Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62018TN0242

    Zaak T-242/18: Beroep ingesteld op 18 april 2018 — VV / Commissie

    PB C 231 van 2.7.2018, p. 30–31 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    201806150741955322018/C 231/382422018TC23120180702NL01NLINFO_JUDICIAL20180418303121

    Zaak T-242/18: Beroep ingesteld op 18 april 2018 — VV / Commissie

    Top

    C2312018NL3010120180418NL0038301312

    Beroep ingesteld op 18 april 2018 — VV / Commissie

    (Zaak T-242/18)

    2018/C 231/38Procestaal: Frans

    Partijen

    Verzoekende partij: VV (vertegenwoordiger: F. Moyse, advocaat)

    Verwerende partij: Europese Commissie

    Conclusies

    De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

    het besluit van 19 juni 2017 en, voor zover nodig, het besluit tot afwijzing van verzoekers klacht van 18 januari 2018 nietig te verklaren;

    de verwerende partij te verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Met het onderhavige beroep vraagt de verzoekende partij om nietigverklaring van het besluit van de jury van algemeen vergelijkend onderzoek EPSO/AD/322/16 — Administrateurs op het vakgebied audit (AD 5/AD 7) (PB 2016, C 171A, blz. 1) om haar niet toe te laten tot het vergelijkend onderzoek, aangezien zij niet heeft aangetoond in het bezit te zijn van een universitair diploma waaruit een opleiding van ten minste drie jaar blijkt op de gebieden zoals aangegeven in de aankondiging van dat vergelijkend onderzoek.

    Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij twee middelen aan.

    1.

    Eerste middel, ontleend aan ontoereikende motivering van het bestreden besluit.

    2.

    Tweede middel, ontleend aan kennelijke beoordelingsfouten van de jury bij de beoordeling van de informatie op het sollicitatieformulier van de verzoekende partij. De jury heeft de aankondiging van het vergelijkend onderzoek miskend door zich op het standpunt te stellen dat zij niet over een opleidingsniveau beschikte dat overeenkwam met een volledige universitaire studie van ten minste drie jaar, afgesloten met een diploma, dat nodig is voor toelating tot het vergelijkend onderzoek.

    Top