EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62017CN0598

Zaak C-598/17: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch (Nederland) op 16 oktober 2017 — A-Fonds tegen Inspecteur van de Belastingdienst

PB C 22 van 22.1.2018, p. 20–21 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

22.1.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 22/20


Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch (Nederland) op 16 oktober 2017 — A-Fonds tegen Inspecteur van de Belastingdienst

(Zaak C-598/17)

(2018/C 022/30)

Procestaal: Nederlands

Verwijzende rechter

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch

Partijen in het hoofdgeding

Verzoeker: A-Fonds

Verweerder: Inspecteur van de Belastingdienst

Prejudiciële vragen

1)

Is de uitbreiding van de reikwijdte van een bestaande steunregeling ingevolge een succesvol beroep van een belastingplichtige op het recht op vrij kapitaalverkeer van artikel 56 EG-Verdrag (thans: artikel 63 VWEU) een als wijziging in bestaande steun op te vatten nieuwe steunmaatregel?

2)

Zo ja, verzet de taakuitoefening van de nationale rechter ingevolge artikel 108, lid 3, VWEU zich ertegen dat de belastingplichtige een belastingvoordeel wordt verleend waarop die belastingplichtige ingevolge artikel 56 EG-Verdrag (thans: artikel 63 VWEU) aanspraak maakt, dan wel dient een voorgenomen rechterlijke beslissing, houdende de verlening van dat voordeel, bij de Commissie te worden gemeld, dan wel dient de nationale rechter enige andere handeling te verrichten of maatregel te nemen, gezien de hem ingevolge artikel 108, lid 3, VWEU toebedeelde toezichthoudende taak?


Top