This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62008CN0585
Case C-585/08: Reference for a preliminary ruling from the Oberster Gerichtshof (Austria) lodged on 24 December 2008 — Peter Pammer v Reederei Karl Schlüter GmbH & Co KG
Zaak C-585/08: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof (Oostenrijk) op 24 december 2008 — Peter Pammer/Reederei Karl Schlüter GmbH & Co KG
Zaak C-585/08: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof (Oostenrijk) op 24 december 2008 — Peter Pammer/Reederei Karl Schlüter GmbH & Co KG
PB C 44 van 21.2.2009, p. 40–40
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
21.2.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 44/40 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof (Oostenrijk) op 24 december 2008 — Peter Pammer/Reederei Karl Schlüter GmbH & Co KG
(Zaak C-585/08)
(2009/C 44/68)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Oberster Gerichtshof
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Peter Pammer
Verwerende partij: Reederei Karl Schlüter GmbH & Co KG
Prejudiciële vragen
1) |
Is een „vrachtschipreis” een pakketreis in de zin van artikel 15, lid 3, van verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (1)? |
2) |
Zo ja: Is er reeds sprake van het „richten” van een activiteit op een lidstaat in de zin van artikel 15, lid 1, sub c, van verordening nr. 44/2001, wanneer een internetsite van een tussenpersoon via internet kan worden geraadpleegd? |
(1) PB L 2001, blz. 1.