EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2007/223/34

Zaak F-20/07: Beroep ingesteld op 27 juni 2007 — Marcuccio/Commissie

PB C 223 van 22.9.2007, p. 19–19 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

22.9.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 223/19


Beroep ingesteld op 27 juni 2007 — Marcuccio/Commissie

(Zaak F-20/07)

(2007/C 223/34)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoekende partij: Luigi Marcuccio (Tricase, Italië) (vertegenwoordiger: G. Cipressa, advocaat)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

voor zover nodig, nietigverklaring van het besluit houdende afwijzing van het op 4 april 2006 verzonden verzoek van 31 maart 2006, voor zover dat besluit het verzoek betreft om bij de vaststelling en de daarmee verband houdende betaling van de vergoeding voor een onderzoek dat op 28 september 2005 heeft plaatsgevonden, toepassing te geven aan artikel XV, punt 4, van bijlage I bij de Regeling voor de verzekering van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen tegen ziekten (hierna: „regeling”);

nietigverklaring van het besluit waarbij het verzoek van 31 maart 2006 is afgewezen;

voor zover nodig, nietigverklaring van berekening nr. 58, lijst nr. 30001052 van 24 mei 2006;

voor zover nodig, nietigverklaring van mededeling ADMIN.B.2/MB/nb D(06) 27556 van 30 november 2006, waarin onder meer is opgenomen het besluit van het tot aanstelling bevoegd gezag in antwoord op de klacht van 7 augustus 2006 met in wezen hetzelfde voorwerp als dat van het onderhavige beroep;

veroordeling van de verwerende partij tot betaling aan verzoeker, ter vergoeding van 100 % van verzoekers medische kosten waarvan hij de gemeenschappelijke regeling bij het verzoek van 31 maart 2006 om vergoeding heeft gevraagd, van het verschil tussen het door verzoeker betaalde bedrag van 720,45 EUR en het hem vergoede bedrag van 396,36 EUR, dan wel een lager bedrag dat het Gerecht uit dien hoofde gerechtvaardigd en billijk acht, vermeerderd met een jaarlijkse rente van 10 % vanaf 8 april 2006 en met jaarlijkse kapitalisatie, dan wel de rentevoet met kapitalisatie en de dies a quo die het Gerecht gerechtvaardigd acht;

voor zover nodig, veroordeling van de verwerende partij tot betaling aan verzoeker van hetgeen hem verschuldigd is en hem niet is betaald, in de zin van artikel XV, punt 4, van bijlage I bij de regeling, voor het onderzoek op 28 september 2005, vermeerderd met een jaarlijkse rente van 10 % vanaf 4 april 2006 en met jaarlijkse kapitalisatie, dan wel de rentevoet met kapitalisatie en de dies a quo die het Gerecht gerechtvaardigd acht;

verwijzing van de verwerende partij in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Het beroep richt zich tegen de weigering van de verwerende partij om verzoeker 100 % vergoeding te geven van de door hem gemaakte ziektekosten en bij de vaststelling van de vergoeding voor een medisch onderzoek op 28 september 2005 toepassing te geven aan artikel XV, punt 4, van bijlage I bij de Regeling voor de verzekering van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen tegen ziekten.

Tot staving van zijn beroep voert verzoeker de drie volgende middelen aan:

1)

volledig ontbreken van motivering, mede wegens het ontoereikende onderzoek, aangezien niet valt in te zien waarom de verwerende partij verzoeker die vergoeding heeft geweigerd;

2)

kennelijk onjuiste beoordeling en schending van de regeling, aangezien verzoekers ziekte zodanig is dat hij in de zin van artikel 72 van het Ambtenarenstatuut recht heeft op 100 % vergoeding van de medische kosten;

3)

schending van de zorgplicht en van het beginsel van behoorlijk bestuur, daar de verwerende partij geen rekening heeft gehouden met verzoekers belangen en zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere zeer onrechtmatige handelingen en daarmee verband houdende feiten.


Top