Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31989R2320

    Verordening (EEG) nr. 2320/89 van de Commissie van 28 juli 1989 tot vaststelling van minimumkwaliteitseisen waaraan perziken op siroop en op natuurlijk vruchtesap moeten voldoen om voor produktiesteun in aanmerking te komen

    PB L 220 van 29.7.1989, p. 54–56 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 12/03/2014: This act has been changed. Current consolidated version: 26/05/2001

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1989/2320/oj

    31989R2320

    Verordening (EEG) nr. 2320/89 van de Commissie van 28 juli 1989 tot vaststelling van minimumkwaliteitseisen waaraan perziken op siroop en op natuurlijk vruchtesap moeten voldoen om voor produktiesteun in aanmerking te komen

    Publicatieblad Nr. L 220 van 29/07/1989 blz. 0054 - 0056
    Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 30 blz. 0033
    Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 30 blz. 0033


    *****

    VERORDENING (EEG) Nr. 2320/89 VAN DE COMMISSIE

    van 28 juli 1989

    tot vaststelling van minimumkwaliteitseisen waaraan perziken op siroop en op natuurlijk vruchtesap moeten voldoen om voor produktiesteun in aanmerking te komen

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

    GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 426/86 van de Raad van 24 februari 1986 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1125/89 (2), en met name op artikel 6, lid 4,

    Overwegende dat bij artikel 2, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 426/86 een produktiesteunregeling in ingesteld voor bepaalde produkten; dat in artikel 6, lid 1, onder b), is bepaald dat de steun slechts wordt toegekend voor produkten die beantwoorden aan nog nader vast te stellen minimumkwaliteitseisen;

    Overwegende dat dergelijke minimumkwaliteitseisen ten doel hebben te voorkomen dat produkten worden geproduceerd waarnaar geen vraag bestaat of waardoor de markt zou worden verstoord; dat deze eisen moeten zijn gebaseerd op traditionele en bonafide fabricageprocédés;

    Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 1290/85 van de Commissie (3) de minimumkwaliteitseisen zijn vastgesteld voor perziken op siroop; dat deze bepalingen moeten worden aangepast om rekening te houden met het feit dat de steunregeling krachtens Verordening (EEG) nr. 1125/89 van de Raad ook geldt voor verduurzaamde perziken op natuurlijk vruchtesap; dat de aldus aangepaste minimumkwaliteitseisen duidelijkheidshalve in een nieuwe tekst moeten worden opgenomen;

    Overwegende dat de bij deze verordening vastgestelde kwaliteitseisen uitvoeringsbepalingen zijn die een aanvulling vormen op Verordening (EEG) nr. 1599/84 van de Commissie van 5 juni 1984 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de produktiesteunregeling voor verwerkte produkten op basis van groenten en fruit (4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2260/89 (5);

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor op basis van groenten en fruit verwerkte produkten,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

    VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Bij deze verordening worden de minimumkwaliteitseisen vastgesteld waaraan de in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 1599/84 bedoelde perziken op siroop en op natuurlijk vruchtesap moeten voldoen om voor de in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 426/86 bedoelde produktiesteun in aanmerking te komen.

    Artikel 2

    Voor de vervaardiging van perziken op siroop en of op natuurlijk vruchtesap mogen alleen vruchten van de soort Prunus persica L., met uitzondering van nectarines, worden gebruikt. Het basisprodukt moet vers, gezond en schoon zijn, en geschikt voor verwerking.

    Het basisprodukt mag, voordat het voor de vervaardiging van verduurzaamde perziken wordt gebruikt, gekoeld zijn.

    Artikel 3

    1. Perziken op siroop en of op natuurlijk vruchtesap worden vervaardigd in een van de in lid 2 vermelde presentatievormen.

    2. Voor de toepassing van deze verordening worden de presentatievormen voor perziken als volgt omschreven:

    a) »hele vruchten": hele vruchten met pit;

    b) »halve vruchten": vruchten zonder pit die verticaal in twee ongeveer gelijke delen zijn doorgesneden;

    c) »kwarten": vruchten zonder pit die in vier ongeveer gelijke delen zijn gesneden;

    d) »schijfjes": vruchten zonder pit die in meer dan vier wigvormige delen zijn gesneden;

    e) »dobbelsteentjes": vruchten zonder pit die in kubusachtige delen zijn gesneden.

    3. Elke recipiënt met perziken op siroop en of op natuurlijk vruchtesap mag slechts één presentatievorm bevatten en moet bestaan uit vruchten of delen daarvan van vrijwel gelijke grootte. In de recipiënt mogen geen andere soorten fruit voorkomen.

    4. De kleur van de verduurzaamde perziken dient kenmerkend te zijn voor het gebruikte type. Delen die klaarblijkelijk van dichtbij de pitholte afkomstig zijn of die delen van de pitholte zijn, en die na het verduurzamen lichtelijk zijn verkleurd, worden geacht de normale kenmerkende kleur te vertonen.

    Recipiënten met perziken op siroop en/of op natuurlijk vruchtesap mogen geen exemplaren met groene delen bevatten.

    5. Verduurzaamde perziken moeten vrij zijn van vreemde bestanddelen van niet-plantaardige oorsprong, alsmede van vreemde smaak en geur. De vruchten moeten vlezig zijn en mogen variëren in zachtheid, maar ze mogen noch uitzonderlijk zacht, noch uitzonderlijk stevig zijn.

    6. Verduurzaamde perziken moeten nagenoeg vrij zijn van:

    a) vreemde bestanddelen van plantaardige oorsprong;

    b) schil;

    c) gesmette exemplaren.

    Hele vruchten, halve vruchten en kwarten moeten nagenoeg vrij zijn van mechanisch beschadigde exemplaren.

    Artikel 4

    1. Vruchten of delen daarvan worden geacht van nagenoeg gelijke grootte te zijn wanneer het gewicht van het grootste exemplaar in een recipiënt niet meer bedraagt dan tweemaal het gewicht van het kleinste exemplaar.

    Indien een recipiënt minder dan 20 exemplaren bevat, mag één exemplaar buiten beschouwing worden gelaten. Bij het bepalen van het grootste en het kleinste exemplaar worden gebroken exemplaren buiten beschouwing gelaten.

    2. Voor de toepassing van artikel 3, lid 4, worden de volgende kleuren als kenmerkend beschouwd voor een type:

    - geel, met inbegrip van variëteiten waarin de overheersende kleur van lichtgeel tot diep rood-oranje varieert;

    - wit, met inbegrip van variëteiten waarin de overheersende kleur van wit tot lichtgeel varieert.

    3. Perziken op siroop en/of op natuurlijk vruchtesap worden geacht aan de in artikel 3, lid 6, bepaalde voorwaarden te voldoen, wanneer de volgende toleranties niet worden overschreden:

    1.2,3 // // // // Presentatievorm 1.2.3 // // Hele en halve vruchten en kwarten // Andere // // // // Pit of pitmateriaal // 2 pitten // 2 pitten // Gesmette exemplaren // 10 % in aantal // 1 500 g // Mechanisch beschadigde exemplaren // 5 % in aantal // niet van toepassing // Schil // 150 cm2 totale oppervlakte // 150 cm2 totale oppervlakte // Vreemde bestanddelen van plantaardige oorsprong // 20 stuks // 20 stuks // // //

    Voor zover de toleranties niet zijn vastgesteld als een percentage in aantal, gelden zij per 10 kg netto uitlekgewicht.

    Bij hele perziken op siroop en of op natuurlijk vruchtesap worden pitten niet als een gebrek beschouwd.

    4. Voor de toepassing van lid 3 wordt verstaan onder:

    a) »pit of pitmateriaal": hele pitten en stukken daarvan welke hard en scherp zijn.

    Deeltjes van pitten waarvan de grootste afmeting kleiner is dan 5 mm en die geen scherpe punten of kanten hebben, worden buiten beschouwing gelaten. Stukken van pitten worden beschouwd als gelijkwaardig met een pit, wanneer

    - een stuk groter is dan een halve pit, of

    - in totaal drie stukken pit zijn gevonden;

    b) »gesmette exemplaren": vruchten met verkleurde oppervlakte of met vlekjes die duidelijk contrasteren met de overheersende kleur en die tot in het vruchtvlees kunnen doorlopen, inzonderheid kneuzingen, schimmelaantastingen en donkere verkleuringen;

    c) »mechanisch beschadigde exemplaren": exemplaren die zijn uiteengevallen in afzonderlijke delen, waarbij het geheel van dergelijke delen dat gelijk is aan de omvang van een volledig exemplaar wordt beschouwd als één exemplaar, of exemplaren waarbij de correcties te groot zijn en die diepe insnijdingen van het oppervlak vertonen die de aanblik wezenlijk schaden. Halve vruchten die niet verticaal zijn doorgesneden, worden eveneens als mechanisch beschadigde exemplaren beschouwd;

    d) »schil": zowel schil die vastzit aan het vruchtvlees van de perzik als schil die los in de recipiënt wordt aangetroffen;

    e) »vreemde bestanddelen van plantaardige oorsprong": plantaardige bestanddelen die niet van de vrucht zelf afkomstig zijn of die aan het vruchtvlees vastzaten, maar die tijdens de verwerking hadden moeten worden verwijderd, in het bijzonder stelen en bladeren, alsmede delen daarvan. Schil, pitten en pitmateriaal worden hierbij evenwel buiten beschouwing gelaten.

    Artikel 5

    1. De perziken en de siroop en/of het natuurlijk vruchtesap in een recipiënt moeten ten minste 90 % van de watercapaciteit van de recipiënt innemen.

    2. Het netto uitlekgewicht van de vruchten moet gemiddeld ten minste gelijk zijn aan de volgende percentages van de in gram uitgedrukte watercapaciteit van de recipiënt:

    1.2,3 // // // Presentatievorm // Recipiënten met een nominale watercapaciteit van 1.2.3 // // 425 ml of meer // minder dan 425 ml // // // // Hele vruchten // 52 // 50 // Halve vruchten // 55 // 50 // Kwarten // 58 // 50 // Schijfjes // 58 // 50 // Dobbelsteentjes // 58 // 55 // // //

    3. Voor perziken op siroop en/of op natuurlijk vruchtesap in glazen recipiënten wordt 20 ml van de watercapaciteit afgetrokken alvorens de in de leden 1 en 2 bedoelde percentages worden berekend.

    4. Op elke recipiënt wordt ter aanduiding van de datum en het jaar van produktie en de verwerker een merk aangebracht. Dit merk, dat mag zijn gecodeerd, dient te zijn goedgekeurd door de bevoegde instanties van de Lid-Staat waar de produkten worden vervaardigd. Deze instanties kunnen ten aanzien van het merken aanvullende voorschriften vaststellen.

    Artikel 6

    De verwerker gaat gedurende de verwerkingsperiode dagelijks en met geregelde tussenpozen na of de perziken op siroop en of op natuurlijk vruchtesap voldoen aan de voorwaarden om voor steun in aanmerking te komen. Van de uitslag van de verificatie wordt aantekening gehouden.

    Artikel 7

    Verordening (EEG) nr. 1290/85 wordt ingetrokken.

    Artikel 8

    Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 1989.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 28 juli 1989.

    Voor de Commissie

    Ray MAC SHARRY

    Lid van de Commissie

    (1) PB nr. L 49 van 27. 2. 1986, blz. 1.

    (2) PB nr. L 118 van 29. 4. 1989, blz. 29.

    (3) PB nr. L 133 van 22. 5. 1985, blz. 8.

    (4) PB nr. L 152 van 8. 6. 1984, blz. 16.

    (5) PB nr. L 216 van 27. 7. 1989, blz. 46.

    Top