This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62019CN0385
Case C-385/19: Reference for a preliminary ruling from International Protection Appeals Tribunal (Ireland) made on 16 May 2019 — Ms R.A.T., Mr D.S. v Minister for Justice and Equality
Zaak C-385/19: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door International Protection Appeals Tribunal (Ierland) op 16 mei 2019 — R.A.T., D.S./Minister for Justice and Equality
Zaak C-385/19: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door International Protection Appeals Tribunal (Ierland) op 16 mei 2019 — R.A.T., D.S./Minister for Justice and Equality
PB C 255 van 29.7.2019, p. 25–25
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
29.7.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 255/25 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door International Protection Appeals Tribunal (Ierland) op 16 mei 2019 — R.A.T., D.S./Minister for Justice and Equality
(Zaak C-385/19)
(2019/C 255/33)
Procestaal: Engels
Verwijzende rechter
International Protection Appeals Tribunal
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: R.A.T. en D.S
Verwerende partij: Minister for Justice and Equality
Prejudiciële vragen
1) |
Beoogt artikel 15 van de richtlijn opvangvoorzieningen (herschikking) onderscheid te maken tussen verschillende categorieën verzoekers? (1)? |
2) |
Welk soort gedrag wordt beschouwd als aan de verzoeker te wijten vertraging in de zin van artikel 15, lid 1, van de richtlijn opvangvoorzieningen (herschikking)? |
(1) Richtlijn 2013/33/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van normen voor de opvang van verzoekers om internationale bescherming (PB 2013, L 180, blz. 96).