This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62015CB0542
Case C-542/15: Order of the Court (Seventh Chamber) of 28 September 2016 (request for a preliminary ruling from the Tribunale di Santa Maria Capua Vetere — Italy) — Criminal proceedings against Angela Manzo (Reference for a preliminary ruling — Article 99 of the Rules of Procedure of the Court of Justice — Identical questions referred — Articles 49 TFEU and 56 TFEU — Freedom of establishment — Freedom to provide services — Betting and gambling — Restrictions — Overriding grounds of general interest — Proportionality — Public procurement — Conditions for participating in a call for tenders and assessment of economic and financial standing — Exclusion of the tenderer for failure to present certificates of economic and financial standing issued by two different banks — Directive 2004/18/EC — Article 47 — Applicability)
Zaak C-542/15: Beschikking van het Hof (Zevende kamer) van 28 september 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Tribunale di Santa Maria Capua Vetere — Italië) — Strafzaak tegen Angela Manzo (Prejudiciële verwijzing — Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof — Identieke prejudiciële vragen — Artikelen 49 VWEU en 56 VWEU — Vrijheid van vestiging — Vrij verrichten van diensten — Kansspelen — Beperkingen — Dwingende redenen van algemeen belang — Evenredigheid — Overheidsopdrachten — Voorwaarden voor deelname aan een aanbesteding en beoordeling van de economische en financiële draagkracht — Uitsluiting van een inschrijver wegens niet-overlegging van door twee verschillende bankinstellingen afgegeven verklaringen van economische en financiële draagkracht — Richtlijn 2004/18/EG — Artikel 47 — Toepasselijkheid)
Zaak C-542/15: Beschikking van het Hof (Zevende kamer) van 28 september 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Tribunale di Santa Maria Capua Vetere — Italië) — Strafzaak tegen Angela Manzo (Prejudiciële verwijzing — Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof — Identieke prejudiciële vragen — Artikelen 49 VWEU en 56 VWEU — Vrijheid van vestiging — Vrij verrichten van diensten — Kansspelen — Beperkingen — Dwingende redenen van algemeen belang — Evenredigheid — Overheidsopdrachten — Voorwaarden voor deelname aan een aanbesteding en beoordeling van de economische en financiële draagkracht — Uitsluiting van een inschrijver wegens niet-overlegging van door twee verschillende bankinstellingen afgegeven verklaringen van economische en financiële draagkracht — Richtlijn 2004/18/EG — Artikel 47 — Toepasselijkheid)
PB C 454 van 5.12.2016, p. 12–12
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
5.12.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 454/12 |
Beschikking van het Hof (Zevende kamer) van 28 september 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Tribunale di Santa Maria Capua Vetere — Italië) — Strafzaak tegen Angela Manzo
(Zaak C-542/15) (1)
((Prejudiciële verwijzing - Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof - Identieke prejudiciële vragen - Artikelen 49 VWEU en 56 VWEU - Vrijheid van vestiging - Vrij verrichten van diensten - Kansspelen - Beperkingen - Dwingende redenen van algemeen belang - Evenredigheid - Overheidsopdrachten - Voorwaarden voor deelname aan een aanbesteding en beoordeling van de economische en financiële draagkracht - Uitsluiting van een inschrijver wegens niet-overlegging van door twee verschillende bankinstellingen afgegeven verklaringen van economische en financiële draagkracht - Richtlijn 2004/18/EG - Artikel 47 - Toepasselijkheid))
(2016/C 454/23)
Procestaal: Italiaans
Verwijzende rechter
Tribunale di Santa Maria Capua Vetere
Partij in de strafzaak
Angela Manzo
Dictum
1) |
De artikelen 49 VWEU en 56 VWEU moeten aldus worden uitgelegd dat zij niet in de weg staan aan een nationale bepaling, zoals die in het hoofdgeding, op grond waarvan marktdeelnemers die wensen deel te nemen aan een aanbesteding voor de verlening van concessies op het gebied van spelen en weddenschappen, hun economische en financiële draagkracht moeten bewijzen aan de hand van verklaringen van minstens twee bankinstellingen, zonder dat deze draagkracht ook op een andere wijze mag worden aangetoond, voor zover een dergelijke bepaling kan voldoen aan de evenredigheidsvoorwaarden die in de rechtspraak van het Hof zijn geformuleerd, hetgeen ter beoordeling van de verwijzende rechterlijke instantie staat. |
2) |
Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten, in het bijzonder artikel 47 ervan, moet aldus worden uitgelegd dat een nationale regeling inzake het verlenen van concessies op het gebied van kansspelen, zoals die in het hoofdgeding, niet binnen de werkingssfeer van deze richtlijn valt. |