This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62015CA0417
Case C-417/15: Judgment of the Court (Second Chamber) of 16 November 2016 (request for a preliminary ruling from the Landesgericht für Zivilrechtssachen Wien — Austria) — Wolfgang Schmidt v Christiane Schmidt (Reference for a preliminary ruling — Area of freedom, security and justice — Regulation (EU) No 1215/2012 — Jurisdiction and the recognition and enforcement of judgments in civil and commercial matters — Scope — First subparagraph of Article 24(1) — Exclusive jurisdiction in matters relating to rights in rem in immovable property — Article 7(1)(a) — Special jurisdiction in matters relating to a contract — Action seeking the avoidance of a contract of gift of immovable property and the removal of an entry in the land register evidencing a right of ownership)
Zaak C-417/15: Arrest van het Hof (Tiende kamer) van 16 november 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landesgericht für Zivilrechtssachen Wien — Oostenrijk) — Wolfgang Schmidt/Christiane Schmidt [Prejudiciële verwijzing — Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht — Verordening (EU) nr. 1215/2012 — Rechterlijke bevoegdheid, erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken — Werkingssfeer — Artikel 24, punt 1, eerste alinea — Exclusieve bevoegdheid voor zakelijke rechten op onroerende goederen — Artikel 7, punt 1, onder a) — Bijzondere bevoegdheid ten aanzien van verbintenissen uit overeenkomst — Vordering tot vernietiging van een schenkingsovereenkomst betreffende een onroerend goed en tot doorhaling van de inschrijving van een eigendomsrecht in het kadaster]
Zaak C-417/15: Arrest van het Hof (Tiende kamer) van 16 november 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landesgericht für Zivilrechtssachen Wien — Oostenrijk) — Wolfgang Schmidt/Christiane Schmidt [Prejudiciële verwijzing — Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht — Verordening (EU) nr. 1215/2012 — Rechterlijke bevoegdheid, erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken — Werkingssfeer — Artikel 24, punt 1, eerste alinea — Exclusieve bevoegdheid voor zakelijke rechten op onroerende goederen — Artikel 7, punt 1, onder a) — Bijzondere bevoegdheid ten aanzien van verbintenissen uit overeenkomst — Vordering tot vernietiging van een schenkingsovereenkomst betreffende een onroerend goed en tot doorhaling van de inschrijving van een eigendomsrecht in het kadaster]
PB C 14 van 16.1.2017, p. 13–14
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
16.1.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 14/13 |
Arrest van het Hof (Tiende kamer) van 16 november 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landesgericht für Zivilrechtssachen Wien — Oostenrijk) — Wolfgang Schmidt/Christiane Schmidt
(Zaak C-417/15) (1)
([Prejudiciële verwijzing - Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht - Verordening (EU) nr. 1215/2012 - Rechterlijke bevoegdheid, erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken - Werkingssfeer - Artikel 24, punt 1, eerste alinea - Exclusieve bevoegdheid voor zakelijke rechten op onroerende goederen - Artikel 7, punt 1, onder a) - Bijzondere bevoegdheid ten aanzien van verbintenissen uit overeenkomst - Vordering tot vernietiging van een schenkingsovereenkomst betreffende een onroerend goed en tot doorhaling van de inschrijving van een eigendomsrecht in het kadaster])
(2017/C 014/17)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Landesgericht für Zivilrechtssachen Wien
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Wolfgang Schmidt
Verwerende partij: Christiane Schmidt
Dictum
Verordening (EU) nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken moet aldus worden uitgelegd dat een vordering tot vernietiging van een schenkingsovereenkomst betreffende een onroerend goed wegens handelingsonbekwaamheid van de schenker niet valt onder de exclusieve bevoegdheid van het gerecht van de lidstaat waar het onroerend goed gelegen is overeenkomstig artikel 24, punt 1, van die verordening, maar onder de bijzondere bevoegdheid overeenkomstig artikel 7, punt 1, onder a), ervan.
Een vordering tot doorhaling van de aantekeningen betreffende het eigendomsrecht van de begiftigde in het kadaster valt onder de exclusieve bevoegdheid als bedoeld in artikel 24, punt 1, van die verordening.