This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32022R0612
Regulation (EU) 2022/612 of the European Parliament and of the Council of 6 April 2022 on roaming on public mobile communications networks within the Union (recast) (Text with EEA relevance)
Verordening (EU) 2022/612 van het Europees Parlement en de Raad van 6 april 2022 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (herschikking) (Voor de EER relevante tekst)
Verordening (EU) 2022/612 van het Europees Parlement en de Raad van 6 april 2022 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (herschikking) (Voor de EER relevante tekst)
PE/86/2021/REV/1
PB L 115 van 13.4.2022, p. 1–37
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
13.4.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 115/1 |
VERORDENING (EU) 2022/612 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 6 april 2022
betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie
(herschikking)
(Voor de EER relevante tekst)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),
Na raadpleging van het Comité van de Regio’s,
Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad (3) is herhaaldelijk ingrijpend gewijzigd (4). Aangezien nieuwe wijzigingen nodig zijn, dient ter wille van de duidelijkheid tot herschikking van die verordening te worden overgegaan. |
(2) |
In het bijzonder werd bij Verordening (EU) 2015/2120 van het Europees Parlement en de Raad (5) Verordening (EU) nr. 531/2012 gewijzigd en bepaald dat retailroamingtoeslagen in de Unie met ingang van 15 juni 2017 moesten worden afgeschaft, onder voorbehoud van het redelijk gebruik van roamingdiensten en van de mogelijkheid om een houdbaarheidsafwijking toe te passen na de afschaffing van retailroamingtarieven, ook “roaming tegen thuistarief” genoemd. De Commissie voerde bovendien in overeenstemming met artikel 19 van Verordening (EU) nr. 531/2012 een evaluatie van de wholesaleroamingmarkt uit, teneinde de maatregelen te beoordelen die noodzakelijk waren om de afschaffing van de retailroamingtoeslagen mogelijk te maken. Na die beoordeling is Verordening (EU) 2017/920 van het Europees Parlement en de Raad (6) vastgesteld met als doel de werking van de nationale wholesaleroamingmarkten te reguleren teneinde retailroamingtoeslagen uiterlijk op 15 juni 2017 af te schaffen zonder de binnenlandse of de bezochte markt te verstoren. |
(3) |
Op 29 november 2019 heeft de Commissie haar eerste volledige evaluatie van de roamingmarkt gepubliceerd (het “verslag van de Commissie”), waaruit blijkt dat reizigers in de hele Unie veel profijt hebben gehad van de afschaffing van de retailroamingtoeslagen. De impact van de roamingregels van de Unie blijkt uit het feit dat het gebruik van mobiele diensten, te weten gereguleerde gespreks-, sms- of dataroamingdiensten, op reis in de Unie snel en massaal is toegenomen. In het verslag van de Commissie wordt echter geconcludeerd dat, ondanks tekenen van een zekere concurrentiedynamiek op zowel de retail- als de wholesaleroamingmarkten, de onderliggende basisvoorwaarden voor concurrentie niet zijn veranderd en dat in de nabije toekomst waarschijnlijk ook niet zullen doen. Daarom is de retail- en wholesaleregulering nog steeds noodzakelijk en moet deze niet worden ingetrokken. Uit het verslag van de Commissie is met name gebleken dat de scherpe daling van de maximumprijzen op wholesaleniveau heeft bijgedragen tot een verdere afname van de wholesaleroamingtarieven ten voordele van de netto-outbounders, dat wil zeggen exploitanten met een klantenbestand dat meer mobiele diensten op de netwerken van partnerexploitanten in andere lidstaten verbruikt dan die welke worden verbruikt door het klantenbestand van de partnerexploitanten op zijn eigen netwerk. In het verslag van de Commissie werd ook rekening gehouden met de aanbeveling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) om de tariefplafonds voor wholesaleroaming verder te verlagen. De Commissie heeft ook de noodzakelijke analyse verstrekt en aangetoond dat de tariefplafonds voor wholesaleroaming verder moeten worden verlaagd, en beoordeeld in welke mate deze plafonds moeten worden verlaagd zodat de exploitanten van bezochte netwerken de kosten voor het aanbieden van wholesaleroamingdiensten kunnen terugverdienen. In het verslag van de Commissie wordt herinnerd aan de eis van Verordening (EU) nr. 531/2012 dat de roamende klant in andere lidstaten tegen dezelfde prijs toegang heeft tot dezelfde dienst, zolang die dienst op het bezochte netwerk kan worden aangeboden. In het verslag van de Commissie wordt nota genomen van de zeer recente ontwikkeling van nieuwe methoden voor het verhandelen van wholesaleroamingverkeer, zoals via online handelsplatformen die de concurrentie op de wholesaleroamingmarkt kunnen bevorderen en het onderhandelingsproces tussen exploitanten kunnen vergemakkelijken. Tot slot wordt in het verslag opgemerkt dat de markt geen gebruik heeft gemaakt van de afzonderlijke verkoop van dataroamingdiensten. |
(4) |
Aangezien Verordening (EU) nr. 531/2012 op 30 juni 2022 verstrijkt, heeft onderhavige verordening tot doel die verordening te herschikken en tegelijkertijd nieuwe maatregelen in te voeren om de transparantie te vergroten, onder meer met betrekking tot het gebruik van roamingdiensten met toegevoegde waarde en het gebruik van roamingdiensten op niet-terrestrische openbare mobielecommunicatienetwerken, en te zorgen voor een authentieke roamingervaring tegen thuistarief wat betreft de servicekwaliteit en de toegang tot noodhulpdiensten tijdens het roamen. Deze verordening heeft een looptijd van tien jaar, tot 2032, teneinde zekerheid te bieden op de markt en de regeldruk tot een minimum te beperken. Deze verordening voorziet in een eis dat de Commissie evaluaties verricht en in 2025 en 2029 verslagen aan het Europees Parlement en de Raad voorlegt, alsook, in voorkomend geval, een wetgevingsvoorstel houdende wijziging van deze verordening indien de marktontwikkelingen dat vereisen. Wanneer de Commissie in 2025 haar eerste verslag uitbrengt, moet ze met name beoordelen of het — vanwege de snelle marktontwikkelingen en de snelle uitrol van nieuwe technologieën — geëigend is een wetgevingsvoorstel te presenteren voor het wijzigen van deze verordening. |
(5) |
De nationale regelgevende instanties of andere bevoegde instanties die verantwoordelijk zijn voor de bescherming en bevordering van de belangen van mobiele klanten die doorgaans op hun grondgebied verblijven, zijn niet in staat het gedrag te controleren van de exploitanten van het bezochte netwerk dat zich in een andere lidstaat bevindt en van wie deze klanten afhangen wanneer zij van internationale roamingdiensten gebruikmaken. Dit gebrek aan controle kan ook de doeltreffendheid verminderen van maatregelen die door afzonderlijke lidstaten worden genomen op basis van de voor hen overblijvende bevoegdheid om regels ter bescherming van de consument vast te stellen. |
(6) |
De mobiele communicatiemarkt binnen de Unie blijft gefragmenteerd, zonder mobiel netwerk dat alle lidstaten dekt. Als gevolg daarvan moeten roamingaanbieders van een aanbieder in de bezochte lidstaten wholesaleroamingdiensten afnemen of met deze aanbieder wholesaleroamingdiensten uitwisselen, wanneer zij aan hun binnen andere lidstaten reizende binnenlandse klanten mobiele communicatiediensten willen aanbieden. |
(7) |
Men kan niet spreken van een interne telecommunicatiemarkt zolang er verschillen zijn tussen binnenlandse en roamingtarieven. Daarom moeten de verschillen tussen binnenlandse en roamingtarieven worden weggewerkt om een interne markt voor mobielecommunicatiediensten te creëren. |
(8) |
Er moet een gemeenschappelijke, geharmoniseerde aanpak worden ingevoerd om ervoor te zorgen dat de gebruikers van terrestrische publieke mobielecommunicatienetwerken wanneer zij binnen de Unie reizen, geen buitensporige tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie, en tegelijkertijd de vrije concurrentie op het gebied van roamingdiensten tussen de roamingaanbieders wordt versterkt, een hoog niveau van consumentenbescherming wordt geboden en zowel prikkels voor innovatie als de keuzemogelijkheden voor de consument blijven gehandhaafd. Gezien de grensoverschrijdende aard van de betrokken diensten is een dergelijke gemeenschappelijke aanpak nodig om ervoor te zorgen dat de roamingaanbieders kunnen werken binnen één samenhangend regelgevingskader dat gebaseerd is op objectieve criteria. |
(9) |
Het wijdverbreide gebruik van mobiele toestellen waarmee verbinding met het internet kan worden gemaakt, betekent dat dataroaming economisch heel belangrijk is. Dit is relevant voor zowel gebruikers als leveranciers van toepassingen en inhoud. Om de ontwikkeling van deze markt te stimuleren mogen kosten voor dataverkeer de groei niet belemmeren, met name omdat verwacht wordt dat de ontwikkeling en het gebruik van hogesnelheidsnetwerken en -diensten van de volgende generatie gestaag zullen versnellen. |
(10) |
Richtlijnen 2002/19/EG (7), 2002/20/EG (8), 2002/21/EG (9), 2002/22/EG (10) en 2002/58/EG (11) van het Europees Parlement en de Raad hebben tot doel binnen de Unie een interne markt voor elektronische communicatie tot stand te brengen, en door meer concurrentie een hoog niveau van consumentenbescherming te bewerkstelligen. Die richtlijnen werden ingetrokken bij Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad (12) , met uitzondering van Richtlijn 2002/58/EG. Richtlijn (EU) 2018/1972 is gericht op de bevordering van investeringen in en het gebruik van netwerken met een zeer grote capaciteit in de Unie alsook op de vaststelling van nieuwe spectrumregels voor mobiele connectiviteit en 5G. Richtlijn (EU) 2018/1972 voorziet tevens dat de nationale regelgevende en andere bevoegde instanties, alsook Berec, de Commissie en de lidstaten, onder meer streven naar het verwezenlijken van de doelstellingen van het bijdragen aan de ontwikkeling van de interne markt en het bevorderen van de belangen van de burgers van de Unie. Die richtlijn waarborgt onder andere dat alle eindgebruikers toegang hebben tot betaalbare communicatie, waaronder internettoegang. De richtlijn vergroot de bescherming van de consument, verbetert de veiligheid voor gebruikers en maakt het gemakkelijker om maatregelen van regelgevende aard te treffen. |
(11) |
De retail- en wholesaleroamingmarkten hebben unieke kenmerken die buitengewone maatregelen rechtvaardigen welke verder gaan dan de mechanismen die voor het overige op grond van Richtlijn (EU) 2018/1972 beschikbaar zijn. |
(12) |
Deze verordening dient een afwijking van de anderszins op grond van Richtlijn (EU) 2018/1972 toepasselijke regels toe te staan, namelijk dat de tarieven voor dienstverlening moeten worden bepaald door commerciële overeenkomsten in de afwezigheid van aanmerkelijke marktmacht, waarbij de invoering van aanvullende verplichtingen op basis van regulering, die rekening houden met de specifieke kenmerken van roamingdiensten in de Unie, wordt vergemakkelijkt. |
(13) |
Om de roamende klanten te beschermen tegen stijgende retailtarieven voor gereguleerde roamingdiensten, te weten gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten, als gevolg van schommelingen in de referentiewisselkoers van andere munteenheden dan de euro, moet een lidstaat wiens munt niet de euro is bij het bepalen van maximale toepasselijke toeslagen in zijn munt het gemiddelde van een aantal referentiewisselkoersen gedurende een bepaalde periode toepassen. Wanneer maximumtarieven niet in euro worden uitgedrukt, moeten de toepasselijke waarden vastgesteld worden in de betrokken munteenheid door middel van toepassing van het gemiddelde van een aantal referentiewisselkoersen gedurende een bepaalde periode, die op de in deze verordening bepaalde data worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie (Publicatieblad). Indien er op de betrokken datum geen bekendmaking plaatsvindt, dienen de referentiewisselkoersen toegepast te worden die zijn bekendgemaakt in het eerste Publicatieblad volgende op die datum waarin dergelijke referentiewisselkoersen zijn opgenomen. Om de vaststelling van waarden in andere munteenheden dan de euro in overeenstemming te brengen met de regel die wordt toegepast voor communicatie binnen de EU overeenkomstig Verordening (EU) 2015/2120, moeten de maximumtarieven in andere munteenheden dan de euro worden vastgesteld door toepassing van het gemiddelde van de referentiewisselkoersen die op 15 januari, 15 februari en 15 maart van het betrokken kalenderjaar door de Europese Centrale Bank in het Publicatieblad worden bekendgemaakt. De aldus berekende maximumtarieven voor 2022 moeten van toepassing zijn vanaf de datum van inwerkingtreding van deze verordening tot en met 15 mei 2023. |
(14) |
Om de ontwikkeling van een efficiëntere, beter geïntegreerde en meer concurrerende markt voor roamingdiensten mogelijk te maken, moeten ondernemingen vrij kunnen onderhandelen over wholesaletoegang voor het aanbieden van roamingdiensten, waaronder voor intermachinale communicatie. Belemmeringen voor de toegang tot dergelijke wholesaleroamingdiensten die het gevolg zijn van de verschillende onderhandelingsposities en de verschillende mate waarin ondernemingen eigenaar zijn van de infrastructuur, moeten worden weggewerkt. Te dien einde moeten overeenkomsten inzake wholesaleroaming het beginsel van technologieneutraliteit eerbiedigen, alle exploitanten gelijke en eerlijke kansen bieden om toegang te krijgen tot alle beschikbare netwerken en technologieën, en het beginsel eerbiedigen dat te goeder trouw over dergelijke overeenkomsten wordt onderhandeld zodat de roamingaanbieder retailroamingdiensten kan aanbieden die gelijkwaardig zijn aan de diensten die hij in eigen land aanbiedt. Deze verordening legt aan roamingaanbieders niet de verplichting op overeenkomsten inzake wholesaleroaming enkel te sluiten met die partijen die over de modernste netwerken beschikken, mits voldaan wordt aan de vereisten inzake de retailservicekwaliteit als vastgelegd in deze verordening. Het moet exploitanten die toegang tot wholesaleroaming wensen, vrijstaan over overeenkomsten inzake wholesaleroaming te onderhandelen overeenkomstig hun eigen commerciële behoeften en de belangen van hun eindgebruikers. Daarom moeten roamingaanbieders gedurende de periode van transitie naar netwerken en technologieën voor mobiele communicatie van de volgende generatie geleidelijk voor toegang tot wholesaleroaming zorgen die het mogelijk maakt retailroamingdiensten in andere lidstaten aan te bieden onder gelijkwaardige contractuele voorwaarden als in hun eigen lidstaat, in overeenstemming met de doelstellingen van “roaming tegen thuistarief”. Roamingaanbieders moeten retailroamingdiensten aanbieden die gelijkwaardig zijn aan de diensten voor mobiele communicatie die zij in hun eigen lidstaat aanbieden waar sprake is van brede dekking of van een concurrerend aanbod voor toegang tot dergelijke netwerken en technologieën voor mobiele communicatie van de volgende generatie in de bezochte lidstaat, in overeenstemming met de richtsnoeren van Berec inzake de toegang tot wholesaleroaming. Exploitanten van mobiele virtuele netwerken en wederverkopers van mobielecommunicatiediensten zonder hun eigen netwerkinfrastructuur verlenen typisch roamingdiensten op basis van commerciële overeenkomsten over wholesaleroaming met exploitanten van mobiele gastnetwerken in dezelfde lidstaat. Het risico bestaat evenwel dat commerciële onderhandelingen exploitanten van mobiele virtuele netwerken en wederverkopers onvoldoende ruimte laten om de concurrentie te bevorderen door middel van lagere tarieven. Door het invoeren van wholesaleplafonds en van een verplichting om toegang te verlenen zullen deze obstakels verdwijnen en zullen de exploitanten van mobiele virtuele netwerken of wederverkopers en de exploitanten van mobiele netwerken op voet van gelijkheid kunnen onderhandelen, hetgeen de ontwikkeling van alternatieve, innovatieve en roamingdiensten en -aanbiedingen in de Unie voor klanten ten goede zou komen. Richtlijn (EU) 2018/1972 laat niet toe dat dit probleem wordt opgelost via het opleggen van verplichtingen aan exploitanten met aanzienlijke marktmacht. |
(15) |
Derhalve moet verplicht worden gesteld dat wordt voldaan aan elk redelijk verzoek om wholesaletoegang tot openbare mobielecommunicatienetwerken voor het aanbieden van roamingdiensten. Dergelijke toegang tot wholesaleroaming moet sporen met de behoeften van wie om toegang verzoekt. Eindgebruikers van diensten waarvoor moderne technologieën en retailroamingdiensten vereist zijn, moeten bij het roamen kunnen genieten van dezelfde kwaliteit als in eigen land. De verplichting wholesaletoegang voor roamingdiensten te verlenen, moet derhalve waarborgen dat toegangvragende partijen de in eigen land aangeboden retaildiensten kunnen repliceren, tenzij exploitanten van mobiele netwerken waaraan om toegang wordt verzocht, kunnen aantonen dat dit technisch niet haalbaar is. De parameters op basis waarvan de exploitant van het bezochte netwerk mobiele diensten aan zijn binnenlandse klanten aanbiedt, worden geacht technisch haalbaar te zijn. Met inachtneming van de overeenkomst inzake wholesaleroaming en onverminderd de in deze verordening vastgelegde retailverplichtingen moet de exploitant van het bezochte netwerk ervoor zorgen dat klanten die op zijn netwerk roamen geen voorwaarden worden geboden die minder gunstig zijn dan de voorwaarden die hij zijn binnenlandse klanten biedt, bijvoorbeeld wat de servicekwaliteit (zoals de beschikbare snelheid) betreft. Toegang kan alleen worden geweigerd op basis van objectieve criteria als technische haalbaarheid of de noodzaak om de integriteit van het netwerk te handhaven. De exploitant van het bezochte netwerk mag de toegang niet weigeren of beperken op basis van commerciële overwegingen op een wijze die resulteert in beperking van de verlening van concurrerende roamingdiensten. In geval van weigering van toegang moet de benadeelde partij de mogelijkheid hebben om de zaak voor te leggen voor geschillenbeslechting in overeenstemming met de in deze verordening vastgestelde procedure. Om gelijke concurrentievoorwaarden te waarborgen moet wholesaletoegang voor het aanbieden van roamingdiensten worden toegestaan overeenkomstig de in deze verordening vastgestelde regelgevende bepalingen op wholesaleniveau en rekening houdend met de verschillende kostenelementen die nodig zijn om dergelijke diensten aan te bieden. Een consistent regelgevingsbeleid inzake wholesaletoegang voor het aanbieden van roamingdiensten dient bij te dragen aan het verhelpen van distorsies tussen de lidstaten. Berec dient in overleg met de Commissie en in samenwerking met de belanghebbenden richtsnoeren op te stellen betreffende wholesaletoegang met het oog op het aanbieden van roamingdiensten. |
(16) |
De verplichting toegang tot wholesaleroaming te verlenen dient zowel het verlenen van rechtstreekse wholesaleroamingdiensten als het verlenen van roamingdiensten op wholesalebasis voor wederverkoop aan derden te omvatten. De verplichting toegang tot wholesaleroaming te verlenen dient tevens in te houden dat exploitanten van mobiele netwerken verplicht zijn om exploitanten van mobiele virtuele netwerken en wederverkopers in staat te stellen gereglementeerde wholesaleroamingdiensten te kopen van wholesaleaankoopgroeperingen die één toegangspunt en een gestandaardiseerd platform voor roamingovereenkomsten in de hele Unie aanbieden. Om ervoor te zorgen dat exploitanten roamingaanbieders, binnen een redelijke termijn, toegang verlenen tot alle faciliteiten die nodig zijn voor rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming en toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop, moet een referentieofferte worden gepubliceerd met de standaardvoorwaarden voor directe toegang tot wholesaleroaming en toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop. De bekendmaking van de referentieofferte mag geen belemmering vormen voor commerciële onderhandelingen tussen om toegang verzoekende en toegang aanbiedende partijen over het prijsniveau van de definitieve wholesaleovereenkomst of over aanvullende diensten met betrekking tot wholesaletoegang die verder gaan dan wat nodig is voor rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming en toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop. |
(17) |
De verplichting wholesaletoegang voor roamingdiensten te verlenen moet alle componenten omvatten die nodig zijn om roamingdiensten te kunnen aanbieden zoals netwerkonderdelen en bijbehorende faciliteiten; relevante programmatuursystemen waaronder operationele ondersteuningssystemen; informatiesystemen of databases voor reservering, levering, bestelling, onderhouds- en herstelverzoeken en facturering; nummervertaling of systemen met vergelijkbare functionaliteit; mobiele netwerken en virtuele netwerkdiensten. |
(18) |
Indien partijen die verzoeken om toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop, verzoeken om toegang tot faciliteiten of diensten in aanvulling op wat nodig is voor het verlenen van retailroamingdiensten, kunnen exploitanten van een mobiel netwerk billijke en redelijke prijzen voor deze faciliteiten en diensten berekenen. Deze aanvullende faciliteiten en diensten kunnen onder meer diensten met een toegevoegde waarde, aanvullende software en informatiesystemen of factureringsovereenkomsten zijn. |
(19) |
Artikel 109 van Richtlijn (EU) 2018/1972 bevat de eis dat de lidstaten ervoor moeten zorgen dat alle eindgebruikers kosteloos toegang hebben tot de noodhulpdiensten door middel van noodcommunicatie met de meest geschikte alarmcentrale. Die richtlijn bepaalt tevens dat de lidstaten ervoor moeten zorgen dat de toegang voor eindgebruikers met een beperking tot noodhulpdiensten door middel van noodcommunicatie beschikbaar is, waaronder tijdens reizen binnen de Unie, en gelijkwaardig is aan die van andere eindgebruikers. Deze toegangsmiddelen kunnen de vorm aannemen van een realtimetekstdienst of totaleconversatiedienst, zoals bedoeld in Richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad (13), of andere niet op spraak gebaseerde communicatiediensten, zoals sms, berichten- of videodiensten via noodtoepassingen, of bemiddelingsdiensten, die de lidstaten gebruiken, waarbij zij rekening houden met de vereisten van het Unierecht en met de capaciteiten en technische uitrusting van het systeem van de nationale alarmcentrale. Het gebruik van de toegangsmiddelen tot nooddiensten die beschikbaar zijn voor roamende klanten met een beperking en de doorgifte van de locatie van de oproeper moeten zo veel mogelijk worden gebaseerd op Europese normen of specificaties. Dergelijke normen moeten door de Commissie en de lidstaten in samenwerking met Europese normalisatie-instellingen en andere relevante instellingen worden bevorderd. Het is aan de lidstaten om te bepalen welk soort noodcommunicatie technisch haalbaar is om ervoor te zorgen dat roamende klanten toegang hebben tot noodhulpdiensten. Om ervoor te zorgen dat roamende klanten toegang hebben tot noodcommunicatie onder de voorwaarden van artikel 109 van Richtlijn (EU) 2018/1972, moeten exploitanten van bezochte netwerken in de voorbeeldofferte informatie verstrekken over welk soort noodcommunicatie in de bezochte lidstaat op grond van nationale maatregelen verplicht is gesteld en technisch haalbaar is voor het waarborgen van toegang voor roamende klanten. Daarnaast moeten wholesaleroamingovereenkomsten informatie bevatten over de technische parameters voor het waarborgen van de toegang tot noodhulpdiensten, ook voor roamende klanten met een beperking, en voor het doorgeven van locatiegegevens over de oproeper, met inbegrip van uit de handset afgeleide gegevens, aan de meest geschikte alarmcentrale in de bezochte lidstaat. Deze gegevens moeten de roamingaanbieder in staat stellen de noodcommunicatie en de doorgifte van de locatie van de oproeper kosteloos te bepalen en aan te bieden. |
(20) |
Bepaalde voorwaarden kunnen worden opgenomen in de referentieoffertes om ervoor te zorgen dat exploitanten van mobiele netwerken permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming kunnen voorkomen. Met name wanneer de exploitant van het bezochte netwerk gegronde redenen heeft om te oordelen dat er sprake is van permanente roaming door een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder of dat er sprake is van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, moet van de roamingaanbieder — op geaggregeerde wijze en in volledige overeenstemming met de uniale en nationale voorschriften inzake gegevensbescherming — informatie kunnen worden verlangd waaruit blijkt of een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder zich in een toestand van permanente roaming bevindt dan wel of er sprake is van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, zoals informatie over het percentage klanten met een gering binnenlands verbruik ten opzichte van het roamingverbruik. Bovendien mogen wholesaleroamingovereenkomsten alleen ter voorkoming van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming worden beëindigd indien minder strenge maatregelen niet volstonden om deze situatie aan te pakken. Voor die beëindiging moet de voorafgaande toestemming zijn verkregen van de nationale regelgevende instantie van de exploitant van het bezochte netwerk, waarbij zo veel mogelijk rekening wordt gehouden met de opinie van Berec indien het is geraadpleegd. Minder strenge maatregelen zouden kunnen bestaan uit het vaststellen van hogere wholesaletarieven, die de maximale, in deze verordening vastgelegde wholesaletarieven niet overschrijden, voor hoeveelheden die groter zijn dan een in de overeenkomst nader bepaalde hoeveelheid. Dergelijke hogere wholesaletarieven moeten vooraf worden vastgesteld, of vanaf het ogenblik waarop de exploitant van het bezochte netwerk heeft vastgesteld en aan de exploitant van het thuisnetwerk heeft meegedeeld dat, op grond van objectieve criteria, er sprake is van permanente roaming door een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder of van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming. Minder strenge maatregelen kunnen ook bestaan uit de toezegging door de exploitant van het thuisnetwerk om zijn beleid inzake redelijk gebruik dat geldt voor zijn klanten aan te passen of te herzien overeenkomstig de uitvoeringshandelingen die zijn vastgesteld krachtens deze verordening, of uit de mogelijkheid voor de exploitant van het bezochte netwerk om te verzoeken om herziening van de wholesaleroamingovereenkomst. Met het oog op transparantie moet de nationale regelgevende instantie informatie betreffende verzoeken om toestemmingen om wholesaleroamingovereenkomst te beëindigen openbaar maken, met inachtneming van de vertrouwelijkheidsvereisten inzake bedrijfsgegevens. |
(21) |
Om efficiëntere, meer geïntegreerde en meer concurrerende markten voor roamingdiensten mogelijk te maken, moeten exploitanten, wanneer zij onderhandelen over toegang tot wholesaleroaming met als doel de levering van retailroamingdiensten, over de mogelijkheid beschikken om overeenstemming te bereiken over innovatieve regelingen inzake wholesaleprijsstelling die niet rechtstreeks verband houden met daadwerkelijk gebruikte volumes, zoals vaste bedragen, voorafgaande verplichtingen of capaciteitsgebaseerde wholesaleroamingovereenkomsten, of prijsstellingsregelingen waarbij rekening wordt gehouden met de variatie van de vraag gedurende het jaar. Met inachtneming van de beperkingen voor permanente roaming als bedoeld in deze verordening is intermachinale communicatie, te weten diensten waarbij gegevens en informatie met geringe of geen enkele menselijke tussenkomst automatisch tussen toestellen of op software gebaseerde toepassingen worden uitgewisseld, niet uitgesloten van het toepassingsgebied van deze verordening of van de in deze verordening vastgelegde relevante verplichtingen inzake de toegang tot wholesaleroaming, inclusief de bepalingen inzake redelijk gebruik van roamingdiensten en de mogelijkheid voor exploitanten van mobiele netwerken om in hun referentieoffertes voorwaarden op te nemen die erop gericht zijn het permanente gebruik van gereguleerde roamingdiensten of het afwijkend gebruik of misbruik van de toegang tot wholesaleroaming te voorkomen. Permanente roaming is echter onderwerp van commerciële onderhandelingen en kan door twee roamingpartners worden overeengekomen in een wholesaleroamingovereenkomst. Er wordt verwacht dat de exploitanten van mobiele netwerken met het oog op de ontwikkeling van efficiëntere en concurrerender markten voor intermachinale communicatie in toenemende mate zullen ingaan op alle redelijke verzoeken tot het sluiten van wholesaleroamingovereenkomsten onder redelijke voorwaarden die expliciet permanente roaming voor intermachinale communicatie mogelijk maken. De exploitanten moeten flexibele wholesaleroamingovereenkomsten kunnen sluiten die de verlening van wholesaleroamingdiensten mogelijk maken en tariefplannen kunnen toepassen die niet zijn gebaseerd op het volume verbruikte data, maar op alternatieve plannen, bijvoorbeeld op basis van het aantal aangesloten machines per maand. In dat verband moeten de betrokken partijen in geval van een grensoverschrijdend geschil gebruikmaken van de geschillenbeslechtingsprocedure van artikel 27 van Richtlijn (EU) 2018/1972. De onderhandelende partijen moeten kunnen afspreken dat zij gedurende de looptijd van de wholesaleroamingovereenkomsten geen maximale gereguleerde wholesaleroamingtarieven toepassen. In dat geval zou geen van de partijen naderhand mogen verzoeken om toepassing van de in deze verordening vastgestelde volumegebaseerde maximale wholesaletarieven naargelang het daadwerkelijke gebruik. Dit mag geen afbreuk doen aan de verplichtingen betreffende de levering van gereguleerde retailroamingdiensten. Bovendien wordt in het verslag van de Commissie nota genomen van de zeer recente ontwikkeling van nieuwe methoden voor het verhandelen van wholesaleroamingverkeer, onder meer via online handelsplatformen die het onderhandelingsproces tussen exploitanten kunnen vergemakkelijken Het gebruik van soortgelijke instrumenten zou de concurrentie op de wholesaleroamingmarkt in de hand kunnen werken en tot een verdere verlaging van de feitelijk aangerekende wholesaletarieven kunnen leiden. |
(22) |
Verordening (EU) nr. 531/2012 bepaalt dat exploitanten eindgebruikers de toegang niet kunnen ontzeggen tot gereguleerde dataroamingdiensten die op een bezocht netwerk worden aangeboden door een alternatieve roamingaanbieder. Deze structurele maatregel, die is ingevoerd door de afzonderlijke verkoop van dataroamingdiensten te verplichten, heeft echter zijn nut verloren na de invoering van “roaming tegen thuistarief”. Bovendien lijkt deze verplichting, vanwege het gebrek aan marktacceptatie, niet langer relevant. De bepalingen die exploitanten verplichten dataroamingdiensten op retailniveau afzonderlijk te verkopen, dienen derhalve niet langer van toepassing te zijn. |
(23) |
Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van deze verordening, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend met betrekking tot de vaststelling van nadere bepalingen omtrent de toepassing van beleid inzake redelijk gebruik en de methodologie voor het beoordelen van de haalbaarheid van de verlening van retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen, alsmede omtrent de aanvraag die met het oog op die beoordeling door een roamingaanbieder moet worden ingediend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad (14). Tot de vaststelling van die uitvoeringsmaatregelen moet Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 van de Commissie (15) van toepassing blijven. |
(24) |
Om de belangen van de roamende klant te beschermen, moeten er verplichtingen op basis van regulering worden ingevoerd, zowel op retail- als op wholesaleniveau, aangezien uit ervaring is gebleken dat een verlaging van de wholesaletarieven voor roamingdiensten in de Unie, wegens het ontbreken van stimulansen daartoe, vaak niet leidt tot lagere roamingtarieven op retailniveau. Anderzijds kan actie om het niveau van de retailtarieven te verlagen zonder het probleem van de wholesalekosten voor de levering van de desbetreffende diensten aan te pakken, het correct functioneren van de interne markt voor roamingdiensten verstoren en een sterkere concurrentie in de weg staan. |
(25) |
De afschaffing van retailroamingtoeslagen overeenkomstig Verordening (EU) 2015/2120 was noodzakelijk om een digitale eengemaakte markt in de hele Unie tot stand te brengen en de werking daarvan te bevorderen. Die verordening volstond op zich echter niet om de correcte werking van de roamingmarkt te waarborgen. Deze verordening moet ertoe bijdragen dat de prijszettingsmodellen op de thuismarkten geen gevolgen ondervinden van de afschaffing van retailroamingtoeslagen. |
(26) |
De desbetreffende binnenlandse retailprijs moet gelijk zijn aan het binnenlandse retailtarief per eenheid. In situaties waarin er geen specifieke binnenlandse retailprijzen zijn die zouden kunnen worden gebruikt als basis voor een gereguleerde retailroamingdienst (bijvoorbeeld in het geval van binnenlandse onbegrensde tariefplannen, bundels of binnenlandse tarieven exclusief gegevens), moet de binnenlandse retailprijs worden beschouwd als zijnde hetzelfde tariefmechanisme als wanneer de klant het binnenlandse tariefplan in zijn eigen lidstaat zou gebruiken. |
(27) |
Roamende klanten moeten kunnen gebruikmaken van de retaildiensten waarop zij geabonneerd zijn en kunnen genieten van dezelfde servicekwaliteit als thuis wanneer zij roamen binnen de Unie. Daartoe, en in overeenstemming met de in deze verordening vastgelegde verplichtingen inzake wholesaletoegang, moeten roamingaanbieders en exploitanten van mobiele netwerken de nodige maatregelen nemen zodat gereguleerde retailroamingdiensten onder dezelfde voorwaarden worden aangeboden als wanneer dergelijke diensten in eigen land worden gebruikt. Indien bijvoorbeeld de maximaal beschikbare snelheid van het bezochte netwerk gelijk aan of hoger is dan de maximaal beschikbare snelheid die roamingaanbieders in eigen land aanbieden, mogen roamingaanbieders geen lagere snelheid aanbieden dan de maximaal beschikbare snelheid die in eigen land wordt aangeboden. Indien de maximaal beschikbare snelheid van het bezochte netwerk lager is dan de maximaal beschikbare snelheid die roamingaanbieders in eigen land aanbieden, mogen roamingaanbieders geen lagere snelheid aanbieden dan de maximaal beschikbare snelheid die op het bezochte netwerk wordt aangeboden. Wanneer op het bezochte netwerk een nieuwere netwerkgeneratie of -technologie beschikbaar is, mogen roamingaanbieders de roamingservice niet beperken tot een netwerkgeneratie of -technologie die ouder is dan hetgeen in eigen land wordt aangeboden. Daarnaast mogen roamingaanbieders, met name gedurende de transitie naar de volgende generatie netwerken en technologieën voor mobiele communicatie, wanneer het aanbod van die netwerken en technologieën van roamingaanbieders en van de exploitant van het bezochte netwerk niet vergelijkbaar is, de gereguleerde retailroamingdiensten aanbieden met de bestaande technologie voor mobiele communicatie. Het uit commerciële overwegingen verminderen van de kwaliteit van de gereguleerde retailroamingdiensten, zoals het verkleinen van de bandbreedte om de roamingvolumes te reduceren, moet verboden zijn. Onverminderd artikel 28 van Richtlijn (EU) 2018/1972 moeten exploitanten redelijke maatregelen nemen om niet-gerechtvaardigde vertragingen bij het overstappen naar een ander netwerk voor mobiele communicatie tot een minimum te beperken. Nationale overheden en exploitanten kunnen overeenkomsten voor spectrumcoördinatie sluiten en dekking waarborgen, in ieder geval langs 5G-corridors en terrestrische vervoerstrajecten. |
(28) |
Roamingaanbieders moeten beleid inzake redelijk gebruik kunnen toepassen op het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten die tegen de geldende binnenlandse retailprijs worden aangeboden. Het beleid inzake redelijk gebruik moet uitsluitend dienen ter voorkoming van misbruik of afwijkend gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten door roamende klanten, zoals het gebruik van dergelijke diensten door roamende klanten in een andere lidstaat dan die van hun binnenlandse aanbieder voor andere doeleinden dan periodieke reizen. De maatregelen voor de uitvoering van het beleid inzake redelijk gebruik moeten ervoor zorgen dat roamingaanbieders deze doelstelling niet omzeilen om andere doeleinden na te streven, ten koste van roamende klanten die periodieke reizen, in welke vorm dan ook. In geval van overmacht als gevolg van omstandigheden zoals pandemieën, tijdelijke grenssluitingen of natuurrampen, die de duur van het tijdelijke verblijf van de roamende klant in een andere lidstaat onvrijwillig verlengen, moeten roamingaanbieders op gemotiveerd verzoek van de roamende klant de toepasselijke vergoeding voor redelijk gebruik met een passende periode verlengen. Een beleid inzake redelijk gebruik dient de klanten van de roamingaanbieder in staat te stellen tegen de geldende binnenlandse retailprijs volumes gereguleerde retailroamingdiensten af te nemen die stroken met hun respectieve tariefplannen. De maatregelen voor de uitvoering van het beleid inzake redelijk gebruik moeten rekening houden met de vele en uiteenlopende patronen van periodieke reizen van roamende klanten, teneinde ervoor te zorgen dat het beleid inzake redelijk gebruik niet belemmerend werkt voor een daadwerkelijke “roaming tegen thuistarief”-ervaring van dergelijke klanten. |
(29) |
Wanneer de Commissie haar uitvoeringshandelingen herziet, moet zij, na raadpleging van Berec, beoordelen in welke mate het gezien de marktomstandigheden, de gebruiks- en reispatronen, de ontwikkeling en convergentie van de prijzen, en het waarneembare risico van concurrentieverstoring mogelijk is op houdbare wijze roamingdiensten tegen binnenlandse prijzen voor periodieke reizen aan te bieden, en de toepassing en de effecten van de maatregelen in het kader van beleid inzake redelijk gebruik beperken tot uitzonderlijke gevallen. |
(30) |
In specifieke en uitzonderlijke omstandigheden moet de roamingaanbieder, wanneer zijn totale werkelijke en geraamde kosten voor het leveren van gereguleerde retailroamingdiensten niet kunnen worden gedekt met zijn werkelijke en geraamde inkomsten uit die diensten, kunnen verzoeken een toeslag te mogen aanrekenen, teneinde aldus de houdbaarheid van zijn binnenlands tariefmodel te waarborgen. De beoordeling van de houdbaarheid van het binnenlands tariefmodel moet berusten op relevante objectieve factoren die specifiek zijn voor de roamingaanbieder, waaronder objectieve verschillen tussen roamingaanbieders in de betrokken lidstaat en het binnenlandse prijs- en inkomstenniveau. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn voor forfaitaire binnenlandse retailmodellen van exploitanten met aanmerkelijk negatieve verkeersonevenwichtigheden, waarbij de impliciete binnenlandse eenheidsprijs laag is en de totale inkomsten van de exploitant eveneens laag zijn in verhouding tot de roamingkosten, of in gevallen waarin de impliciete eenheidsprijs laag is en het feitelijke of geraamde gebruik van roamingdiensten hoog is. Om te voorkomen dat het binnenlandse tariefmodel van roamingaanbieders onhoudbaar wordt door dergelijke problemen inzake kostendekking, die de ontwikkeling van de binnenlandse prijzen merkbaar dreigen te beïnvloeden of het zogenaamde “waterbed”-effect dreigen te veroorzaken, moeten roamingaanbieders in dergelijke omstandigheden met toestemming van de nationale regelgevende instantie een toeslag kunnen toepassen op gereguleerde retailroamingdiensten, voor zover noodzakelijk om alle relevante kosten voor het leveren van die diensten te dekken. |
(31) |
Daartoe moeten de kosten die voor het verlenen van gereguleerde retailroamingdiensten worden gemaakt, worden bepaald aan de hand van de daadwerkelijke wholesaleroamingkosten voor uitgaand roamingverkeer van de betreffende roamingaanbieder bovenop zijn inkomend roamingverkeer, alsmede aan de hand van een redelijke voorziening voor gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten komen. Inkomsten uit gereguleerde retailroamingdiensten moeten worden bepaald aan de hand van de inkomsten tegen binnenlandse prijsniveaus die toe te schrijven zijn aan het gebruik van gereguleerde roamingdiensten, op basis van de eenheidsprijs of als onderdeel van een vast tarief dat het respectieve feitelijke en geraamde aandeel van het gebruik van gereguleerde roamingdiensten door eindgebruikers binnen de Unie en het binnenlandse gebruik weerspiegelt. Ook dient rekening te worden gehouden met het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten en het binnenlandse gebruik door de eindgebruikers van de roamingaanbieder, en met het concurrentie-, prijs- en inkomstenniveau op de binnenlandse markt, alsook met elk waarneembaar risico dat roaming tegen binnenlandse retailprijzen een aanzienlijke invloed zou hebben op de ontwikkeling van die prijzen. |
(32) |
Verordening (EU) nr. 531/2012 bepaalt dat wanneer een roamingaanbieder een toeslag aanrekent voor het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten dat een van de door beleid inzake redelijk gebruik gestelde grenzen overschrijdt, de som van de binnenlandse retailprijs en de toeslag voor geïnitieerde gereguleerde roaminggesprekken, verzonden gereguleerde roaming-sms-berichten en gereguleerde dataroamingdiensten niet hoger ligt dan respectievelijk 0,19 EUR per minuut, 0,06 EUR per sms-bericht en 0,20 EUR per gebruikte megabyte. Aangezien de regels inzake roaming tegen thuistarief sinds 15 juni 2017 van kracht zijn, is die bepaling niet langer nodig. |
(33) |
Overeenkomstig het beginsel “de oproeper betaalt” betalen mobiele klanten niet voor het ontvangen van binnenlandse mobiele gesprekken en de kosten voor het beëindigen van een oproep in het netwerk van de opgeroepene worden gedekt door het retailtarief van de oproeper. Gezien de convergentie van de tarieven voor mobiele afgifte in de lidstaten zou hetzelfde beginsel moeten kunnen worden toegepast op de gereguleerde retailroaminggesprekken. Overeenkomstig artikel 75, lid 1, van Richtlijn (EU) 2018/1972 heeft de Commissie, middels Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/654 van de Commissie (16), één enkel maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie vastgesteld teneinde de regeldruk bij het aanpakken van de concurrentieproblemen in verband met wholesale-gespreksafgifte in de hele Unie consistent te verlagen. De Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/654 voorziet in een afbouwperiode van drie jaar: de enkele maximumtarieven voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie bedragen 0,7 eurocent in 2021, 0,55 eurocent in 2022, 0,4 eurocent in 2023, en bereiken vanaf 2024 het enkele maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie van 0,2 eurocent. In de in deze verordening vermelde situaties waarin roamingaanbieders een toeslag mogen aanrekenen voor gereguleerde retailroamingdiensten, mag de toegepaste toeslag voor gereguleerde inkomende roaminggesprekken niet hoger zijn dan het enkele maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie dat de Commissie voor het respectieve jaar heeft vastgesteld in Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/654. Indien de Commissie vervolgens concludeert dat het niet langer nodig is één enkel maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie vast te stellen, mag een toeslag die wordt aangerekend voor gereguleerde roaminggesprekken niet hoger zijn dan het tarief dat is bepaald in de meest recente gedelegeerde handeling die is vastgesteld op grond van artikel 75 van Richtlijn (EU) 2018/1972. |
(34) |
Wanneer aanbieders van Uniebrede gereguleerde roamingdiensten wijzigingen in hun retailroamingtarieven en in de daarbij horende beleidsmaatregelen voor roaminggebruik aanbrengen om te voldoen aan de voorschriften van deze verordening, mogen die wijzigingen op grond van de nationale wetgeving tot omzetting van Richtlijn (EU) 2018/1972, voor mobiele klanten geen enkel recht meebrengen om hun retailcontract op te zeggen. |
(35) |
In elke retailovereenkomst met betrekking tot een gereguleerde retailroamingdienst moeten de kenmerken van die gereguleerde retailroamingdienst op heldere en begrijpelijke wijze worden gespecificeerd, met inbegrip van de verwachte servicekwaliteit. Hoewel roamingaanbieders geen controle over bezochte netwerken uitoefenen, vallen de aangeboden roamingdiensten onder de wholesaleroamingovereenkomst met de exploitant van het bezochte netwerk. Met het oog op de empowerment van roamende klanten moeten roamingaanbieders hun klanten derhalve in de retailovereenkomst op heldere wijze informeren over de wijze waarop de kwaliteit van de roamingdiensten in de praktijk kan verschillen van de in het eigen land aangeboden diensten. Roamingaanbieders moeten daarnaast, voor zover mogelijk, uitleggen hoe andere relevante factoren van invloed kunnen zijn op de servicekwaliteit, zoals de snelheid, de latentie en de beschikbaarheid van roamingdiensten of andere diensten tijdens roaming, als gevolg van de beschikbaarheid van bepaalde technologieën, dekking of variatie als gevolg van externe factoren zoals topografie. Een dergelijke retailovereenkomst moet tevens duidelijke en begrijpelijke informatie omvatten over de beschikbare procedure voor het indienen van klachten in gevallen waarin de servicekwaliteit niet overeenkomt met de bepalingen van de overeenkomst. De roamingaanbieder moet alle klachten in dit verband tijdig en op doeltreffende wijze afhandelen. |
(36) |
Om ervoor te zorgen dat roamende klanten adequaat over de kwaliteit van hun roamingdienst worden geïnformeerd, moeten roamingaanbieders de relevante informatie op hun website bekendmaken. Te dien einde moeten zij ook informatie verstrekken over de redenen die ertoe leiden dat een roamingdienst soms wordt aangeboden onder voorwaarden die minder gunstig zijn dan hetgeen in het eigen land gebruikelijk is. Die informatie moet met name een heldere en begrijpelijke uitleg bevatten van de mogelijke aanzienlijke afwijkingen van de geadverteerde of geraamde maximale upload- en downloadsnelheden die in het eigen land worden aangeboden, en van de wijze waarop die afwijkingen van invloed kunnen zijn op de roamingdienst als bedoeld in de overeenkomst die de klant afsluit. De informatie moet ook een heldere en begrijpelijke uitleg bevatten van de wijze waarop volumebeperkingen, de snelheid, de beschikbare netwerkgeneraties en -technologieën en andere servicekwaliteitsparameters in de praktijk van invloed kunnen zijn op de dataroamingdienst, en met name op het gebruik van inhoud, toepassingen en diensten bij roaming. |
(37) |
Roamende klanten en binnenlandse exploitanten krijgen soms onbewust hoge rekeningen als gevolg van het gebrek aan transparantie over de nummers die worden gebruikt voor diensten met toegevoegde waarde in de Unie en over de wholesaleprijzen voor diensten met toegevoegde waarde, onverminderd artikel 97 van Richtlijn (EU) 2018/1972. Voor communicatie met bepaalde nummers die worden gebruikt voor het aanbieden van diensten met toegevoegde waarde, zoals betaalnummers, gratis nummers of nummers met gedeelde kosten, gelden op nationaal niveau bijzondere prijsvoorwaarden. Deze verordening mag niet van toepassing zijn voor het deel van het tarief dat wordt aangerekend voor het aanbieden van diensten met een toegevoegde waarde, maar enkel voor de tarieven voor de aansluiting op deze diensten. Het beginsel van roaming tegen thuistarief zou voor roamende klanten de verwachting kunnen wekken dat roamingcommunicatie naar dergelijke nummers geen extra kosten met zich meebrengt in vergelijking met de binnenlandse situatie. Bij roaming is dit echter niet altijd het geval. Roamende klanten worden geconfronteerd met hogere kosten, zelfs wanneer zij naar nummers bellen waar ze in eigen land gratis naar kunnen bellen. Dit kan het vertrouwen van klanten schaden wanneer zij roamen met hun telefoon en kan leiden tot hogere rekeningen, wat een negatief effect kan hebben op de authentieke roamingervaring tegen thuistarief. Dit is voornamelijk het gevolg van onvoldoende transparantie op detailhandelsniveau met betrekking tot de hogere kosten die verbonden kunnen zijn aan communicatie naar nummers van diensten met toegevoegde waarde. Daarom moeten maatregelen worden genomen om het bewustzijn van het risico van hogere rekeningen te vergroten en de voorwaarden voor communicatie naar nummers met toegevoegde waarde transparanter te maken. Daartoe moeten roamende klanten in hun contract worden geïnformeerd en er tijdig, op gebruikersvriendelijke wijze en kosteloos van in kennis worden gesteld en ervoor worden gewaarschuwd dat roamingcommunicatie naar nummers met toegevoegde waarde extra kosten met zich mee kan brengen. De mogelijkheid, in bijlage VI bij Richtlijn (EU) 2018/1972, om “facturatie door derden” te deactiveren, kan op roamingsituaties worden toegepast. |
(38) |
De werking van de wholesaleroamingmarkt moet zodanig zijn dat de exploitanten alle kosten van de levering van gereguleerde wholesaleroamingdiensten, met inbegrip van gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten, kunnen dekken. Het voor de herziening gebruikte kostenmodel houdt in de breedst mogelijke zin rekening met de investeringen die exploitanten doen voor het aanbieden van roamingdiensten, zoals spectrumkosten, de kosten van apparatuur en infrastructurele voorzieningen, alsook de infrastructuur die exploitanten gebruiken en de technologie die naar verwachting het meest zal worden gebruikt tot de volgende herziening. De voor 2025 geplande herziening zal gebaseerd zijn op een nieuw kostenmodel, dat in de breedst mogelijke zin rekening houdt met de technologische ontwikkelingen in de tussenliggende periode. Hierdoor worden prikkels om in bezochte netwerken te investeren in stand gehouden en komt het niet tot verstoring van de binnenlandse concurrentie op de bezochte markten als gevolg van reguleringsarbitrage door exploitanten die maatregelen inzake toegang tot wholesaleroaming gebruiken om de concurrentie aan te gaan op binnenlandse bezochte markten. |
(39) |
Gezien de doelstellingen van deze verordening, te weten het waarborgen van permanente concurrentie en het beschermen van eindgebruikers, moeten in deze verordening tariefplafonds voor wholesaleroaming worden vastgesteld die een weerspiegeling vormen van de ontwikkeling van de kosten die exploitanten moeten maken voor het aanbieden van wholesaleroamingdiensten. Het kostenmodel dat voor de herziening is gebruikt en waarnaar wordt verwezen in de voor de doeleinden van deze verordening uitgevoerde effectbeoordeling, laat zien dat de kosten voor exploitanten steeds verder gestegen zijn en stijgen. Gezien het verwachte tijdspad voor de geplande herziening van de tariefplafonds voor wholesaleroaming op basis van de twee verslagen die de Commissie ten laatste op 30 juni 2025 en 30 juni 2029 aan het Europees Parlement en de Raad moet voorleggen, moeten de maximumtarieven voor wholesaleroaming volgens een dalende trend worden verlaagd, rekening houdend met de relevante kostenramingen en de te verwachten marktontwikkelingen in de periode tussen 2022 en 2027. |
(40) |
Bij de beoordeling van de kostenramingen voor de levering van wholesaleroamingdiensten, met inbegrip van gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten, is gebruikgemaakt van verschillende bronnen. Een bron was een met het oog op de herziening gebruikt algemeen kostenmodel voor wholesaleroamingdiensten, met een raming van de kosten die een doeltreffende exploitant moet maken voor het aanbieden van wholesaleroamingdiensten. De resultaten van het kostenmodel maken het mogelijk in kaart te brengen wat, voor elk jaar en in elke lidstaat, de kosten zijn in verschillende scenario’s en aannames in de jaren waarin de kosten werden geraamd. Het kostenmodel is gevoed met gegevens van de exploitanten en vervolgens bevestigd door de relevante nationale regelgevende instanties. Voor die lidstaten die konden aantonen dat ze van invloed waren op de dimensionering van de netwerken van exploitanten is ook rekening gehouden met seizoenseffecten. Gedurende de hele periode van ontwikkeling van het kostenmodel heeft raadpleging plaatsgevonden van exploitanten, Berec en nationale regelgevende instanties. Bij de beoordeling van de kosten is ook rekening gehouden met de huidige tarieven voor wholesaleroaming in de Unie en met de verwachte toekomstige uitrol van gemoderniseerde netwerktechnologieën, overeenkomstig de indicaties van Berec in haar adviezen. |
(41) |
Wat de voorschriften inzake wholesaletarieven betreft, moeten regelgevende verplichtingen op Unieniveau worden gehandhaafd, aangezien eender welke maatregel die roaming tegen thuistarief in de hele Unie mogelijk maakt zonder rekening te houden met het niveau van de wholesalekosten in verband met de levering van wholesaleroamingdiensten, tot verstoring op de interne markt voor roamingdiensten kan leiden en de concurrentie hierdoor niet wordt aangemoedigd. Passende wholesaletarieven moeten duurzame concurrentie bevorderen, onder meer voor nieuwe spelers op de markt, kleine en middelgrote ondernemingen en startende ondernemingen. |
(42) |
De maximale wholesaletarieven moeten als preventief niveau dienen en moeten ervoor zorgen dat de exploitanten hun kosten, met inbegrip van gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten, kunnen dekken. Bovendien moet hierdoor de wijdverbreide, houdbare levering van roaming tegen thuistarief mogelijk worden gemaakt, waarbij de exploitanten over een marge moeten beschikken om commerciële onderhandelingen te voeren. |
(43) |
Sommige exploitanten van mobiele netwerken factureren wholesalegesprekken op roamingniveau op basis van een minimumperiode die oploopt tot 60 seconden, terwijl de meeste tarieven voor wholesaleverbindingen per seconde worden vastgesteld. Dit verstoort de concurrentie tussen deze exploitanten en de exploitanten die andere methoden hanteren voor de facturering, en ondermijnt de consequente toepassing van de maximum wholesale-tarieven van deze verordening. Het verhoogt bovendien de wholesalekosten en heeft daardoor negatieve gevolgen voor de prijsstelling van gespreksroamingdiensten op retailniveau. Exploitanten van mobiele netwerken moeten derhalve worden verplicht de levering op wholesale-niveau van gereguleerde roaminggesprekken per seconde te factureren. |
(44) |
Om ervoor te zorgen dat roamende klanten ononderbroken, effectief en gratis toegang hebben tot noodhulpdiensten, mogen de bezochte netwerken de roamingaanbieders voor alle soorten noodcommunicatie geen wholesaletarief aanrekenen. |
(45) |
Om de transparantie van de retailtarieven voor roamingdiensten te vergroten en roamende klanten te helpen om te beslissen hoe zij hun mobiele toestellen in het buitenland gebruiken, moeten de leveranciers van mobielecommunicatiediensten hun roamende klanten kosteloos informatie aanbieden over de roamingtarieven die voor hen gelden wanneer zij in de door hen bezochte lidstaat gebruikmaken van roamingdiensten. Aangezien bepaalde klanten wellicht goed op de hoogte zijn van de roamingtarieven, moeten roamingaanbieders de mogelijkheid bieden om op eenvoudig verzoek af te zien van die automatische boodschap. Bovendien moeten roamende klanten een tekstbericht krijgen met een link naar een kosteloze, door de roamingaanbieder gecreëerde webpagina met gedetailleerde informatie over de soorten diensten, te weten gesprekken en sms-berichten, waarvoor hogere kosten kunnen gelden, onverminderd artikel 97 van Richtlijn (EU) 2018/1972. Roamende klanten moeten volledig en op heldere wijze worden geïnformeerd over alle kosten die voor gratis nummers gelden. Ook zouden de roamingaanbieders hun klanten, mits zij zich in de Unie bevinden, op verzoek en kosteloos actief aanvullende informatie moeten verstrekken over de tarieven per minuut, per sms-bericht of per megabyte gegevens (inclusief btw) voor het initiëren en ontvangen van telefoongesprekken en voor het zenden en ontvangen van sms-berichten, mms-berichten en andere gegevenscommunicatiediensten in de bezochte lidstaat. |
(46) |
Een roamende klant kan gebruikmaken van een niet-terrestrisch openbaar netwerk voor mobiele communicatie, zoals aan boord van vaartuigen (MCV-diensten) als gedefinieerd in Besluit 2010/166/EU van de Commissie (17), of aan boord van vliegtuigen (MCA-diensten) als gedefinieerd in Besluit 2008/294/EG van de Commissie (18), waarbij het aanbod plaatsvindt in de vorm van radionetwerken andere dan terrestrische netwerken, middels specifieke toestellen aan boord daarvan. Die diensten zijn vaak beschikbaar in internationale wateren of aan boord van vliegtuigen. De kosten voor roamende klanten wanneer zij bedoeld of onbedoeld van niet-terrestrische netwerken gebruikmaken, zijn aanzienlijk hoger dan tarieven voor gereguleerde roamingdiensten. Roamende klanten zijn gewend aan roaming tegen thuistarief en aan het gebruik van roamingdiensten tegen binnenlandse prijzen. Vanwege het ontbreken van een consistente benadering van transparantie en waarborgingsmaatregelen voor het gebruik van niet-terrestrische netwerken is er voor roamende klanten een groter risico dat zij met hoge rekeningen worden geconfronteerd. Daarom moeten aanvullende transparantie- en waarborgingsmaatregelen worden genomen voor het gebruik van niet-terrestrische netwerken op vaartuigen en aan boord van vliegtuigen. Roamingaanbieders moeten redelijke stappen ondernemen om dergelijke transparantie- en waarborgingsmaatregelen toe te passen. Dergelijke stappen kunnen maatregelen inzake de werking van het netwerk, financiële plafonds, en een opt-outmechanisme omvatten, of gelijkwaardige maatregelen. Ze moeten met name maatregelen omvatten die erin resulteren dat op heldere en begrijpelijke wijze passende informatie wordt verstrekt, teneinde roamende klanten in staat te stellen onbedoeld roamen actief te voorkomen. Roamingaanbieders die een opt-outmechanisme aanbieden, moeten roamende klanten erover informeren dat het misschien niet altijd mogelijk zal zijn onmiddellijk de opt-in te gebruiken of de dienst te heractiveren, zoals het risico dat zij zonder hun verbinding met het netwerk mogelijkerwijs niet opnieuw verbinding met een niet-terrestrisch netwerk zullen kunnen maken. Roamingaanbieders moeten roamende klanten informeren over de mogelijkheid om handmatig en onmiddellijk gebruik te maken van de opt-out van roaming op hun mobiele toestel, hetzij via de instellingen of door de vliegtuigmodus te activeren. Roamingaanbieders moeten bij de planning en exploitatie van hun netwerken in de mate van het mogelijke prioriteit toekennen aan het gebruik van terrestrische netwerken, teneinde het risico van onbedoeld gebruik van niet-terrestrische netwerken tot een minimum te beperken. Om roamende klanten bij het gebruik van niet-terrestrische openbare netwerken voor mobiele communicatie een hoog niveau van bescherming te bieden, moeten roamingaanbieders hun roamende klanten informatie verstrekken over alle aanvullende tarieven die gelden, in concreto middels de kosteloze toezending van een sms-bericht telkens wanneer een dergelijk netwerk wordt gebruikt. |
(47) |
Onderhavige verordening dient te voorzien in specifieke transparantievoorschriften voor gereguleerde retailroamingdiensten, die worden afgestemd op de specifieke tarief- en volumevoorwaarden die van toepassing zijn vanaf de afschaffing van de retailroamingtoeslagen. Met name moet worden gezorgd voor tijdige, gebruikersvriendelijke en kosteloze verstrekking, aan roamende klanten, van informatie over het geldende beleid inzake redelijk gebruik, over het moment waarop het toepasselijke redelijke gebruiksvolume van gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten volledig is opgebruikt, over toeslagen, en over het totale gebruik van gereguleerde dataroamingdiensten. |
(48) |
Klanten in grensgebieden mogen geen onnodig hoge rekeningen krijgen als gevolg van onbedoelde roaming. Roamingaanbieders dienen daarom alle redelijke maatregelen te nemen om het risico van onbedoeld roamen tot een minimum te beperken en hun klanten te beschermen tegen roamingkosten wanneer zij zich in hun eigen lidstaat bevinden Dergelijke stappen moeten plafonds en opt-outmechanismen betreffende roaming op een netwerk buiten de Unie omvatten, indien dit technische haalbaar is, of gelijkwaardige maatregelen. Dergelijke stappen houden met name in dat consumenten door de verstrekking van heldere en begrijpelijk geformuleerde informatie in staat worden gesteld onbedoeld roamen actief te voorkomen. Nationale regelgevende instanties en andere bevoegde instanties die belast zijn met het waarborgen en bevorderen van de belangen van klanten die doorgaans op hun grondgebied verblijven, dienen oog te hebben voor de situaties, waarin consumenten problemen ondervinden met het betalen van roamingkosten terwijl zij zich nog in hun lidstaat bevinden, en dienen passende maatregelen te nemen om dit probleem te verhelpen. |
(49) |
Voorts moet worden voorzien in maatregelen om de transparantie van retailtarieven voor alle dataroamingtarieven, waaronder voor het gebruik van niet-terrestrische openbare netwerken voor mobiele communicatie, te waarborgen, met name om het probleem van astronomisch hoge rekeningen, die een obstakel vormen voor de soepele werking van de interne markt, uit de weg te ruimen en roamende klanten de instrumenten te verschaffen die zij nodig hebben om hun uitgaven voor dataroamingdiensten te bewaken en te beheersen. Evenmin mag de ontwikkeling worden belemmerd van toepassingen of technologieën die roamingdiensten kunnen vervangen of er een alternatief voor kunnen vormen, met inbegrip van maar niet beperkt tot wifi. |
(50) |
Om astronomisch hoge rekeningen te voorkomen moeten roamingaanbieders voorts een of meer financiële of volumeplafonds vaststellen met betrekking tot hun openstaande rekeningen voor alle dataroamingdiensten, in de valuta waarin de roamende klant de rekening ontvangt, die zij aan al hun roamende klanten gratis moeten aanbieden en waarbij een passende kennisgeving wordt gedaan, op een drager waarmee de kennisgeving opnieuw kan worden bekeken, wanneer men in de buurt komt van dat plafond. Wanneer dat plafond wordt bereikt, mag de klant deze diensten niet meer ontvangen of mogen deze hem niet meer in rekening worden gebracht, behalve wanneer hij specifiek om voortzetting van deze diensten verzoekt overeenkomstig de voorwaarden zoals vermeld in de kennisgeving. In zo'n geval moet hij kosteloos een bevestiging ontvangen, op een drager waarmee de bevestiging opnieuw kan worden bekeken. Roamende klanten moeten de gelegenheid krijgen binnen een redelijke termijn van die financiële of volumeplafonds af te zien of zich tegen een dergelijk plafond uit te spreken. Tenzij de klant iets anders te kennen geeft, moeten de plafonds standaard op hem worden toegepast. |
(51) |
Deze transparantiemechanismen moeten worden gezien als een minimumbescherming voor roamende klanten en mogen roamingaanbieders niet beletten hun klanten een reeks andere faciliteiten aan te bieden om hen te helpen hun uitgaven voor dataroamingdiensten te voorspellen en te beheersen. |
(52) |
Klanten die gebruikmaken van prepaid-tarieven kunnen eveneens onverwacht hoge rekeningen gepresenteerd krijgen voor het gebruik van dataroamingdiensten. Om die reden moeten bepalingen omtrent “cut-off limits” eveneens worden toegepast op deze klanten. |
(53) |
Klanten maken niet altijd onderscheid tussen toegang tot elektronische communicatiediensten tijdens het roamen, namelijk wanneer eindgebruikers dergelijke diensten gebruiken in bezochte lidstaten, en intra-EU-communicaties, namelijk wanneer consumenten die zich in hun eigen lidstaat bevinden telefoongesprekken voeren met of sms-berichten sturen naar een andere lidstaat. Hoewel het klopt dat roaming en intra-EU-communicaties twee onderscheiden en verschillende markten vormen, bestaan er vanuit de optiek van een consument bepaalde overeenkomsten. Sinds 15 mei 2019 bedraagt de retailprijs, exclusief btw, die voor gereguleerde communicaties binnen de EU aan consumenten kan worden aangerekend maximaal 0,19 EUR per minuut voor oproepen en 0,06 EUR per sms-bericht. Met de verlenging van de maatregelen inzake roaming tegen thuistarief die met deze verordening worden ingevoerd, die het risico van ontmoediging van grensoverschrijdende communicatie beogen aan te pakken en erop gericht zijn een bijdrage te leveren aan de totstandbrenging van een interne markt, moet het passend worden geacht te kijken naar de ontwikkeling van de markt voor intra-EU-communicaties. Te dien einde moeten de bestaande maatregelen worden beoordeeld in het licht van de toepassing van Richtlijn (EU) 2018/1972 en, met name, de regels inzake interpersoonlijke communicatiediensten, alsook de invoering van enkele maximumtarieven voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie, hetgeen een onderdeel is van de kostenstructuur van intra-EU-communicaties. De Commissie moet, met de ondersteuning van Berec, beoordelen wat de effecten zijn van de bestaande maatregelen krachtens Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad (19), en bepalen of en in welke mate het onverminderd noodzakelijk is de plafonds te verlagen om de consument te beschermen. Die beoordeling moet ten minste een jaar voor het verstrijken van die maatregelen op 14 mei 2024 plaatsvinden. |
(54) |
Er bestaan aanzienlijke verschillen tussen de gereguleerde roamingtarieven binnen de Unie en de roamingtarieven die gelden voor consumenten wanneer zij buiten de Unie reizen, waarbij laatstgenoemde tarieven aanzienlijk hoger zijn dan de tarieven binnen de Unie, waar roamingtoeslagen sinds de afschaffing van de retailroamingtoeslagen slechts uitzonderlijk worden toegepast. Door het ontbreken van een consequente benadering inzake transparantie- en beschermingsmaatregelen met betrekking tot roaming buiten de Unie, zijn de consumenten niet zeker van hun rechten, hetgeen hen er vaak van weerhoudt in het buitenland gebruik te maken van mobiele diensten. Transparante informatie die aan klanten wordt verschaft, kan niet alleen helpen om te beslissen hoe zij hun mobiele toestellen tijdens verplaatsingen in het buitenland (zowel binnen als buiten de Unie) gebruiken, maar ook om een keuze te maken tussen roamingaanbieders. Daarom moet het probleem van het gebrek aan transparantie en consumentenbescherming worden aangepakt door ook bepaalde transparantie- en beschermingsmaatregelen toe te passen op roamingdiensten die buiten de Unie worden verleend. Deze maatregelen moeten tot meer concurrentie leiden en de werking van de interne markt verbeteren. |
(55) |
Burgers van de Unie worden bij het gebruik van retailroamingdiensten in derde landen nog steeds geconfronteerd met hoge roamingtarieven. Vandaar dat initiatieven die erop gericht zijn de roamingtarieven voor roamingdiensten tussen de Unie en derde landen op basis van wederkerigheid te verlagen, moeten worden aangemoedigd. Met name eindgebruikers in regio’s aan de buitengrenzen van de Unie zouden zeer gediend zijn met lagere tarieven voor roaming met naburige derde landen. |
(56) |
Indien de exploitant van het bezochte netwerk in het bezochte derde land de roamingaanbieder niet toelaat om het gebruik van zijn klant in real time te controleren, is de roamingaanbieder niet verplicht de financiële of volumeplafonds ter bescherming van de consument aan te bieden. |
(57) |
Roamingaanbieders moeten roamende klanten ervan in kennis stellen dat zij kosteloos toegang kunnen krijgen tot noodhulpdiensten via het uniforme Europese alarmnummer “112” en via alternatieve toegangsmiddelen tot noodcommunicatie waarvan het gebruik technisch haalbaar is voor roamende klanten, en met name roamende klanten met een beperking. Alternatieve middelen voor toegang tot noodcommunicatie stellen roamende klanten, met name roamende klanten met een beperking, in staat om via andere middelen dan telefoongesprekken toegang te krijgen tot noodhulpdiensten. Alternatieve toegangsmiddelen kunnen bijvoorbeeld worden gewaarborgd door toepassingen voor noodcommunicatie, berichtendiensten, relaydiensten, of realtimetekst of totale conversatie overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn (EU) 2019/882. De informatie over de toegangsmiddelen moet worden verstrekt in de vorm van een sms-bericht waarin de roamende klant ervan op de hoogte wordt gebracht dat hij kosteloos toegang kan krijgen tot noodhulpdiensten via het uniforme Europese alarmnummer “112” en waarin een link naar een speciale website wordt aangeboden, die gratis kan worden geraadpleegd en die conform is aan Richtlijn (EU) 2016/2102 van het Europees Parlement en de Raad (20), met een op begrijpelijke wijze geformuleerd overzicht van die alternatieve middelen voor toegang tot noodcommunicatie in de bezochte lidstaat die technisch haalbaar zijn voor gebruik door roamende klanten. De informatie op de speciale website moet gesteld zijn in de taal waarin de roamingaanbieder met de roamende klant communiceert. |
(58) |
Krachtens artikel 110 van Richtlijn (EU) 2018/1972 moeten de lidstaten ervoor zorgen dat hun systemen voor publieke waarschuwingen publieke waarschuwingen toezenden aan betrokken eindgebruikers, te weten eindgebruikers die zich bij dreigende of zich ontwikkelende grote noodsituaties en rampen gedurende de waarschuwingsperiode in het potentieel betrokken geografische gebied bevinden, waaronder roamende eindgebruikers. Met de op dit moment beschikbare technologieën kunnen nationale instanties publieke waarschuwingen aan de betrokken roamende klanten toezenden zonder dat de roamende klant daar vooraf iets voor hoeft te doen, zoals het downloaden van een toepassing. Er zijn overigens lidstaten die over mobiele toepassingen om het publiek te waarschuwen beschikken waarmee een brede waaier aan informatie kan worden verstrekt, soms parallel aan de hierboven bedoelde technologieën. In de lidstaten waar de link naar een dergelijke nationale mobiele toepassing om het publiek te waarschuwen wordt verstrekt in de database van de middelen voor toegang tot de in elke lidstaat erkende nooddiensten uit hoofde van deze verordening, moeten roamingaanbieders roamende klanten op de hoogte brengen van de link naar die toepassing. De informatie moet gesteld zijn in de taal waarin de roamingaanbieder met de roamende klant communiceert. Onder verwijzing naar de preambule van Richtlijn (EU) 2018/1972, beoordeelt de Commissie wat de mogelijkheden zijn om de betrokken roamende klanten in staat te stellen publieke waarschuwingen van de bevoegde nationale instanties te ontvangen, waaronder via een mobiele toepassing bij reizen binnen de Unie, middels een Uniebreed systeem om het publiek te waarschuwen dat een aanvulling vormt op nationale systemen voor publieke waarschuwingen. |
(59) |
Nummerreeksen, met inbegrip van die welke worden gebruikt voor diensten met toegevoegde waarde, zijn vastgesteld in de nationale nummerplannen en zijn niet geharmoniseerd op Unieniveau. Het is dus mogelijk dat exploitanten de nummerreeksen voor diensten met toegevoegde waarde niet van tevoren in alle landen kunnen herkennen. Voor nummerreeksen die voor diensten met toegevoegde waarde worden gebruikt, gelden op nationaal niveau bijzondere prijsstellingsvoorwaarden en in veel gevallen zijn de afgiftetarieven ervan niet gereguleerd. Roamingaanbieders begrijpen dit weliswaar, maar het niveau van de wholesaletarieven die zij zullen moeten betalen, kan nog steeds onverwacht hoog zijn. In het kader van roaming kunnen exploitanten dit probleem niet aanpakken, omdat zij geen informatie hebben over de nummerreeksen die binnen de Unie worden gebruikt voor diensten met toegevoegde waarde. Om dit probleem aan te pakken, moet Berec één enkele centrale beveiligde database voor de hele Unie opzetten en onderhouden met de nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde. De database is bedoeld als een transparantiebevorderend instrument waarmee de nationale regelgevende instanties en, in voorkomend geval, andere bevoegde instanties, alsook exploitanten rechtstreeks kunnen nagaan welke nummerreeksen in de verschillende lidstaten tot hogere kosten (afgiftetarieven) kunnen leiden. Dit is een noodzakelijke tussenstap naar meer transparantie op retailniveau, aangezien het instrument kan worden gebruikt om roamende klanten te informeren over de soorten diensten waarvoor bij roaming hogere tarieven kunnen gelden. Om voor een betere consumentenbescherming en meer transparantie te zorgen, moet de database ook andere aanvullende informatie kunnen bevatten, bijvoorbeeld informatie over de tarieven voor nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde, bijvoorbeeld per minuut of per handeling. Dergelijke tariefinformatie zou aangeboden kunnen worden op de speciale website met informatie over diensten met toegevoegde waarde. Berec dient de procedures vast te stellen volgens welke de bevoegde instanties de krachtens deze verordening gevraagde informatie in de database van nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde moeten verstrekken en bijwerken. |
(60) |
Berec moet één enkele database voor de hele Unie bouwen en onderhouden met middelen voor toegang tot nooddiensten die in elke lidstaat zijn voorgeschreven en technisch haalbaar voor gebruik door roamende eindgebruikers in elke lidstaat. De database is bedoeld om nationale exploitanten, nationale regelgevende instanties en, in voorkomend geval, andere bevoegde instanties te helpen zich op de hoogte te stellen van alle middelen voor toegang tot nooddiensten die in de lidstaten voorhanden zijn. De lidstaten moeten, in voorkomend geval, de database met de link naar de nationale mobiele toepassing om het publiek te waarschuwen kunnen updaten. Berec dient de procedures vast te stellen volgens welke de bevoegde instanties de krachtens deze verordening gevraagde informatie moeten verstrekken en bijwerken. |
(61) |
Indien de lidstaten sommige van de taken in verband met de bescherming van eindgebruikers, bijvoorbeeld met betrekking tot informatievereisten voor retailcontracten, transparantie of contractbeëindiging, aan bevoegde instanties andere dan de nationale regelgevende instanties toewijzen, betreft de bevoegdheid van die bevoegde instanties voor die taken alle onderdelen van het retailcontract, met inbegrip van de aan de roaming gerelateerde rechten en plichten. Onverminderd de toewijzing van taken als bedoeld in Richtlijn (EU) 2018/1972 moeten de nationale regelgevende instanties en, in voorkomend geval, andere bevoegde instanties, die belast zijn met taken overeenkomstig die richtlijn, over de bevoegdheid beschikken om de naleving van de in deze verordening vervatte verplichtingen op hun grondgebied te monitoren, te controleren en te handhaven. Zij moeten ook de ontwikkeling controleren van de tarieven voor gespreks-, sms- en datadiensten voor klanten die roamen in de Unie, indien passend met inbegrip van de specifieke kosten in verband met geïnitieerde of ontvangen roamingoproepen in de ultraperifere regio’s van de Unie en de noodzaak erover te waken dat deze kosten op een adequate wijze kunnen worden terugverdiend op de wholesalemarkt, en dat verkeerssturingstechnieken niet gebruikt worden om de keuzemogelijkheden van de klanten te beperken. Zij moeten ervoor zorgen dat actuele informatie over de toepassing van deze verordening beschikbaar wordt gesteld voor de betrokken partijen en moeten de resultaten van deze controles publiceren. De informatie over zakelijke, prepaid- en postpaid-klanten moet afzonderlijk worden verstrekt. |
(62) |
Bij binnenlandse roaming in de ultraperifere gebieden van de Unie waar vergunningen voor mobiele telefonie verschillen van die welke voor de rest van het nationale grondgebied zijn afgegeven, moet gebruik kunnen worden gemaakt van tariefverlagingen die gelijk zijn aan die welke op de interne markt voor roamingdiensten worden gehanteerd. De toepassing van deze verordening mag niet leiden tot een minder gunstige tariefbehandeling voor klanten die gebruikmaken van binnenlandse roamingdiensten ten opzichte van klanten die gebruikmaken van roamingdiensten in de Unie. Te dien einde kunnen de nationale instanties aanvullende maatregelen nemen die stroken met de EU-wetgeving. |
(63) |
De nationale reguleringsinstanties moeten bij de controle van en het toezicht op de toepassing van deze verordening de vertrouwelijkheid van bedrijfsgegevens waarborgen en de ontwikkelingen op de wholesaleroamingmarkten volgen. In dat verband moeten de reguleringsinstanties ook bevoegd zijn om informatie op te vragen betreffende wholesaleroamingovereenkomsten op basis waarvan de maximale wholesaleroamingtarieven niet worden toegepast. Tevens moeten die instanties bevoegd zijn informatie op te vragen over de vaststelling en toepassing van voorwaarden in wholesaleroamingovereenkomsten die zijn gericht op het voorkomen van permanente roaming en afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming voor andere doeleinden dan de levering van gereguleerde roamingdiensten aan de klanten van roamingaanbieders tijdens reizen binnen de Unie. |
(64) |
Wanneer leveranciers van mobiele diensten in de Unie de voordelen van interoperabiliteit en eind-tot-eindverbindingen voor hun klanten in gevaar zien komen als gevolg van de beëindiging of dreigende beëindiging van hun roamingovereenkomsten met exploitanten van mobiele netwerken in een andere lidstaat, of wanneer zij niet in staat zijn hun klanten diensten in een andere lidstaat aan te bieden wegens het ontbreken van een overeenkomst met ten minste één wholesale-netwerkaanbieder, moeten de nationale regelgevende instanties, of andere bevoegde instanties in de situaties als vermeld in artikel 61, lid 2, punten b) en c), van Richtlijn (EU) 2018/1972, in voorkomend geval, gebruikmaken van de bevoegdheden waarover zij krachtens artikel 61 van die Richtlijn beschikken om te zorgen voor de benodigde toegang en interconnectie, daarbij rekening houdend met de doelstellingen als vastgesteld in artikel 3 van die richtlijn, met name de ontwikkeling van de interne markt door het bevorderen van de verstrekking, de beschikbaarheid en de interoperabiliteit van pan-Europese diensten, en eind-tot-eindconnectiviteit. |
(65) |
De specifieke prijsregulering die van toepassing is op wholesaleroamingdiensten houdt in dat in de Unie een algeheel plafond voor een samengesteld product geldt, waartoe ook andere toegang tot wholesaleroaming- en interconnectie-inputs kunnen behoren, waaronder met name inputs die aan nationale of eventueel grensoverschrijdende regulering zijn onderworpen. De verschillen in de Unie wat betreft de regulering van die inputs zullen naar verwachting afnemen, met name door aanvullende maatregelen overeenkomstig Richtlijn (EU) 2018/1972 en die zijn gericht op het waarborgen van meer samenhang ten aanzien van reguleringsbenaderingen. Bij de behandeling van geschillen tussen exploitanten van bezochte netwerken en andere exploitanten over de tarieven van deze gereguleerde inputs die noodzakelijk zijn voor de levering van wholesaleroamingdiensten, moet rekening worden gehouden met de opinie van Berec, wanneer het is geraadpleegd, in overeenstemming met de specifieke, op roaming toepasselijke regelgevende verplichtingen, met Richtlijn (EU) 2018/1972. |
(66) |
De werking van de wholesaleroamingmarkten en hun wisselwerking met de retailroamingmarkten moet gecontroleerd en regelmatig geëvalueerd worden, waarbij rekening moet worden gehouden met de ontwikkelingen op het vlak van de concurrentie en de technologie alsmede met verkeersstromen. De Commissie moet twee verslagen indienen bij het Europees Parlement en de Raad, in voorkomend geval gevolgd door wetgevingsvoorstellen. In die verslagen moet de Commissie met name nagaan of roaming tegen thuistarief een impact heeft op de evolutie van de tariefregelingen die op de retailmarkten beschikbaar zijn. Hiervoor moet enerzijds worden nagegaan of tariefregelingen worden aangeboden met uitsluitend binnenlandse diensten, zonder retailroamingdiensten, wat de doelstelling zelf van roaming tegen thuistarief ondermijnt, en anderzijds of er sprake is van een mindere beschikbaarheid van regelingen met een vast tarief, wat ook een verlies kan opleveren voor de consumenten en de doelstellingen van de digitale interne markt kan ondermijnen. In haar verslagen moet de Commissie in het bijzonder nagaan in welke mate uitzonderlijke retailroamingtoeslagen zijn toegestaan door de nationale regelgevende instanties, of exploitanten van het thuisnetwerk hun binnenlandse tariefmodel kunnen behouden en of exploitanten van bezochte netwerken de effectief gemaakte kosten van de levering van gereguleerde wholesaleroamingdiensten kunnen dekken. Daarnaast moet in de verslagen van de Commissie worden beoordeeld: hoe de toegang tot de verschillende netwerktechnologieën en -generaties op wholesaleniveau wordt gewaarborgd; welke informatie over wholesaletarieven voor datadiensten wordt verstrekt; in welke mate handelsplatformen en soortgelijke instrumenten worden gebruikt voor de verhandeling van verkeer op wholesaleniveau; wat de ontwikkeling van intermachinale roaming is; welke problemen aanhouden op detailhandelsniveau met betrekking tot diensten met toegevoegde waarde; de toepassing van de maatregelen van deze verordening inzake noodcommunicatie; de transparantiemaatregelen met betrekking tot roaming in derde landen en via niet-terrestrische mobiele netwerken ter voorkoming van onbedoeld roamen; de doeltreffendheid van de in deze verordening vastgelegde verplichtingen inzake de servicekwaliteit; en in welke mate klanten in hun retailcontracten naar behoren worden geïnformeerd over deze verplichtingen en kunnen profiteren van een authentieke roamingervaring tegen thuistarief. Bovendien moet in de verslagen van de Commissie worden beoordeeld welk effect de uitrol en de invoering van nieuwe technologieën, alsook pandemieën en natuurrampen, hebben op de roamingmarkt. Om dergelijke verslaglegging mogelijk te maken en vervolgens te kunnen beoordelen hoe de roamingmarkten zich aanpassen aan voorschriften betreffende roaming tegen thuistarief, moeten voldoende gegevens worden verzameld over de werking van die markten nadat die voorschriften ten uitvoer zijn gelegd. |
(67) |
Om de ontwikkelingen op het gebied van de concurrentie op Uniebrede roamingmarkten te beoordelen en om regelmatig verslag uit te brengen over wijzigingen van daadwerkelijke wholesaleroamingtarieven voor ongelijk verkeer tussen aanbieders van roamingdiensten, moet Berec gegevens blijven verzamelen van nationale regelgevende instanties. De nationale regelgevende instanties moeten, in voorkomend geval, kunnen coördineren met andere bevoegde instanties. Tot die gegevens moeten de daadwerkelijke wholesaleroamingtarieven behoren die respectievelijk voor gelijk en ongelijk verkeer worden toegepast, naast de daadwerkelijke verkeersvolumes van de relevante roamingdiensten. Het verzamelen van gegevens die het mogelijk maken de impact van wijzigingen in reisgedrag en verbruikspatronen, bijvoorbeeld naar aanleiding van pandemieën, te controleren en beoordelen, is essentieel voor het analyseren van de in deze verordening bedoelde verslagen. Verder moet Berec gegevens verzamelen over gevallen waarin partijen bij een wholesaleroamingovereenkomst hebben afgezien van de toepassing van maximale wholesaleroamingtarieven of waarin zij maatregelen op wholesaleniveau hebben getroffen die zijn gericht op het voorkomen van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming voor andere doeleinden dan de levering van gereguleerde roamingdiensten aan de klanten van roamingaanbieders tijdens hun periodieke reizen binnen de Unie. Op basis van de gegevens die voldoende fijnmazig worden verzameld, brengt Berec regelmatig verslag uit over de verhouding tussen retailprijzen, wholesaletarieven en wholesalekosten voor roamingdiensten. De Commissie moet uiterlijk op 30 juni 2027 een verslag indienen bij het Europees Parlement en de Raad, op basis van de periodieke verslagen van Berec, in voorkomend geval gevolgd door een wetgevingsvoorstel. Berec moet ook de nodige gegevens verzamelen om het toezicht op de elementen die overeenkomstig deze verordening moeten worden beoordeeld, mogelijk te maken. |
(68) |
Op de middellange termijn moet het faciliteren van intermachinale en internet of things-(IoT) roaming worden erkend als belangrijke ontsluitende factor voor het digitaliseren van de industrie van de Unie, die moet voortbouwen op gerelateerd Unie-beleid voor sectoren zoals gezondheid, energie, milieu, en vervoer. De Commissie moet regelmatig beoordelen welke rol roaming speelt op de markt voor intermachinale connectiviteit en de IoT-markt. In voorkomend geval moet de Commissie, na raadpleging van Berec, ook aanbevelingen formuleren. Berec moet ook de noodzakelijke gegevens verzamelen aan de hand waarvan de elementen in de in deze verordening bedoelde verslagen over de ontwikkeling van intermachinale roaming en IoT-toestellen kunnen worden beoordeeld, waarbij rekening moet worden gehouden met cellulaire connectiviteitsoplossingen op basis van vergunningsvrij spectrum. |
(69) |
De Commissie, Berec en de nationale regelgevende instanties en, in voorkomend geval, andere bevoegde instanties moeten de vertrouwelijkheid van bedrijfsgegevens volledig waarborgen bij de uitwisseling van informatie met het oog op de beoordeling en bewaking van en het toezicht op de toepassing van deze verordening. Naleving van de vertrouwelijkheidsvereisten van bedrijfsgegevens mag de nationale regelgevende instanties bijgevolg niet verhinderen tijdig vertrouwelijke informatie voor dergelijke doeleinden te kunnen uitwisselen. |
(70) |
Daar de doelstellingen van deze verordening, namelijk voorzien in een gemeenschappelijke aanpak om ervoor te zorgen dat gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken wanneer zij binnen de Unie reizen geen buitensporige tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie in vergelijking met concurrerende nationale tarieven, waarbij de transparantie en de consumentenbescherming worden verbeterd en er tevens voor wordt gezorgd dat het aanbod van retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen houdbaar is en dat er een authentieke roamingervaring tegen thuistarief wordt geboden wat betreft servicekwaliteit en toegang tot noodhulpdiensten tijdens het roamen, niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt maar beter door de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken. |
(71) |
Deze verordening eerbiedigt de grondrechten en neemt de beginselen in acht die met name zijn erkend in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. |
(72) |
De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is geraadpleegd overeenkomstig artikel 42 van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad (21), en heeft op 20 april 2021 een advies uitgebracht. |
HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Onderwerp en toepassingsgebied
1. Deze verordening voorziet in een gemeenschappelijke aanpak die ervoor moet zorgen dat gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken, wanneer zij binnen de Unie reizen, in vergelijking met concurrerende binnenlandse prijzen geen buitensporig hoge tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie wanneer zij oproepen initiëren of ontvangen, sms-berichten initiëren of ontvangen of gebruikmaken van pakketgeschakelde datacommunicatiediensten.
Daarmee draagt deze verordening bij aan de soepele werking van de interne markt, terwijl tegelijkertijd een hoog niveau van consumentenbescherming, gegevensbescherming, privacy en vertrouwen wordt geboden, vrije concurrentie, onafhankelijkheid en transparantie op de markt worden bevorderd en prikkels voor innovatie, keuzevrijheid voor de consument en de integratie van personen met een beperking worden geboden, met volledige inachtneming van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.
Deze verordening bepaalt de voorwaarden voor de wholesaletoegang tot publieke mobielecommunicatienetwerken met het oog op het aanbieden van gereguleerde roamingdiensten. De verordening is van toepassing op zowel de tarieven die op wholesaleniveau door de netwerkaanbieders in rekening worden gebracht als op die welke op retailniveau door de roamingaanbieders worden gehanteerd.
2. Bij deze verordening worden tevens regels ingevoerd ter vergroting van de transparantie en ter verbetering van de verstrekking van informatie over tarieven aan gebruikers van roamingdiensten, met inbegrip van gebruikers van niet-gereguleerde roamingdiensten in derde landen. De verordening vergroot ook de transparantie voor gebruikers van niet-gereguleerde roamingdiensten wanneer zij gebruikmaken van een niet-terrestrische openbaar mobielecommunicatienetwerk, zoals aan boord van schepen of vliegtuigen, indien van toepassing.
3. De in deze verordening genoemde maximumtarieven zijn uitgedrukt in euro.
4. Indien onder de artikelen 8 tot en met 11 vallende maximumtarieven in andere munteenheden dan de euro zijn uitgedrukt, worden de waarden in die munteenheden bepaald door middel van toepassing van het gemiddelde van de referentiewisselkoersen die op 15 januari, 15 februari en 15 maart van het betrokken kalenderjaar door de Europese Centrale Bank in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt. Voor de maximumtarieven worden de grenswaarden in andere munteenheden dan de euro vanaf 2023 jaarlijks herzien. De jaarlijks herziene grenswaarden in die munteenheden worden vanaf 15 mei van kracht.
5. Deze verordening doet geen afbreuk aan de toewijzing van taken aan de nationale regelgevende instanties en andere bevoegde instanties uit hoofde van Richtlijn (EU) 2018/1972, met inbegrip van de verantwoordelijkheden voor de uitvoering van deel III, titel III, van die richtlijn.
Artikel 2
Definities
1. Voor de toepassing van deze verordening zijn de definities van artikel 2 van Richtlijn (EU) 2018/1972 van toepassing.
2. Naast de definities waarnaar wordt verwezen in lid 1 zijn de volgende definities van toepassing:
a) |
“roamingaanbieder”: een onderneming die een roamende klant gereguleerde retailroamingdiensten aanbiedt; |
b) |
“binnenlandse aanbieder”: een onderneming die een roamende klant binnenlandse mobielecommunicatiediensten aanbiedt; |
c) |
“thuisnetwerk”: een openbaar communicatienetwerk dat zich bevindt binnen een lidstaat en dat door de roamingaanbieder wordt gebruikt voor de levering van gereguleerde retailroamingdiensten aan een roamende klant; |
d) |
“bezocht netwerk”: een terrestrisch openbaar mobielcommunicatienetwerk dat zich bevindt in een lidstaat die niet de lidstaat is waarin de binnenlandse aanbieder van de roamende klant zich bevindt, en dat het voor een roamende klant mogelijk maakt om oproepen te initiëren of te ontvangen, sms-berichten te initiëren of te ontvangen of gebruik te maken van pakketgeschakelde datacommunicatie door middel van regelingen met de exploitant van het thuisnetwerk; |
e) |
“roaming in de Unie”: het gebruik door roamende klanten van een mobiel toestel om oproepen binnen de Unie te initiëren of te ontvangen, sms-berichten binnen de Unie te initiëren of te ontvangen, of gebruik te maken van pakketgeschakelde datacommunicatie, terwijl zij in een andere lidstaat zijn dan die waar zich het netwerk van de binnenlandse aanbieder bevindt, door middel van regelingen tussen de exploitant van het thuisnetwerk en de exploitant van het bezochte netwerk; |
f) |
“roamende klant”: een klant van een roamingaanbieder van gereguleerde roamingdiensten, die gebruik maakt van een terrestrisch openbaar mobielcommunicatienetwerk dat zich in de Unie bevindt, en aan wie op grond van zijn contract of regeling met deze roamingaanbieder roaming in de Unie is toegestaan; |
g) |
“gereguleerd roaminggesprek”: een mobiel telefoongesprek dat hetzij is geïnitieerd door een roamende klant, opgebouwd op een bezocht netwerk en afgegeven op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie, hetzij is ontvangen door een roamende klant, opgebouwd op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie en afgegeven op een bezocht netwerk; |
h) |
“sms-bericht”: een hoofdzakelijk uit alfabetische of numerieke tekens, of beide, samengesteld kort tekstbericht (Short Message Service) dat kan worden verzonden tussen mobiele en/of vaste nummers die in overeenstemming met de nationale nummerplannen zijn toegewezen; |
i) |
“gereguleerd roaming-sms-bericht”: een sms-bericht dat verzonden is door een roamende klant, met opbouw op een bezocht netwerk en afgifte op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie, of dat is ontvangen door een roamende klant, met opbouw op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie en met afgifte op een bezocht netwerk; |
j) |
“gereguleerde dataroamingdienst”: een roamingdienst waarmee pakketgeschakelde datacommunicatie door een roamende klant kan worden gebruikt door middel van zijn mobiel toestel, terwijl het is verbonden met een bezocht netwerk, met uitzondering van de verzending of ontvangst van gereguleerde roaminggesprekken of sms-berichten, maar inclusief de verzending en ontvangst van mms-berichten; |
k) |
“toegang tot wholesaleroaming”: rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming of toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop; |
l) |
“rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming”: het onder vastgestelde voorwaarden beschikbaar stellen van faciliteiten of diensten, of beide, door de exploitant van een mobiel netwerk aan een andere onderneming, met de bedoeling dat die onderneming gereguleerde roamingdiensten aan roamende klanten aanbiedt; |
m) |
“toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop”: het op wholesalebasis aanbieden van roamingdiensten door de exploitant van een mobiel netwerk, die niet de exploitant van een bezocht netwerk is, aan een andere onderneming, met de bedoeling dat die onderneming gereguleerde roamingdiensten aanbiedt aan roamende klanten; |
n) |
“binnenlandse retailprijs”: binnenlands retailtarief per eenheid dat een roamingaanbieder hanteert voor geïnitieerde gesprekken en verzonden sms-berichten (geïnitieerd en beëindigd op verschillende openbare communicatienetwerken binnen dezelfde lidstaat) en voor gegevens die worden gebruikt door een klant. |
Indien er met betrekking tot de eerste alinea, punt n), geen specifiek binnenlands retailtarief per eenheid is, wordt de binnenlandse retailprijs geacht het tariefmechanisme te zijn dat van toepassing is op de klant voor geïnitieerde gesprekken en verzonden sms-berichten (geïnitieerd en beëindigd op verschillende openbare communicatienetwerken binnen dezelfde lidstaat) en voor gegevens die worden gebruikt in de lidstaat van die klant.
Artikel 3
Toegang tot wholesaleroaming
1. De exploitant van een mobiel netwerk voldoet aan elk redelijk verzoek om toegang tot wholesaleroaming, met name op dergelijke wijze dat de roamingaanbieder de in eigen land aangeboden retaildiensten kan repliceren, voor zover dit op het bezochte netwerk technisch haalbaar is.
2. De exploitant van een mobiel netwerk kan een verzoek om toegang tot wholesaleroaming uitsluitend op grond van objectieve criteria, zoals de technische haalbaarheid en de integriteit van het netwerk, weigeren. Commerciële overwegingen zijn geen reden om verzoeken om toegang tot wholesaleroaming te weigeren teneinde de verlening van concurrerende roamingdiensten te beperken.
3. Toegang tot wholesaleroaming omvat de toegang tot alle netwerkonderdelen en bijbehorende faciliteiten, relevante diensten, software en informatiesystemen die nodig zijn om klanten gereguleerde roamingdiensten aan te bieden, en omvat alle beschikbare netwerktechnologieën en alle beschikbare netwerkgeneraties.
4. De regels betreffende de tarieven voor gereguleerde wholesaleroaming, zoals neergelegd in de artikelen 9, 10 en 11, zijn van toepassing op de verlening van toegang op alle netwerkonderdelen van wholesaleroaming als bedoeld in lid 3 van dit artikel tenzij beide partijen bij de overeenkomst betreffende wholesaleroaming uitdrukkelijk overeenkomen dat elk gemiddeld wholesaleroamingtarief dat voortvloeit uit de toepassing van de overeenkomst tijdens de looptijd van de overeenkomst niet wordt onderworpen aan het maximale tarief voor gereguleerde wholesaleroaming.
Onverminderd de eerste alinea van dit lid kan de exploitant van een mobiel netwerk in het geval van toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop, billijke en redelijke prijzen berekenen voor netwerkonderdelen die niet onder lid 3 vallen.
5. Exploitanten van een mobiel netwerk maken een referentieofferte bekend, waarin de richtsnoeren van Berec als bedoeld in lid 8 in aanmerking zijn genomen, en stellen deze beschikbaar aan een onderneming die om toegang tot wholesaleroaming verzoekt. Exploitanten van een mobiel netwerk verschaffen de onderneming die om toegang verzoekt, uiterlijk binnen een maand na ontvangst van het verzoek door de exploitant van een mobiel netwerk, een wholesaleroamingontwerpovereenkomst overeenkomstig dit artikel. Toegang tot wholesaleroaming wordt toegestaan binnen een redelijke termijn van ten hoogste drie maanden na de sluiting van de wholesaleroamingovereenkomst. Exploitanten van een mobiel netwerk die een verzoek om toegang tot wholesaleroaming ontvangen, en de ondernemingen die om toegang verzoeken, onderhandelen te goeder trouw.
6. De referentieofferte als bedoeld in lid 5 moet voldoende zijn gespecificeerd en moet alle componenten omvatten die nodig zijn voor de in lid 3 bedoelde toegang tot wholesaleroaming, waarbij een beschrijving wordt gegeven van het aanbod betreffende rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming en toegang via doorverkoop tot wholesaleroaming, en ook de bijbehorende bepalingen en voorwaarden. De referentieofferte bevat alle informatie die de roamingaanbieder nodig heeft om ervoor te zorgen dat zijn klanten kosteloos toegang hebben tot noodhulpdiensten door middel van noodcommunicatie naar de meest geschikte alarmcentrale en dat locatiegegevens van de oproeper kosteloos kunnen worden doorgegeven naar de meest geschikte alarmcentrale bij het gebruik van roamingdiensten.
Die referentieofferte kan voorwaarden omvatten ter voorkoming van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming voor andere doeleinden dan de levering van gereguleerde roamingdiensten aan klanten van roamingaanbieders tijdens hun periodieke reizen binnen de Unie. Indien dit zo bepaald is in een referentieofferte, kunnen die voorwaarden de specifieke maatregelen omvatten die de exploitant van een bezocht netwerk kan nemen ter voorkoming van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, alsook de objectieve criteria op grond waarvan dergelijke maatregelen kunnen worden genomen. Dergelijke criteria kunnen betrekking hebben op geaggregeerde informatie over roamingverkeer. Zij mogen geen betrekking hebben op specifieke informatie over het individuele verkeer van klanten van de roamingaanbieder.
In de referentieofferte kan onder meer worden bepaald dat wanneer de exploitant van het bezochte netwerk gegronde redenen heeft om aan te nemen dat er sprake is van permanente roaming door een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder of van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, de exploitant van het bezochte netwerk mag verlangen dat de roamingaanbieder, onverminderd de uniale en nationale voorschriften inzake gegevensbescherming, informatie verstrekt op basis waarvan kan worden vastgesteld of een aanzienlijk percentage van de klanten van de roamingaanbieder zich in een toestand van permanente roaming bevindt dan wel of er sprake is van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming op het netwerk van de exploitant van het bezochte netwerk, zoals informatie over het percentage klanten waarvoor een risico op afwijkend gebruik of misbruik van gereguleerde retailroamingdiensten tegen de geldende binnenlandse retailprijs is vastgesteld op basis van objectieve indicatoren overeenkomstig de uitvoeringshandelingen betreffende de toepassing van beleid inzake redelijk gebruik dat is vastgesteld overeenkomstig artikel 7.
De referentieofferte kan, in laatste instantie en wanneer minder strenge maatregelen niet volstonden om die toestand aan te pakken, voorzien in de mogelijkheid om een wholesaleroamingovereenkomsten te beëindigen indien de exploitant van het bezochte netwerk op basis van objectieve criteria heeft vastgesteld dat er sprake is van permanente roaming door een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder of van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, en de exploitant van het thuisnetwerk hiervan in kennis heeft gesteld.
De exploitant van het bezochte netwerk kan de wholesaleroamingovereenkomst enkel eenzijdig beëindigen op grond van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming na voorafgaande goedkeuring door de nationale regelgevende instantie van de exploitant van het bezochte netwerk.
Binnen drie maanden na ontvangst van een verzoek door de exploitant van het bezochte netwerk om toestemming voor de beëindiging van een wholesaleroamingovereenkomst beslist de nationale regelgevende instantie van het bezochte netwerk, na raadpleging van de nationale regelgevende instantie van de exploitant van het thuisnetwerk, om dat verzoek in te willigen dan wel af te wijzen, en stelt zij de Commissie daarvan in kennis.
De nationale regelgevende instanties van de exploitant van het bezochte netwerk en van de exploitant van het thuisnetwerk kunnen Berec verzoeken een opinie te geven over de overeenkomstig deze verordening te nemen maatregelen. Berec stelt zijn opinie vast binnen een maand na ontvangst van een dergelijk verzoek.
Wanneer Berec werd geraadpleegd, moet de nationale regelgevende instantie van de exploitant van het bezochte netwerk afwachten en zo veel mogelijk rekening houden met de door Berec gegeven opinie alvorens binnen de in de zesde alinea bedoelde termijn van drie maanden te beslissen om de beëindiging van de wholesaleroamingovereenkomst krachtens de zesde alinea in te willigen dan wel af te wijzen.
De nationale regelgevende instantie van de exploitant van het bezochte netwerk maakt informatie betreffende toestemmingen om wholesaleroamingovereenkomst te beëindigen openbaar, met inachtneming van de vertrouwelijkheidsvereisten inzake bedrijfsgegevens.
De vijfde tot en met de negende alinea van dit lid doen geen afbreuk aan de bevoegdheid van de nationale regelgevende instantie om onmiddellijke beëindiging te eisen van een inbreuk op de in deze verordening uiteengezette verplichtingen uit hoofde van artikel 17, lid 7, en evenmin aan het recht van de exploitant van het bezochte netwerk om passende maatregelen te nemen om fraude te bestrijden.
Indien nodig leggen nationale regelgevende instanties wijzigingen op met betrekking tot referentieoffertes, onder meer inzake de specifieke maatregelen die de exploitant van het bezochte netwerk kan nemen ter voorkoming van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, alsook inzake de objectieve criteria op grond waarvan de exploitant van het bezochte netwerk dergelijke maatregelen kan nemen, om gevolg te geven aan de in dit artikel neergelegde verplichtingen.
7. Indien de onderneming die om toegang verzoekt, wenst dat zakelijke onderhandelingen worden geopend over het opnemen van componenten die buiten de referentieofferte vallen, wordt een dergelijk verzoek door de exploitant van een mobiel netwerk beantwoord binnen een redelijke termijn van ten hoogste twee maanden na ontvangst van het oorspronkelijke verzoek. Voor de toepassing van dit lid zijn de leden 2 en 5 niet van toepassing.
8. Als bijdrage aan de consistente toepassing van dit artikel actualiseert Berec uiterlijk op 5 oktober 2022, na raadpleging van de belanghebbenden en in nauwe samenwerking met de Commissie, de overeenkomstig artikel 3, lid 8, van Verordening (EU) nr. 531/2012 vastgestelde richtsnoeren betreffende toegang tot wholesaleroaming.
Artikel 4
Verlening van gereguleerde retailroamingdiensten
1. Roamingaanbieders brengen roamende klanten in eender welke lidstaat geen toeslag bovenop de binnenlandse retailprijs in rekening voor geïnitieerde of ontvangen gereguleerde roaminggesprekken, verzonden gereguleerde roaming-sms-berichten of gebruikte gereguleerde dataroamingdiensten, en brengen geen algemene kosten in rekening om de eindapparatuur of de dienst in het buitenland te kunnen gebruiken, onverminderd de artikelen 5 en 6.
2. Roamingaanbieders bieden geen gereguleerde retailroamingdiensten aan onder minder gunstige voorwaarden dan die welke in eigen land worden aangeboden, met name wat de in de retailovereenkomst vermelde servicekwaliteit betreft, indien dezelfde generatie mobielecommunicatienetwerken en -technologieën beschikbaar zijn op het bezochte netwerk.
Exploitanten van mobiele communicatie vermijden onredelijke vertragingen bij de overdrachten tussen netwerken aan de binnengrenzen van de Unie.
3. Om bij te dragen tot de consequente toepassing van dit artikel actualiseert Berec uiterlijk 1 januari 2023, na raadpleging van de belanghebbenden en in nauwe samenwerking met de Commissie, zijn richtsnoeren voor de uitvoering van de maatregelen inzake de servicekwaliteit.
Artikel 5
Redelijk gebruik
1. Roamingaanbieders kunnen in overeenstemming met dit artikel en de krachtens artikel 7 vastgestelde uitvoeringshandelingen een beleid inzake “redelijk gebruik” toepassen op het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten die tegen het geldende binnenlandse retailprijsniveau worden verleend, ter voorkoming van misbruik of afwijkend gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten door roamende klanten, zoals het gebruik van dergelijke diensten door roamende klanten in een andere lidstaat dan die van hun binnenlandse aanbieder voor andere doeleinden dan periodieke reizen.
Een beleid inzake “redelijk gebruik” stelt de klant van de roamingaanbieder in staat tegen het geldende binnenlandse retailtarief volumes gereguleerde retailroamingdiensten af te nemen die stroken met hun respectieve tariefplannen.
2. Artikel 8 is van toepassing op gereguleerde retailroamingdiensten die een van de door een beleid inzake “redelijk gebruik” gestelde grenzen, overschrijden.
Artikel 6
Houdbaarheidsmechanisme
1. In specifieke en uitzonderlijke omstandigheden kan de roamingaanbieder, teneinde de houdbaarheid van zijn binnenlands tariefmodel te waarborgen en wanneer hij zijn totale werkelijke en geraamde kosten voor het leveren van gereguleerde roamingdiensten overeenkomstig de artikelen 4 en 5, niet kan dekken met zijn werkelijke en geraamde inkomsten uit die diensten, verzoeken om een toeslag te mogen aanrekenen. Die toeslag wordt uitsluitend toegepast voor zover dit nodig is om de kosten van de levering van gereguleerde retailroamingdiensten te dekken, met inachtneming van de toepasselijke maximale wholesaletarieven.
2. Indien een roamingaanbieder besluit van lid 1 van dit artikel gebruik te maken, dient hij onverwijld een verzoek in bij de nationale regelgevende instantie en verstrekt hij deze alle nodige informatie overeenkomstig de in artikel 7 bedoelde uitvoeringshandelingen. Daarna actualiseert de roamingaanbieder deze informatie om de twaalf maanden en verstrekt hij die aan de nationale regelgevende instantie.
3. Bij ontvangst van het in lid 2 bedoelde verzoek beoordeelt de nationale regelgevende instantie of de roamingaanbieder heeft aangetoond dat hij niet in staat is de kosten overeenkomstig lid 1 te dekken, met als gevolg dat de houdbaarheid van zijn binnenlands tariefmodel zal worden ondermijnd. De beoordeling van de houdbaarheid van het binnenlands tariefmodel is gebaseerd op relevante objectieve factoren die specifiek zijn voor de roamingaanbieder, waaronder objectieve verschillen tussen roamingaanbieders in de betrokken lidstaat en het binnenlandse prijs- en inkomstenniveau. De nationale regelgevende instantie keurt de toeslag goed indien aan in lid 1 en dit lid neergelegde voorwaarden is voldaan.
4. De nationale regelgevende instantie keurt de toeslag goed binnen een maand na ontvangst van een verzoek uit hoofde van lid 2, tenzij het verzoek kennelijk ongegrond is of bij het verzoek onvoldoende informatie is verstrekt. Wanneer de nationale regelgevende instantie van oordeel is dat het verzoek kennelijk ongegrond is, of meent dat onvoldoende informatie is verstrekt, neemt zij, na de roamingaanbieder de gelegenheid te hebben geboden te worden gehoord, binnen een nieuwe termijn van twee maanden een definitief besluit waarbij zij de toeslag toestaat, wijzigt of weigert.
Artikel 7
Toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik en van het houdbaarheidsmechanisme
1. Met het oog op een uniforme toepassing van de artikelen 5 en 6 stelt de Commissie, na raadpleging van Berec, uitvoeringshandelingen vast ter vastlegging van gedetailleerde voorschriften betreffende:
a) |
de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik; |
b) |
de methode voor de beoordeling van de houdbaarheid van het aanbod van retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen, en |
c) |
het verzoek dat een door een roamingaanbieder ten behoeve van de in punt b) bedoelde beoordeling moet indienen. |
De in de eerste alinea van dit lid bedoelde uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 20, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.
De Commissie evalueert, na raadpleging van Berec, de in de eerste alinea bedoelde uitvoeringshandelingen periodiek in het licht van de marktontwikkelingen.
2. Bij het vaststellen van de uitvoeringshandelingen ter vastlegging van de gedetailleerde voorschriften betreffende de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik, houdt de Commissie rekening met het volgende:
a) |
de ontwikkeling van prijsstellings- en gebruikspatronen in de lidstaten; |
b) |
de mate van convergentie van de binnenlandse prijsniveaus binnen de Unie; |
c) |
de reispatronen binnen de Unie; |
d) |
waarneembare risico’s van verstoring van de concurrentie en investeringsstimulansen op thuismarkten en bezochte markten. |
3. De Commissie baseert de in lid 1, punten b) en c), bedoelde uitvoeringshandelingen op het volgende:
a) |
de bepaling van de totale werkelijke en geraamde kosten voor het leveren van gereguleerde retailroamingdiensten, onder verwijzing naar de effectieve wholesaleroamingtarieven voor ongelijk verkeer en een redelijk aandeel van de gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten die moeten worden gemaakt om gereguleerde retailroamingdiensten te leveren; |
b) |
de bepaling van de totale werkelijke en geraamde inkomsten uit het leveren van gereguleerde retailroamingdiensten; |
c) |
het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten en het binnenlandse gebruik door de klanten van de roamingaanbieder; |
d) |
het concurrentie-, prijs- en inkomstenniveau op de binnenlandse markt, en elk merkbaar risico dat roaming tegen binnenlandse retailprijzen een aanzienlijke invloed zou hebben op de ontwikkeling van die prijzen. |
4. De nationale regelgevende instantie en, indien van toepassing voor de uitoefening van de bevoegdheden die hun bij de nationale wetgeving tot omzetting van Richtlijn (EU) 2018/1972 zijn verleend, andere bevoegde instanties voeren strenge controle en toezicht uit op de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik. De nationale regelgevende instantie voert strenge controle en toezicht uit op de toepassing van de maatregelen voor de houdbaarheid van het aanbod van retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen, waarbij zij zo veel mogelijk rekening houdt met relevante objectieve factoren die specifiek zijn voor de betrokken lidstaat en met relevante objectieve verschillen tussen roamingaanbieders. Onverminderd de procedure van artikel 6, lid 3, handhaaft de nationale regelgevende instantie tijdig de voorschriften van de artikelen 5 en 6, en de in lid 2 van dit artikel genoemde uitvoeringshandelingen. De nationale regelgevende instantie kan op elk moment verlangen dat de roamingaanbieder de toeslag wijzigt of ervan afziet indien hij niet voldoet aan de artikelen 5 of 6.
Andere bevoegde autoriteiten zien toe op de naleving van de voorschriften van artikel 5 en van de uitvoeringshandelingen die relevant zijn voor de uitoefening van de bevoegdheden die hun bij de nationale wetgeving tot omzetting van Richtlijn (EU) 2018/1972 zijn verleend, naargelang van het geval.
De nationale regelgevende instantie en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties, stellen de Commissie jaarlijks op de hoogte betreffende de toepassing van de artikelen 5 en 6, en van dit artikel.
5. Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 blijft van toepassing tot de toepassingsdatum van een nieuwe overeenkomstig lid 1 van dit artikel vastgestelde uitvoeringshandeling.
Artikel 8
Uitzonderlijke toepassing van retailtoeslagen voor het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten en aanbod van alternatieve tarieven
1. Onverminderd het bepaalde in de derde alinea, voldoet een roamingaanbieder die een toeslag aanrekent voor het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten dat een van de door een beleid inzake redelijk gebruik gestelde grenzen overschrijdt, aan de volgende voorschriften (exclusief btw):
a) |
de toeslag voor geïnitieerde gereguleerde roaminggesprekken, verzonden gereguleerde roaming-sms-berichten en gereguleerde dataroamingdiensten ligt niet hoger dan de maximale wholesaletarieven bedoeld in respectievelijk artikel 9, lid 2, artikel 10, lid 1, en artikel 11, lid 1; |
b) |
de toeslag voor ontvangen gereguleerde roaminggesprekken bedraagt niet meer dan de enkele maximumtarieven voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie die voor dat jaar zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 75, lid 1, van Richtlijn (EU) 2018/1972. |
Indien de Commissie, met betrekking tot punt b) van de eerste alinea van dit lid, na haar evaluatie van de op grond van artikel 75, lid 1, van Richtlijn (EU) 2018/1972 vastgestelde gedelegeerde handeling besluit dat de vaststelling van een maximumtarief voor gespreksafgifte voor de hele Unie niet langer nodig is en geen maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte oplegt, mag de toeslag voor ontvangen gereguleerde roaminggesprekken niet meer bedragen dan het tarief dat is vastgesteld in de meest recente gedelegeerde handeling die op grond van artikel 75 van die richtlijn is vastgesteld.
Roamingaanbieders rekenen geen toeslag aan op ontvangen gereguleerde roaming-sms-berichten of ontvangen roamingvoicemailberichten. Dit laat onverlet dat andere kosten in rekening worden gebracht, zoals kosten voor het beluisteren van dergelijke berichten.
Roamingaanbieders brengen geïnitieerde en ontvangen roaminggesprekken in rekening per seconde. Roamingaanbieder kunnen voor geïnitieerde gesprekken een aanvankelijke minimumperiode van ten hoogste 30 seconden in rekening brengen. Roamingaanbieders brengen hun klanten gereguleerde dataroamingdiensten in rekening per kilobyte, met uitzondering van mms-berichten, die per eenheid mogen worden aangerekend. In een dergelijk geval ligt het retailtarief dat een roamingaanbieder aan een roamende klant kan aanrekenen voor de doorgifte of ontvangst van een roaming-mms-bericht, niet hoger dan het in de eerste alinea voor gereguleerde dataroamingdiensten bedoelde maximale retailroamingtarief.
2. Roamingaanbieders kunnen roamende klanten een ander roamingtarief aanbieden dan een tarief dat is vastgesteld overeenkomstig de artikelen 4, 5 en 6 en lid 1 van dit artikel, en roamende klanten kunnen ook vrijwillig voor dat ander tarief kiezen, waardoor zij een ander tarief voor gereguleerde roamingdiensten genieten dan het tarief dat hun zou zijn aangeboden indien zij deze keuze niet hadden gemaakt. De roamingaanbieder wijst deze roamende klanten op de aard van de roamingvoordelen die daardoor verloren gaan.
Onverminderd de eerste alinea, passen roamingaanbieders het overeenkomstig de artikelen 4 en 5 en lid 1 van dit artikel vastgestelde tarief automatisch toe voor alle bestaande en nieuwe roamende klanten.
Een roamende klant kan op elk moment verzoeken om over te stappen naar of van het tarief dat is vastgesteld overeenkomstig de artikelen 4, 5 en 6, en lid 1 van dit artikel. Wanneer roamende klanten vrijwillig kiezen om over te schakelen van of naar het tarief dat wordt vastgesteld overeenkomstig de artikelen 4, 5 en 6 en lid 1 van dit artikel, geschiedt elke overstap kosteloos binnen één werkdag na ontvangst van het verzoek, en zonder dat voorwaarden of beperkingen worden opgelegd op grond van elementen van het abonnement die geen betrekking hebben op roaming. Roamingaanbieders kunnen deze overstap uitstellen totdat het voorgaande roamingtarief gedurende een gespecificeerde minimumtermijn van kracht is geweest; deze minimumtermijn mag niet langer zijn dan twee maanden.
3. Onverminderd deel III, titel III, van Richtlijn (EU) 2018/1972 zorgen roamingaanbieders ervoor dat elke retailovereenkomst met betrekking tot een gereguleerde retailroamingdienst de kenmerken van die verleende gereguleerde retailroamingdienst bevat, in het bijzonder:
a) |
het specifieke tariefplan of de specifieke tariefplannen, en voor elk van deze tariefplannen de soorten diensten die worden aangeboden, inclusief de communicatievolumes; |
b) |
iedere beperking die wordt opgelegd op het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten die tegen het geldende binnenlandse retailprijsniveau worden verleend, met name gekwantificeerde informatie over de wijze waarop een beleid inzake redelijk gebruik wordt toegepast, door verwijzing naar de belangrijkste parameters inzake prijsstelling of volumebepaling, of andere parameters van de verleende gereguleerde retailroamingdienst in kwestie; |
c) |
duidelijke en begrijpelijke informatie over de voorwaarden en de kwaliteit van de roamingdienst bij roaming binnen de Unie, overeenkomstig de in lid 6 bedoelde richtsnoeren van Berec. |
4. Onverminderd artikel 97 van Richtlijn (EU) 2018/1972 zorgen roamingaanbieders ervoor dat in een retailcontract dat een soort gereguleerde retailroamingdienst omvat, informatie wordt verstrekt over de soorten diensten waarvoor bij roaming hogere tarieven kunnen gelden.
5. Roamingaanbieders publiceren de in de leden 3 en 4 bedoelde informatie.
Daarnaast publiceren roamingaanbieders informatie over de redenen die ertoe leiden dat een roamingdienst mogelijk wordt aangeboden onder voorwaarden die minder gunstig zijn dan die welke in eigen land worden aangeboden. Die informatie omvat factoren die van invloed kunnen zijn op de kwaliteit van de roamingdienst waarop de roamende klant zich abonneert, zoals netwerkgeneraties en -technologieën die voor de roamende klant beschikbaar zijn in een bezochte lidstaat.
6. Met het oog op de consequente toepassing van dit artikel actualiseert Berec uiterlijk 1 januari 2023, na raadpleging van de belanghebbenden en in nauwe samenwerking met de Commissie, zijn richtsnoeren inzake retailroaming, met name wat betreft de uitvoering van dit artikel en de transparantiemaatregelen als bedoeld in de artikelen 13, 14 en 15.
Artikel 9
Wholesaletarieven voor gereguleerde roaminggesprekken
1. Het gemiddelde wholesaletarief dat de exploitant van het bezochte netwerk in rekening mag brengen aan de roamingaanbieder voor de levering van een gereguleerd roaminggesprek dat op het bezochte netwerk is opgebouwd, inclusief onder meer de kosten voor opbouw, doorgifte en afgifte, mag niet meer bedragen dan een preventief plafond van 0,022 EUR per minuut. Dat maximale wholesaletarief neemt op 1 januari 2025 af tot 0,019 EUR en wordt, onverminderd artikel 21, tot en met 30 juni 2032 gehandhaafd op 0,019 EUR per minuut.
2. Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt tussen elke twee willekeurige exploitanten toegepast, en wordt berekend over een tijdvak van twaalf maanden of over elk korter resterend tijdvak tot het eind van de periode waarin het in lid 1 bedoelde maximale gemiddelde wholesaletarief wordt toegepast, of voor 30 juni 2032.
3. Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt berekend door de totale wholesaleroaminginkomsten te delen door het totale aantal wholesaleroamingminuten die de exploitant tijdens het betreffende tijdvak daadwerkelijk voor de levering van wholesaleroaminggesprekken binnen de Unie heeft gebruikt, uitgedrukt in een bedrag per seconde en aangepast teneinde rekening te houden met de mogelijkheid voor de exploitant van het bezochte netwerk om een aanvankelijke minimumperiode van ten hoogste 30 seconden in rekening te brengen.
Artikel 10
Wholesaletarieven voor gereguleerde roaming-sms-berichten
1. Het gemiddelde wholesaletarief dat de exploitant van het bezochte netwerk aan de roamingaanbieder mag berekenen voor de levering van een gereguleerd roaming-sms-bericht dat geïnitieerd wordt op het bezochte netwerk, mag niet meer bedragen dan een preventief plafond van 0,004 EUR per sms-bericht. Dat maximale wholesaletarief daalt op 1 januari 2025 tot 0,003 EUR per sms-bericht en wordt, onverminderd artikel 21, tot en met 30 juni 2032 gehandhaafd op 0,003 EUR.
2. Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt tussen elke twee willekeurige exploitanten toegepast, en wordt berekend over een tijdvak van twaalf maanden of over elk korter resterend tijdvak tot het eind van de periode waarin het in lid 1 bedoelde maximale gemiddelde wholesaletarief wordt toegepast, of voor 30 juni 2032.
3. Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt berekend door de totale door de exploitant van het bezochte netwerk of de exploitant van het thuisnetwerk ontvangen wholesale-inkomsten voor opbouw en verzending van gereguleerde roaming-sms-berichten binnen de Unie in het betreffende tijdvak, te delen door het totale aantal van die sms-berichten dat in dat tijdvak namens de roamingaanbieder of de exploitant van het thuisnetwerk werd geïnitieerd en verzonden.
4. De exploitant van een bezocht netwerk brengt de roamingaanbieder of de exploitant van het thuisnetwerk van een roamende klant geen kosten in rekening, afgezien van het in lid 1 bedoelde tarief, voor de afgifte van een gereguleerd roaming-sms-bericht dat wordt verzonden naar een roamende klant die op dat bezochte netwerk aan het roamen is.
Artikel 11
Wholesaletarieven voor gereguleerde dataroamingdiensten
1. Het gemiddelde wholesaletarief dat de exploitant van het bezochte netwerk aan de roamingaanbieder mag berekenen voor de levering van gereguleerde dataroamingdiensten door middel van het bezochte netwerk, mag niet meer bedragen dan een preventief plafond van 2,00 EUR per gigabyte verzonden en ontvangen data. Dat maximale wholesaletarief daalt tot 1,80 EUR per gigabyte verzonden data op 1 januari 2023, tot 1,55 EUR per gigabyte op 1 januari 2024, tot 1,30 EUR per gigabyte op 1 januari 2025, tot 1,10 EUR per gigabyte op 1 januari 2026 en tot 1,00 EUR per gigabyte op uiterlijk 1 januari 2027, waarna het, onverminderd artikel 21, wordt gehandhaafd op 1,00 EUR per gigabyte verzonden data tot 30 juni 2032.
2. Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt tussen elke twee willekeurige exploitanten toegepast, en wordt berekend over een tijdvak van twaalf maanden of over elk korter resterend tijdvak tot het eind van de periode waarin het in lid 1 bedoelde maximale gemiddelde wholesaletarief wordt toegepast, of voor 30 juni 2032.
3. Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt berekend door de som van de wholesale-inkomsten die de exploitant van het bezochte netwerk of het thuisnetwerk heeft ontvangen voor de levering van gereguleerde dataroamingdiensten in de desbetreffende periode, te delen door het totale aantal megabytes aan data dat in die periode namens de betrokken roamingaanbieder of exploitant van het thuisnetwerk daadwerkelijk is gebruikt voor de levering van die diensten in die periode, uitgedrukt in kilobytes.
Artikel 12
Wholesaletarieven voor noodcommunicatie
Onverminderd de artikelen 9, 10 en 11 brengt de exploitant van het bezochte netwerk de roamingaanbieder geen kosten in rekening in verband met enigerlei door de roamende klant geïnitieerde noodcommunicatie of de doorgifte van locatiegegevens van de oproeper.
Artikel 13
Transparantie van de retailvoorwaarden voor roamingoproepen en sms-berichten
1. Om roamende klanten attent te maken op het feit dat zij roamingkosten zullen moeten betalen wanneer zij een oproep initiëren of ontvangen of wanneer zij een sms-bericht verzenden, verstrekt elke roamingaanbieder, behalve wanneer de klanten de roamingaanbieder hebben laten weten dat zij deze dienst niet wensen te gebruiken, aan de klanten, zodra deze een andere lidstaat dan die van zijn binnenlandse aanbieder binnengaan, via een automatisch bericht, zonder onnodige vertraging en kosteloos via een berichtendienst basale gepersonaliseerde prijsinformatie over de roamingtarieven (inclusief btw) die van toepassing zijn op het initiëren en ontvangen van oproepen en op het verzenden van sms-berichten door deze klanten in de bezochte lidstaat.
Die basale gepersonaliseerde prijsinformatie wordt uitgedrukt in de munteenheid van de factuur die de klant in zijn lidstaat van herkomst van zijn binnenlandse aanbieder ontvangt en bevat gegevens over:
a) |
het beleid inzake redelijk gebruik dat op de roamende klant binnen de Unie van toepassing is en de toeslagen bij overschrijding van een door dat beleid inzake redelijk gebruik vastgestelde grenzen, en |
b) |
overeenkomstig artikel 6 aangerekende toeslagen. |
Behalve wanneer de roamende klanten de roamingaanbieder ervan in kennis hebben gesteld dat zij deze dienst niet nodig hebben, verstrekken roamingaanbieders de klanten automatisch, door middel van een berichtendienst, zonder onnodige vertraging en kosteloos, wanneer de roamende klanten een andere lidstaat binnengaan dan die van hun binnenlandse aanbieder, informatie over het risico van hogere kosten als gevolg van het gebruik van diensten met toegevoegde waarde. Deze informatie omvat een link die gratis toegang geeft tot een speciale webpagina met actuele informatie over de soorten diensten waarvoor hogere kosten kunnen gelden en, indien beschikbaar, informatie over nummerreeksen voor diensten met toegevoegde waarde of andere relevante aanvullende informatie in de overeenkomstig artikel 16, eerste alinea, punt a), opgezette databank, overeenkomstig artikel 16, derde alinea. De webpagina bevat informatie over eventuele kosten die voor gratis telefoonnummers gelden bij roaming.
De in de eerste alinea van dit lid bedoelde basale gepersonaliseerde prijsinformatie omvat verder het in lid 2 bedoelde gratis telefoonnummer waar de klant meer gedetailleerde informatie kan verkrijgen.
Bij elk bericht krijgen klanten de mogelijkheid de roamingaanbieder kosteloos en op eenvoudige wijze mee te delen dat zij geen gebruik wensen te maken van de automatische berichtendienst. Klanten die kenbaar hebben gemaakt geen gebruik te willen maken van deze automatische berichtendienst, hebben het recht om op elk moment en kosteloos de verstrekking van de dienst door de roamingaanbieder opnieuw te verlangen.
Op verzoek wordt de in de eerste alinea bedoelde basale gepersonaliseerde prijsinformatie door de roamingaanbieders automatisch, door middel van een telefoongesprek en kosteloos verstrekt aan klanten met een beperking.
Met uitzondering van het geval met betrekking tot het beleid inzake redelijk gebruik en de overeenkomstig artikel 6 aangerekende toeslag, zijn de eerste, de tweede, de vijfde en de zesde alinea van dit lid eveneens van toepassing op zowel gespreks- als sms-roamingdiensten die door roamende klanten worden gebruikt wanneer zij van niet-terrestrische openbare mobielecommunicatienetwerken gebruikmaken en door een roamingaanbieder worden aangeboden, en eveneens op gespreks- en sms-roamingdiensten die door roamende klanten die buiten de Unie reizen worden gebruikt en door een roamingaanbieder worden aangeboden.
2. In aanvulling op de in lid 1 verstrekte informatie heeft de klant, waar in de Unie hij zich ook bevindt, het recht om door middel van een mobiel telefoongesprek of via sms-bericht kosteloos meer gedetailleerde gepersonaliseerde prijsinformatie over de in het bezochte netwerk toepasselijke roamingtarieven voor telefoongesprekken en sms-berichten, alsmede informatie over de op grond van deze verordening toepasselijke transparantiemaatregelen te vragen en te ontvangen. Voor een dergelijk verzoek wordt een gratis nummer gebruikt dat de roamingaanbieder voor dat doel beschikbaar stelt. De bij lid 1 opgelegde verplichtingen zijn niet van toepassing op toestellen die de sms-functie niet ondersteunen.
3. De roamingaanbieder zendt de roamende klant een kennisgeving wanneer het toepasselijke redelijke gebruiksvolume voor gereguleerde gespreks- of sms-roamingdiensten volledig is opgebruikt of wanneer eender welke overeenkomstig artikel 6 toegepaste gebruiksdrempel wordt bereikt. Deze kennisgeving vermeldt de toeslag die zal worden toegepast op elk extra gebruik van gereguleerde gespreks- of sms-roamingdiensten door de roamende klant. Elke klant heeft het recht van de roamingaanbieder te verlangen dat hij stopt met het versturen van dergelijke kennisgevingen, en het recht om te allen tijde en kosteloos van de roamingaanbieder te verlangen dat hij de levering van de dienst hervat.
4. Roamingaanbieders verstrekken alle klanten bij het nemen van hun abonnement alle informatie over de door hen gehanteerde roamingtarieven. Voorts delen zij elke wijziging van hun geldende roamingtarieven zonder onnodige vertraging aan de roamende klanten mee.
Zij sturen daarna met redelijke tussenpozen een herinnering aan alle klanten die voor een ander tarief hebben gekozen.
5. Roamingaanbieders stellen voor hun klanten informatie beschikbaar waaruit blijkt hoe ongewilde roaming in grensgebieden effectief kan worden vermeden. Roamingaanbieders nemen alle redelijke maatregelen om hun klanten te beschermen tegen betaling van roamingtarieven voor roamingdiensten die ongewild zijn gebruikt wanneer zij zich in hun eigen lidstaat bevinden.
6. Roamingaanbieders nemen alle redelijke maatregelen om hun klanten te beschermen tegen extra kosten voor telefoongesprekken en sms-berichten wanneer zij ongewild van niet-terrestrische openbare mobiele netwerken gebruikmaken, bijvoorbeeld door roamende klanten de mogelijkheid te bieden af te zien van het gebruik van niet-terrestrische netwerken. Wanneer een dergelijk opt-outmechanisme wordt aangeboden, heeft de roamende klant het recht te allen tijde eenvoudig en kosteloos af te zien van het gebruik van niet-terrestrische netwerken en te verzoeken om opnieuw op dergelijke netwerken te worden aangesloten.
Artikel 14
Transparantie en preventieve mechanismen voor retaildataroamingdiensten
1. In overeenstemming met de leden 2 en 4 zorgen roamingaanbieders ervoor dat hun roamende klanten zowel vóór als na de sluiting van een retailovereenkomst naar behoren worden voorgelicht over de tarieven die van toepassing zijn op hun gebruik van gereguleerde dataroamingdiensten, zodat deze een beter inzicht krijgen in de financiële gevolgen van dat gebruik en hun uitgaven voor gereguleerde dataroamingdiensten kunnen bewaken en beheersen.
Waar nodig stellen roamingaanbieders hun klanten vóór de sluiting van een retailovereenkomst en vervolgens met regelmatige tussenpozen op de hoogte van het risico dat automatisch en ongecontroleerd een dataroamingverbinding tot stand komt en data worden gedownload. Voorts delen roamingaanbieders hun klanten kosteloos en op duidelijke en gemakkelijk te begrijpen wijze mee hoe zij die automatische dataroamingverbinding kunnen uitschakelen om te voorkomen dat op ongecontroleerde wijze gebruik wordt gemaakt van dataroamingdiensten.
2. Een automatisch bericht van de roamingaanbieder stelt de roamende klant ervan in kennis dat hij gebruik maakt van gereguleerde dataroamingdiensten, en omvat basale gepersonaliseerde prijsinformatie over de kosten (in de munteenheid van de factuur die de klant in de lidstaat van herkomst van zijn binnenlandse aanbieder ontvangt) die van toepassing zijn op de levering van gereguleerde dataroamingdiensten aan die roamende klant in de desbetreffende lidstaat, tenzij de klant de roamingaanbieder heeft medegedeeld dat hij deze informatie niet verlangt.
De basale gepersonaliseerde tariefinformatie omvat ook informatie over:
a) |
het beleid inzake redelijk gebruik dat op de roamende klant binnen de Unie van toepassing is en de toeslagen bij overschrijding van een door dat beleid inzake redelijk gebruik vastgestelde grenzen, en |
b) |
overeenkomstig artikel 6 aangerekende toeslagen. |
De roamende klant ontvangt deze informatie rechtstreeks op zijn mobiele toestel, bijvoorbeeld door middel van een sms-bericht, een e-mail, een tekstbericht of een pop-upvenster op het mobiele toestel, telkens als hij een andere lidstaat binnengaat dan die van zijn binnenlandse aanbieder en hij aldaar voor het eerst gebruik begint te maken van een dataroamingdienst. De informatie wordt kosteloos verstrekt op het moment dat de roamende klant gebruik begint te maken van een gereguleerde dataroamingdienst, op zodanige wijze dat de ontvangst en het begrip ervan worden vergemakkelijkt.
Een klant die zijn roamingaanbieder heeft laten weten deze automatische tariefinformatie niet te willen ontvangen, heeft het recht om op elk moment en kosteloos de verlening van deze dienst door de roamingaanbieder opnieuw te verlangen.
3. De roamingaanbieder zendt een kennisgeving wanneer het toepasselijke redelijke gebruiksvolume van gereguleerde dataroamingdiensten volledig is opgebruikt of eender welke overeenkomstig artikel 6 toegepaste gebruiksdrempel wordt bereikt. Die kennisgeving vermeldt de toeslag die zal worden aangerekend voor elk extra gebruik van gereguleerde dataroamingdiensten door de roamende klant. Elke klant heeft het recht van de roamingaanbieder te verlangen dat hij stopt met het versturen van dergelijke kennisgevingen, en het recht om te allen tijde en kosteloos van de roamingaanbieder te verlangen dat hij de levering van de dienst hervat.
4. Iedere roamingaanbieder verschaft al zijn roamende klanten kosteloos toegang tot een faciliteit die tijdig informatie geeft over het totale gebruik uitgedrukt in volume of in de munteenheid waarin de roamende klant voor gereguleerde dataroamingdiensten wordt gefactureerd, en die waarborgt dat de totale uitgaven voor gereguleerde dataroamingdiensten in een specifieke gebruiksperiode, uitgezonderd mms-berichten die per eenheid gefactureerd worden, zonder de uitdrukkelijke toestemming van de klant een bepaald maximumbedrag niet overschrijden. Klanten kunnen de roamingaanbieder laten weten dat zij geen toegang tot een dergelijke faciliteit wensen.
Daartoe stelt de roamingaanbieder één of meer maximumbedragen voor specifieke gebruiksperiodes voor, mits de klant vooraf op de hoogte wordt gesteld van de daarmee overeenkomende volumes. Eén van deze maximumbedragen (het standaard maximumbedrag) ligt in de nabijheid van 50 EUR aan verschuldigde kosten per maandelijkse factureringsperiode, exclusief btw zonder dit te overschrijden.
Een andere mogelijkheid is dat de roamingaanbieder in volumes uitgedrukte plafonds bepaalt, mits de klant vooraf op de hoogte wordt gesteld van de dienovereenkomstige financiële bedragen. Eén van deze plafonds (het standaard volumeplafond) gaat gepaard met een bedrag van ten hoogste 50 EUR aan verschuldigde kosten per maandelijkse factureringsperiode, exclusief btw.
De roamingaanbieder kan zijn roamende klanten tevens andere plafonds aanbieden met andere, dat wil zeggen hogere of lagere, maandelijkse maximumbedragen.
Het in de tweede en de derde alinea bedoelde standaardplafond geldt voor alle klanten die niet hebben gekozen voor een ander plafond.
Elke roamingaanbieder zorgt er eveneens voor dat een passende kennisgeving rechtstreeks naar de het mobiele toestel van de roamende klant, bijvoorbeeld door middel van een sms-bericht, een e-mail, een tekstbericht of een pop-upvenster op de computer, wordt verstuurd wanneer de dataroamingdiensten 80 % van het overeengekomen financiële of volumeplafond hebben bereikt. Elke klant heeft het recht van de roamingaanbieder te verlangen dat hij stopt met het versturen van dergelijke kennisgevingen, en het recht om te allen tijde en kosteloos van de roamingaanbieder te verlangen dat hij de levering van de dienst hervat.
Als dit financiële of volumeplafond dreigt te worden overschreden, wordt een kennisgeving gestuurd naar het mobiele toestel van de roamende klant. Wanneer een roamende klant voor wie een standaard financieel plafond of standaard volumeplafond als bedoeld in de vijfde alinea geldt, in een maandelijkse factureringsperiode (exclusief btw) meer dan 100 EUR verbruikt, wordt een aanvullende kennisgeving naar het mobiele toestel van die roamende klant gezonden. Die kennisgevingen vermelden welke procedure moet worden gevolgd indien de klant voortzetting van de levering van die diensten wenst, alsook de kosten die verbonden zijn aan elke extra af te nemen eenheid. Indien de roamende klant niet reageert op de ontvangen kennisgeving, stopt de roamingaanbieder onmiddellijk met de levering en de facturering van gereguleerde dataroamingdiensten aan de roamende klant, tenzij en totdat de roamende klant verzoekt om voortzetting of hervatting van de levering van deze diensten.
Wanneer een roamende klant vraagt om de verwijdering of herinvoering van een “financiële of volumebeperkende” faciliteit, vindt deze wijziging kosteloos plaats binnen één werkdag na ontvangst van het verzoek, zonder dat voorwaarden of beperkingen op grond van andere elementen van het abonnement worden opgelegd.
5. De leden 2 en 4 zijn niet van toepassing op toestellen voor communicatie van machine naar machine die gebruik maakt van mobieledatacommunicatie.
6. Roamingaanbieders nemen alle redelijke maatregelen om hun klanten te beschermen tegen betaling van roamingtarieven voor roamingdiensten die ongewild zijn gebruikt wanneer zij zich in hun eigen lidstaat bevinden. Daaronder valt ook het informeren van de klanten over hoe zij ongewilde roaming in grensgebieden effectief kunnen vermijden.
7. Roamingaanbieders nemen alle redelijke maatregelen om hun klanten te beschermen tegen extra kosten voor datadiensten wanneer zij ongewild van niet-terrestrische openbare mobiele netwerken gebruikmaken, bijvoorbeeld door roamende klanten de mogelijkheid te bieden af te zien van het gebruik van niet-terrestrische netwerken. Wanneer een dergelijk opt-outmechanisme wordt aangeboden, heeft de klant het recht te allen tijde eenvoudig en kosteloos af te zien van het gebruik van niet-terrestrische netwerken en te verzoeken om opnieuw op dergelijke netwerken te worden aangesloten.
8. Met uitzondering van lid 2, tweede alinea, lid 3, en lid 6, en behoudens de tweede en derde alinea van dit lid, is dit artikel tevens van toepassing op zowel dataroamingdiensten die door roamende klanten worden gebruikt wanneer zij gebruikmaken van niet-terrestrische openbare mobielecommunicatienetwerken en door een roamingaanbieder worden aangeboden, als op dataroamingdiensten die door roamende klanten worden gebruikt wanneer zij buiten de Unie reizen en door een roamingaanbieder worden aangeboden.
Ten aanzien van de in lid 4, eerste alinea, bedoelde faciliteit zijn de voorschriften van lid 4 niet van toepassing wanneer de exploitant van het bezochte netwerk in het bezochte land buiten de Unie de roamingaanbieder niet toelaat om het gebruik van zijn klant in real time te controleren.
In een dergelijk geval wordt de klant er bij binnenkomst in een dergelijk land onverwijld en kosteloos per sms-bericht van in kennis gesteld dat er geen informatie over de totale consumptie beschikbaar is, en dat niet kan worden gegarandeerd dat het gespecificeerde maximumbedrag niet wordt overschreden.
Artikel 15
Transparantie met betrekking tot de middelen om toegang te krijgen tot noodhulpdiensten
Roamingaanbieders zorgen ervoor dat hun roamende klanten passend worden geïnformeerd over de middelen om toegang te krijgen tot noodhulpdiensten in de bezochte lidstaat.
In een automatisch bericht van de roamingaanbieder wordt de roamende klant ervan in kennis gesteld dat deze laatste kosteloos toegang heeft tot noodhulpdiensten door het uniforme Europese noodnummer 112 te bellen. In dat bericht wordt de roamende klant ook een link aangeboden die gratis toegang geeft tot een speciale, voor personen met een beperking toegankelijke, webpagina die informatie biedt tot alternatieve middelen voor toegang tot noodhulpdiensten via noodcommunicatie die in de bezochte lidstaat is voorgeschreven. De informatie wordt door middel van een sms-bericht, of indien nodig op zodanige wijze dat de ontvangst en het begrip ervan worden vergemakkelijkt, naar het mobiele toestel van de roamende klant gestuurd, telkens als een roamende klant een andere lidstaat binnengaat dan die van de binnenlandse aanbieder van de roamende klant. De informatie wordt kosteloos verstrekt.
In lidstaten waar mobiele applicaties bestaan om het publiek te waarschuwen, delen roamingaanbieders, indien de bezochte lidstaat in de overeenkomstig artikel 16, eerste alinea, punt b), opgezette databank een link naar die applicatie heeft laten opnemen, in het bericht als bedoeld in de tweede alinea van dit artikel mee dat publieke waarschuwingen kunnen worden ontvangen met een mobiele applicatie om het publiek te waarschuwen. Op de speciale webpagina als bedoeld in de tweede alinea van dit artikel wordt een link naar de applicatie voor publieke waarschuwingen geplaatst en instructies voor het downloaden ervan gegeven.
Artikel 16
Database met nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde en middelen voor toegang tot noodhulpdiensten
De volgende databases worden uiterlijk op 31 december 2022 door Berec opgezet en vervolgens onderhouden:
a) |
één enkele database voor de hele Unie met nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde in elke lidstaat, die toegankelijk moet worden gemaakt voor exploitanten, nationale regelgevende instanties en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties, en |
b) |
één enkele database voor de hele Unie met middelen voor toegang tot nooddiensten die in elke lidstaat zijn voorgeschreven en technisch haalbaar zijn voor gebruik door roamende klanten, die toegankelijk moet worden gemaakt voor exploitanten en nationale regelgevende instanties en, indien van toepassing, voor andere bevoegde instanties. |
Met het oog op het opzetten en onderhouden van de in de eerste alinea bedoelde databases verstrekken de nationale regelgevende instanties of andere bevoegde instanties Berec onverwijld langs elektronische weg de nodige informatie en de relevante updates.
Onverminderd artikel 13 stellen de in de eerste alinea bedoelde databases de nationale regelgevende instanties en andere bevoegde instanties in staat om facultatief aanvullende informatie te verstrekken.
Artikel 17
Toezicht en handhaving
1. De nationale regelgevende instanties en, in voorkomend geval, andere bevoegde instanties controleren en zien toe op de naleving van deze verordening op hun grondgebied.
De nationale regelgevende instanties oefenen strikte controle en toezicht uit op roamingaanbieders die gebruikmaken van de artikelen 5 en 6.
In voorkomend geval monitoren en controleren andere bevoegde instanties de naleving door de exploitanten van de in deze verordening vastgestelde verplichtingen die relevant zijn voor de uitoefening van de bevoegdheden die hun bij de nationale wetgeving tot omzetting van Richtlijn (EU) 2018/1972 zijn verleend.
2. De nationale regelgevende instanties en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties stellen actuele informatie over de toepassing van deze verordening, met name de artikelen 4, 5, 6 en 8 tot en met 11, algemeen beschikbaar op een wijze die belangstellenden gemakkelijk toegang tot die informatie biedt.
3. Ter voorbereiding op de evaluatie bedoeld in artikel 21, zien de nationale regelgevende instanties en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties, in overeenstemming met hun respectieve bevoegdheden, toe op de ontwikkeling van de wholesale- en retailtarieven voor de levering aan roamende klanten van gespreks- en datacommunicatiediensten, met inbegrip van sms en mms, inclusief in de ultraperifere regio’s van de Unie bedoeld in artikel 349 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. De nationale regelgevende instanties en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties geven tevens aandacht aan het bijzondere geval van ongewilde roaming in de grensgebieden van aan elkaar grenzende lidstaten en controleren of er verkeerssturingstechnieken worden gebruikt die nadelig zijn voor de klanten.
De nationale regelgevende instanties en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties zien toe op en verzamelen informatie over ongewilde roaming, en nemen passende maatregelen.
4. De nationale regelgevende instanties en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties hebben de bevoegdheid om bij de ondernemingen waarop de bepalingen van deze verordening van toepassing zijn, alle informatie op te vragen die relevant is voor de uitvoering en handhaving van deze verordening. Die ondernemingen verstrekken dergelijke informatie op verzoek onverwijld en in overeenstemming met de door de nationale regelgevende instantie en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties vastgestelde termijnen en mate van detail.
5. Wanneer een nationale regelgevende instantie en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties informatie overeenkomstig de uniale en nationale voorschriften betreffende vertrouwelijke bedrijfsgegevens als vertrouwelijk beschouwen, garanderen de Commissie, Berec en de andere betrokken nationale regelgevende instanties of andere bevoegde instanties het vertrouwelijke karakter van de verstrekte informatie. De vertrouwelijkheid van bedrijfsgegevens mag geen belemmering zijn voor de onderlinge tijdelijke uitwisseling van informatie tussen de nationale regelgevende instantie of andere bevoegde instanties, de Commissie en Berec en de andere betrokken nationale regelgevende instanties of andere bevoegde instanties met het oog op de beoordeling en bewaking van en het toezicht op de toepassing van deze verordening.
6. De nationale regelgevende instanties zijn bevoegd om op eigen initiatief op te treden om de naleving van deze verordening te waarborgen. In de gevallen als bedoeld in artikel 61, lid 2, punten b) en c), van Richtlijn (EU) 2018/1972 maken de nationale regelgevende instanties of andere bevoegde instanties gebruik van de bevoegdheden waarover zij uit hoofde van artikel 61 van die richtlijn beschikken om te zorgen voor de benodigde toegang en interconnectie teneinde de eind-tot-eindverbinding en de interoperabiliteit van roamingdiensten te verzekeren, bijvoorbeeld wanneer klanten geen gereguleerde roaming-sms-berichten kunnen uitwisselen met klanten van een terrestrisch publiek mobielcommunicatienetwerk in een andere lidstaat als gevolg van het ontbreken van een wholesaleroamingovereenkomst over de afgifte van dergelijke berichten.
7. Wanneer de nationale regelgevende instantie of, indien van toepassing voor de uitoefening van de bevoegdheden die hun bij de nationale wetgeving tot omzetting van Richtlijn (EU) 2018/1972 zijn verleend, andere bevoegde instanties een inbreuk op deze verordening constateren, hebben zij de bevoegdheid om de onmiddellijke beëindiging van deze inbreuk te eisen.
Artikel 18
Geschillenbeslechting
1. In geval van geschillen in verband met de in deze verordening vervatte verplichtingen tussen ondernemingen die elektronischecommunicatienetwerken of -diensten aanbieden in een lidstaat, zijn de geschilbeslechtingsprocedures van de artikelen 26 en 27 van Richtlijn (EU) 2018/1972 van toepassing.
Geschillen tussen exploitanten van bezochte netwerken en andere exploitanten over tarieven die worden toegepast op noodzakelijke inputs voor de levering van gereguleerde wholesaleroamingdiensten kunnen krachtens de artikelen 26 en 27 van Richtlijn (EU) 2018/1972 worden voorgelegd aan de bevoegde nationale regelgevende instantie of instanties. De bevoegde nationale regelgevende instantie of instanties stellen Berec in kennis van eventuele grensoverschrijdende geschillen om die op een consistente manier te beslechten. Wanneer Berec werd geraadpleegd, wachten de nationale regelgevende instantie of instanties de opinie van Berec af voordat actie wordt ondernomen om het geschil te beslechten.
2. Bij niet-beslechte geschillen over kwesties die onder deze verordening vallen en waarbij een consument of eindgebruiker betrokken is, zorgen de lidstaten ervoor dat de procedures van buitengerechtelijke beslechting van geschillen overeenkomstig artikel 25 van Richtlijn (EU) 2018/1972 kunnen worden gebruikt.
Artikel 19
Sancties
De lidstaten stellen voorschriften vast ten aanzien van de sancties die van toepassing zijn op overtredingen van deze verordening en nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat deze sancties worden uitgevoerd. De sancties moeten doeltreffend, evenredig en ontradend zijn. De lidstaten stellen de Commissie onverwijld in kennis van deze regels en maatregelen, alsook van latere wijzigingen daarvan.
Artikel 20
Comitéprocedure
1. De Commissie wordt bijgestaan door het Comité voor communicatie dat is ingesteld bij artikel 118, lid 1, van Richtlijn (EU) 2018/1972. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.
2. In de gevallen waarin naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.
Artikel 21
Evaluatie
1. Na raadpleging van het Berec legt de Commissie het Europees Parlement en de Raad twee verslagen voor, indien nodig gevolgd door een wetsvoorstel tot wijziging van deze verordening.
Het eerste verslag moet uiterlijk op 30 juni 2025 worden ingediend en het tweede uiterlijk op 30 juni 2029.
De verslagen omvatten onder meer een beoordeling van:
a) |
het effect van de uitrol en implementatie van mobielecommunicatienetwerken en -technologieën van de volgende generatie op de roamingmarkt; |
b) |
de doeltreffendheid van de verplichtingen inzake de servicekwaliteit met betrekking tot roamende klanten, de beschikbaarheid en kwaliteit van diensten, met inbegrip van die welke een alternatief vormen voor gereguleerde retailgespreks-, retailsms- en retaildataroamingdiensten, met name in het licht van de technologische ontwikkelingen en van de toegang tot de verschillende netwerktechnologieën en -generaties; |
c) |
de mate van concurrentie op zowel de retail- als de wholesaleroamingmarkt, met name de feitelijk door de exploitanten betaalde wholesaletarieven en de concurrentiepositie van kleine, onafhankelijke of sinds kort op de markt actieve exploitanten en MVNO’s, met inbegrip van de gevolgen voor de concurrentie van commerciële wholesaleroamingovereenkomsten, van het verkeer dat op handelsplatformen en soortgelijke instrumenten wordt verhandeld, en de mate van interconnectie tussen exploitanten; |
d) |
de ontwikkeling van intermachinale roaming, met inbegrip van roaming op IoT-apparaten; |
e) |
de mate waarin de uitvoering van de in artikel 3 bedoelde maatregelen, met name, op grond van de door de nationale regelgevende instanties verstrekte informatie, van de procedure voor voorafgaande toestemming die is vastgelegd in artikel 3, lid 6, tot meer concurrentie heeft geleid op de interne markt voor gereguleerde roamingdiensten; |
f) |
de evolutie van de beschikbare retailtariefregelingen; |
g) |
de wijzigingen in de datagebruikspatronen, voor zowel binnenlandse diensten als roamingdiensten, met inbegrip van veranderingen in de reispatronen van Europese eindgebruikers als gevolg van omstandigheden zoals pandemieën, bijvoorbeeld COVID-19, of natuurrampen; |
h) |
de mogelijkheid van exploitanten van een thuisnetwerk om hun binnenlandse tariefmodel te behouden en de mate waarin toestemming is verleend voor uitzonderlijke retailroamingtoeslagen overeenkomstig artikel 6; |
i) |
de mogelijkheid van exploitanten van bezochte netwerken om de op efficiënte wijze gemaakte kosten voor levering van gereguleerde wholesaleroamingdiensten te dekken, rekening houdend met de meest recente informatie over de uitrol van netwerken, alsook met ontwikkelingen op het gebied van technische capaciteiten, prijsmodellen en beperkingen van de netwerken, bijvoorbeeld de mogelijkheid om kostenmodelberekeningen op basis van capaciteit in plaats van verbruik op te nemen; |
j) |
het effect van de toepassing door exploitanten van het beleid inzake redelijk gebruik, met inbegrip van verbruik door eindgebruikers, overeenkomstig de krachtens artikel 7 vastgestelde uitvoeringsbepalingen, met inbegrip van het in kaart brengen van inconsistenties in de toepassing en tenuitvoerlegging van deze beleidsmaatregelen inzake redelijk gebruik, alsook de doeltreffendheid en evenredigheid van de algemene toepassing van dergelijk beleid; |
k) |
de mate waarin roamende klanten en exploitanten problemen ondervinden met betrekking tot diensten met toegevoegde waarde en de implementatie van de overeenkomstig artikel 16, eerste alinea, punt a), opgezette database met nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde; |
l) |
de toepassing van de maatregelen van deze verordening en klachten met betrekking tot het gebruik van noodcommunicatie bij roaming; |
m) |
klachten over ongewilde roaming. |
2. Om de ontwikkeling van de concurrentie op de roamingmarkten in de gehele Unie te beoordelen, verzamelt Berec regelmatig gegevens van de nationale regelgevende instanties over de ontwikkelingen van de retail- en wholesaletarieven voor gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten, met inbegrip van wholesaletarieven die respectievelijk voor gelijk en ongelijk roamingverkeer worden toegepast, over het effect van de uitrol en implementatie van mobielecommunicatienetwerken en -technologieën van de volgende generatie op de roamingmarkt, over het gebruik van handelsplatformen en soortgelijke instrumenten, over de ontwikkeling van intermachinale roaming en IOT-apparaten, en over de mate waarin wholesaleroamingovereenkomsten betrekking hebben op de servicekwaliteit en toegang verlenen tot verschillende netwerktechnologieën en -generaties. De nationale regelgevende instanties kunnen dergelijke gegevens in voorkomend geval verstrekken in coördinatie met andere bevoegde instanties.
Berec verzamelt ook op regelmatige basis gegevens van de nationale regelgevende instanties over de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik door exploitanten, over de ontwikkeling van exclusief binnenlandse tarieven, de toepassing van houdbaarheidsmechanismen en klachten over roaming en de naleving van de verplichtingen inzake de servicekwaliteit. In voorkomend geval coördineren de nationale regelgevende instanties met andere bevoegde instanties, en verzamelen zij dergelijke gegevens van andere bevoegde autoriteiten. Berec verzamelt en verstrekt regelmatig aanvullende informatie over transparantie, de toepassing van maatregelen inzake noodcommunicatie, diensten met toegevoegde waarde en roaming op niet-terrestrische openbare mobielecommunicatienetwerken.
Verder verzamelt Berec gegevens over de wholesaleroamingovereenkomsten waarvoor de in de artikelen 9, 10 of 11 vastgestelde maximale wholesaleroamingtoeslagen niet gelden, en over de uitvoering van contractuele maatregelen op wholesaleniveau die zijn gericht op het voorkomen van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming voor andere doeleinden dan de levering van gereguleerde roamingdiensten aan de klanten van roamingaanbieders tijdens hun periodieke reizen binnen de Unie.
De gegevens die Berec overeenkomstig deze alinea verzamelt, worden minstens eenmaal per jaar meegedeeld aan de Commissie. De Commissie maakt deze gegevens bekend.
Op basis van de gegevens die Berec overeenkomstig dit lid heeft verzameld, dient de Commissie uiterlijk op 30 juni 2027 een tussentijds verslag in bij het Europees Parlement en de Raad, zo nodig gevolgd door een wetgevingsvoorstel tot wijziging van deze verordening.
Op basis van overeenkomstig dit lid verzamelde gegevens brengt Berec ook regelmatig verslag uit over de ontwikkeling van de prijsstellings- en gebruikspatronen in de lidstaten, zowel voor binnenlandse diensten als roamingdiensten, over de ontwikkeling van feitelijke wholesaleroamingtarieven voor ongelijk verkeer tussen aanbieders van roamingdiensten, alsook over de verhouding tussen retailprijzen, wholesaletarieven en wholesalekosten voor roamingdiensten. Berec beoordeelt hoe nauw deze elementen met elkaar zijn verbonden.
Artikel 22
Kennisgevingsvoorschriften
De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de gegevens betreffende de nationale regelgevende instanties en, indien van toepassing, andere bevoegde instanties die belast zijn met de uitvoering van taken krachtens deze verordening.
Artikel 23
Intrekking
Verordening (EU) nr. 531/2012 wordt ingetrokken.
Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage II.
Artikel 24
Datum van inwerkingtreden en verstrijken
Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2022.
De verplichtingen van roamingaanbieders om informatie te verstrekken over nummerreeksen voor diensten met toegevoegde waarde als bedoeld in artikel 13, lid 1, derde alinea, en over alternatieve middelen voor toegang tot noodhulpdiensten als bedoeld in artikel 15, tweede alinea, met betrekking tot de informatie in de databases als bedoeld in artikel 16, zijn echter van toepassing met ingang van 1 juni 2023.
Deze verordening vervalt op 30 juni 2032.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Straatsburg, 6 april 2022.
Voor het Europees Parlement
De voorzitter
R. METSOLA
Voor de Raad
De voorzitter
C. BEAUNE
(1) PB C 374 van 16.9.2021, blz. 28.
(2) Standpunt van het Europees Parlement van 24 maart 2022 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 4 april 2022.
(3) Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (PB L 172 van 30.6.2012, blz. 10).
(4) Zie bijlage I.
(5) Verordening (EU) 2015/2120 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 tot vaststelling van maatregelen betreffende het open internet en tot wijziging van Richtlijn 2002/22/EG inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische-communicatienetwerken en -diensten en Verordening (EU) nr. 531/2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (PB L 310 van 26.11.2015, blz. 1).
(6) Verordening (EU) 2017/920 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 531/2012 wat betreft de voorschriften voor wholesaleroamingmarkten (PB L 147 van 9.6.2017, blz. 1).
(7) Richtlijn 2002/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de toegang tot en interconnectie van elektronische-communicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten (Toegangsrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 7).
(8) Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (Machtigingsrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 21).
(9) Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (kaderrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 33).
(10) Richtlijn 2002/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische-communicatienetwerken en -diensten (Universeledienstrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 51).
(11) Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (richtlijn betreffende privacy en elektronische communicatie) (PB L 201 van 31.7.2002, blz. 37).
(12) Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 36).
(13) Richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten (PB L 151 van 7.6.2019, blz. 70).
(14) Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).
(15) Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 van de Commissie van 15 december 2016 tot vaststelling van gedetailleerde voorschriften betreffende de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik, betreffende de methodologie voor de beoordeling van de houdbaarheid van de afschaffing van retailroamingtoeslagen en betreffende de ten behoeve van die beoordeling door een roamingaanbieder in te dienen aanvraag (PB L 344 van 17.12.2016, blz. 46).
(16) Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/654 van de Commissie van 18 december 2020 houdende aanvulling van Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad waarbij één enkel maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie en één enkel maximumtarief voor vaste gespreksafgifte voor de hele Unie wordt vastgesteld (PB L 137 van 22.4.2021, blz. 1).
(17) Besluit 2010/166/EU van de Commissie van 19 maart 2010 betreffende de harmonisatie van de voorwaarden inzake het gebruik van radiospectrum voor mobiele communicatiediensten aan boord van vaartuigen (MCV-diensten) in de Europese Unie (PB L 72 van 20.3.2010, blz. 38).
(18) Beschikking 2008/294/EG van de Commissie van 7 april 2008 betreffende geharmoniseerde spectrumgebruiksvoorwaarden voor mobielecommunicatiediensten aan boord van vliegtuigen (MCA-diensten) in de Gemeenschap (PB L 98 van 10.4.2008, blz. 19).
(19) Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot instelling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau voor ondersteuning van Berec (Berec-Bureau), tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2120 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1211/2009 (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 1).
(20) Richtlijn (EU) 2016/2102 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 inzake de toegankelijkheid van de websites en mobiele applicaties van overheidsinstanties (PB L 327 van 2.12.2016, blz. 1).
(21) Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).
BIJLAGE I
Ingetrokken verordening met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan
Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad |
|
Verordening (EU) 2015/2120 van het Europees Parlement en de Raad |
Enkel artikel 7 |
Verordening (EU) 2017/920 van het Europees Parlement en de Raad |
|
BIJLAGE II
Concordantietabel
Verordening (EU) nr. 531/2012 |
Deze verordening |
Artikel 1, lid 1 |
Artikel 1, lid 1 |
Artikel 1, lid 2 |
— |
Artikel 1, lid 3 |
Artikel 1, lid 2 |
Artikel 1, lid 4 |
— |
Artikel 1, lid 5 |
Artikel 1, lid 3 |
Artikel 1, lid 6 |
Artikel 1, lid 4 |
Artikel 1, lid 7 |
— |
Artikel 2, lid 1 |
Artikel 2, lid 1 |
Artikel 2, lid 2, punten a) en b) |
Artikel 2, lid 2, punten a) en b) |
Artikel 2, lid 2, punt c) |
— |
Artikel 2, lid 2, punt d) |
Artikel 2, lid 2, punt c) |
Artikel 2, lid 2, punt e) |
Artikel 2, lid 2, punt d) |
Artikel 2, lid 2, punt f) |
Artikel 2, lid 2, punt e) |
Artikel 2, lid 2, punt g) |
Artikel 2, lid 2, punt f) |
Artikel 2, lid 2, punt h) |
Artikel 2, lid 2, punt g) |
Artikel 2, lid 2, punt j) |
Artikel 2, lid 2, punt h) |
Artikel 2, lid 2, punt k) |
Artikel 2, lid 2, punt i) |
Artikel 2, lid 2, punt m) |
Artikel 2, lid 2, punt j) |
Artikel 2, lid 2, punt o) |
Artikel 2, lid 2, punt k) |
Artikel 2, lid 2, punt p) |
Artikel 2, lid 2, punt l) |
Artikel 2, lid 2, punt q) |
Artikel 2, lid 2, punt m) |
Artikel 2, lid 2, punt r) |
Artikel 2, lid 2, punt n) |
Artikel 2, lid 2, punt s) |
— |
Artikel 3, leden 1 tot en met 8 |
Artikel 3, leden 1 tot en met 8 |
Artikel 3, lid 9 |
— |
Artikel 4 |
— |
Artikel 5 |
— |
Artikel 6 |
Artikel 20 |
Artikel 6 bis |
Artikel 4, lid 1 |
— |
Artikel 4, lid 2 |
— |
Artikel 4, lid 3 |
Artikel 6 ter |
Artikel 5 |
Artikel 6 quater |
Artikel 6 |
Artikel 6 quinquies, leden 1, 2 en 3 |
Artikel 7, leden 1, 2 en 3 |
Artikel 6 quinquies, lid 4 |
Artikel 7, lid 1, derde alinea |
Artikel 6 quinquies, lid 5 |
Artikel 7, lid 4 |
— |
Artikel 7, lid 5 |
Artikel 6 sexies, lid 1, eerste alinea, aanhef |
Artikel 8, lid 1, eerste alinea, aanhef |
Artikel 6 sexies, lid 1, punt a) |
Artikel 8, lid 1, punt a) |
Artikel 6 sexies, lid 1, punt b) |
— |
Artikel 6 sexies, lid 1, punt c) |
Artikel 8, lid 1, punt b) |
Artikel 6 sexies, lid 1, tweede alinea |
Artikel 8, lid 1, tweede en derde alinea |
Artikel 6 sexies, lid 1, derde alinea |
Artikel 8, lid 1, vierde alinea |
Artikel 6 sexies, lid 1, vierde alinea |
Artikel 8, lid 1, tweede alinea |
Artikel 6 sexies, lid 2 |
— |
Artikel 6 sexies, lid 3 |
Artikel 8, lid 2 |
Artikel 6 sexies, lid 4, eerste alinea, aanhef |
Artikel 8, lid 3, aanhef |
Artikel 6 sexies, lid 4, eerste alinea, punten a) en b) |
Artikel 8, lid 3, punten a) en b) |
— |
Artikel 8, lid 3, punt c) |
— |
Artikel 8, lid 4 |
Artikel 6 sexies, lid 4, tweede alinea |
Artikel 8, lid 5 |
— |
Artikel 8, lid 6 |
Artikel 6 septies |
— |
Artikel 7 |
Artikel 9 |
Artikel 9 |
Artikel 10 |
Artikel 11 |
— |
Artikel 12 |
Artikel 11 |
— |
Artikel 12 |
Artikel 14, lid 1, eerste en tweede alinea |
Artikel 13, lid 1, eerste en tweede alinea |
— |
Artikel 13, lid 1, derde alinea |
Artikel 14, lid 1, derde en vierde alinea |
Artikel 13, lid 1, vierde en vijfde alinea |
Artikel 14, lid 1, derde alinea |
Artikel 15, lid 2 |
Artikel 14, lid 1, vijfde en zesde alinea |
Artikel 13, lid 1, zesde en zevende alinea |
Artikel 14, lid 2 |
Artikel 13, lid 2 |
Artikel 14, lid 2 bis |
Artikel 13, lid 3 |
Artikel 14, lid 3 |
Artikel 13, lid 4 |
— |
Artikel 13, lid 6 |
Artikel 14, lid 4 |
Artikel 13, lid 5 |
Artikel 15, leden 1 en 2 |
Artikel 14, leden 1 en 2 |
Artikel 15, lid 2 bis |
Artikel 14, lid 3 |
Artikel 15, lid 3 |
Artikel 14, lid 4 |
Artikel 15, lid 4 |
Artikel 14, lid 5 |
Artikel 15, lid 5 |
Artikel 14, lid 6 |
— |
Artikel 14, lid 7 |
Artikel 15, lid 6 |
Artikel 14, lid 8 |
— |
Artikel 15 |
— |
Artikel 16 |
Artikel 16, leden 1 tot en met 4 |
Artikel 17, leden 1 tot en met 4 |
Artikel 16, lid 4 bis |
Artikel 17, lid 5 |
Artikel 16, lid 5 |
Artikel 17, lid 6 |
Artikel 16, lid 6 |
Artikel 17, lid 7 |
Artikel 17 |
Artikel 18 |
Artikel 18 |
Artikel 19 |
Artikel 19, lid 1 |
— |
Artikel 19, lid 2 |
— |
Artikel 19, lid 3, eerste alinea |
Artikel 21, lid 1, eerste en tweede alinea |
— |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt a) |
Artikel 19, lid 3, tweede alinea, punten a) en b) |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punten b) en c) |
— |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt d) |
Artikel 19, lid 3, punt c) |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt e) |
Artikel 19, lid 3, punt d) |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt f) |
Artikel 19, lid 3, punt e) |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt g) |
Artikel 19, lid 3, punt f) |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt h) |
Artikel 19, lid 3, punt g) |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt i) |
Artikel 19, lid 3, punt h) |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt j) |
— |
|
— |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt k) |
— |
Artikel 21, lid 1, derde alinea, punt l) |
— |
Artikel 21, derde alinea, punt m) |
Artikel 19, lid 4, eerste alinea |
Artikel 21, lid 2, eerste en derde alinea |
Artikel 19, lid 4, tweede alinea |
Artikel 21, lid 2, vierde alinea |
— |
Artikel 21, lid 2, vijfde alinea |
Artikel 19, lid 4, derde alinea |
Artikel 21, lid 2, zesde alinea |
Artikel 19, lid 4, vierde alinea |
Artikel 21, lid 2, tweede alinea |
Artikel 20 |
Artikel 22 |
Artikel 21 |
Artikel 23 |
Artikel 22 |
Artikel 24 |
Bijlage I |
Bijlage I |
Bijlage II |
Bijlage II |