Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32008L0030

Richtlijn 2008/30/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 tot wijziging van Richtlijn 2006/43/EG betreffende de wettelijke controles van jaarrekeningen en geconsolideerde jaarrekeningen, wat de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden betreft (Voor de EER relevante tekst)

PB L 81 van 20.3.2008, p. 53–56 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2008/30/oj

20.3.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 81/53


RICHTLIJN 2008/30/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 11 maart 2008

tot wijziging van Richtlijn 2006/43/EG betreffende de wettelijke controles van jaarrekeningen en geconsolideerde jaarrekeningen, wat de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden betreft

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 44, lid 2, onder g),

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (2),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad (3) bepaalt dat een aantal maatregelen dient te worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (4).

(2)

Besluit 1999/468/EG is gewijzigd bij Besluit 2006/512/EG, waardoor de regelgevingsprocedure met toetsing is ingevoerd voor de aanneming van maatregelen van algemene strekking tot wijziging van niet essentiële onderdelen van een volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag aangenomen basisbesluit, onder meer door sommige van deze niet essentiële onderdelen te schrappen of door het besluit aan te vullen met nieuwe niet-essentiële onderdelen.

(3)

Opdat de regelgevingsprocedure met toetsing kan worden toegepast op op grond van de procedure van artikel 251 van het Verdrag vastgestelde, reeds geldende besluiten, moeten, overeenkomstig de verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (5) betreffende Besluit 2006/512/EG, deze besluiten volgens de geldende procedures worden aangepast.

(4)

De Commissie moet tevens de bevoegdheid worden gegeven om de voor de uitvoering van Richtlijn 2006/43/EG vereiste maatregelen aan te nemen teneinde met name het vertrouwen in de controlefunctie te verzekeren, de uniforme toepassing van vereisten inzake beroepsethiek, kwaliteitsborgingsstelsels, onafhankelijkheid en objectiviteit te garanderen, de lijst van vakgebieden waarop de toetsing van de theoretische kennis van auditors betrekking heeft, aan te passen, internationale controlestandaarden en een gemeenschappelijke standaard voor controleverklaringen voor jaarrekeningen of geconsolideerde jaarrekeningen in te voeren, vast te stellen, en de uitzonderingsgevallen te omschrijven waarin documenten rechtstreeks mogen worden overgedragen naar derde landen. Daar het maatregelen van algemene strekking betreft tot wijziging van niet essentiële onderdelen van Richtlijn 2006/43/EG, onder meer door haar aan te vullen met nieuwe niet essentiële onderdelen, moeten zij worden vastgesteld volgens de in artikel 5 bis van Besluit 1999/468/EG bepaalde regelgevingsprocedure met toetsing.

(5)

Overeenkomstig Richtlijn 2006/43/EG zijn de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden beperkt in de tijd. In hun verklaring betreffende Besluit 2006/512/EG hebben het Europees Parlement, de Raad en de Commissie gesteld dat Besluit 2006/512/EG een bevredigende horizontale oplossing biedt voor het verzoek van het Europees Parlement de uitvoering van de volgens de medebeslissingsprocedure aangenomen besluiten te toetsen en dat aan de Commissie derhalve uitvoeringsbevoegdheden van onbeperkte duur moeten worden verleend. Het Europees Parlement en de Raad hebben ook verklaard erop te zullen toezien dat de voorstellen tot intrekking van bepalingen van besluiten die voorzien in een beperking in de tijd van de delegatie van de uitvoeringsbevoegdheden aan de Commissie met de grootste spoed worden aangenomen. Als gevolg van de invoering van de regelgevingsprocedure met toetsing moet de bepaling van Richtlijn 2006/43/EG waarin een dergelijke beperking in de tijd is opgenomen, worden geschrapt.

(6)

De Commissie dient op gezette tijden de werking te controleren van de bepalingen betreffende de aan haar verleende uitvoeringsbevoegdheden, teneinde het Europees Parlement en de Raad in staat te stellen na te gaan of de reikwijdte van deze bevoegdheden en de aan de Commissie opgelegde procedurele vereisten adequaat zijn en borg staan voor doelmatigheid en democratische verantwoording.

(7)

Derhalve dient Richtlijn 2006/43/EG dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

(8)

Daar de bij deze richtlijn aan Richtlijn 2006/43/EG aangebrachte wijzigingen van technische aard zijn en alleen betrekking hebben op de comitéprocedure, dienen zij niet te worden omgezet door de lidstaten. Het is derhalve niet nodig daartoe bepalingen vast te stellen,

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijzigingen

Richtlijn 2006/43/EG wordt als volgt gewijzigd:

1.

Artikel 8, lid 3, wordt als volgt gewijzigd:

a)

de woorden „volgens de procedure van artikel 48, lid 2,” worden geschrapt;

b)

de volgende zin wordt toegevoegd:

„Deze maatregelen, die niet essentiële onderdelen van deze richtlijn beogen te wijzigen, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

2.

Artikel 21, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:

a)

de woorden „volgens de procedure van artikel 48, lid 2,” worden geschrapt;

b)

de volgende zin wordt toegevoegd:

„Deze maatregelen, die niet essentiële onderdelen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

3.

Artikel 22, lid 4, wordt als volgt gewijzigd:

a)

de woorden „volgens de procedure van artikel 48, lid 2,” worden geschrapt;

b)

de volgende alinea wordt toegevoegd:

„De in de eerste alinea bedoelde maatregelen, die niet essentiële onderdelen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

4.

Artikel 26 wordt als volgt gewijzigd:

a)

in lid 1 worden de woorden „volgens de procedure van artikel 48, lid 2” vervangen door de woorden „volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing”;

b)

lid 2 wordt als volgt gewijzigd:

i)

de woorden „volgens de in artikel 48, lid 2, vermelde procedure” worden geschrapt;

ii)

de volgende alinea wordt toegevoegd:

„De in de eerste alinea bedoelde maatregelen, die niet essentiële onderdelen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

5.

Artikel 28, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:

a)

de woorden „volgens de procedure van artikel 48, lid 2, van deze richtlijn” worden geschrapt;

b)

de volgende zin wordt toegevoegd:

„Deze maatregelen, die niet essentiële onderdelen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

6.

Artikel 29, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:

a)

de woorden „volgens de procedure van artikel 48, lid 2,” worden geschrapt;

b)

de volgende zin wordt toegevoegd:

„Deze maatregelen, die niet essentiële onderdelen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

7.

Artikel 36, lid 7, wordt als volgt gewijzigd:

a)

de zinsnede: „Volgens de procedure van artikel 48, lid 2, kan de Commissie met het oog op het vergemakkelijken van de samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten, uitvoeringsmaatregelen vaststellen voor ...” wordt vervangen door „Met het oog op het vergemakkelijken van de samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten, kan de Commissie uitvoeringsmaatregelen vaststellen voor …”;

b)

de volgende zin wordt toegevoegd:

„Deze maatregelen, die niet essentiële onderdelen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

8.

Artikel 45, lid 6, wordt vervangen door:

„6.   Teneinde uniforme toepassing van lid 5, onder d), van dit artikel te waarborgen, wordt de daarin bedoelde gelijkwaardigheid beoordeeld door de Commissie in samenwerking met de lidstaten. De Commissie neemt ter zake een besluit volgens de regelgevingsprocedure van artikel 48, lid 2. De lidstaten kunnen de in lid 5, onder d), van dit artikel bedoelde gelijkwaardigheid beoordelen, zolang de Commissie een dergelijk besluit niet heeft genomen.

In dit verband kan de Commissie maatregelen treffen gericht op het verwezenlijken van algemene gelijkwaardigheidscriteria overeenkomstig de vereisten vastgelegd in de artikelen 22, 24, 25 en 26, die van toepassing zijn op alle derde landen en die door de lidstaten worden gebruikt voor het beoordelen van de gelijkwaardigheid op nationaal niveau. De criteria zijn niet strenger dan de vereisten vastgelegd in de artikelen 22, 24, 25 en 26. Deze maatregelen, die niet-essentiële elementen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

9.

Artikel 46, lid 2, wordt vervangen door:

„2.   Teneinde uniforme toepassing van lid 1 van dit artikel te waarborgen, wordt de daarin bedoelde gelijkwaardigheid beoordeeld door de Commissie in samenwerking met de lidstaten. De Commissie neemt ter zake een besluit volgens de regelgevingsprocedure van artikel 48, lid 2. De lidstaten kunnen de in lid 1 van dit artikel bedoelde gelijkwaardigheid beoordelen of vertrouwen op de beoordelingen van andere lidstaten, zolang de Commissie een dergelijk besluit niet heeft genomen. Indien de Commissie besluit dat niet aan de gelijkwaardigheidseis van lid 1 van dit artikel wordt voldaan, kan zij de betrokken auditors en auditorganisaties toestaan hun controleactiviteiten gedurende een passende overgangsperiode voort te zetten overeenkomstig de voorschriften van de relevante lidstaat.

In dit verband kan de Commissie maatregelen treffen gericht op het verwezenlijken van algemene gelijkwaardigheidscriteria overeenkomstig de vereisten vastgelegd in de artikelen 29, 30 en 32, die van toepassing zijn op alle derde landen en die door de lidstaten worden gebruikt voor het beoordelen van de gelijkwaardigheid op nationaal niveau. De criteria zijn niet strenger dan de vereisten vastgelegd in de artikelen 29, 30 en 32. Deze maatregelen, die niet-essentiële elementen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

10.

Artikel 47 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 3 wordt vervangen door:

„3.   Teneinde uniforme toepassing van lid 1, onder c), te waarborgen, wordt de daarin bedoelde adequaatheid beoordeeld door de Commissie in samenwerking met de lidstaten. De Commissie neemt ter zake een besluit volgens de regelgevingsprocedure van artikel 48, lid 2. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om zich naar het besluit van de Commissie te voegen.

Deze toetsing van de adequaatheid geschiedt op basis van de criteria van artikel 36 of grotendeels gelijkwaardige functionele resultaten. Eventuele in dit verband genomen maatregelen die niet-essentiële onderdelen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen en die de samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten beogen te vergemakkelijken, worden vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”;

b)

lid 5 wordt vervangen door:

i)

de woorden „volgens de procedure van artikel 48, lid 2,” worden geschrapt;

ii)

de volgende zin wordt toegevoegd:

„Deze maatregel, die niet essentiële onderdelen van deze richtlijn beoogt te wijzigen door haar aan te vullen, wordt vastgesteld volgens de in artikel 48, lid 2 bis bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.”.

11.

Artikel 48 wordt als volgt gewijzigd:

a)

het volgende lid wordt ingevoegd:

„2 bis.   Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn artikel 5 bis, leden 1 tot en met 4, en artikel 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.”;

b)

de leden 3 en 4 worden vervangen door:

„3.   Uiterlijk op 31 december 2010, en vervolgens ten minste om de drie jaar, toetst de Commissie de bepalingen betreffende haar uitvoeringsbevoegdheden en dient zij bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de werking van deze bevoegdheden. In dit verslag wordt met name onderzocht of het noodzakelijk is dat de Commissie op deze richtlijn wijzigingen voorstelt, teneinde een passende reikwijdte van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden te waarborgen. De conclusie volgens welke een wijziging al dan niet noodzakelijk is, wordt nader gemotiveerd. Indien noodzakelijk gaat het verslag vergezeld van een wetgevingsvoorstel tot wijziging van de bepalingen die aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden verlenen.”.

Artikel 2

Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 3

Adressaten

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Straatsburg, 11 maart 2008.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

H.-G. PÖTTERING

Voor de Raad

De voorzitter

J. LENARČIČ


(1)  PB C 161 van 13.7.2007, blz. 45.

(2)  Advies van het Europees Parlement van 14 november 2007 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 3 maart 2008.

(3)  PB L 157 van 9.6.2006, blz. 87.

(4)  PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23. Besluit gewijzigd bij Besluit 2006/512/EG (PB L 200 van 22.7.2006, blz. 11).

(5)  PB C 255 van 21.10.2006, blz. 1.


Top