This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document JOL_2010_088_R_0001_01
2010/199/CFSP: Council Decision 2010/199/CFSP of 22 March 2010 on the signing and conclusion of the Agreement between the European Union and Montenegro on the participation of Montenegro in the European Union military operation to contribute to the deterrence, prevention and repression of acts of piracy and armed robbery off the Somali coast (Operation Atalanta)#Agreement between the European Union and Montenegro on the participation of Montenegro in the European Union military operation to contribute to the deterrence, prevention and repression of acts of piracy and armed robbery off the Somali coast (Operation Atalanta)
2010/199/GBVB: Besluit 2010/199/GBVB van de Raad van 22 maart 2010 betreffende de ondertekening en sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en Montenegro inzake de deelneming van Montenegro aan de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (Operatie Atalanta)
Overeenkomst tussen de Europese Unie en Montenegro inzake de deelneming van Montenegro aan de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (Operatie Atalanta)
2010/199/GBVB: Besluit 2010/199/GBVB van de Raad van 22 maart 2010 betreffende de ondertekening en sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en Montenegro inzake de deelneming van Montenegro aan de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (Operatie Atalanta)
Overeenkomst tussen de Europese Unie en Montenegro inzake de deelneming van Montenegro aan de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (Operatie Atalanta)
PB L 88 van 8.4.2010, p. 1–8
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
8.4.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 88/1 |
BESLUIT 2010/199/GBVB VAN DE RAAD
van 22 maart 2010
betreffende de ondertekening en sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en Montenegro inzake de deelneming van Montenegro aan de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (Operatie Atalanta)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 37, alsook op het Verdrag betreffende werking van de Europese Unie, en met name op artikel 218, leden 5 en 6,
Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Raad heeft op 10 november 2008 Gemeenschappelijk Optreden 2008/851/GBVB aangenomen inzake de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (1) (Operatie „Atalanta”). |
(2) |
In artikel 10, lid 3, van bovengenoemd gemeenschappelijk optreden is bepaald dat de nadere regelingen wat betreft de deelname van derde staten worden vastgelegd in overeenkomsten die overeenkomstig artikel 37 van het Verdrag betreffende de Europese Unie moeten worden gesloten. |
(3) |
Ingevolge de besluiten van het Politiek en Veiligheidscomité van 21 april 2009 inzake de aanvaarding van bijdragen van derde staten aan Operatie Atalanta (ATALANTA/2/2009) (2), en tot instelling van het Comité van contribuanten (ATALANTA/3/2009) (3), is er na onderhandelingen een overeenkomst tussen de Europese Unie en Montenegro inzake de deelneming van Montenegro aan Operatie Atalanta („de overeenkomst”) tot stand gekomen. |
(4) |
De overeenkomst moet worden goedgekeurd, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De Overeenkomst tussen de Europese Unie en Montenegro inzake de deelneming van Montenegro aan de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (Operatie Atalanta) („de overeenkomst”) wordt hierbij namens de Europese Unie goedgekeurd.
De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht.
Artikel 2
De voorzitter van de Raad is gemachtigd de persoon aan te wijzen die bevoegd is de overeenkomst te ondertekenen teneinde daardoor de Europese Unie te binden.
Artikel 3
De voorzitter van de Raad verricht namens de Unie de in artikel 10, lid 1, van de overeenkomst bedoelde kennisgeving (4).
Artikel 4
Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.
Artikel 5
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 22 maart 2010.
Voor de Raad
De voorzitter
M. Á. MORATINOS
(1) PB L 301 van 12.11.2008, blz. 33.
(2) PB L 109 van 30.4.2009, blz. 52.
(3) PB L 112 van 6.5.2009, blz. 9 en addendum in PB L 119 van 14.5.2009, blz. 40.
(4) De datum van inwerkingtreding van de overeenkomst wordt door het secretariaat-generaal van de Raad bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
VERTALING
OVEREENKOMST
tussen de Europese Unie en Montenegro inzake de deelneming van Montenegro aan de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (Operatie Atalanta)
DE EUROPESE UNIE (EU),
enerzijds, en
MONTENEGRO,
anderzijds,
hierna „de partijen” genoemd,
REKENING HOUDEND MET:
de aanneming door de Raad van de Europese Unie van Gemeenschappelijk Optreden 2008/851/GBVB inzake de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (1) (Operatie „Atalanta”), gewijzigd bij Besluit 2009/907/GBVB (2);
de tot Montenegro gerichte uitnodiging van de Europese Unie om deel te nemen aan de door de Europese Unie geleide operatie;
de succesvolle voltooiing van de vorming van de troepenmacht en de aanbeveling door de operationeel commandant van de Europese Unie en het Militair Comité van de Europese Unie om in te stemmen met de deelname van strijdkrachten van Montenegro aan de door de Europese Unie geleide operatie;
Besluit ATALANTA/2/2009 van het Politiek en Veiligheidscomité van 21 april 2009 inzake de aanvaarding van bijdragen van derde staten aan de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (Operatie „Atalanta”) (3) en Besluit ATALANTA/3/2009 van het Politiek en Veiligheidscomité van 21 april 2009 tot instelling van het Comité van contribuanten aan de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust („Atalanta”) (4), beide gewijzigd bij Besluit ATALANTA/7/2009 van het Politiek en Veiligheidscomité (5);
het besluit van Montenegro van 13 augustus 2009 om deel te nemen aan Operatie Atalanta,
ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:
Artikel 1
Deelname aan de operatie
1. Montenegro sluit zich aan bij Gemeenschappelijk Optreden 2008/851/GBVB inzake de militaire operatie van de Europese Unie teneinde bij te dragen tot het ontmoedigen, het voorkomen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische kust (Operatie Atalanta), gewijzigd bij Besluit 2009/907/GBVB, en bij elk ander gemeenschappelijk optreden of besluit waarbij de Raad van de Europese Unie besluit de operatie te verlengen overeenkomstig de bepalingen van deze overeenkomst en eventuele vereiste uitvoeringsregelingen.
2. De bijdrage van Montenegro aan de door de Europese Unie geleide zeemacht (EUNAVFOR) laat de autonome besluitvorming van de Europese Unie onverlet.
3. Montenegro draagt er zorg voor dat de strijdkrachten en het personeel die aan Operatie Atalanta deelnemen, hun taak uitoefenen overeenkomstig:
— |
Gemeenschappelijk Optreden 2008/851/GBVB en de eventuele latere wijzigingen daarvan; |
— |
het operatieplan; |
— |
de uitvoeringsmaatregelen. |
4. De strijdkrachten en het personeel die door Montenegro voor de operatie gedetacheerd worden, laten zich bij de uitvoering van hun taken en in hun gedrag uitsluitend leiden door het belang van Operatie Atalanta.
5. Montenegro informeert te gelegener tijd de operationeel commandant van de Europese Unie over elke wijziging in haar deelname aan de operatie.
Artikel 2
Status van de strijdkrachten
1. De status van de strijdkrachten en het personeel die door Montenegro naar Operatie Atalanta worden uitgezonden, wordt geregeld in de overeenkomst over de status van de strijdkrachten tussen de Europese Unie en Somalië, Djibouti of een ander land in de regio waarmee een dergelijke overeenkomst gesloten wordt ten behoeve van de operatie, of in de unilaterale verklaring betreffende de status van de strijdkrachten die door Kenia, de Seychellen of een ander land in de regio ten behoeve van de operatie is uitgebracht.
2. De status van de strijdkrachten en het personeel die worden uitgezonden naar het hoofdkwartier of de commando-onderdelen buiten het gebied van de gezamenlijke operatie wordt bepaald middels regelingen tussen de gaststaat van het betrokken hoofdkwartier en de betrokken commando-onderdelen en Montenegro.
3. Onverminderd de in de leden 1 en 2 bedoelde regelingen en verklaringen inzake de status van de strijdkrachten oefent Montenegro bevoegdheid uit ten aanzien van haar strijdkrachten en personeel die aan Operatie Atalanta deelnemen.
4. Montenegro is verantwoordelijk voor de afhandeling van schadevorderingen van of aangaande leden van haar strijdkrachten of personeel, met betrekking tot de deelname aan Operatie Atalanta. Montenegro stelt overeenkomstig haar wet- en regelgeving in voorkomend geval een, inzonderheid juridische of disciplinaire, vordering in tegen leden van haar strijdkrachten en personeel.
5. Montenegro legt bij de ondertekening van deze overeenkomst een verklaring af inzake het afzien van schadevorderingen tegen elke staat die aan Operatie Atalanta deelneemt.
6. De lidstaten van de Europese Unie leggen bij de ondertekening van deze overeenkomst een verklaring af inzake het afzien van schadevorderingen wat betreft de deelname van Montenegro aan Operatie Atalanta.
Artikel 3
Voorwaarden waaronder gevangengenomen personen met het oog op hun vervolging kunnen worden overgedragen
Wanneer Montenegro haar rechtsmacht uitoefent ten aanzien van personen die in de territoriale zee van een kuststaat binnen het operatiegebied daden van piraterij of gewapende overvallen hebben begaan of hiervan verdacht worden, wordt de overdracht aan Montenegro van door EUNAVFOR gevangengenomen personen met het oog op hun vervolging en van in beslag genomen goederen die in handen zijn van EUNAVFOR, verricht volgens de voorwaarden van bijlage II, die een volwaardig onderdeel van deze overeenkomst vormt.
Artikel 4
Gerubriceerde informatie
1. Montenegro neemt de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat gerubriceerde EU-informatie wordt beschermd overeenkomstig de beveiligingsvoorschriften van de Raad van de Europese Unie, vervat in Besluit 2001/264/EG van de Raad van 19 maart 2001 tot vaststelling van beveiligingsvoorschriften van de Raad (6), en overeenkomstig verdere richtsnoeren van de bevoegde autoriteiten, waaronder de operationeel commandant van de EU.
2. Indien de Europese Unie en Montenegro een overeenkomst zijn aangegaan over beveiligingsvoorschriften voor de uitwisseling van gerubriceerde informatie, gelden de bepalingen daarvan ook voor Operatie Atalanta.
Artikel 5
Commandostructuur
1. Alle aan Operatie Atalanta deelnemende troepen en personeelsleden blijven volledig onder bevel van hun nationale autoriteiten.
2. De nationale autoriteiten dragen het operationele en tactische bevel, dan wel het operationele en tactische toezicht over hun troepen en personeelsleden over aan de operationeel commandant van de Europese Unie. De operationeel commandant van de Europese Unie heeft het recht zijn gezag te delegeren.
3. Montenegro heeft bij de dagelijkse aansturing van de operatie dezelfde rechten en verplichtingen als de deelnemende lidstaten van de Europese Unie.
4. De operationeel commandant van de Europese Unie kan te allen tijde — na overleg met Montenegro — om de terugtrekking van de bijdrage van Montenegro verzoeken.
5. Een hoge militaire vertegenwoordiger (HMV) wordt door Montenegro benoemd om haar nationale contingent in Operatie Atalanta te vertegenwoordigen. De HMV overlegt met de commandant van de EU-strijdkrachten over alle aangelegenheden die van invloed zijn op de operatie en is verantwoordelijk voor de dagelijkse discipline van het contingent.
Artikel 6
Financiële aspecten
1. Montenegro draagt alle kosten in verband met haar deelname aan de operatie, tenzij de kosten vallen onder de gemeenschappelijke financiering als omschreven in de in artikel 1, lid 1, van de overeenkomst bedoelde rechtsinstrumenten en in Besluit 2008/975/GBVB van 18 december 2008 van de Raad tot instelling van een mechanisme voor de financiering van de gemeenschappelijke kosten van de operaties van de Europese Unie die gevolgen hebben op militair of defensiegebied (Athena) (7).
2. Operatie Atalanta verleent logistieke steun aan het Montenegrijnse contingent op basis van kostenvergoeding, onder de voorwaarden neergelegd in de uitvoeringsregelingen bedoeld in artikel 7. Het administratieve beheer van de daarmee samenhangende uitgaven wordt toevertrouwd aan Athena.
3. In geval van overlijden, lichamelijk letsel, verlies of schade geleden door natuurlijke personen of rechtspersonen van het land/de landen waar de operatie plaatsvindt, betaalt Montenegro, wanneer haar aansprakelijkheid is vastgesteld, schadevergoeding onder de voorwaarden, genoemd in de overeenkomst over de status van de strijdkrachten, indien beschikbaar, als bedoeld in artikel 2, lid 1, van de overeenkomst.
Artikel 7
Regelingen voor de uitvoering van de overeenkomst
De voor de uitvoering van deze overeenkomst noodzakelijke technische en administratieve regelingen worden getroffen door de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid of de operationeel commandant van de Europese Unie, en de bevoegde autoriteiten van Montenegro.
Artikel 8
Niet-naleving
Indien een van de partijen de in voorgaande artikelen neergelegde verplichtingen niet nakomt, heeft de andere partij het recht om deze overeenkomst te beëindigen met inachtneming van een opzeggingstermijn van één maand.
Artikel 9
Geschillenbeslechting
Geschillen met betrekking tot de uitlegging of de toepassing van deze overeenkomst worden langs diplomatieke weg opgelost tussen de partijen.
Artikel 10
Inwerkingtreding
1. Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de maand volgend op de wederzijdse kennisgeving van de partijen dat de voor dit doel noodzakelijke procedures zijn afgerond.
2. Deze overeenkomst wordt voorlopig toegepast vanaf de datum van de ondertekening.
3. Deze overeenkomst blijft van kracht zolang de deelname van Montenegro aan de operatie duurt.
4. De eventuele opzegging van deze overeenkomst heeft geen gevolgen voor de rechten en plichten die uit deze overeenkomst zijn voortgevloeid voordat deze beëindigd was, zulks met inbegrip van de rechten die in Montenegro gevangen gehouden of vervolgde overgedragen personen eraan kunnen ontlenen.
Na de beëindiging van de operatie kunnen alle rechten die EUNAVFOR uit hoofde van de bijlage bij deze overeenkomst geniet, worden uitgeoefend door een persoon of entiteit die wordt aangewezen door de staat die het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie bekleedt. De aangewezen persoon of entiteit kan onder andere een in Montenegro geaccrediteerde diplomatieke of consulaire functionaris van deze staat zijn. Na de beëindiging van de operatie worden alle kennisgevingen die uit hoofde van het onderhavige instrument aan EUNAVFOR worden gericht, gericht aan de staat die het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie bekleedt.
Gedaan te Brussel, de vierentwintigste maart tweeduizend tien, in twee exemplaren in de Engelse taal.
Voor de Europese Unie
Voor Montenegro
(1) PB L 301 van 12.11.2008, blz. 33, gerectificeerd in PB L 253 van 25.9.2009, blz. 18.
(2) PB L 322 van 9.12.2009, blz. 27.
(3) PB L 109 van 30.4.2009, blz. 52.
(4) PB L 112 van 6.5.2009, blz. 9 en addendum in PB L 119 van 14.5.2009, blz. 40.
(5) PB L 270 van 15.10.2009, blz. 19.
(6) PB L 101 van 11.4.2001, blz. 1.
(7) PB L 345 van 23.12.2008, blz. 96.
BIJLAGE
BEPALINGEN BETREFFENDE DE VOORWAARDEN EN WIJZE VAN UITVOERING VOOR DE OVERDRACHT VAN EUNAVFOR NAAR MONTENEGRO VAN PERSONEN DIE VERDACHT WORDEN VAN PIRATERIJ OF GEWAPENDE OVERVALLEN IN DE TERRITORIALE WATEREN VAN KUSTSTATEN BINNEN HET OPERATIEGEBIED, EN DIE WORDEN VASTGEHOUDEN DOOR DE DOOR DE EUROPESE UNIE GELEIDE ZEEMACHT (EUNAVFOR), ALSMEDE VAN IN BESLAG GENOMEN GOEDEREN DIE IN HANDEN ZIJN VAN EUNAVFOR, EN VOOR DE BEHANDELING VAN DEZE PERSONEN EN GOEDEREN NA DE OVERDRACHT
1. Definities
Voor het doel van deze overeenkomst wordt verstaan onder:
a) |
„piraterij”: piraterij als bedoeld in artikel 101 van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee; |
b) |
„gewapende overvallen”: handelingen als bedoeld onder a) indien deze worden gepleegd in de territoriale wateren van een kuststaat binnen het operatiegebied; |
c) |
„overgedragen persoon”: eenieder die ervan verdacht wordt eenmalig of herhaaldelijk piraterij of gewapende overvallen te plegen, te hebben gepleegd of te willen plegen en die krachtens de onderhavige overeenkomst door EUNAVFOR aan Montenegro is overgedragen. |
2. Algemene beginselen
a) |
Op verzoek van EUNAVFOR aanvaardt Montenegro de overdracht van door EUNAVFOR in verband met piraterij of gewapende overvallen vastgehouden personen, en de bijbehorende door EUNAVFOR in beslag genomen goederen, en geeft het de betrokken personen en goederen met het oog op onderzoek en vervolging in handen van haar bevoegde instanties. |
b) |
EUNAVFOR zal personen in het kader van deze overeenkomst alleen aan de bevoegde rechtshandhavingsautoriteiten van Montenegro overdragen. |
c) |
Montenegro bevestigt dat zij personen die in het kader van deze bepalingen worden overgedragen zowel voor als na de overdracht humaan zal behandelen en zich daarbij zal houden aan de internationale mensenrechtenverplichtingen, zoals het verbod op foltering en op een wrede, onmenselijke en onterende behandeling of bestraffing, en het verbod op willekeurige hechtenis, en aan de verplichting te zorgen voor een eerlijk proces. |
3. Behandeling, vervolging en berechting van overgedragen personen
a) |
Overgedragen personen moeten menselijk worden behandeld en mogen niet worden onderworpen aan foltering of andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing, moeten op passende wijze worden gehuisvest en gevoed, moeten toegang tot medische verzorging krijgen en moeten in staat worden gesteld hun godsdienstige plichten te vervullen. |
b) |
Overgedragen personen moeten meteen worden voorgeleid aan een rechter of een andere magistraat die door de wet bevoegd verklaard is rechterlijke macht uit te oefenen, en die zich onverwijld over het al dan niet gewettigd zijn van hun aanhouding uitspreekt, en hen in vrijheid doet stellen indien deze gevangenhouding niet conform de wet is. |
c) |
Overgedragen personen moeten het recht hebben binnen een redelijke termijn berecht te worden of in vrijheid te worden gesteld. |
d) |
Bij het bepalen van de gegrondheid van een tegen hem ingestelde vervolging heeft iedere overgedragen persoon recht op een eerlijke en openbare behandeling van zijn zaak door een competente, onafhankelijke en onpartijdige rechtbank die bij de wet is ingesteld. |
e) |
Overgedragen personen tegen wie een vervolging is ingesteld, moeten voor onschuldig worden gehouden totdat hun schuld in rechte is komen vast te staan. |
f) |
Bij de vaststelling van de aanklacht jegens hem heeft eenieder op gelijke voet met de aanklager recht op de volgende minimumwaarborgen:
|
g) |
Overgedragen personen die voor een misdaad veroordeeld zijn, moeten het recht hebben overeenkomstig de wetgeving van Montenegro tegen hun veroordeling en hun vonnis bezwaar aan te tekenen of bij een hogere rechtbank in beroep te gaan. |
h) |
Montenegro zal overgedragen personen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van EUNAVFOR niet aan andere staten overdragen met het oog op onderzoek of vervolging. |
4. Doodstraf
Aan overgedragen personen mag geen doodstraf worden opgelegd of voltrokken, en lastens deze personen mag de doodstraf niet worden gevorderd.
5. Gegevens en kennisgevingen
a) |
Met betrekking tot elke overdracht moet een passend document worden ondertekend door een vertegenwoordiger van EUNAVFOR en een vertegenwoordiger van de bevoegde wetshandhavingsautoriteiten van Montenegro. |
b) |
EUNAVFOR verstrekt Montenegro ten aanzien van iedere overgedragen persoon de gegevens betreffende zijn hechtenis. Deze omvatten, voor zover mogelijk, de fysieke toestand van de overgedragen persoon tijdens de hechtenis, het tijdstip van overdracht aan de autoriteiten van Montenegro, de reden voor zijn hechtenis, het tijdstip waarop en de plaats waar hij werd aangehouden, en eventuele beslissingen in verband met zijn hechtenis. |
c) |
Montenegro is verantwoordelijk voor het bijhouden van een nauwkeurige administratie van alle overgedragen personen, met ten minste gegevens betreffende eventuele in beslag genomen goederen, de fysieke toestand van de betrokkene, de plaats waar hij wordt vastgehouden, de eventuele tenlastelegging jegens hem en alle beslissingen van enig belang die in de loop van zijn vervolging en zijn proces zijn genomen. |
d) |
Deze gegevens zijn voor de vertegenwoordigers van de Europese Unie en EUNAVFOR beschikbaar indien zij het ministerie van Buitenlandse Zaken van Montenegro daarom verzoeken. |
e) |
Daarenboven moet Montenegro EUNAVFOR in kennis stellen van de plaats van detentie van iedere uit hoofde van deze overeenkomst overgedragen persoon, alsmede van iedere achteruitgang van zijn fysieke toestand en van alle meldingen waarin sprake is van slechte behandeling. Vertegenwoordigers van de Europese Unie en van EUNAVFOR moeten tijdens het voorarrest toegang hebben tot alle krachtens de onderhavige overeenkomst overgedragen personen en het recht hebben hen te ondervragen. |
f) |
Op hun verzoek moet het nationale en internationale humanitaire instellingen worden toegestaan personen die uit hoofde van de onderhavige overeenkomst zijn overgedragen, te bezoeken. |
g) |
Opdat EUNAVFOR in staat is Montenegro tijdig bij te staan om van EUNAVFOR afkomstige getuigen te doen verschijnen en te zorgen voor relevante bewijsstukken, stelt Montenegro, wanneer zij voornemens is jegens een overgedragen persoon tot een strafproces over te gaan, EUNAVFOR daarvan op de hoogte en deelt zij het tijdschema voor het indienen van de bewijsstukken en het verhoor mede. |
6. Bijstand door EUNAVFOR
a) |
EUNAVFOR moet Montenegro met al zijn middelen en vermogens bij de instructie betreffende en de vervolging van de overgedragen personen helpen. |
b) |
EUNAVFOR moet met name:
|
7. Verband met de andere rechten van de overgedragen personen
Niets in deze bepalingen heeft ten doel of kan worden aangewend om afbreuk te doen aan de rechten waarover een overgedragen persoon krachtens de toepasselijke nationale of internationale wetgeving beschikt.
8. Tenuitvoerlegging
a) |
Met het oog op de toepassing van deze bepalingen kunnen voor operationele, administratieve en technische aangelegenheden uitvoeringsovereenkomsten worden goedgekeurd tussen de bevoegde autoriteiten van Montenegro enerzijds en de bevoegde autoriteiten van de Europese Unie en die van de staten welke een nationaal contingent voor EUNAVFOR leveren anderzijds. |
b) |
Uitvoeringsbepalingen kunnen onder andere betrekking hebben op:
|