EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62013TA0104
Case T-104/13: Judgment of the General Court of 9 September 2015 — Toshiba v Commission (Competition — Agreements, decisions and concerted practices — Global market for cathode ray tubes for television sets and computer monitors — Decision finding an infringement of Article 101 TFEU and Article 53 of the EEA Agreement — Agreements and concerted practices on pricing, market sharing, capacity and production — Proof of participation in the cartel — Single and continuous infringement — Imputability of the infringement — Joint control — Fines — Unlimited jurisdiction)
Zaak T-104/13: Arrest van het Gerecht van 9 september 2015 — Toshiba/Commissie („Mededinging — Mededingingsregelingen — Wereldmarkt van tv- en computerbeeldbuizen — Besluit houdende vaststelling van een inbreuk op artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst — Overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen met betrekking tot prijzen, marktverdeling, capaciteiten en productie — Bewijs van deelname aan de mededingingsregeling — Eén enkele voortdurende inbreuk — Toerekenbaarheid van de inbreuk — Gezamenlijk toezicht — Geldboeten — Volledige rechtsmacht”)
Zaak T-104/13: Arrest van het Gerecht van 9 september 2015 — Toshiba/Commissie („Mededinging — Mededingingsregelingen — Wereldmarkt van tv- en computerbeeldbuizen — Besluit houdende vaststelling van een inbreuk op artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst — Overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen met betrekking tot prijzen, marktverdeling, capaciteiten en productie — Bewijs van deelname aan de mededingingsregeling — Eén enkele voortdurende inbreuk — Toerekenbaarheid van de inbreuk — Gezamenlijk toezicht — Geldboeten — Volledige rechtsmacht”)
PB C 346 van 19.10.2015, p. 21–21
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
19.10.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 346/21 |
Arrest van het Gerecht van 9 september 2015 — Toshiba/Commissie
(Zaak T-104/13) (1)
((„Mededinging - Mededingingsregelingen - Wereldmarkt van tv- en computerbeeldbuizen - Besluit houdende vaststelling van een inbreuk op artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst - Overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen met betrekking tot prijzen, marktverdeling, capaciteiten en productie - Bewijs van deelname aan de mededingingsregeling - Eén enkele voortdurende inbreuk - Toerekenbaarheid van de inbreuk - Gezamenlijk toezicht - Geldboeten - Volledige rechtsmacht”))
(2015/C 346/23)
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: Toshiba Corp. (Tokio, Japan) (vertegenwoordigers: J. MacLennan, solicitor, en J. Jourdan, A. Schulz en P. Berghe, advocaten)
Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: M. Biolan, V. Bottka en M. Kellerbauer, gemachtigden)
Voorwerp
Verzoek om nietigverklaring van besluit C(2012) 8839 final van de Commissie van 5 december 2012 inzake een procedure op grond van artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (zaak COMP/39.437 — tv- en computerbeeldbuizen), voor zover het verzoekster betreft, alsook subsidiair een verzoek om intrekking of verlaging van de haar opgelegde geldboete
Dictum
1) |
Artikel 1, lid 2, onder d), van besluit C(2012) 8839 final van de Commissie van 5 december 2012 inzake een procedure op grond van artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-overeenkomst (zaak COMP/39.437 — tv- en computerbeeldbuizen) wordt gedeeltelijk nietig verklaard, namelijk voor zover daarin is vastgesteld dat Toshiba Corp. van 16 mei 2000 tot en met 31 maart 2003 heeft deelgenomen aan een wereldwijd kartel op de markt voor beeldbuizen voor kleurentelevisies. |
2) |
Artikel 2, lid 2, onder g), van dat besluit wordt nietig verklaard, voor zover Toshiba daarbij een geldboete van 28 048 000 EUR is opgelegd wegens haar rechtstreekse deelname aan een wereldwijd kartel op de markt voor beeldbuizen voor kleurentelevisies. |
3) |
De geldboete die bij artikel 2, lid 2, onder h), van het aan de orde zijnde besluit is opgelegd aan Toshiba, Panasonic Corp. en MT Picture Display Co. Ltd samen, en tot betaling waarvan zij elk hoofdelijk gehouden zijn, wordt vastgesteld op 82 826 000 EUR. |
4) |
Het beroep wordt verworpen voor het overige. |
5) |
Elke partij wordt verwezen in haar eigen kosten. |