EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52009DP0354

Wijziging van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 Resolutie van het Europees Parlement van 6 mei 2009 over het gewijzigd voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer ten aanzien van het meerjarig financieel kader (2007-2013) (COM(2009)0171 – C6-0508/2008 – 2008/2332(ACI))
BIJLAGE

PB C 212E van 5.8.2010, p. 3–5 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

5.8.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 212/3


Woensdag, 6 mei 2009
Wijziging van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006

P6_TA(2009)0354

Resolutie van het Europees Parlement van 6 mei 2009 over het gewijzigd voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer ten aanzien van het meerjarig financieel kader (2007-2013) (COM(2009)0171 – C6-0508/2008 – 2008/2332(ACI))

2010/C 212 E/02

Het Europees Parlement,

gezien het gewijzigd voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2009)0171),

gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (1) (IIA van 17 mei 2006), en met name op punten 21, 22 en 23 daarvan,

onder verwijzing naar zijn resolutie van 25 maart 2009 over de tussentijdse herziening van het financiële kader 2007-2013 (2) en zijn resolutie van 10 maart 2009 over de richtsnoeren voor de begrotingsprocedure 2010 (3),

gezien de conclusies van de trialoog van 2 april 2009,

gezien het verslag van de Begrotingscommissie (A6-0278/2009),

1.

hecht zijn goedkeuring aan de conclusies van de trialoog van 2 april 2009;

2.

legt er de nadruk op dat de overeenkomst die is bereikt over de herziening van het meerjarig financieel kader het resultaat is van een geslaagde interinstitutionele samenwerking als reactie op de financiële en economische crisis in de lidstaten, door de bevordering van solidariteit op het vlak van energiebronnen, de bevordering van breedbandinternet in plattelandsgebieden en steun voor de landbouwsector;

3.

herhaalt dat het Parlement met deze overeenkomst, in zijn dubbele hoedanigheid van wetgever en begrotingsautoriteit, zijn bestaande prioriteiten heeft beschermd, zoals het geval was tijdens de begrotingsprocedure 2008, toen een overeenkomst over de financiering van Galileo werd bereikt;

4.

stemt in met het politieke compromis om een compensatiemechanisme in te voeren, gepland voor de begrotingsprocedure 2010 en, enkel indien nodig, voor de begrotingsprocedure 2011; herhaalt dat het compensatiemechanisme, zoals is aangegeven in de door het Europees Parlement, de Raad en de Commissie op 2 april 2009 tijdens de trialoog aangenomen gemeenschappelijke verklaring, de financiële middelen voor de programma's waarvoor de medebeslissingsprocedure geldt en de jaarlijkse begrotingsprocedure onverlet laat en dat het zal worden gefinancierd door alle in het rechtskader van de begroting opgenomen begrotingsmiddelen te benutten;

5.

herhaalt dat tekorten en overschotten nog steeds onopgelost zijn met de uitkomst van de onderhandelingen over het IIA van 17 mei 2006 en dat deze tekorten moeten worden aangepakt bij de tussentijdse herziening 2008-2009, zoals is vastgelegd in verklaring nr. 3 van het IIA van 17 mei 2006, alsook tijdens de jaarlijkse begrotingsprocedures, indien mogelijk door middel van meer flexibiliteit en in ieder geval door gebruik te maken van alle middelen waarin het IIA van 17 mei 2006 voorziet; herhaalt dat de Commissie, zoals het Parlement heeft aangegeven in zijn eenzijdige verklaring tijdens de trialoog van 2 april 2009, bij de tussentijdse herziening rekening moet houden met de beginselen die zijn vastgelegd in de op 25 maart 2009 door het Parlement aangenomen resolutie;

6.

waarschuwt tegen het regelmatige gebruik van marges onder rubriek 2 om andere rubrieken te financieren, aangezien dit de belangen van de landbouwsector in gevaar kan brengen, ingeval van onverwachte dalingen van de marktprijzen;

7.

betreurt dat de overeenkomst met de Raad slechts twee maanden voor het einde van de zittingsperiode werd bereikt, waardoor er minder ruimte overbleef voor onderhandelingen, en betreurt dat de instellingen hierdoor onder druk kwamen te staan, hoewel dit gebeurde in de gebruikelijke sfeer van loyale samenwerking;

8.

hecht zijn goedkeuring aan het bij deze resolutie gevoegde besluit;

9.

verzoekt zijn Voorzitter dit besluit samen met de voorzitter van de Raad te ondertekenen en zorg te dragen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie;

10.

verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie, met inbegrip van de bijlage, te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


(1)  PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.

(2)  Aangenomen teksten, P6_TA(2009)0174.

(3)  Aangenomen teksten, P6_TA(2009)0095 en 0096.


Woensdag, 6 mei 2009
BIJLAGE

Woensdag, 6 mei 2009
BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 6 mei 2009

tot wijziging van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer ten aanzien van het meerjarig financieel kader (2007-2013)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (1), en met name op punt 21, de eerste en tweede alinea van punt 22, en punt 23 daarvan,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op de trialoogbijeenkomst van 2 april 2009 hebben het Europees Parlement, de Raad en de Commissie overeenstemming bereikt over de financiering, in het kader van het Europees economisch herstelplan voor de modernisering van infrastructuur en energiesolidariteit, van projecten op het gebied van energie en breedbandinternet, alsook voor de intensivering van de maatregelen die betrekking hebben op de „nieuwe uitdagingen” die in het kader van de evaluatie van de tussentijdse hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid van 2003 (de zogeheten „check-up”) zijn vastgesteld. Voor de financiering is als eerste stap een herziening vereist van het meerjarig financieel kader 2007-2013 overeenkomstig de punten 21, 22 en 23 van het Interinstitutioneel Akkoord, om voor het jaar 2009 het maximum voor vastleggingskredieten onder subrubriek 1a te verhogen met een bedrag van 2 000 000 000 EUR in huidige prijzen.

(2)

De stijging van het maximum voor subrubriek 1a wordt volledig gecompenseerd door het maximum voor vastleggingskredieten onder rubriek 2 voor 2009 met 2 000 000 000 EUR te verlagen.

(3)

Om een goede verhouding tussen vastleggingen en betalingen te handhaven, worden de jaarlijkse maxima voor betalingskredieten aangepast. De aanpassing zal neutraal zijn.

(4)

Bijlage I bij het Interinstitutioneel Akkoord betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer moet dan ook als volgt worden gewijzigd (2),

BESLUITEN:

Enig artikel

Bijlage I bij het Interinstitutioneel Akkoord betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer wordt vervangen door de bijlage bij onderhavig besluit.

Gedaan te Straatsburg, 6 mei 2009.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

Voor de Raad

De voorzitter

Woensdag, 6 mei 2009
BIJLAGE

FINANCIEEL KADER 2007-2013, HERZIEN IN VERBAND MET HET EUROPEES ECONOMISCH HERSTELPLAN (IN CONSTANTE PRIJZEN VAN 2004)

(in miljoen EUR – constante prijzen van 2004)

VASTLEGGINGSKREDIETEN

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

Totaal

2007-2013

1.

Duurzame groei

50 865

53 262

55 883

54 860

55 400

56 866

58 256

385 392

1a

Concurrentiekracht ter bevordering van groei en werkgelegenheid

8 404

9 595

12 021

11 000

11 306

12 122

12 914

77 362

1b

Cohesie ter bevordering van groei en werkgelegenheid

42 461

43 667

43 862

43 860

44 094

44 744

45 342

308 030

2.

Instandhouding en beheer van natuurlijke hulpbronnen

51 962

54 685

52 205

53 379

52 528

51 901

51 284

367 944

waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betaling

43 120

42 697

42 279

41 864

41 453

41 047

40 645

293 105

3.

Burgerschap, vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid

1 199

1 258

1 380

1 503

1 645

1 797

1 988

10 770

3a

Vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid

600

690

790

910

1 050

1 200

1 390

6 630

3b

Burgerschap

599

568

590

593

595

597

598

4 140

4.

De EU als mondiale partner

6 199

6 469

6 739

7 009

7 339

7 679

8 029

49 463

5.

Administratie  (3)

6 633

6 818

6 973

7 111

7 255

7 400

7 610

49 800

6.

Compensaties

419

191

190

0

0

0

0

800

TOTAAL VASTLEGGINGSKREDIETEN

117 277

122 683

123 370

123 862

124 167

125 643

127 167

864 169

als percentage van het bni

1,08 %

1,09 %

1,07 %

1,05 %

1,03 %

1,02 %

1,01 %

1,048 %

TOTAAL BETALINGSKREDIETEN

115 142

119 805

110 439

119 126

116 552

120 145

119 391

820 600

als percentage van het bni

1,06 %

1,06 %

0,96 %

1,01 %

0,97 %

0,98 %

0,95 %

1,00 %

Beschikbare marge

0,18 %

0,18 %

0,28 %

0,23 %

0,27 %

0,26 %

0,29 %

0,24 %

Maximum van de eigen middelen als percentage van het bni

1,24 %

1,24 %

1,24 %

1,24 %

1,24 %

1,24 %

1,24 %

1,24 %


(1)  PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.

(2)  Te dien einde zijn uit bovenstaande overeenkomst resulterende cijfers omgerekend naar het prijsniveau van 2004.

(3)  De pensioenuitgaven die onder het maximum van deze rubriek vallen, zijn berekend zonder de bijdragen van het personeel in de relevante regeling, binnen de grens van 500 miljoen EUR tegen de prijzen van 2004 voor de periode 2007-2013.


Top