EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62010CA0310

Zaak C-310/10: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 7 juli 2011 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Curtea de Apel Bacău — Roemenië) — Ministerul Justiției și Libertăților Cetățenești/Ștefan Agafiței e.a. (Salarisrechten van magistraten — Discriminatie op grond van beroepsgroep of arbeidsplaats — Voorwaarden voor vergoeding van geleden schade — Richtlijnen 2000/43/EG en 2000/78/EG — Niet-toepasselijkheid — Niet-ontvankelijkheid van verzoek om prejudiciële beslissing)

PB C 269 van 10.9.2011, p. 17–17 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

10.9.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 269/17


Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 7 juli 2011 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Curtea de Apel Bacău — Roemenië) — Ministerul Justiției și Libertăților Cetățenești/Ștefan Agafiței e.a.

(Zaak C-310/10) (1)

(Salarisrechten van magistraten - Discriminatie op grond van beroepsgroep of arbeidsplaats - Voorwaarden voor vergoeding van geleden schade - Richtlijnen 2000/43/EG en 2000/78/EG - Niet-toepasselijkheid - Niet-ontvankelijkheid van verzoek om prejudiciële beslissing)

2011/C 269/27

Procestaal: Roemeens

Verwijzende rechter

Curtea de Apel Bacău

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Ministerul Justiției și Libertăților Cetățenești

Verwerende partijen: Ștefan Agafiței, Raluca Apetroaei, Marcel Bărbieru, Sorin Budeanu, Luminița Chiagă, Mihaela Crăciun, Sorin-Vasile Curpăn, Mihaela Dabija, Mia-Cristina Damian, Sorina Danalache, Oana-Alina Dogaru, Geanina Dorneanu, Adina-Cătălina Galavan, Gabriel Grancea, Mădălina Radu (Hobjilă), Nicolae Cătălin Iacobuț, Roxana Lăcătușu, Sergiu Lupașcu, Smaranda Maftei, Silvia Mărmureanu, Maria Oborocianu, Simona Panfil, Oana-Georgeta Pânzaru, Laurențiu Păduraru, Elena Pîrjol-Năstase, Ioana Pocovnicu, Alina Pușcașu, Cezar Ștefănescu, Roxana Ștefănescu, Ciprian Țimiraș, Cristina Vintilă

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Curtea de Apel Bacău — Uitlegging van artikel 15 van richtlijn 2000/43/EG van de Raad van 29 juni 2000 houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht ras of etnische afstamming (PB L 180, blz. 22) — Uitlegging van artikel 17 van richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep (PB L 303, blz. 16) — Nationale regeling die voorziet in een verschil in behandeling op het gebied van salarisrechten van magistraten, die wordt gerechtvaardigd door het gespecialiseerde werkterrein van de procureurs van de D.N.A. (nationale directie corruptiebestrijding) en de D.I.I.C.O.T. (directie onderzoek naar georganiseerde misdaad en terrorisme) — Mogelijke discriminatie, bij gebreke van objectieve criteria die verband houden met een specifiek vereiste hogere kwalificatie — Nationale uitvoeringsbepalingen die ongrondwettig zijn verklaard voor zover zij de nationale rechterlijke instanties de bevoegdheid verlenen om discriminerend geachte normatieve handelingen nietig te verklaren en om niet bij de wet bepaalde salarisrechten via de rechtspraak toe te kennen

Dictum

Het door de Curtea de Apel Bacău (Roemenië) ingediende verzoek om een prejudiciële beslissing is niet-ontvankelijk.


(1)  PB C 234 van 28.8.2010.


Top