This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32014D0001(01)
2014/179/EU: Decision of the European Central Bank of 22 January 2014 amending Decision ECB/2004/2 adopting the Rules of Procedure of the European Central Bank (ECB/2014/1)
2014/179/EU: Besluit van de Europese Centrale Bank van 22 januari 2014 tot wijziging van Besluit ECB/2004/2 houdende goedkeuring van het reglement van orde van de Europese Centrale Bank (ECB/2014/1)
2014/179/EU: Besluit van de Europese Centrale Bank van 22 januari 2014 tot wijziging van Besluit ECB/2004/2 houdende goedkeuring van het reglement van orde van de Europese Centrale Bank (ECB/2014/1)
PB L 95 van 29.3.2014, p. 56–63
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
29.3.2014 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 95/56 |
BESLUIT VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK
van 22 januari 2014
tot wijziging van Besluit ECB/2004/2 houdende goedkeuring van het reglement van orde van de Europese Centrale Bank
(ECB/2014/1)
(2014/179/EU)
DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,
Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, inzonderheid artikel 12.3,
Gezien Verordening (EU) nr. 1024/2013 van de Raad van 15 oktober 2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (1), inzonderheid artikel 25, lid 2, en artikel 26, lid 12,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Het is noodzakelijk de interne organisatie van de ECB en haar besluitvormende organen aan te passen aan de nieuwe vereisten die voortvloeien uit Verordening (EU) nr. 1024/2013 teneinde de interactie te verduidelijken tussen de organen die zijn betrokken bij de voorbereiding en goedkeuring van toezichtbesluiten. |
(2) |
Het is noodzakelijk gedragsregels vast te stellen waarin de ethische normen worden vastgelegd die de leden van de Raad van bestuur en hun benoemde vervangers hanteren bij de uitoefening van hun functies. |
(3) |
Het is noodzakelijk een auditcomité op hoog niveau te benoemen ter versterking van de interne en externe controlelagen en bij te dragen aan de verdere bevordering van de corporate governance van de ECB en het Eurosysteem. |
(4) |
Artikel 21 van het reglement van orde specificeert dat de arbeidsvoorwaarden en personeelsverordeningen en -regelingen de arbeidsverhouding tussen de ECB en haar personeel bepalen. De arbeidsvoorwaarden en de personeelsverordeningen en -regelingen zijn gewijzigd zodat deze nu ook de regels omvatten inzake de selectie en benoeming van kandidaten. Artikel 20 van het reglement van orde met betrekking tot de selectie, benoeming en bevordering van personeel is daardoor overtollig en dient ingetrokken te worden. |
(5) |
Het is tevens noodzakelijk enkele geringe technische en redactionele wijzigingen door te voeren, zoals de nieuwe nummering van artikelen van het Verdrag en de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank. |
(6) |
De geen-bezwaarprocedure krachtens artikel 26, lid 8, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 dient niet van toepassing te zijn op besluiten met betrekking tot het algemene kader op basis waarvan toezichtbesluiten zullen worden genomen, zoals het organisatorisch kader dat is vermeld in artikel 6, lid 7, van Verordening (EU) nr. 1024/2013. |
(7) |
Besluit ECB/2004/2 (2) dient gewijzigd te worden teneinde deze ontwikkelingen weer te geven, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijzigingen aan het reglement van orde van de Europese Centrale Bank
Besluit ECB/2004/2 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 1 wordt vervangen door: „Artikel 1 Definities
|
2) |
Het volgende nieuwe artikel 5 bis wordt ingevoegd: „Artikel 5 bis Gedragsregels voor de leden van de Raad van bestuur
|
3) |
Artikel 9 wordt vervangen door: „Artikel 9 Eurosysteem/ESCB-comités
|
4) |
Het volgende nieuwe artikel 9 ter wordt ingevoegd: „Artikel 9 ter Auditcomité Teneinde de interne en externe reeds bestaande controlelagen te versterken en de corporate governance van de ECB en het Eurosysteem verder te bevorderen, stelt de Raad van bestuur een auditcomité in en stelt het mandaat en de samenstelling daarvan vast.”. |
5) |
Artikel 11.3 wordt vervangen door:
|
6) |
De volgende artikelen worden ingevoegd: „HOOFDSTUK IV bis TOEZICHTTAKEN Artikel 13 bis Raad van toezicht Op basis van artikel 26, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1024/2013, zal de als intern orgaan van de ECB opgerichte Raad van toezicht de volledige planning en uitvoering op zich nemen van de aan de ECB toebedeelde taken betreffende het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (hierna: „toezichttaken”). De taken van de Raad van toezicht doen op geen enkele wijze afbreuk aan de bevoegdheden van de besluitvormende organen van de ECB. Artikel 13 ter Samenstelling van de Raad van toezicht
Artikel 13 quater Stemmen krachtens artikel 26, lid 7, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 Met betrekking tot het vaststellen van ontwerpbesluiten krachtens artikel 26, lid 7, van Verordening (EU) nr. 1024/2013, en op basis van artikel 16 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, artikel 283, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en protocol (nr. 36) betreffende de overgangsbepalingen, zijn de volgende regels van toepassing:
Artikel 13 quinquies Reglement van orde van de Raad van toezicht De Raad van toezicht stelt haar reglement van orde vast na raadpleging van de Raad van bestuur. Het reglement van orde voorziet in de gelijke behandeling van alle deelnemende lidstaten. Artikel 13 sexies Gedragsregels voor de leden van de Raad van toezicht
Artikel 13 septies Vergaderingen van de Raad van toezicht De Raad van toezicht vergadert in beginsel in de gebouwen van de ECB. De beraadslagingen van de Raad van toezicht worden, zodra deze zijn goedgekeurd, ter informatie aan de Raad van bestuur verstrekt. Artikel 13 octies Vaststelling van besluiten ter uitoefening van de in artikel 4 van Verordening (EU) nr. 1024/2013 vermelde taken
Artikel 13 nonies Vaststelling van besluiten ter uitoefening van de in artikel 5 van Verordening (EU) nr. 1024/2013 vermelde taken
Artikel 13 decies Vaststelling van besluiten krachtens artikel 14, leden 2, 3 en 4, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 Indien een nationale bevoegde autoriteit de ECB in kennis stelt van haar ontwerpbesluit krachtens artikel 14, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1024/2013, stuurt de Raad van toezicht het ontwerpbesluit samen met haar beoordeling binnen vijf werkdagen naar de Raad van bestuur. Het ontwerpbesluit wordt geacht te zijn vastgesteld, tenzij de Raad van bestuur binnen tiein werkdagen na de mededeling aan de ECB bezwaar aantekent, welke termijn eenmaal voor dezelfde duur verlengd mag worden in adequaat gemotiveerde gevallen. Artikel 13 undecies Algemeen kader zoals vermeld in artikel 6, lid 7, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 De Raad van bestuur stelt besluiten vast waarbij het algemene kader wordt bepaald voor de organisatie van de praktische regelingen ter uitvoering van artikel 6 van Verordening (EU) nr. 1024/2013, in overleg met de nationale bevoegde autoriteiten en op basis van een voorstel van de Raad van toezicht buiten het bereik van de niet-bezwaarprocedure. Artikel 13 duodecies Scheiding van monetaire beleidstaken en toezichttaken
Artikel 13 terdecies Organisatie van vergaderingen van de Raad van bestuur met betrekking tot de toezichttaken
Artikel 13 quaterdecies Interne structuur met betrekking tot toezichttaken
Artikel 13 quindecies Verslaglegging krachtens artikel 20, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 Op voorstel van de Raad van toezicht en voorgelegd door de directie, stelt de Raad van bestuur de jaarlijkse rapporten vast die worden ingediend bij het Europees Parlement, de Raad, de Commissie en de Eurogroep zoals voorgeschreven in artikel 20, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1024/2013. Artikel 13 sexdecies Vertegenwoordigers van de ECB bij de Europese Bankautoriteit („EBA”)
|
7) |
Artikel 15.1 wordt vervangen door:
|
8) |
Artikel 17.5 wordt vervangen door:
|
9) |
Artikel 17.8 wordt vervangen door:
|
10) |
Het volgende artikel wordt ingevoegd: „Artikel 17 bis Rechtsinstrumenten van de ECB met betrekking tot toezichttaken
|
11) |
Artikel 18 wordt vervangen door: „Artikel 18 Procedure krachtens artikel 128, lid 2, van het Verdrag De goedkeuring zoals neergelegd in artikel 128, lid 2, van het Verdrag vindt voor het volgende jaar plaats via één enkel besluit van de Raad van bestuur voor alle deelnemende lidstaten die de euro als munt hebben voor het einde van het laatste kwartaal van elk jaar.”. |
12) |
Artikel 20 wordt geschrapt. |
13) |
Artikel 23.1 wordt vervangen door:
|
14) |
In artikel 23.3 wordt de eerste zin vervangen door: „De door de ECB opgestelde of aangehouden documenten worden geclassificeerd en behandeld in overeenstemming met de organisatorische regels met betrekking tot beroepsgeheim alsmede beheer en vertrouwelijkheid van informatie.”. |
15) |
Het volgende artikel wordt ingevoegd: „Artikel 23 bis Vertrouwelijkheid en beroepsgeheim met betrekking tot toezichttaken
|
16) |
De in de bijlage bepaalde tekst wordt toegevoegd als een bijlage. |
Artikel 2
Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op 24 januari 2014.
Gedaan te Frankfurt am Main, 22 januari 2014.
De president van de ECB
Mario DRAGHI
(1) PB L 287 van 29.10.2013, blz. 63.
(2) Besluit ECB/2004/2 van 19 februari 2004 houdende goedkeuring van het reglement van orde van de Europese Centrale Bank (PB L 80 van 18.3.2004, blz. 33).
(3) PB L 287 van 29.10.2013, blz. 63.”.
(4) PB L 331 van 15.12.2010, blz. 12.”.
(5) PB 17 van 6.10.1958, blz. 385/58.”.
BIJLAGE
„BIJLAGE
(zoals vermeld in artikel 13 quater, punt iv))
1. |
Met betrekking tot het uitbrengen van stemmen op grond van artikel 13 quater, dienen de vier ECB-vertegenwoordigers overeenkomstig de volgende leden vastgesteld te worden, alsook de mediane gewogen stemmen van de deelnemende lidstaten op basis van het gewogen-stemcriterium, de mediane bevolking van de deelnemende lidstaten op basis van het bevolkingscriterium en, uit hoofde van hun lidmaatschap van de Raad van toezicht, een stem op basis van het ledencriterium. |
2. |
Bij de rangschikking in oplopende volgorde van de gewogen stemmen die zijn toegewezen aan de deelnemende lidstaten op basis van artikel 3 van het protocol (nr. 36) betreffende de overgangsbepalingen voor de leden die de deelnemende lidstaten vertegenwoordigen, wordt de mediane gewogen stem gedefinieerd als de gemiddelde gewogen stem, ingeval van een oneven aantal deelnemende lidstaten, en als het gemiddelde van de twee middelste getallen, naar boven afgerond op het dichtstbijzijnde hele getal, indien hun aantal even is. Viermaal de mediane gewogen stem dient toegevoegd te worden aan het totale aantal gewogen stemmen van de deelnemende lidstaten. Het resulterende aantal gewogen stemmen vormt het „totale aantal gewogen stemmen”. |
3. |
De mediane bevolking wordt overeenkomstig hetzelfde principe gedefinieerd. Daarvoor zal gebruikgemaakt worden van de cijfers die zijn gepubliceerd door de Raad van de Europese Unie in bijlage III, artikel 1 en 2 van Besluit 2009/937/EU van de Raad van 1 december 2009 houdende vaststelling van zijn reglement van orde (1). Viermaal de mediane bevolking van de deelnemende lidstaten moet toegevoegd worden aan de gecombineerde bevolking van alle deelnemende lidstaten. Het resulterende bevolkingsaantal vormt „de totale bevolking”. |