Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62007FN0126

    Zaak F-126/07: Beroep ingesteld op 30 oktober 2007 — Van Beers/Commissie

    PB C 22 van 26.1.2008, p. 57–57 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    26.1.2008   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 22/57


    Beroep ingesteld op 30 oktober 2007 — Van Beers/Commissie

    (Zaak F-126/07)

    (2008/C 22/110)

    Procestaal: Frans

    Partijen

    Verzoekende partij: Isabelle Van Beers (Sint-Stevens-Woluwe, België) (vertegenwoordigers: S. Orlandi, A. Coolen, J.-N. Louis en E. Marchal, advocaten)

    Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

    Conclusies

    nietigverklaring van het besluit van het tot aanstelling bevoegd gezag (TABG) tot afwijzing van verzoeksters sollicitatie in het kader van de certificeringronde 2006;

    vaststelling van de onwettigheid van artikel 4, lid 2, van de algemene uitvoeringsbepalingen (hierna: „DGE”) van artikel 45 bis van het Ambtenarenstatuut (hierna: „Statuut”), voor zover dit tot gevolg heeft dat geen rekening wordt gehouden met het werkelijk niveau van de door een kandidaat voor certificering uitgeoefende taken, dan wel na 30 april 2006 nog steeds onderscheid wordt gemaakt tussen de oude categorieën C* en B*;

    verwijzing van de verwerende partij in de kosten van de procedure.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Verzoekster, ambtenaar van de Commissie van de rang AST 6, heeft gesolliciteerd in het kader van de certificeringronde 2006. Op 29 maart 2007 bevestigde het TABG na bezwaar van verzoekster definitief zijn besluit van 22 februari 2007 om haar sollicitatie niet in aanmerking te nemen in het kader van de certificeringronde 2006.

    Tot staving van haar beroep voert verzoekster allereerst een kennelijk onjuiste beoordeling aan.

    Voorts beroept zij zich op de onwettigheid van artikel 4, lid 2, DGE en van artikel 45 bis van het Statuut.

    Meer bepaald beroept zij zich op schending van de beginselen van gelijke behandeling, non-discriminatie en evenredigheid alsmede op schending van de beginselen van behoorlijk bestuur, recht op ontwikkeling van loopbaan en bescherming van gewettigd vertrouwen.


    Top