This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62015CA0249
Case C-249/15: Judgment of the Court (Ninth Chamber) of 18 January 2018 (request for a preliminary ruling from the Østre Landsret — Denmark) — Wind 1014 GmbH, Kurt Daell v Skatteministeriet (References for a preliminary ruling — Article 56 TFEU — Freedom to provide services — Restrictions — Motor vehicle leased by a resident of one Member State from a leasing company established in another Member State — Registration tax calculated proportionately to the duration of use of the vehicle — Requirement of approval from the national tax authorities before use — Justification — Prevention of circumvention of tax rules and fraud or abuse — Safeguarding States’ powers of taxation — Proportionality)
Zaak C-249/15: Arrest van het Hof (Negende kamer) van 18 januari 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Østre Landsret — Denemarken) — Wind 1014 GmbH, Kurt Daell / Skatteministeriet (Prejudiciële verwijzing — Artikel 56 VWEU — Vrij verrichten van diensten — Beperkingen — Motorvoertuig dat door een ingezetene van een lidstaat wordt geleased bij een in een andere lidstaat gevestigde leasemaatschappij — Berekening van de registratiebelasting naar rato van de duur van het gebruik van het voertuig — Vereiste van een aan de ingebruikname voorafgaande goedkeuring vanwege de nationale belastingautoriteiten — Rechtvaardiging — Voorkoming van de omzeiling van de belastingregels en van een toepassing ervan die frauduleus is of misbruik oplevert — Bescherming van de fiscale bevoegdheid van de Staat — Evenredigheid)
Zaak C-249/15: Arrest van het Hof (Negende kamer) van 18 januari 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Østre Landsret — Denemarken) — Wind 1014 GmbH, Kurt Daell / Skatteministeriet (Prejudiciële verwijzing — Artikel 56 VWEU — Vrij verrichten van diensten — Beperkingen — Motorvoertuig dat door een ingezetene van een lidstaat wordt geleased bij een in een andere lidstaat gevestigde leasemaatschappij — Berekening van de registratiebelasting naar rato van de duur van het gebruik van het voertuig — Vereiste van een aan de ingebruikname voorafgaande goedkeuring vanwege de nationale belastingautoriteiten — Rechtvaardiging — Voorkoming van de omzeiling van de belastingregels en van een toepassing ervan die frauduleus is of misbruik oplevert — Bescherming van de fiscale bevoegdheid van de Staat — Evenredigheid)
PB C 83 van 5.3.2018, p. 2–2
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
5.3.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/2 |
Arrest van het Hof (Negende kamer) van 18 januari 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Østre Landsret — Denemarken) — Wind 1014 GmbH, Kurt Daell / Skatteministeriet
(Zaak C-249/15) (1)
((Prejudiciële verwijzing - Artikel 56 VWEU - Vrij verrichten van diensten - Beperkingen - Motorvoertuig dat door een ingezetene van een lidstaat wordt geleased bij een in een andere lidstaat gevestigde leasemaatschappij - Berekening van de registratiebelasting naar rato van de duur van het gebruik van het voertuig - Vereiste van een aan de ingebruikname voorafgaande goedkeuring vanwege de nationale belastingautoriteiten - Rechtvaardiging - Voorkoming van de omzeiling van de belastingregels en van een toepassing ervan die frauduleus is of misbruik oplevert - Bescherming van de fiscale bevoegdheid van de Staat - Evenredigheid))
(2018/C 083/02)
Procestaal: Deens
Verwijzende rechter
Østre Landsret
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: Wind 1014 GmbH, Kurt Daell
Verwerende partij: Skatteministeriet
Dictum
Artikel 56 VWEU moet aldus worden uitgelegd dat het zich verzet tegen een regeling en een administratieve praktijk van een lidstaat, zoals die welke in het hoofdgeding aan de orde zijn, volgens welke
— |
de ingebruikname van een voertuig dat door een ingezetene van deze lidstaat bij een in een andere lidstaat gevestigde leasemaatschappij wordt geleased om tijdelijk te worden gebruikt in eerstgenoemde lidstaat, met als voorwaarde dat registratiebelasting wordt betaald die wordt berekend naar rato van de duur van dit gebruik, afhankelijk wordt gesteld van een voorafgaande goedkeuring van deze betaling door de belastingautoriteiten van eerstgenoemde lidstaat, zonder welke goedkeuring dat voertuig in beginsel niet in gebruik kan worden genomen op het grondgebied van deze lidstaat, en |
— |
de mogelijkheid om een dergelijk voertuig in eerstgenoemde lidstaat onmiddellijk in gebruik te nemen hangende de behandeling van het verzoek van de belastingplichtige om toe te staan dat voor dat voertuig registratiebelasting wordt betaald die wordt berekend naar rato van de duur van het gebruik ervan in eerstgenoemde lidstaat, afhankelijk wordt gesteld van de vooruitbetaling van het volledige bedrag van de registratiebelasting, onder voorbehoud van de terugbetaling van de door de belastingplichtige te veel betaalde belasting, vermeerderd met rente, indien — en op het tijdstip waarop — de genoemde belastingautoriteiten hem daadwerkelijk toestaan proportionele registratiebelasting te betalen. |