EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52012IP0221

De situatie in Oekraïne, de zaak Joelia Timosjenko Resolutie van het Europees Parlement van 24 mei 2012 over Oekraïne (2012/2658(RSP))

OJ C 264E, 13.9.2013, p. 51–54 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

13.9.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 264/51


Donderdag 24 mei 2012
De situatie in Oekraïne, de zaak Joelia Timosjenko

P7_TA(2012)0221

Resolutie van het Europees Parlement van 24 mei 2012 over Oekraïne (2012/2658(RSP))

2013/C 264 E/08

Het Europees Parlement,

gezien zijn eerdere resoluties over Oekraïne, met name de resoluties van 9 juni 2011 (1), 27 oktober 2011 (2) en 1 december 2011 (3),

gezien de resolutie van de Parlementaire Vergadering EURONEST van 3 april 2012 over de situatie van Julia Timosjenko,

gezien de verklaring die hoge vertegenwoordiger Catherine Ashton op 26 april 2012 heeft afgelegd over de situatie van Julia Timosjenko,

gezien de verklaring die Androulla Vassiliou, Europees commissaris voor sport, op 4 mei 2012 heeft afgelegd over EURO 2012,

gezien het feit dat de Poolse president Bronislaw Komorowski op 9 mei 2012 heeft verklaard dat het Europees kampioenschap voetbal 2012 moet doorgaan,

gezien het voortgangsverslag betreffende de uitvoering van het Europees nabuurschapsbeleid in Oekraïne, dat op 15 mei 2012 gepubliceerd is (4),

gezien de conclusies van de Samenwerkingsraad EU-Oekraïne van 15 mei 2012,

gezien de gezamenlijke verklaring van de topontmoeting van het Oostelijk Partnerschap op 7 mei 2009 in Praag,

gezien de afronding van de onderhandelingen tussen de EU en Oekraïne over de associatieovereenkomst, inclusief de onderhandelingen over een diepgaande en uitgebreide vrijhandelszone en de parafering van deze overeenkomst,

gezien de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne, die op 1 maart 1998 in werking is getreden (5), en de lopende onderhandelingen over een associatieovereenkomst die in de plaats moet komen van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst,

gezien artikel 110, leden 2 en 4, van zijn Reglement,

A.

overwegende dat Oekraïne voor de EU een land van strategisch belang is; dat Oekraïne vanwege zijn omvang, zijn hulpbronnen, zijn bevolking en zijn ligging een bijzondere positie in Europa inneemt waarmee het land een belangrijke regionale speler is die een aanzienlijke invloed uitoefent op de veiligheid, de stabiliteit en het welzijn van het gehele continent, en dat het daarom zijn deel van zijn politieke verantwoordelijkheid zou moeten dragen;

B.

overwegende dat een goede mensenrechtensituatie, eerbiediging van de burgerlijke vrijheden en de grondrechten, de rechtsstaat met eerlijke, onpartijdige en onafhankelijke juridische procedures en de nadruk op interne hervormingen in Oekraïne voorwaarden zijn voor de verdere ontwikkeling van de betrekkingen tussen de EU en Oekraïne;

C.

overwegende dat de ondertekening van een associatieovereenkomst EU-Oekraïne, met inbegrip van een diepgaande en uitgebreide vrijhandelsruimte, een belangrijk element zal zijn van het Europees perspectief voor Oekraïne; dat naarmate Oekraïne meer gemeenschappelijke waarden met de EU deelt en naarmate het land meer hervormingen doorvoert in de geest van deze overeenkomst, de relaties van Oekraïne met de EU geleidelijk aan zullen verdiepen; dat het ook voor de EU van groot belang is om de ruimte van rechtsstatelijkheid en welvaart uit te breiden aan haar oostelijke grens, waarvan een groot deel gevormd wordt door de grens met Oekraïne;

D.

overwegende dat een omvattende hervorming van onderdelen van het gerechtelijk apparaat en maatregelen ter eerbiediging van de rechtsstaat bij strafrechtelijke onderzoeken en vervolgingen, met inbegrip van het beginsel van eerlijke, onpartijdige en onafhankelijke gerechtelijke procedures, nog niet in Oekraïne zijn doorgevoerd; dat deze hervormingen moeten worden voortgezet in nauwe samenwerking met de Commissie van Venetië; dat er op 26 juni 2012 een uitspraak wordt verwacht over het cassatieberoep in de zaak Timosjenko dient tegen het arrest van de districtsrechtbank van Pechersk in Kiev;

E.

overwegende dat de veroordeling op 11 oktober 2011 van oud-premier van Oekraïne Julia Timosjenko tot zeven jaar hechtenis en de processen tegen andere hoge functionarissen van de vorige regering in de EU onaanvaardbaar zijn en een vorm van selectieve gerechtigheid zijn; dat er ernstige tekortkomingen zijn geconstateerd met betrekking tot de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en dat hervormingen uitblijven bij alle aspecten van de gerechtelijke procedure, nl. zowel wat betreft vervolging, berechting, veroordeling, detentie als beroepsmogelijkheden;

F.

overwegende dat de EU nadruk blijft leggen op de noodzaak van eerbiediging van de rechtsstaat met een eerlijke, onpartijdige en onafhankelijke rechtspraak, waarbij de verdenking moet worden vermeden dat gerechtelijke maatregelen selectief worden aangewend; dat de EU bijzonder grote waarde hecht aan deze beginselen, met name in een land dat nauwere verdragsmatige relaties met de EU wenst aan te knopen op basis van politieke samenwerking;

G.

overwegende dat corruptie en machtsmisbruik in Oekraïne nog altijd algemeen voorkomen en dat de autoriteiten daar krachtig tegen moeten optreden door de verantwoordelijken voor de rechter te brengen; dat strafrechtelijke vervolgingen en onderzoeken onpartijdig en onafhankelijk dienen te zijn en geen politiek doel mogen dienen;

H.

overwegende dat het Deense Helsinki Comité voor Mensenrechten, dat de rechtszaak tegen Julia Timosjenko heeft gevolgd, in zijn voorlopige verslag melding maakt van fundamentele tekortkomingen in het strafrechtelijk stelsel van Oekraïne die de bescherming van de individuele mensenrechten en de rechtsstaat negatief beïnvloeden;

I.

overwegende dat het Europese perspectief voor Oekraïne gebaseerd moet zijn op een beleid van systematische en onomkeerbare hervormingen op een aantal belangrijke institutionele, politieke, economische en sociale gebieden; dat er reeds ingrijpende hervormingen zijn doorgevoerd of nog worden doorgevoerd, terwijl met andere nog een begin moet worden gemaakt; dat het kader waarin de associatieovereenkomst voorziet Oekraïne een essentieel moderniseringsinstrument zal verschaffen en een routekaart voor de aansturing van binnenlandse hervormingen, evenals een instrument voor nationale verzoening, hetgeen het land zal helpen de recente negatieve ontwikkelingen achter zich te laten, de bestaande kloven in de Oekraïense samenleving te overbruggen en het te verenigen in zijn streven naar een Europees perspectief, gebaseerd op de waarden van de democratie, de rechtsstaat, de mensenrechten en een goed bestuur;

J.

overwegende dat Oekraïne in juni samen met Polen gastland is voor het Europees kampioenschap voetbal 2012; dat tot dusver vooraanstaande Europese politici hebben aangekondigd de wedstrijden die in Oekraïne plaatshebben niet te zullen bijwonen, maar niet hebben opgeroepen tot een boycot van de wedstrijden van het Europees kampioenschap voetbal;

1.

benadrukt dat een van zijn belangrijkste doelstellingen op het gebied van het buitenlands beleid de bevordering en intensivering is van de betrekkingen met Oekraïne en de versterking van het Europese nabuurschapsbeleid, dat tot doel heeft de politieke, economische en culturele betrekkingen van de betrokken landen met de EU en haar lidstaten aan te halen; onderstreept dat voor de ondertekening en ratificatie van de associatieovereenkomst en de effectieve uitvoering ervan vereist is dat er verbetering optreedt op het gebied van de mensenrechtensituatie, met inbegrip van decriminalisering van politieke besluiten in een hervormd strafwetboek, alsook op het gebied van rechtsstatelijkheid en diepgewortelde democratie, dat een eind wordt gemaakt aan de onderdrukking van de politieke oppositie en dat er vrije, eerlijke en transparante verkiezingen worden gehouden;

2.

wijst er met nadruk op dat de bestaande problemen in de betrekkingen tussen Oekraïne en de Europese Unie alleen kunnen worden opgelost indien de Oekraïense autoriteiten duidelijk de bereidheid aan de dag leggen om de noodzakelijke hervormingen uit te voeren, met name van het juridisch en gerechtelijk apparaat, zodat de beginselen van de democratie, de eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, de rechten van minderheden en de rechtsstaat ten volle worden gerespecteerd; roept op tot actieve en effectieve ondersteuning van dit hervormingsproces door de instellingen van de Europese Unie en de Raad van Europa en zijn Commissie van Venetië;

3.

uit zijn bezorgdheid over de rechtszaken tegen voormalige en zittende hoge regeringsambtenaren, die niet zijn gevoerd in overeenstemming met de Europese normen inzake een eerlijke, onpartijdige, transparante en onafhankelijke rechtsgang; vraagt de onvoorwaardelijke onmiddellijke vrijlating van alle gevangenen die op politieke gronden zijn veroordeeld, met inbegrip van oppositieleiders;

4.

betreurt de veroordeling van oud-premier Julia Timosjenko; benadrukt dat de versterking van de rechtsstaat en een onafhankelijke rechterlijke macht, evenals het aangaan van een geloofwaardige strijd tegen corruptie niet alleen van essentieel belang zijn voor de verdieping van de betrekkingen tussen de Europese Unie en Oekraïne, maar ook voor de consolidatie van de democratie in Oekraïne;

5.

vraagt de Oekraïense autoriteiten om een onderscheid te maken tussen politieke en criminele verantwoordelijkheid en het bestaande wetboek van strafrecht/strafvordering dienovereenkomstig te wijzigen; onderstreept dat de democratische strijd voor politieke besluiten moet plaatsvinden in het parlement, met participatie van de kiezers door middel van vrije verkiezingen, en dat deze strijd niet mag worden tenietgedaan door persoonlijk of politiek geïnspireerde handelingen van strafvervolging en gemanipuleerde vonnissen in strafrechtbanken;

6.

verzoekt de Oekraïense autoriteiten om vóór de aanvang van de verkiezingscampagne duidelijkheid te scheppen over de situatie van gevangenen die op politieke gronden veroordeeld zijn;

7.

vraagt de Oekraïense autoriteiten de onpartijdigheid en de transparantie te garanderen van het cassatieproces in de zaak Timosjenko, dat in overeenstemming moet zijn met de eerlijke en rechtvaardige rechtsnormen en praktijken die in Europa worden gehanteerd, en vraagt dat een eind wordt gemaakt aan het gebruik van selectieve rechtspraak tegen politieke en andere tegenstanders; betreurt het feit dat het Oekraïense hooggerechtshof voor strafzaken en burgerlijke zaken zijn uitspraak over het cassatieberoep in de zaak Timosjenko tegen het arrest van de districtsrechtbank van Pechersk in Kiev heeft uitgesteld; neemt kennis van het uitstel van het cassatie-onderzoek in de zaak Timosjenko tot 26 juni 2012, acht dit uitstel betreurenswaardig en waarschuwt tegen verdere vertraging van de goede rechtsgang;

8.

dringt bij de Oekraïense autoriteiten aan op de volledige eerbiediging van het recht van alle gevangenen die op politieke gronden veroordeeld zijn, zoals mevrouw Timosjenko, de heer Lutsenko en de heer Ivasjenko, op adequate medische bijstand in een geschikte instelling, van hun recht op onbeperkte toegang tot hun advocaten en van het recht bezoek te ontvangen van verwanten en andere personen, zoals de ambassadeur van de EU; benadrukt dat Oekraïne ten volle de wettelijke en mensenrechten van verdachten en gedetineerden moet respecteren, onder meer het recht op medische verzorging, overeenkomstig internationale normen; veroordeelt het gebruik van geweld door gevangenisbewakers tegen Julia Timosjenko en herinnert aan de verplichting van Oekraïne om onverwijld en onpartijdig elke klacht inzake foltering of andere vormen van wrede, onmenselijke of onterende behandeling te onderzoeken;

9.

roept de Oekraïense autoriteiten op een onafhankelijk en onpartijdig internationaal juridisch panel samen te stellen dat rapport moet uitbrengen over de mogelijke schendingen van de fundamentele rechten en vrijheden in de zaken tegen Julia Timosjenko en andere leden van haar regering; is verheugd over de resultaten van de ontmoeting van de Voorzitter van het Europees Parlement, de heer Martin Schulz, met de Oekraïense premier, de heer Mikola Azarov, en verwacht dat de Oekraïense autoriteiten uitvoering zullen geven aan het overeengekomen voorstel door richtsnoeren vast te stellen voor een snelle uitvoering ervan, om te waarborgen dat, in samenwerking met en ondersteund door het medisch team van Charité, Julia Timosjenko een goede medische behandeling krijgt en dat daarnaast een juridisch onderzoek wordt verricht door een gezaghebbende deskundige uit de EU naar de beroeps- en cassatieprocedures en toekomstige rechtszaken tegen de oud-premier van Oekraïne;

10.

verwelkomt het feit dat mevrouw Timosjenko op eigen verzoek van de gevangenis van Kachanivska naar het ziekenhuis is overgebracht en neemt kennis van het recente bezoek van internationale medische experts;

11.

wijst er met klem op dat bij alle rechtszaken tegen voormalige en zittende hoge regeringsambtenaren Europese normen inzake een eerlijke, onpartijdige, transparante en onafhankelijke rechtsgang moeten worden nageleefd; veroordeelt het feit dat de Oekraïense autoriteiten nieuwe, politiek gemotiveerde zaken aanspant tegen mevrouw Timosjenko en anderen, hetgeen in strijd is met de beginselen van de rechtsstaat;

12.

uit zijn ongenoegen over de toestand van de democratische vrijheden, alsmede over het feit dat overheidsinstellingen worden gebruikt voor partijdoeleinden en politieke wraakneming;

13.

wijst op het cruciale belang van vrije, eerlijke en transparante parlementsverkiezingen in Oekraïne later dit jaar, onder meer met het recht van deelname van de leiders van de oppositie, alsook op de noodzaak van een duurzame diepgaande gehechtheid aan de democratische waarden en de rechtsstaat ook in de periode tussen verkiezingen; roept het Europees Parlement ertoe op om zelf deel te nemen aan een internationale verkiezingswaarnemingsmissie bij de komende parlementsverkiezingen;

14.

herinnert de Oekraïense autoriteiten aan de noodzaak van omvattende hervormingen die moeten worden uitgevoerd om voor Oekraïne het pad te effenen om naar de Europese normen en standaarden toe te groeien; benadrukt dat de toenadering van Oekraïne tot de EU gebaseerd moet zijn op de gehechtheid van dit land aan de waarden en vrijheden van de EU; benadrukt dat een van de hoekstenen van deze standaarden een onafhankelijk gerechtelijk apparaat moet zijn;

15.

benadrukt dat volledige naleving van de wetgeving op het gebied van de mensenrechten en invoering van de basisnormen van de OVSE de geloofwaardigheid van het Oekraïense OVSE-voorzitterschap in 2013 zouden vergroten;

16.

hoopt dat het Europees kampioenschap voetbal 2012 in Polen en Oekraïne succesvol zal verlopen, maar vraagt de Europese politici die EURO 2012-wedstrijden in Oekraïne willen bijwonen om publiekelijk te tonen dat zij zich bewust zijn van de politieke situatie in het land en te trachten politieke gevangenen te bezoeken, dan wel als privé-persoon aanwezig te zijn en niet als VIP's;

17.

verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de EDEO, de Raad, de Commissie, de lidstaten, de president, de regering en het parlement van Oekraïne en de parlementaire vergaderingen van de Raad van Europa en de OVSE.


(1)  Aangenomen teksten, P7_TA(2011)0272.

(2)  Aangenomen teksten, P7_TA(2011)0472.

(3)  Aangenomen teksten, P7_TA(2011)0545.

(4)  SWD(2012)0124.

(5)  PB L 49 van 19.2.1998, blz. 1.


Top