EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62017TA0542

Zaak T-542/17: Arrest van het Gerecht van 6 juni 2019 — EIB/Syrië („Arbitragebeding — Leningsovereenkomst,Port of Tartous’ nr. 22057 — Niet-uitvoering van de overeenkomst — Terugbetaling van de voorschotten — Vertragingsrente — Verstekprocedure”)

PB C 280 van 19.8.2019, p. 34–34 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

19.8.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 280/34


Arrest van het Gerecht van 6 juni 2019 — EIB/Syrië

(Zaak T-542/17) (1)

(„Arbitragebeding - Leningsovereenkomst,Port of Tartous’ nr. 22057 - Niet-uitvoering van de overeenkomst - Terugbetaling van de voorschotten - Vertragingsrente - Verstekprocedure”)

(2019/C 280/49)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Europese Investeringsbank (vertegenwoordigers: aanvankelijk P. Chamberlain, T. Gilliams, F. Oxangoiti Briones en J. Shirran, vervolgens F. Oxangoiti Briones, J. Klein en J. Shirran, gemachtigden, bijgestaan door D. Arts, advocaat, en T. Cusworth, solicitor)

Verwerende partij: Arabische Republiek Syrië

Voorwerp

Verzoek krachtens artikel 272 VWEU, strekkende tot veroordeling van de Arabische Republiek Syrië tot terugbetaling van de uit hoofde van leningsovereenkomst „Port of Tartous” nr. 22057 verschuldigde bedragen, vermeerderd met vertragingsrente

Dictum

1)

De Arabische Republiek Syrië wordt veroordeeld tot terugbetaling van 20 609 429,45 EUR aan de Europese Unie, die wordt vertegenwoordigd door de Europese Investeringsbank.

2)

Dit bedrag wordt vanaf 9 augustus 2017 tot aan de dag van betaling vermeerderd met vertragingsrente over de hoofdsom en de contractuele rente. De vertragingsrente wordt berekend volgens de methode die is neergelegd in artikel 3, lid 2, van de op 22 mei 2003 tussen de EIB en de Arabische Republiek Syrië gesloten en op 17 mei 2006, 21 mei 2007 en 10 juli 2008 gewijzigde leningsovereenkomst „Port of Tartous” nr. 22057.

3)

Het beroep wordt verworpen voor het overige.

4)

De Arabische Republiek Syrië wordt verwezen in de kosten.


(1)  PB C 369 van 30.10.2017.


Top