EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62018CB0834

Zaak C-834/18: Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 10 april 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Judicial da Comarca de Faro, Juízo do Trabalho de Portimão — Juiz-1 — Portugal) — Rolibérica Lda/Autoridade para as Condições do Trabalho (Prejudiciële verwijzing — Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof — Wegvervoer — Verordening (EG) nr. 561/2006 — Artikel 4, onder i) — Begrip „week” — Wekelijkse rusttijd — Berekeningsmethoden)

PB C 280 van 19.8.2019, p. 13–13 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

19.8.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 280/13


Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 10 april 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Judicial da Comarca de Faro, Juízo do Trabalho de Portimão — Juiz-1 — Portugal) — Rolibérica Lda/Autoridade para as Condições do Trabalho

(Zaak C-834/18) (1)

(Prejudiciële verwijzing - Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof - Wegvervoer - Verordening (EG) nr. 561/2006 - Artikel 4, onder i) - Begrip „week” - Wekelijkse rusttijd - Berekeningsmethoden)

(2019/C 280/16)

Procestaal: Portugees

Verwijzende rechter

Tribunal Judicial da Comarca de Faro, Juízo do Trabalho de Portimão — Juiz-1

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Rolibérica Lda

Verwerende partij: Autoridade para as Condições do Trabalho

Dictum

Verordening (EG) nr. 561/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 tot harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer, tot wijziging van verordeningen (EEG) nr. 3821/85 en (EG) nr. 2135/98 van de Raad en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 3820/85 van de Raad moet aldus worden uitgelegd dat de „wekelijkse rusttijd” in de zin van artikel 8 van deze verordening niet noodzakelijkerwijs hoeft te eindigen tijdens de „week” in de zin van artikel 4, onder i), van deze verordening.


(1)  PB C 112 van 25.3.2019.


Top