te beperken en dezelfde gebruiksvoorwaarden vast te stellen als voor de voedingsclaim „RIJK AAN ONVERZADIGDE VETTEN”, zoals opgenomen in de bijlage bij Verordening. (EG) nr. 1924/2006.

    (8)

    Artikel 16, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1924/2006 bepaalt dat, indien een advies luidt dat voor de gezondheidsclaim een vergunning kan worden verleend, in dat advies bepaalde gegevens moeten worden opgenomen. Deze gegevens moeten derhalve in de bijlage bij deze verordening worden opgenomen voor de toegestane claim en moeten — naargelang het geval — de herziene formulering van de claim, specifieke gebruiksvoorwaarden voor de claim en — indien van toepassing — de voorwaarden voor of beperkingen van het gebruik van het levensmiddel en/of een aanvullende vermelding of waarschuwing omvatten, overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1924/2006 en het advies van de EFSA.

    (9)

    Een van de doelstellingen van Verordening (EG) nr. 1924/2006 is ervoor te zorgen dat gezondheidsclaims waarheidsgetrouw, duidelijk, betrouwbaar en voor de consument bruikbaar zijn, en dat daarmee rekening wordt gehouden bij de formulering en de presentatie van de claims. Als daarom de formulering van claims dezelfde betekenis voor consumenten heeft als die van een toegestane gezondheidsclaim, omdat deze hetzelfde verband aantonen tussen een levensmiddelencategorie, een levensmiddel of een van de bestanddelen daarvan en de gezondheid, moeten deze claims voldoen aan dezelfde gebruiksvoorwaarden als in de bijlage bij deze verordening vermeld zijn.

    (10)

    Bij het nemen van de in deze verordening vastgestelde maatregelen is rekening gehouden met de opmerkingen van de aanvragers en van het publiek die de Commissie overeenkomstig artikel 16, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1924/2006 heeft ontvangen.

    (11)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1.   De in de bijlage bij deze verordening vermelde gezondheidsclaim mag overeenkomstig de in die bijlage beschreven voorwaarden worden gebruikt voor levensmiddelen die in de Unie in de handel worden gebracht.

    2.   De in lid 1 bedoelde gezondheidsclaim wordt opgenomen in de EU-lijst van toegestane claims, als bedoeld in artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1924/2006.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 17 november 2014.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    Jean-Claude JUNCKER


    (1)  PB L 404 van 30.12.2006, blz. 9.

    (2)  EFSA Journal (2011); 9(5):2168.


    BIJLAGE

    Toegestane gezondheidsclaim

    Aanvraag — Toepasselijke bepalingen van Verordening (EG) nr. 1924/2006

    Aanvrager — Adres

    Nutriënt, stof, levensmiddel of levensmiddelencategorie

    Claim

    Voorwaarden voor het gebruik van de claim

    Voorwaarden voor en/of beperkingen van het gebruik van het levensmiddel en/of aanvullende vermelding of waarschuwing

    Referentie EFSA-advies

    Gezondheidsclaim overeenkomstig artikel 14, lid 1, onder a), inzake ziekterisicobeperking

    Lactalis B&C, ZA Les Placis, 35230 Bourgbarré, Frankrijk

    Enkelvoudig en/of meervoudig onverzadigde vetzuren

    Het is aangetoond dat het vervangen van verzadigde vetten in de voeding het bloedcholesterol verlaagt. Een hoog cholesterolgehalte is een risicofactor voor de ontwikkeling van coronaire hartziekten.

    De claim mag alleen worden gebruikt voor levensmiddelen met een hoog gehalte aan onverzadigde vetzuren, zoals bedoeld bij de claim RIJK AAN ONVERZADIGDE VETTEN, zoals vermeld in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1924/2006.

    De claim mag alleen worden gebruikt voor oliën en vetten.

    Q-2009-00458


    Top