This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62017CA0235
Case C-235/17: Judgment of the Court (Grand Chamber) of 21 May 2019 — European Commission v Hungary (Failure of a Member State to fulfil obligations — Article 63 TFEU — Free movement of capital — Article 17 of the Charter of Fundamental Rights of the European Union — Right to property — National legislation extinguishing, without compensation, the rights of usufruct over agricultural and forestry land acquired by legal persons or by natural persons who cannot demonstrate a close family tie with the owner of the land)
Zaak C-235/17: Arrest van het Hof (Grote kamer) van 21 mei 2019 — Europese Commissie/Hongarije (Niet-nakoming — Artikel 63 VWEU — Vrij verkeer van kapitaal — Artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie — Eigendomsrecht — Nationale regeling die ex lege en zonder vergoeding voorziet in de afschaffing van de rechten van vruchtgebruik op landbouw- en bosbouwgrond die eerder waren verworven door rechtspersonen of door natuurlijke personen die niet kunnen aantonen dat zij een naast familielid van de eigenaar zijn)
Zaak C-235/17: Arrest van het Hof (Grote kamer) van 21 mei 2019 — Europese Commissie/Hongarije (Niet-nakoming — Artikel 63 VWEU — Vrij verkeer van kapitaal — Artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie — Eigendomsrecht — Nationale regeling die ex lege en zonder vergoeding voorziet in de afschaffing van de rechten van vruchtgebruik op landbouw- en bosbouwgrond die eerder waren verworven door rechtspersonen of door natuurlijke personen die niet kunnen aantonen dat zij een naast familielid van de eigenaar zijn)
PB C 255 van 29.7.2019, p. 3–3
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
29.7.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 255/3 |
Arrest van het Hof (Grote kamer) van 21 mei 2019 — Europese Commissie/Hongarije
(Zaak C-235/17) (1)
(Niet-nakoming - Artikel 63 VWEU - Vrij verkeer van kapitaal - Artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie - Eigendomsrecht - Nationale regeling die ex lege en zonder vergoeding voorziet in de afschaffing van de rechten van vruchtgebruik op landbouw- en bosbouwgrond die eerder waren verworven door rechtspersonen of door natuurlijke personen die niet kunnen aantonen dat zij een naast familielid van de eigenaar zijn)
(2019/C 255/03)
Procestaal: Hongaars
Partijen
Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: L. Malferrari en L. Havas, gemachtigden)
Verwerende partij: Hongarije (vertegenwoordiger: M. Z. Fehér, agent)
Dictum
1) |
Hongarije is zijn verplichtingen krachtens artikel 63 VWEU juncto artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie niet nagekomen door § 108, lid 1, van de mező- és erdőgazdasági földek forgalmáról szóló 2013. évi CXXII. törvénnyel összefüggő egyes rendelkezésekről és átmeneti szabályokról szóló 2013. évi CCXII. törvény (wet nr. CCXII van 2013 houdende een aantal bepalingen en overgangsmaatregelen betreffende wet nr. CXXII van 2013 inzake de verkoop van landbouw- en bosbouwgrond) vast te stellen en aldus de rechten van vruchtgebruik op landbouw- en bosbouwgrond in Hongarije die direct of indirect in handen zijn van onderdanen van andere lidstaten, van rechtswege af te schaffen. |
2) |
Hongarije wordt verwezen in de kosten. |