This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62016TN0646
Case T-646/16 P: Appeal brought on 6 September 2016 by Erik Simpson against the order of the Civil Service Tribunal of 24 June 2016 in Case F-142/11 RENV Simpson v Council
Zaak T-646/16 P: Hogere voorziening ingesteld op 6 september 2016 door Erik Simpson tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 24 juni 2016 in zaak F-142/11, Simpson/Raad
Zaak T-646/16 P: Hogere voorziening ingesteld op 6 september 2016 door Erik Simpson tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 24 juni 2016 in zaak F-142/11, Simpson/Raad
PB C 419 van 14.11.2016, p. 51–51
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
14.11.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 419/51 |
Hogere voorziening ingesteld op 6 september 2016 door Erik Simpson tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 24 juni 2016 in zaak F-142/11, Simpson/Raad
(Zaak T-646/16 P)
(2016/C 419/67)
Procestaal: Engels
Partijen
Rekwirerende partij: Erik Simpson (Brussel, België) (vertegenwoordiger: M. Velardo, advocaat)
Andere partij in de procedure: Raad van de Europese Unie
Conclusies
De rekwirerende partij verzoekt het Gerecht:
— |
de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (hierna: „GVA”) in zaak 142/11 RENV, Simpson/Raad, te vernietigen, voor zover daarbij wordt afgewezen het verzoek om nietigverklaring van het besluit van de Raad van de Europese Unie van 9 december 2010 en rekwirant wordt verwezen in zijn eigen kosten en in die van de Raad; |
— |
voor zover nodig, de zaak terug te verwijzen en, |
— |
de Raad te verwijzen in de kosten van de beide procedures. |
Middelen en voornaamste argumenten
Ter ondersteuning van de hogere voorziening voert de rekwirerende partij twee middelen aan.
1. |
Eerste middel, ontleend aan het feit dat het GVA voor wat de motiveringsplicht betreft van een verkeerde rechtsopvatting is uitgegaan, het Unierecht heeft geschonden, zijn beschikking niet van de juiste gronden heeft voorzien en het bewijsmateriaal verkeerd heeft opgevat. |
2. |
Tweede middel, ontleend aan het feit dat het GVA voor wat het gelijkheidsbeginsel en de kennelijk onjuiste beoordeling betreft het bewijs verkeerd heeft opgevat, blijk heeft gegeven van een onjuiste rechtsopvatting, het Unierecht heeft geschonden en de bestreden beschikking ontoereikend heeft gemotiveerd. |