This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62020CN0522
Case C-522/20: Request for a preliminary ruling from the Oberster Gerichtshof (Austria) lodged on 19 October 2020 — OE v VY
Zaak C-522/20: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof (Oostenrijk) op 19 oktober 2020 — OE / VY
Zaak C-522/20: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof (Oostenrijk) op 19 oktober 2020 — OE / VY
PB C 35 van 1.2.2021, p. 24–25
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
1.2.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 35/24 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof (Oostenrijk) op 19 oktober 2020 — OE / VY
(Zaak C-522/20)
(2021/C 35/36)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Oberste Gerichtshof
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: OE
Verwerende partij: VY
Prejudiciële vragen
1) |
Levert artikel 3, lid 1, onder a), zesde streepje, van verordening (EG) nr. 2201/2003 (1) van de Raad van 27 november 2003 schending op van het discriminatieverbod van artikel 18 VWEU, aangezien het — afhankelijk van de nationaliteit van de verzoeker — een kortere verblijfsduur van de verzoeker als voorwaarde stelt voor de bevoegdheid van de rechter van de gewone verblijfplaats dan die welke is geregeld in artikel 3, lid 1, onder a), vijfde streepje, van verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003? |
2) |
Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord: Volgt uit een dergelijke schending van het discriminatieverbod dat voor alle verzoekers — ongeacht hun nationaliteit — de algemene regel van artikel 3, lid 1, onder a), vijfde streepje, van verordening (EG) nr. 2201/2003 geldt dat het forum van de gewone verblijfplaats bevoegd is in geval van een verblijfsduur van twaalf maanden, of moet voor alle verzoekers ervan worden uitgegaan dat daartoe een verblijfsduur van zes maanden geldt? |
(1) Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en tot intrekking van verordening (EG) nr. 1347/2000 (PB 2003, L 338, blz. 1).