EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32012R1221

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1221/2012 van de Commissie van 12 december 2012 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 684/2009 wat betreft de gegevens die moeten worden ingediend in het kader van de geautomatiseerde procedure voor de overbrenging van accijnsgoederen onder schorsing van accijns

PB L 349 van 19.12.2012, p. 9–34 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 12/02/2023; stilzwijgende opheffing door 32022R1636

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2012/1221/oj

19.12.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 349/9


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1221/2012 VAN DE COMMISSIE

van 12 december 2012

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 684/2009 wat betreft de gegevens die moeten worden ingediend in het kader van de geautomatiseerde procedure voor de overbrenging van accijnsgoederen onder schorsing van accijns

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2008/118/EG van de Raad van 16 december 2008 houdende een algemene regeling inzake accijns en houdende intrekking van Richtlijn 92/12/EEG (1), en met name artikel 29, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Wanneer in overeenstemming met bijlage I bij Verordening (EG) nr. 684/2009 (2) van de Commissie uitsluitend een btw-nummer kan worden ingevuld in een veld van het voorlopige elektronische administratieve document, dient de maximale veldlengte overeen te komen met de maximale veldlengte van de door de lidstaten afgegeven btw-nummers.

(2)

Vaste transportinrichtingen hebben niet altijd een unieke identificatiecode en daarom dient de in bijlage I opgenomen verplichting om de vervoerseenheid te identificeren aan de hand van de unieke identificatiecode, slechts te gelden wanneer die wijze van identificatie voorhanden is.

(3)

De structuur van de tabellen 1, 2 en 5 in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 684/2009 dient te worden gewijzigd om ermee rekening te houden dat voor sommige van de daarin opgenomen gegevensgroepen mogelijkerwijs meer dan één gegeven moet worden ingevuld.

(4)

De code die wordt gebruikt om het derde land op te geven in het gegevenselement „Derde land van oorsprong” in de gegevenssubgroep „WIJNPRODUCT” in tabel 1 van bijlage I, mag geen van de codes zijn die zijn opgenomen in de lijst van codes voor de lidstaten in bijlage II, noch de in ISO-3166 gebruikte code voor Griekenland „GR”. Bijlage I moet dienovereenkomstig worden aangepast.

(5)

De lijst van codes voor de vervoerswijze in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 684/2009 bevat een code „Overige” om te verwijzen naar andere dan de in die lijst genoemde vervoerswijzen. Wanneer de code “Overige” wordt gebruikt, dient een nadere omschrijving van de vervoerswijze in kwestie te worden toegevoegd. Bijlage I moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(6)

Ten behoeve van de identificatie van de bestemmingswijzigingen of de splitsingen in deeltransporten die tijdens een overbrenging van accijnsgoederen onder schorsing van accijns in de zin van de artikelen 5 en 6 van Verordening (EG) nr. 684/2009 hebben plaatsgevonden, dient het volgnummer van elk van deze handelingen aan het elektronische administratieve document te worden toegevoegd. Tabel 4 in bijlage I moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

In het bericht van splitsing zoals vastgesteld in tabel 5 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 684/2009 moet worden vermeld in welke lidstaat de splitsing heeft plaatsgevonden. Deze tabel moet daarom worden uitgebreid met een extra gegevensgroep om deze informatie op te geven.

(8)

De lijst van codes voor de redenen van niet-overeenstemming in tabel 6 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 684/2009 bevat een code 6 „Eén of meer records met onjuiste waarden”, maar deze code geeft geen specifieke reden waarom de waarden onjuist zijn en verschaft bijgevolg geen informatie die niet elders al is verstrekt. Zij moet derhalve worden geschrapt.

(9)

Krachtens artikel 19, lid 3, van Richtlijn 2008/118/EG mogen de lidstaten een persoon tijdelijk machtigen om op te treden als geregistreerde geadresseerde. In deze machtiging kan een maximaal toegestane hoeveelheid zijn bepaald voor iedere categorie van accijnsgoederen die de persoon mag ontvangen. Het moet mogelijk zijn om te vermelden dat de maximale hoeveelheid in een zending werd overschreden. De lijst van codes voor redenen van niet-overeenstemming in tabel 6 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 684/2009 moet derhalve worden uitgebreid met een nieuwe code in die zin.

(10)

Voor het identificatienummer van het douanekantoor dat in het elektronische administratieve document moet worden vermeld, dient gebruik te worden gemaakt van de tweeletterige landcodes van ISO-norm 3166. Bijlage II moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

Het moet mogelijk zijn om in het voorlopige elektronische administratieve document een record op te nemen voor het gebruik van een vaste transportinrichting als vervoerseenheid voor accijnsgoederen. De lijst van codes voor de vervoerseenheden in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 684/2009 moet worden uitgebreid met een nieuw element.

(12)

Overeenkomstig Uitvoeringsbesluit 2012/209/EU van de Commissie van 20 april 2012 betreffende de toepassing van de bepalingen inzake controles en verkeer van Richtlijn 2008/118/EG op bepaalde additieven, overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 2003/96/EG (3) van de Raad, moeten bepaalde producten die bestemd zijn voor gebruik als additieven in motorbrandstoffen, aan de bepalingen inzake controles en verkeer van Richtlijn 2008/118/EG worden onderworpen. De lijst van codes voor accijnsgoederen in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 684/2009 moet derhalve worden uitgebreid met een nieuwe accijnsgoederencode voor die producten.

(13)

Verordening (EG) nr. 684/2009 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(14)

De wijziging van de lijst van codes voor accijnsgoederen in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 684/2009 moet van toepassing zijn vanaf de datum waarop, in overeenstemming met Uitvoeringsbesluit 2012/209/EU, bepaalde producten die bestemd zijn voor gebruik als additieven in motorbrandstoffen, aan de bepalingen inzake controles en verkeer van Richtlijn 2008/118/EG worden onderworpen. Voorts dienen de lidstaten en de marktdeelnemers voldoende tijd te krijgen om zich aan te passen aan de nieuwe vereisten voordat deze verordening van toepassing wordt.

(15)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Accijnscomité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 684/2009 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Bijlage I wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening.

2)

Bijlage II wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2013.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 december 2012.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 9 van 14.1.2009, blz. 12.

(2)  PB L 192 van 24.7.2009, blz. 13.

(3)  PB L 110 van 24.4.2012, blz. 41.


BIJLAGE I

Bijlage I wordt als volgt gewijzigd:

1)

Tabel 1 wordt vervangen door:

Tabel 1

Voorlopig elektronisch administratief document en elektronisch administratief document

(als bedoeld in artikel 3, lid 1, en artikel 8, lid 1)

A

B

C

D

E

F

G

 

KENMERK

R

 

 

 

 

a

Soort bericht

R

 

De volgende waarden zijn mogelijk:

1

=

Standaardindiening (wordt gebruikt in alle gevallen behalve bij uitvoer volgens de domiciliëringsprocedure)

2

=

Indiening voor uitvoer volgens de domiciliëringsprocedure (toepassing van artikel 283 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie(1))

Het soort bericht mag niet verschijnen in het e-AD waaraan een ARC is toegekend noch op het in artikel 8, lid 1, van deze verordening bedoelde papieren document.

n1

 

b

Indicatie uitgestelde indiening

D

„R” voor de indiening van een e-AD voor een overbrenging die is aangevangen onder dekking van het in artikel 8, lid 1, bedoelde papieren document.

Mogelijke waarden:

0

=

onwaar

1

=

waar

De waarde staat standaard op „onwaar”.

Dit gegevenselement mag niet verschijnen in het e-AD waaraan een ARC is toegekend noch op het in artikel 8, lid 1, bedoelde papieren document.

n1

1

OVERBRENGING ACCIJNSGOEDEREN e-AD

R

 

 

 

 

a

Code soort bestemming

R

 

Vermeld de bestemming van de overbrenging met behulp van een van de volgende waarden:

1

=

Belastingentrepot (artikel 17, lid 1, onder a), i), van Richtlijn 2008/118/EG)

2

=

Geregistreerd geadresseerde (artikel 17, lid 1, onder a), ii), van Richtlijn 2008/118/EG)

3

=

Tijdelijk geregistreerd geadresseerde (artikel 17, lid 1, onder a), ii), en artikel 19, lid 3, van Richtlijn 2008/118/EG)

4

=

Rechtstreekse aflevering (artikel 17, lid 2, van Richtlijn 2008/118/EG)

5

=

Vrijgesteld geadresseerde (artikel 17, lid 1, onder a), iv), van Richtlijn 2008/118/EG)

6

=

Uitvoer (artikel 17, lid 1, onder a), iii), van Richtlijn 2008/118/EG)

8

=

Bestemming onbekend (geadresseerde onbekend; artikel 22 van Richtlijn 2008/118/EG)

n1

 

b

Reistijd

R

 

Vermeld, rekening houdende met het vervoermiddel en de afstand, de normale duur van de reis in uren (H) of dagen (D) gevolgd door twee cijfers (bv. H12 of D04). Het getal na „H” mag niet hoger zijn dan 24. Het getal na „D” mag niet hoger zijn dan 92.

an3

 

c

Regeling vervoer

R

 

Identificeer de persoon die verantwoordelijk is voor de organisatie van het eerste vervoer, met behulp van een van de volgende waarden:

1

=

Afzender

2

=

Geadresseerde

3

=

Eigenaar van de goederen

4

=

Overige

n1

 

d

ARC

R

Wordt verstrekt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending bij geldigmaking van het voorlopige e-AD.

Zie bijlage II, codelijst 2.

an21

 

e

Datum en tijdstip geldigmaking e-AD

R

Wordt verstrekt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending bij geldigmaking van het voorlopige e-AD.

Het opgegeven tijdstip is de plaatselijke tijd.

datumtijd

 

f

Volgnummer

R

Wordt verstrekt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending bij geldigmaking van het voorlopige e-AD en bij iedere wijziging van bestemming.

Staat op 1 bij de eerste geldigmaking en wordt vervolgens telkens met 1 verhoogd op elk e-AD dat door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending wordt aangemaakt bij iedere wijziging van bestemming.

n..2

 

g

Datum en tijdstip geldigmaking bijwerking

C

Datum en tijdstip van geldigmaking van het bericht van bestemmingswijziging in tabel 3; wordt verstrekt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending in geval van wijziging van bestemming.

Het opgegeven tijdstip is de plaatselijke tijd.

datumtijd

2

HANDELAAR afzender

R

 

 

 

 

a

Accijnsnummer handelaar

R

 

Vermeld een geldig SEED-registratienummer van de erkende entrepothouder of de geregistreerde afzender.

an13

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

3

HANDELAAR plaats van verzending

C

„R” indien de code soort herkomst in vak 9d „1” is.

 

 

 

a

Referentie belastingentrepot

R

 

Vermeld een geldig SEED-registratienummer van het belastingentrepot van verzending.

an13

 

b

Naam handelaar

O

 

 

an..182

 

c

Straat

O

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

an..11

 

e

Postcode

O

 

an..10

 

f

Stad

O

 

an..50

 

g

NAD_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

4

KANTOOR van verzending — invoer

C

„R” indien de code soort herkomst in vak 9d „2” is.

 

 

 

a

Identificatienummer kantoor

R

 

Vermeld de code van het douanekantoor van invoer. Zie bijlage II, codelijst 5.

an8

5

HANDELAAR geadresseerde

C

„R”, behalve voor soort bericht „2 — Indiening voor uitvoer volgens de domiciliëringsprocedure” of bij code soort bestemming 8

(zie vak 1a voor de codes soort bestemming)

 

 

 

a

Identificatie handelaar

C

„R” voor codes soort bestemming 1, 2, 3 en 4

„O” voor code soort bestemming 6

Dit gegevenselement is niet van toepassing op code soort bestemming 5

(zie vak 1a voor de codes soort bestemming)

Voor code soort bestemming:

1, 2, 3 en 4: vermeld een geldig SEED-registratienummer van de erkende entrepothouder of de geregistreerde geadresseerde;

6: vermeld het btw-identificatienummer van de persoon die de afzender bij het kantoor van uitvoer vertegenwoordigt.

an..16

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

6

AANVULLING HANDELAAR geadresseerde

C

„R” voor code soort bestemming 5

(zie vak 1a voor de codes soort bestemming)

 

 

 

a

Code lidstaat

R

 

Vermeld de lidstaat van bestemming met behulp van de code lidstaat uit bijlage II, codelijst 3.

a2

 

b

Volgnummer certificaat van vrijstelling

D

„R” indien een volgnummer is vermeld op het certificaat van vrijstelling van accijnzen zoals vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 31/96 van de Commissie van 10 januari 1996 betreffende het certificaat van vrijstelling van accijnzen (2)

 

an..255

7

HANDELAAR plaats van levering

C

„R” voor codes soort bestemming 1 en 4

„O” voor codes soort bestemming 2, 3 en 5

(zie vak 1a voor de codes soort bestemming)

Vermeld de werkelijke plaats van levering van de accijnsgoederen.

 

 

a

Identificatie handelaar

C

„R” voor code soort bestemming 1

„O” voor codes soort bestemming 2, 3 en 5

(zie vak 1a voor de codes soort bestemming)

Voor code soort bestemming:

1: vermeld een geldig SEED-registratienummer van het belastingentrepot van bestemming;

2, 3 en 5: vermeld het btw-identificatienummer of een ander kenmerk.

an..16

 

b

Naam handelaar

C

„R” voor codes soort bestemming 1, 2, 3 en 5

„O” voor code soort bestemming 4

(zie vak 1a voor de codes soort bestemming)

 

an..182

 

c

Straat

C

Voor de vakken 7c, 7e en 7f:

„R” voor codes soort bestemming 2, 3, 4 en 5

„O” voor code soort bestemming 1

(zie vak 1a voor de codes soort bestemming)

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

an..11

 

e

Postcode

C

 

an..10

 

f

Stad

C

 

an..50

 

g

NAD_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

8

KANTOOR plaats van levering — douane

C

„R” bij uitvoer (code soort bestemming 6)

(zie vak 1a voor de codes soort bestemming)

 

 

 

a

Identificatienummer kantoor

R

 

Vermeld de code van het kantoor van uitvoer waar de aangifte ten uitvoer zal worden ingediend overeenkomstig artikel 161, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad (3). Zie bijlage II, codelijst 5.

an8

9

e-AD

R

 

 

 

 

a

Lokaal referentienummer

R

 

Een uniek volgnummer dat de afzender aan het e-AD toekent en waarmee hij de zending in zijn administratie identificeert.

an..22

 

b

Factuurnummer

R

 

Vermeld het nummer van de factuur die betrekking heeft op de goederen. Als er nog geen factuur is opgesteld, moet het nummer van de leveringsbon of van een ander vervoersdocument worden vermeld.

an..35

 

c

Factuurdatum

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is.

De datum van het in vak 9b vermelde document.

datum

 

d

Code soort herkomst

R

 

De mogelijke waarden voor de herkomst van de overbrenging zijn:

1

=

Herkomst — belastingentrepot (in de in artikel 17, lid 1, onder a), van Richtlijn 2008/118/EG bedoelde situaties)

2

=

Herkomst — invoer (in de in artikel 17, lid 1, onder b), van Richtlijn 2008/118/EG bedoelde situatie)

n1

 

e

Datum van verzending

R

 

De datum waarop de overbrenging aanvangt in overeenstemming met artikel 20, lid 1, van Richtlijn 2008/118/EG. Deze datum kan niet later zijn dan 7 dagen na de datum van indiening van het voorlopige e-AD. De datum van verzending kan een datum in het verleden zijn in het in artikel 26 van Richtlijn 2008/118/EG bedoelde geval.

datum

 

f

Tijdstip van verzending

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is.

Het tijdstip waarop de overbrenging aanvangt in overeenstemming met artikel 20, lid 1, van Richtlijn 2008/118/EG. Het opgegeven tijdstip is de plaatselijke tijd.

tijd

 

g

Voorafgaande ARC

D

Wordt verstrekt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending bij geldigmaking van nieuwe e- AD's volgend op de geldigmaking van het bericht van splitsing (tabel 5).

De te vermelden ARC is de ARC van het vervangen e-AD.

an21

9.1

ED INVOER

C

„R” indien de code soort herkomst in vak 9d „2” (invoer) is.

 

9X

 

a

ED-nummer invoer

R

Het ED-nummer wordt verstrekt door de afzender bij indiening van het voorlopige e-AD dan wel door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending bij geldigmaking van het voorlopige e-AD.

Vermeld het (de) nummer(s) van het (de) Enig(e) Document(en) voor het in het vrije verkeer brengen van de goederen in kwestie.

an..21

10

KANTOOR bevoegde autoriteit van verzending

R

 

 

 

 

a

Identificatienummer kantoor

R

 

Vermeld de code van het kantoor van de bevoegde autoriteiten in de lidstaat van verzending die op de plaats van verzending met de accijnscontrole belast zijn. Zie bijlage II, codelijst 5.

an8

11

ZEKERHEIDSTELLING OVERBRENGING

R

 

 

 

 

a

Code soort zekerheidsteller

R

 

Identificeer de persoon (personen) die verantwoordelijk is (zijn) voor de zekerheidstelling, met behulp van de code soort zekerheidsteller uit bijlage II, codelijst 6.

n..4

12

HANDELAAR zekerheidsteller

C

„R” indien een van de volgende codes soort zekerheidsteller van toepassing is: 2, 3, 12, 13, 23, 24, 34, 123, 124, 134, 234 of 1234

(zie codes soort zekerheidsteller in bijlage II, codelijst 6)

Identificeer de vervoerder en/of de eigenaar van de goederen indien deze de zekerheid stelt.

2X

 

a

Accijnsnummer handelaar

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is.

Vermeld een geldig SEED-registratienummer of btw-identificatienummer van de vervoerder of de eigenaar van de accijnsgoederen.

an13

 

b

Btw-nummer

O

an..14

 

c

Naam handelaar

C

Voor 12c, d, f en g:

„O” indien het accijnsnummer van de handelaar is verstrekt, zo niet „R”.

 

an..182

 

d

Straat

C

 

an..65

 

e

Nummer

O

 

an..11

 

f

Postcode

C

 

an..10

 

g

Stad

C

 

an..50

 

h

NAD_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

13

VERVOER

R

 

 

 

 

a

Code vervoerswijze

R

 

Vermeld de wijze van vervoer bij de aanvang van de overbrenging met behulp van de codes uit bijlage II, codelijst 7.

n..2

 

b

Aanvullende informatie

C

„R” indien de <Code vervoerswijze> „Overige” is.

Anders „O”.

Geef een omschrijving van de vervoerswijze.

an..350

 

c

Aanvullende informatie_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

14

HANDELAAR organisator van het vervoer

C

„R” om de persoon te identificeren die verantwoordelijk is voor de organisatie van het eerste vervoer, indien de waarde in vak 1c „3” of „4” is.

 

 

 

a

Btw-nummer

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is.

 

an..14

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

15

HANDELAAR eerste vervoerder

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is.

Identificatie van de persoon die het eerste vervoer verricht.

 

 

a

Btw-nummer

O

 

 

an..14

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

16

VERVOERSGEGEVENS

R

 

 

99X

 

a

Code vervoerseenheid

R

 

Vermeld de code(s) vervoerseenheid met betrekking tot de in vak 13a opgegeven vervoerswijze.

Zie bijlage II, codelijst 8.

n..2

 

b

Identiteit vervoerseenheden

C

„R” indien de code vervoerseenheid verschilt van 5

(zie vak 16a)

Vermeld het registratienummer van de vervoerseenheid (vervoerseenheden) wanneer de code vervoerseenheid verschilt van 5.

an..35

 

c

Identiteit handelszegel

D

„R” indien handelszegels worden gebruikt.

Vermeld de identificatie van de handelszegels, indien deze worden gebruikt om de vervoerseenheid te verzegelen.

an..35

 

d

Informatie zegels

O

 

Vermeld aanvullende informatie over deze handelszegels (bv. het soort zegels dat wordt gebruikt).

an..350

 

e

Informatie zegels_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

 

f

Aanvullende informatie

O

 

Vermeld aanvullende informatie over het vervoer, bv. de identiteit van eventuele volgende vervoerders, informatie over volgende vervoerseenheden.

an..350

 

g

Aanvullende informatie_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

17

Hoofdgedeelte e-AD

R

 

Voor elk product in de zending moet een aparte gegevensgroep worden gebruikt.

999x

 

a

Unieke referentie record

R

 

Vermeld een uniek volgnummer, te beginnen met 1.

n..3

 

b

Code accijnsgoed

R

 

Vermeld de toepasselijke code accijnsgoed uit bijlage II, codelijst 11.

an..4

 

c

GN-code

R

 

Vermeld de toepasselijke GN-code op de datum van verzending.

n8

 

d

Hoeveelheid

R

 

Vermeld de hoeveelheid (in de maateenheid voor de desbetreffende goederencode — zie bijlage II, tabellen 11 en 12).

Bij een overbrenging naar een in artikel 19, lid 3, van Richtlijn 2008/118/EG bedoelde geregistreerde geadresseerde mag de hoeveelheid de aan deze persoon toegestane hoeveelheid niet overschrijden.

Bij een overbrenging naar een in artikel 12 van Richtlijn 2008/118/EG bedoelde vrijgestelde organisatie mag de hoeveelheid de in het certificaat van vrijstelling van accijnzen geregistreerde hoeveelheid niet overschrijden.

n..15,3

 

e

Brutogewicht

R

 

Vermeld het brutogewicht van de zending (de accijnsgoederen met verpakking).

n..15,2

 

f

Nettogewicht

R

 

Vermeld het gewicht van de accijnsgoederen zonder verpakking (alcohol en alcoholhoudende dranken, energieproducten en alle tabaksproducten behalve sigaretten).

n..15,2

 

g

Alcoholgehalte

C

„R” indien van toepassing op het accijnsgoed in kwestie.

Vermeld het alcoholgehalte (volumepercentage bij 20 °C) indien van toepassing in overeenstemming met bijlage II, codelijst 11.

n..5,2

 

h

Graden Plato

D

„R” indien bier in de lidstaat van verzending en/of de lidstaat van bestemming wordt belast naar graden Plato.

Vermeld bij bier de graden Plato indien het op die basis wordt belast in de lidstaat van verzending en/of de lidstaat van bestemming. Zie bijlage II, codelijst 11.

n..5,2

 

i

Fiscaal merkteken

O

 

Vermeld aanvullende informatie over de door de lidstaat van bestemming vereiste fiscale merktekens.

an..350

 

j

Fiscaal merkteken_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

 

k

Indicatie fiscaal merkteken gebruikt

D

„R” indien fiscale merktekens worden gebruikt

Vermeld „1” wanneer de goederen een fiscaal merkteken dragen of bevatten dan wel „0” wanneer zij geen fiscaal merkteken dragen of bevatten.

n1

 

l

Oorsprongsbenaming

O

 

Dit vak kan worden gebruikt om een verklaring af te geven:

1.

ten aanzien van bepaalde wijnen, over de beschermde oorsprongsbenaming of geografische aanduiding in overeenstemming met de desbetreffende communautaire wetgeving;

2.

ten aanzien van bepaalde gedistilleerde dranken, over de plaats van productie in overeenstemming met de desbetreffende communautaire wetgeving;

3.

ten aanzien van bier gebrouwen door een kleine zelfstandige brouwerij zoals omschreven in Richtlijn 92/83/EEG van de Raad (4), waarvoor beoogd wordt in de lidstaat van bestemming aanspraak te maken op een verlaagd accijnstarief. De verklaring moet als volgt luiden: „Verklaring: het hierboven vermelde product is door een kleine zelfstandige brouwerij gebrouwen.”;

4.

ten aanzien van ethylalcohol gedistilleerd door een kleine distilleerderij zoals omschreven in Richtlijn 92/83/EEG van de Raad, waarvoor beoogd wordt in de lidstaat van bestemming aanspraak te maken op een verlaagd accijnstarief. De verklaring moet als volgt luiden: „Verklaring: het hierboven vermelde product is door een kleine distilleerderij geproduceerd.”

an..350

 

m

Oorsprongsbenaming_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

 

n

Grootte van de producent

O

 

Vermeld voor bier of gedistilleerde dranken waarvoor in vak 17l (oorsprongsbenaming) een verklaring is afgegeven, de jaarproductie van het vorige jaar in hectoliters bier respectievelijk zuivere alcohol.

n..15

 

o

Densiteit

C

„R” indien van toepassing op het accijnsgoed in kwestie.

Vermeld de densiteit bij 15 °C, indien van toepassing in overeenstemming met de tabel in bijlage II, codelijst 11.

n..5,2

 

p

Handelsbenaming

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven verstrekt moet worden.

„R” wanneer de wijnen bedoeld in de punten 1 tot en met 9, 15 en 16 van bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 479/2008 van de Raad (5) onverpakt worden vervoerd, in welk geval de omschrijving van het product de in artikel 60 van die verordening bedoelde facultatieve aanduidingen omvat voor zover die aanduidingen voorkomen in de etikettering of het de bedoeling is ze daarin op te nemen.

Vermeld de handelsbenaming van de goederen ten behoeve van de identificatie van de vervoerde goederen.

an..350

 

q

Handelsbenaming_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

 

r

Merknaam van het product

D

„R” indien de accijnsgoederen een merknaam hebben. De lidstaat van verzending kan bepalen dat de merknaamvan de vervoerde goederen niet moet worden vermeld wanneer hij op de factuur of een ander handelsdocument als bedoeld in vak 9b is vermeld.

Vermeld in voorkomend geval de merknaam van de goederen.

an..350

 

s

Merknaam van het product_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

17.1

VERPAKKING

R

 

 

99x

 

a

Code soort colli

R

 

Vermeld het soort colli met behulp van de codes in bijlage II, codelijst 9.

an2

 

b

Aantal colli

C

„R” indien als „telbaar” gemarkeerd.

Vermeld het aantal colli indien de colli telbaar zijn in overeenstemming met bijlage II, codelijst 9.

n..15

 

c

Identiteit handelszegel

D

„R” indien handelszegels worden gebruikt.

Vermeld de identificatie van de handelszegels, indien deze worden gebruikt om de colli te verzegelen.

an..35

 

d

Informatie zegels

O

 

Vermeld aanvullende informatie over deze handelszegels (bv. het soort zegels dat wordt gebruikt).

an..350

 

e

Informatie zegels_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

17.2

WIJNPRODUCT

D

„R” voor wijnproducten opgenomen in deel XII van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1234/2007 (6).

 

 

 

a

Categorie wijnproduct

R

 

Vermeld voor wijnproducten opgenomen in deel XII van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1234/2007 een van de volgende waarden:

1

=

Wijn zonder BOB/BGA

2

=

Cépagewijn zonder BOB/BGA

3

=

Wijn met BOB/BGA

4

=

Ingevoerde wijn

5

=

Andere

n1

 

b

Code wijnbouwzone

D

„R” voor wijnproducten die onverpakt worden vervoerd (nominaal volume > 60 liter).

Vermeld de wijnbouwzone van oorsprong van het vervoerde product in overeenstemming met bijlage IX bij Verordening (EG) nr. 479/2008.

n..2

 

c

Derde land van oorsprong

C

„R” indien categorie wijnproduct in vak 17,2a „4” is (ingevoerde wijn).

Vermeld een landencode uit bijlage II, codelijst 4, die niet is opgenomen in bijlage II, codelijst 3, of gelijk is aan de landencode „GR”.

a2

 

d

Andere informatie

O

 

 

an..350

 

e

Andere informatie_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

17.2.1

Code WIJNBEHANDELING

D

„R” voor wijnproducten die onverpakt worden vervoerd (nominaal volume > 60 liter).

 

99x

 

a

Code wijnbehandeling

R

 

Vermeld een of meer code(s) wijnbehandeling in overeenstemming met de lijst in bijlage VI, B, punt 1.4, onder b), bij Verordening (EG) nr. 436/2009 van de Commissie (7).

n..2

18

DOCUMENT certificaat

O

 

 

9x

 

a

Korte beschrijving document

C

„R” tenzij gegevensveld 18c wordt gebruikt.

Geef een beschrijving van eventuele certificaten die betrekking hebben op de vervoerde goederen, bv. certificaten met betrekking tot de in vak 17l bedoelde oorsprongsbenaming.

an..350

 

b

Korte beschrijving document_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

 

c

Referentie document

C

„R” tenzij gegevensveld 18a wordt gebruikt.

Vermeld een referentie naar eventuele certificaten die betrekking hebben op de vervoerde goederen.

an..350

 

d

Referentie document_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2”

2)

Tabel 2 wordt vervangen door:

Tabel 2

Annulering

(als bedoeld in artikel 4, lid 1)

A

B

C

D

E

F

G

1

KENMERK

R

 

 

 

 

a

Datum en tijdstip geldigmaking annulering

C

Wordt verstrekt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending bij geldigmaking van het voorlopige annuleringsbericht

Het opgegeven tijdstip is de plaatselijke tijd.

datumtijd

2

OVERBRENGING ACCIJNSGOEDEREN e-AD

R

 

 

 

 

a

ARC

R

 

Vermeld de ARC van het e-AD waarvan annulering wordt gevraagd.

an21

3

ANNULERING

R

 

 

 

 

a

Reden annulering

R

 

Geef de reden voor de annulering van het e-AD met behulp van de codes in bijlage II, codelijst 10.

n..1

 

b

Aanvullende informatie

C

„R” wanneer de reden van annulering 0 is

„O” wanneer de reden van annulering 1, 2, 3 of 4 is

(zie vak 3a)

Vermeld aanvullende informatie in verband met de annulering van het e-AD.

an..350

 

c

Aanvullende informatie_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2”

3)

Tabel 3 wordt vervangen door:

Tabel 3

Wijziging van bestemming

(als bedoeld in artikel 5, lid 1, en artikel 8, lid 2)

A

B

C

D

E

F

G

1

KENMERK

R

 

 

 

 

a

Datum en tijdstip geldigmaking bestemmingswijziging

C

Wordt verstrekt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending bij geldigmaking van het voorlopige bericht van bestemmingswijziging.

Het opgegeven tijdstip is de plaatselijke tijd.

datumtijd

2

Bijwerking e-AD

R

 

 

 

 

a

Volgnummer

C

Wordt verstrekt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verzending bij geldigmaking van het voorlopige bericht van bestemmingswijziging.

Staat op 1 bij de eerste geldigmaking van het e-AD en wordt vervolgens telkens met 1 verhoogd bij iedere wijziging van bestemming.

n..2

 

b

ARC

R

 

Vermeld de ARC van het e-AD waarvan de bestemming wordt gewijzigd.

an21

 

c

Reistijd

D

„R” wanneer de reistijd wijzigt ingevolge de bestemmingswijziging.

Vermeld, rekening houdende met het vervoermiddel en de afstand, de normale duur van de reis in uren (H) of dagen (D) gevolgd door twee cijfers (bv. H12 of D04). Het getal na „H” mag niet hoger zijn dan 24. Het getal na „D” mag niet hoger zijn dan 92.

an3

 

d

Gewijzigde regeling vervoer

D

„R” wanneer de voor de organisatie van het vervoer verantwoordelijke persoon wijzigt ingevolge de bestemmingswijziging.

Identificeer de persoon die verantwoordelijk is voor de organisatie van het vervoer, met behulp van een van de volgende waarden:

1

=

Afzender

2

=

Geadresseerde

3

=

Eigenaar van de goederen

4

=

Overige

n1

 

e

Factuurnummer

D

„R” wanneer de factuur wijzigt ingevolge de bestemmingswijziging.

Vermeld het nummer van de factuur die betrekking heeft op de goederen. Als er nog geen factuur is opgesteld, moet het nummer van de leveringsbon of van een ander vervoersdocument worden vermeld.

an..35

 

f

Factuurdatum

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is wanneer het factuurnummer wijzigt ingevolge de bestemmingswijziging.

De datum van het in vak 2e vermelde document.

datum

 

g

Code vervoerswijze

D

„R” wanneer de vervoerswijze wijzigt ingevolge de bestemmingswijziging.

Vermeld de vervoerswijze met behulp van de codes in bijlage II, codelijst 7.

n..2

3

GEWIJZIGDE bestemming

R

 

 

 

 

a

Code soort bestemming

R

 

Vermeld de nieuwe bestemming van de overbrenging met behulp van een van de volgende waarden:

1

=

Belastingentrepot (artikel 17, lid 1, onder a), i), van Richtlijn 2008/118/EG)

2

=

Geregistreerd geadresseerde (artikel 17, lid 1, onder a), ii), van Richtlijn 2008/118/EG)

3

=

Tijdelijk geregistreerd geadresseerde (artikel 17, lid 1, onder a), ii), en artikel 19, lid 3, van Richtlijn 2008/118/EG)

4

=

Rechtstreekse aflevering (artikel 17, lid 2, van Richtlijn 2008/118/EG)

6

=

Uitvoer (artikel 17, lid 1, onder a), iii), van Richtlijn 2008/118/EG)

n1

4

HANDELAAR nieuwe geadresseerde

D

„R” wanneer de geadresseerde wijzigt ingevolge de bestemmingswijziging.

 

 

 

a

Identificatie handelaar

C

„R” voor codes soort bestemming 1, 2, 3, en 4

„O” voor code soort bestemming 6

(zie vak 3a voor de codes soort bestemming)

Voor code soort bestemming:

1, 2, 3 en 4: vermeld een geldig SEED-registratienummer van de erkende entrepothouder of de geregistreerde geadresseerde;

6: vermeld het btw-identificatienummer van de persoon die de afzender bij het kantoor van uitvoer vertegenwoordigt.

an..16

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

5

HANDELAAR plaats van levering

C

„R” voor codes soort bestemming 1 en 4

„O” voor codes soort bestemming 2 en 3

(zie vak 3a voor de codes soort bestemming)

Vermeld de werkelijke plaats van levering van de accijnsgoederen.

 

 

a

Identificatie handelaar

C

„R” voor code soort bestemming 1

„O” voor codes soort bestemming 2 en 3

(zie vak 3a voor de codes soort bestemming)

Voor code soort bestemming:

1: vermeld een geldig SEED-registratienummer van het belastingentrepot van bestemming;

2 en 3: vermeld het btw-identificatienummer of een ander kenmerk.

an..16

 

b

Naam handelaar

C

„R” voor codes soort bestemming 1, 2 en 3

„O” voor code soort bestemming 4

(zie vak 3a voor de codes soort bestemming)

 

an..182

 

c

Straat

C

Voor de vakken 5c, 5e en 5f:

„R” voor codes soort bestemming 2, 3 en 4

„O” voor code soort bestemming 1

(zie vak 3a voor de codes soort bestemming)

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

an..11

 

e

Postcode

C

 

an..10

 

f

Stad

C

 

an..50

 

g

NAD_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

6

KANTOOR plaats van levering — douane

C

„R” bij uitvoer (code soort bestemming 6)

(zie vak 3a voor de codes soort bestemming)

 

 

 

a

Identificatienummer kantoor

R

 

Vermeld de code van het kantoor van uitvoer waar de aangifte ten uitvoer zal worden ingediend overeenkomstig artikel 161, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 2913/92. Zie bijlage II, codelijst 5.

an8

7

HANDELAAR nieuwe organisator van het vervoer

C

„R” om de persoon te identificeren die verantwoordelijk is voor de organisatie van het vervoer, indien de waarde in vak 2d „3” of „4” is.

 

 

 

a

Btw-nummer

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is.

 

an..14

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

8

HANDELAAR nieuwe vervoerder

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is wanneer de vervoerder wijzigt ingevolge de bestemmingswijziging.

Identificatie van de nieuwe persoon die het vervoer verricht.

 

 

a

Btw-nummer

O

 

 

an..14

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

9

VERVOERSGEGEVENS

D

„R” wanneer de vervoersgegevens wijzigen ingevolge de bestemmingswijziging.

 

99x

 

a

Code vervoerseenheid

R

 

Vermeld de code(s) vervoerseenheid met betrekking tot de in vak 2g opgegeven vervoerswijze; zie bijlage II, codelijst 8.

n..2

 

b

Identiteit vervoerseenheden

C

„R” indien de code vervoerseenheid verschilt van 5

(zie vak 9a)

Vermeld het registratienummer van de vervoerseenheid (vervoerseenheden) wanneer de code vervoerseenheid verschilt van 5.

an..35

 

c

Identiteit handelszegel

D

„R” indien handelszegels worden gebruikt.

Vermeld de identificatie van de handelszegels, indien deze worden gebruikt om de vervoerseenheid te verzegelen.

an..35

 

d

Informatie zegels

O

 

Vermeld aanvullende informatie over deze handelszegels (bv. het soort zegels dat wordt gebruikt).

an..350

 

e

Informatie zegels_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode; zie bijlage II, codelijst 1.

a2

 

f

Aanvullende informatie

O

 

Vermeld aanvullende informatie over het vervoer, bv. de identiteit van eventuele volgende vervoerders, informatie over volgende vervoerseenheden.

an..350

 

g

Aanvullende informatie_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2”

4)

In tabel 4 wordt de volgende rij 1d toegevoegd:

A

B

C

D

E

F

G

 

d

Volgnummer

R

Wordt verstrekt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van bestemming (bij kennisgeving van wijziging van bestemming) of van de lidstaat van verzending (bij kennisgeving van splitsing).

Vermeld het volgnummer van het e-AD.

n..2”

5)

Tabel 5 wordt vervangen door:

Tabel 5

Splitsing

(als bedoeld in artikel 6, lid 1, en artikel 8, lid 2)

A

B

C

D

E

F

G

1

Splitsing e-AD

R

 

 

 

 

a

Voorafgaande ARC

R

 

Vermeld de ARC van het e-AD dat wordt gesplitst.

Zie bijlage II, codelijst 2.

an21

2

Lidstaat van splitsing

R

 

 

 

 

a

Code lidstaat

R

 

Vermeld de lidstaat op wiens grondgebied het transport wordt gesplitst, met behulp van de code lidstaat uit bijlage II, codelijst 3.

a2

3

Gegevens splitsing e-AD

R

 

 

9x

 

a

Lokaal referentienummer

R

 

Een uniek volgnummer dat de afzender aan het e-AD toekent en waarmee hij de zending in zijn administratie identificeert.

an..22

 

b

Reistijd

D

„R” wanneer de reistijd wijzigt ingevolge de splitsing.

Vermeld, rekening houdende met het vervoermiddel en de afstand, de normale duur van de reis in uren (H) of dagen (D) gevolgd door twee cijfers (bv. H12 of D04). Het getal na „H” mag niet hoger zijn dan 24. Het getal na „D” mag niet hoger zijn dan 92.

an3

 

c

Gewijzigde regeling vervoer

D

„R” wanneer de voor de organisatie van het vervoer verantwoordelijke persoon wijzigt ingevolge de splitsing.

Identificeer de persoon die verantwoordelijk is voor de organisatie van het eerste vervoer, met behulp van een van de volgende waarden:

1

=

Afzender

2

=

Geadresseerde

3

=

Eigenaar van de goederen

4

=

Overige

n1

3.1

GEWIJZIGDE bestemming

R

 

 

 

 

a

Code soort bestemming

R

 

Vermeld de bestemming van de overbrenging met behulp van een van de volgende waarden:

1

=

Belastingentrepot (artikel 17, lid 1, onder a), i), van Richtlijn 2008/118/EG)

2

=

Geregistreerd geadresseerde (artikel 17, lid 1, onder a), ii), van Richtlijn 2008/118/EG)

3

=

Tijdelijk geregistreerd geadresseerde (artikel 17, lid 1, onder a), ii), en artikel 19, lid 3, van Richtlijn 2008/118/EG)

4

=

Rechtstreekse aflevering (artikel 17, lid 2, van Richtlijn 2008/118/EG)

6

=

Uitvoer (artikel 17, lid 1, onder a), iii), van Richtlijn 2008/118/EG)

8

=

Bestemming onbekend (geadresseerde onbekend; artikel 22 van Richtlijn 2008/118/EG)

n1

3.2

HANDELAAR nieuwe geadresseerde

D

„R” wanneer de geadresseerde wijzigt ingevolge de splitsing.

 

 

 

a

Identificatie handelaar

C

„R” voor codes soort bestemming 1, 2, 3, en 4

„O” voor code soort bestemming 6

(zie vak 3.1a voor de codes soort bestemming)

Voor code soort bestemming:

1, 2, 3 en 4: vermeld een geldig SEED-registratienummer van de erkende entrepothouder of de geregistreerde geadresseerde;

6: vermeld het btw-identificatienummer van de persoon die de afzender bij het kantoor van uitvoer vertegenwoordigt.

an..16

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

3.3

HANDELAAR plaats van levering

C

„R” voor codes soort bestemming 1 en 4

„O” voor codes soort bestemming 2 en 3

(zie vak 3.1a voor de codes soort bestemming)

 

 

 

a

Identificatie handelaar

C

„R” voor code soort bestemming 1

„O” voor codes soort bestemming 2 en 3

(zie vak 3.1a voor de codes soort bestemming)

Voor code soort bestemming:

1: vermeld een geldig SEED-registratienummer van het belastingentrepot van bestemming;

2 en 3: vermeld het btw-identificatienummer of een ander kenmerk.

an..16

 

b

Naam handelaar

C

„R” voor codes soort bestemming 1, 2 en 3

„O” voor code soort bestemming 4

(zie vak 3.1a voor de codes soort bestemming)

 

an..182

 

c

Straat

C

Voor de vakken 3.3c, 3.3e en 3.3f:

„R” voor codes soort bestemming 2, 3 en 4

„O” voor code soort bestemming 1

(zie vak 3.1a voor de codes soort bestemming)

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

an..11

 

e

Postcode

C

 

an..10

 

f

Stad

C

 

an..50

 

g

NAD_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

3.4

KANTOOR plaats van levering — douane

C

„R” bij uitvoer (code soort gewijzigde bestemming 6).

(zie vak 3.1a voor de codes soort bestemming)

 

 

 

a

Identificatienummer kantoor

R

 

Vermeld de code van het kantoor van uitvoer waar de aangifte ten uitvoer zal worden ingediend overeenkomstig artikel 161, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 2913/92.

Zie bijlage II, codelijst 5.

an8

3.5

HANDELAAR nieuwe organisator van het vervoer

C

„R” om de persoon te identificeren die verantwoordelijk is voor de organisatie van het vervoer, indien de waarde in vak 3c „3” of „4” is.

 

 

 

a

Btw-nummer

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is.

 

an..14

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

3.6

HANDELAAR nieuwe vervoerder

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven „R” is wanneer de vervoerder wijzigt ingevolge de splitsing.

Identificatie van de persoon die het nieuwe vervoer verricht.

 

 

a

Btw-nummer

O

 

 

an..14

 

b

Naam handelaar

R

 

 

an..182

 

c

Straat

R

 

 

an..65

 

d

Nummer

O

 

 

an..11

 

e

Postcode

R

 

 

an..10

 

f

Stad

R

 

 

an..50

 

g

NAD_LNG

R

 

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

3.7

VERVOERSGEGEVENS

D

„R” wanneer de vervoersgegevens wijzigen ingevolge de splitsing.

 

99X

 

a

Code vervoerseenheid

R

 

Vermeld de code(s) vervoerseenheid. Zie bijlage II, codelijst 8.

n..2

 

b

Identiteit vervoerseenheden

C

„R” indien de code vervoerseenheid verschilt van 5

(zie vak 3.7a)

Vermeld het registratienummer van de vervoerseenheid (vervoerseenheden) wanneer de code vervoerseenheid verschilt van 5.

an..35

 

c

Identiteit handelszegel

D

„R” indien handelszegels worden gebruikt.

Vermeld de identificatie van de handelszegels, indien deze worden gebruikt om de vervoerseenheid te verzegelen.

an..35

 

d

Informatie zegels

O

 

Vermeld aanvullende informatie over deze handelszegels (bv. het soort zegels dat wordt gebruikt).

an..350

 

e

Informatie zegels_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

 

f

Aanvullende informatie

O

 

Vermeld aanvullende informatie over het vervoer, bv. de identiteit van eventuele volgende vervoerders, informatie over volgende vervoerseenheden.

an..350

 

g

Aanvullende informatie_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

3.8

Hoofdgedeelte e-AD

R

 

Voor elk product in de zending moet een aparte gegevensgroep worden gebruikt.

999x

 

a

Unieke referentie record

R

 

Vermeld de unieke referentie van de record van het product in het oorspronkelijke gesplitste e-AD. De unieke referentie van de record moet uniek zijn per “Gegevens splitsing e-AD”.

n..3

 

b

Code accijnsgoed

R

 

Vermeld de toepasselijke code accijnsgoed uit bijlage II, codelijst 11.

an..4

 

c

GN-code

R

 

Vermeld de GN-code die van toepassing is op de datum van indiening van de splitsing.

n8

 

d

Hoeveelheid

R

 

Vermeld de hoeveelheid (in de maateenheid voor de desbetreffende goederencode — zie bijlage II, tabellen 11 en 12).

Bij een overbrenging naar een in artikel 19, lid 3, van Richtlijn 2008/118/EG bedoelde geregistreerde geadresseerde mag de hoeveelheid de aan deze persoon toegestane hoeveelheid niet overschrijden.

Bij een overbrenging naar een in artikel 12 van Richtlijn 2008/118/EG bedoelde vrijgestelde organisatie mag de hoeveelheid de in het certificaat van vrijstelling van accijnzen geregistreerde hoeveelheid niet overschrijden.

n..15,3

 

e

Brutogewicht

R

 

Vermeld het brutogewicht van de zending (de accijnsgoederen met verpakking).

n..15,2

 

f

Nettogewicht

R

 

Vermeld het gewicht van de accijnsgoederen zonder verpakking.

n..15,2

 

i

Fiscaal merkteken

O

 

Vermeld aanvullende informatie over de door de lidstaat van bestemming vereiste fiscale merktekens.

an..350

 

j

Fiscaal merkteken_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

 

k

Indicatie fiscaal merkteken gebruikt

D

„R” indien fiscale merktekens worden gebruikt

Vermeld „1” wanneer de goederen een fiscaal merkteken dragen of bevatten dan wel „0” wanneer zij geen fiscaal merkteken dragen of bevatten.

n1

 

o

Densiteit

C

„R” indien van toepassing op het accijnsgoed in kwestie.

Vermeld de densiteit bij 15 °C, indien van toepassing in overeenstemming met de tabel in bijlage II, codelijst 11.

n..5,2

 

p

Handelsbenaming

O

De lidstaat van verzending kan bepalen dat dit gegeven verstrekt moet worden.

Vermeld de handelsbenaming van de goederen ten behoeve van de identificatie van de vervoerde goederen.

an..350

 

q

Handelsbenaming_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

 

r

Merknaam van het product

D

„R” indien de accijnsgoederen een merknaam hebben.

Vermeld in voorkomend geval de merknaam van de goederen.

an..350

 

s

Merknaam van het product_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2

3.8.1

VERPAKKING

R

 

 

99x

 

a

Code soort colli

R

 

Vermeld het soort colli met behulp van de codes in bijlage II, codelijst 9.

an2

 

b

Aantal colli

C

„R” indien als „telbaar” gemarkeerd.

Vermeld het aantal colli indien de colli telbaar zijn in overeenstemming met bijlage II, codelijst 9.

n..15

 

c

Identiteit handelszegel

D

„R” indien handelszegels worden gebruikt.

Vermeld de identificatie van de handelszegels, indien deze worden gebruikt om de colli te verzegelen.

an..35

 

d

Informatie zegels

O

 

Vermeld aanvullende informatie over deze handelszegels (bv. het soort zegels dat wordt gebruikt).

an..350

 

e

Informatie zegels_LNG

C

„R” indien het overeenkomstige tekstveld wordt gebruikt.

Vermeld de taalcode uit bijlage II, codelijst 1, om de in deze gegevensgroep gebruikte taal te definiëren.

a2”

6)

Tabel 6 wordt als volgt gewijzigd:

a)

rij 3 wordt als volgt gewijzigd:

i)

in kolom D wordt de letter „R” vervangen door de letter „C”,

ii)

in kolom E wordt de volgende tekst ingevoegd: „„R”, behalve wanneer het gegevenselement voor het soort bericht in het overeenkomstige e-AD op „2 — Indiening voor uitvoer volgens de domiciliëringsprocedure” staat”;

b)

in rij 5, kolom E, wordt de tekst „„R” voor codes soort bestemming 1, 2, 3, 4, 5 en 8” vervangen door „„R” voor codes soort bestemming 1, 2, 3, 4 en 5”;

c)

in rij 7.1 a wordt kolom F als volgt gewijzigd:

i)

de tekst „6 = Eén of meer records met onjuiste waarden” wordt geschrapt,

ii)

de tekst „7 = Grotere hoeveelheid dan waarvoor tijdelijke machtiging is verleend” wordt toegevoegd;

d)

in rij 7.1 b, kolom E, wordt de tekst „„O” wanneer de reden van niet-overeenstemming code 3, 4 of 5 heeft” vervangen door „„O” wanneer de reden van niet-overeenstemming code 1, 2, 3, 4, 5 of 7 heeft”.


BIJLAGE II

Bijlage II wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 2 wordt na de tabel tussen de bestaande tekst „Veld 1 geeft de laatste twee cijfers van het jaar van formele aanvaarding van de overbrenging weer.” en de bestaande tekst „Veld 3 moet worden ingevuld met een unieke code voor iedere EMCS-overbrenging. De wijze waarop dit veld wordt gebruikt, valt onder de verantwoordelijkheid van de lidstaten, maar iedere EMCS-overbrenging dient een uniek nummer te krijgen.” de volgende nieuwe tekst ingevoegd: „Veld 2 bevat een code uit de lijst van <LIDSTATEN> (codelijst 3)”.

2)

Punt 5 wordt vervangen door:

„5.   IDENTIFICATIENUMMER DOUANEKANTOOR (COR)

Het COR bestaat uit een identificerend kenmerk dat de landcode van de lidstaat (zie codelijst 4) gevolgd door een zescijferig alfanumeriek nationaal nummer omvat, bijvoorbeeld IT0830AB.”.

3)

In punt 8 wordt de volgende rij 5 toegevoegd:

„5

Vaste transportinrichting”.

4)

In punt 11 wordt de volgende rij toegevoegd:

EPC

CAT

EENHEID

Omschrijving

A

P

D

„E930

E

2

Additieven van de GN-codes 3811 11, 3811 19 00 en 3811 90 00

N

N

N”


Top