Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62010TN0580

    Zaak T-580/10: Beroep ingesteld op 22 december 2010 — Wohlfahrt/BHIM — Ferrero (Kindertraum)

    PB C 63 van 26.2.2011, p. 29–29 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    26.2.2011   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 63/29


    Beroep ingesteld op 22 december 2010 — Wohlfahrt/BHIM — Ferrero (Kindertraum)

    (Zaak T-580/10)

    2011/C 63/55

    Procestaal: Duits

    Partijen

    Verzoekende partij: Harald Wohlfahrt (Rothenburg o.d. Tauber, Duitsland) (vertegenwoordiger: N. Scholz-Recht, advocaat)

    Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen)

    Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep: Ferrero SpA (Alba, Italië)

    Conclusies

    de beslissing van de oppositieafdeling van 27 mei 2009 (oppositieprocedure B 668 600) en de beslissing van de kamer van beroep van 20 oktober 2010 in zaak R 815/2009-4 vernietigen;

    de inschrijving van het gemeenschapsmerk „Kindertraum” (aanvraagnr. 002773059) ook voor alle aangevraagde waren van de klassen 16 en 28 toelaten;

    het Bureau verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Aanvrager van het gemeenschapsmerk: verzoeker

    Betrokken gemeenschapsmerk: woordmerk „Kindertraum” voor waren van de klassen 15, 16, 20, 21 en 28

    Houder van het oppositiemerk of -teken in de oppositieprocedure: Ferrero SpA

    Oppositiemerk of -teken: in totaal 32 oudere merken, waarbij een aantal merken het woord „kinder” in beeldvorm weergeven, een aantal merken bestaan in een woordcombinatie met dit woord, en een aantal enkel dit woord omvatten, in het bijzonder het Italiaanse woordmerk „kinder”, voor waren en diensten van de klassen 9, 16, 28, 30 en 42

    Beslissing van de oppositieafdeling: toewijzing van de oppositie en afwijzing van de aanvraag

    Beslissing van de kamer van beroep: verwerping van het beroep

    Aangevoerde middelen: schending van artikel 42, lid 2, van verordening (EG) nr. 207/2009 (1) wegens het ontbreken van het bewijs van gebruik na het verstrijken van de periode waarin geen verplichting tot gebruik van het merk geldt tijdens de oppositieprocedure. Formeel motiveringsgebrek wat de bestreden beslissing betreft, daar de kamer van beroep in haar beslissing met geen woord heeft gerept over het in de uiteenzetting van de gronden van het beroep opgeworpen en uitvoerig gestaafde bezwaar van misbruik bij merkaanvraag. Verder misbruik bij merkaanvraag, daar het enige doel van de houder van de oppositiemerken erin bestaat, het begrip „kinder” zo ruim mogelijk te monopoliseren. Ten slotte schending van artikel 8; lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009, daar er geen gevaar voor verwarring van de conflicterende merken bestaat.


    (1)  Verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het gemeenschapsmerk (PB L 78, blz. 1).


    Top