This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62008TA0246
Joined Cases T-246/08 and T-332/08: Judgment of the Court of First Instance of 9 July 2009 — Melli Bank v Council (Common foreign and security policy — Restrictive measures against the Islamic Republic of Iran to prevent nuclear proliferation — Freezing of funds — Actions for annulment — Judicial review — Proportionality — Equal treatment — Obligation to state reasons — Plea of illegality — Article 7(2)(d) of Regulation (EC) No 423/2007)
Gevoegde zaken T-246/08 en T-332/08: Arrest van het Gerecht van eerste aanleg van 9 juli 2009 — Melli Bank/Raad (Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid — Beperkende maatregelen ten aanzien van Islamitische Republiek Iran ter voorkoming van nucleaire proliferatie — Bevriezing van tegoeden — Beroep tot nietigverklaring — Rechterlijke toetsing — Evenredigheid — Gelijke behandeling — Motiveringsplicht — Exceptie van onwettigheid — Artikel 7, lid 2, sub d, van verordening (EG) nr. 423/2007)
Gevoegde zaken T-246/08 en T-332/08: Arrest van het Gerecht van eerste aanleg van 9 juli 2009 — Melli Bank/Raad (Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid — Beperkende maatregelen ten aanzien van Islamitische Republiek Iran ter voorkoming van nucleaire proliferatie — Bevriezing van tegoeden — Beroep tot nietigverklaring — Rechterlijke toetsing — Evenredigheid — Gelijke behandeling — Motiveringsplicht — Exceptie van onwettigheid — Artikel 7, lid 2, sub d, van verordening (EG) nr. 423/2007)
PB C 205 van 29.8.2009, p. 37–37
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
29.8.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 205/37 |
Arrest van het Gerecht van eerste aanleg van 9 juli 2009 — Melli Bank/Raad
(Gevoegde zaken T-246/08 en T-332/08) (1)
(Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid - Beperkende maatregelen ten aanzien van Islamitische Republiek Iran ter voorkoming van nucleaire proliferatie - Bevriezing van tegoeden - Beroep tot nietigverklaring - Rechterlijke toetsing - Evenredigheid - Gelijke behandeling - Motiveringsplicht - Exceptie van onwettigheid - Artikel 7, lid 2, sub d, van verordening (EG) nr. 423/2007)
2009/C 205/67
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: Melli Bank plc (Londen, Verenigd Koninkrijk) (vertegenwoordigers: aanvankelijk R. Gordon, QC, J. Stratford en M. Hoskins, barristers, R. Gwynne en T. Din, solicitors, vervolgens D. Anderson, QC, M. Hoskins, S. Gadhia, D. Murray en M. Din, solicitors)
Verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: M. Bishop en E. Finnegan, gemachtigden)
Interveniënten aan de zijde van verwerende partij: Franse Republiek (vertegenwoordigers: G. de Bergues, E. Belliard en L. Butel, gemachtigden); Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (vertegenwoordigers: V. Jackson, gemachtigde, bijgestaan door S. Lee, barrister); en Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: S. Boelaert en P. Aalto, gemachtigden)
Voorwerp
In de zaken T-246/08 en T-332/08 nietigverklaring van punt 4 van tabel B van de bijlage bij besluit 2008/475/EG van de Raad van 23 juni 2008 houdende uitvoering van artikel 7, lid 2, van verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (PB L 163, blz. 29) voor zover betrekking hebbende op Melli Bank, en in zaak T-332/08 eventueel een verklaring van niet-toepasselijkheid van artikel 7, lid 2, sub d, van verordening (EG) nr. 423/2007 van de Raad van 19 april 2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (PB L 103, blz. 1).
Dictum
1) |
De beroepen worden verworpen. |
2) |
Melli Bank plc draagt naast haar eigen kosten de door de Raad van de Europese Unie gemaakte kosten, de kosten van de kortgedingprocedures daaronder begrepen. |
3) |
Het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, de Franse Republiek en de Commissie van de Europese Gemeenschappen dragen hun eigen kosten, de kosten van de kortgedingprocedures daaronder begrepen. |