Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32007R1558

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1558/2007 van de Raad van 17 december 2007 houdende aanpassing met ingang van 1 juli 2007 van de bezoldigingen en de pensioenen van de ambtenaren en de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen, alsmede van de aanpassingscoëfficiënten welke van toepassing zijn op deze bezoldigingen en pensioenen

    PB L 340 van 22.12.2007, p. 1–7 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2007/1558/oj

    22.12.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 340/1


    VERORDENING (EG, EURATOM) Nr. 1558/2007 VAN DE RAAD

    van 17 december 2007

    houdende aanpassing met ingang van 1 juli 2007 van de bezoldigingen en de pensioenen van de ambtenaren en de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen, alsmede van de aanpassingscoëfficiënten welke van toepassing zijn op deze bezoldigingen en pensioenen

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, en met name op artikel 13,

    Gelet op het Statuut van de ambtenaren en de Regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen, vastgesteld bij Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 van de Raad (1), en met name op de artikelen 63, 64, 65 en 82 van het Statuut en de bijlagen VII, XI en XIII bij dat Statuut, alsmede op artikel 20, eerste alinea, en artikel 64 en artikel 92 van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden,

    Gezien het voorstel van de Commissie,

    Overwegende dat, teneinde te waarborgen dat de koopkracht van de ambtenaren en de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen gelijke tred houdt met die van de nationale ambtenaren, de bezoldigingen en de pensioenen van de ambtenaren en de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen in het kader van het jaarlijkse onderzoek 2007 dienen te worden aangepast,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt in artikel 63, tweede alinea, van het Statuut „1 juli 2006” vervangen door „1 juli 2007”.

    Artikel 2

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt in artikel 66 van het Statuut de tabel van de maandelijkse basissalarissen die van toepassing is voor de berekening van de bezoldigingen en de pensioenen, vervangen door de volgende tabel:

    1.7.2007

    Salaristrap

    Rang

    1

    2

    3

    4

    5

    16

    15 761,93

    16 424,26

    17 114,43

     

     

    15

    13 930,91

    14 516,30

    15 126,30

    15 547,14

    15 761,93

    14

    12 312,60

    12 829,99

    13 369,12

    13 741,07

    13 930,91

    13

    10 882,28

    11 339,57

    11 816,07

    12 144,81

    12 312,60

    12

    9 618,12

    10 022,29

    10 443,43

    10 733,99

    10 882,28

    11

    8 500,81

    8 858,03

    9 230,25

    9 487,05

    9 618,12

    10

    7 513,30

    7 829,02

    8 158,00

    8 384,97

    8 500,81

    9

    6 640,50

    6 919,54

    7 210,31

    7 410,91

    7 513,30

    8

    5 869,09

    6 115,72

    6 372,71

    6 550,01

    6 640,50

    7

    5 187,30

    5 405,28

    5 632,41

    5 789,12

    5 869,09

    6

    4 584,71

    4 777,36

    4 978,11

    5 116,61

    5 187,30

    5

    4 052,11

    4 222,39

    4 399,82

    4 522,23

    4 584,71

    4

    3 581,39

    3 731,89

    3 888,71

    3 996,90

    4 052,11

    3

    3 165,35

    3 298,37

    3 436,97

    3 532,59

    3 581,39

    2

    2 797,64

    2 915,20

    3 037,71

    3 122,22

    3 165,35

    1

    2 472,65

    2 576,55

    2 684,82

    2 759,52

    2 797,64

    Artikel 3

    Met ingang van 1 juli 2007 worden de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 64 van het Statuut van toepassing zijn op de bezoldiging van de ambtenaren en de andere personeelsleden vastgesteld zoals aangegeven in kolom 2 van de onderstaande tabel.

    Met ingang van 1 januari 2008 worden de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 17, lid 3, van bijlage VII bij het Statuut van toepassing zijn op de overmakingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden vastgesteld zoals aangegeven in kolom 3 van de onderstaande tabel.

    Met ingang van 1 juli 2007 worden de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 20, lid 2, van bijlage XIII bij het Statuut van toepassing zijn op de pensioenen vastgesteld zoals aangegeven in kolom 4 van de onderstaande tabel.

    Met ingang van 1 mei 2008 worden de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 20, lid 2, van bijlage XIII bij het Statuut van toepassing zijn op de pensioenen vastgesteld zoals aangegeven in kolom 5 van de onderstaande tabel.

    1

    2

    3

    4

    5

    Land/Plaats

    Bezoldiging

    1.7.2007

    Overmaking

    1.1.2008

    Pensioen

    1.7.2007

    Pensioen

    1.5.2008

    Bulgarije

    65,8

    58,0

    100,0

    100,0

    Tsjechië

    81,2

    74,7

    100,0

    100,0

    Denemarken

    139,4

    135,3

    136,1

    135,3

    Duitsland

    99,3

    99,7

    100,0

    100,0

    Bonn

    98,3

     

     

     

    Karlsruhe

    96,9

     

     

     

    München

    106,6

     

     

     

    Estland

    79,6

    77,7

    100,0

    100,0

    Griekenland

    95,3

    93,3

    100,0

    100,0

    Spanje

    100,4

    96,4

    100,0

    100,0

    Frankrijk

    117,4

    107,3

    109,3

    107,3

    Ierland

    121,8

    118,0

    118,8

    118,0

    Italië

    110,6

    107,1

    107,8

    107,1

    Varese

    98,6

     

     

     

    Cyprus

    89,9

    92,0

    100,0

    100,0

    Letland

    79,3

    75,2

    100,0

    100,0

    Litouwen

    71,3

    67,8

    100,0

    100,0

    Hongarije

    89,8

    77,7

    100,0

    100,0

    Malta

    84,8

    87,0

    100,0

    100,0

    Nederland

    111,5

    103,0

    104,7

    103,0

    Oostenrijk

    107,8

    107,2

    107,3

    107,2

    Polen

    80,7

    73,0

    100,0

    100,0

    Portugal

    92,2

    90,6

    100,0

    100,0

    Roemenië

    76,3

    70,5

    100,0

    100,0

    Slovenië

    88,3

    84,1

    100,0

    100,0

    Slowakije

    81,3

    74,8

    100,0

    100,0

    Finland

    117,8

    114,6

    115,2

    114,6

    Zweden

    117,0

    113,7

    114,4

    113,7

    Verenigd Koninkrijk

    143,1

    119,8

    124,5

    119,8

    Culham

    115,9

     

     

     

    Artikel 4

    Met ingang van 1 juli 2007 bedraagt de in artikel 42 bis, tweede en derde alinea, van het Statuut bedoelde toelage bij ouderschapsverlof 849,38 EUR, respectievelijk 1 132,49 EUR voor alleenstaande ouders.

    Artikel 5

    Met ingang van 1 juli 2007 bedraagt het basisbedrag van de in artikel 1, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde kostwinnerstoelage 158,86 EUR.

    Met ingang van 1 juli 2007 bedraagt de in artikel 2, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde kindertoelage 347,13 EUR.

    Met ingang van 1 juli 2007 bedraagt de in artikel 3, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde schooltoelage 235,53 EUR.

    Met ingang van 1 juli 2007 bedraagt de in artikel 3, lid 2, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde schooltoelage 84,80 EUR.

    Met ingang van 1 juli 2007 bedraagt het minimumbedrag van de in artikel 69 van het Statuut en in artikel 4, lid 1, tweede alinea, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde ontheemdingstoelage 470,83 EUR.

    Artikel 6

    Met ingang van 1 januari 2008 wordt de in artikel 8, lid 2, tweede alinea, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde kilometertoelage als volgt aangepast:

     

    0 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen 0 en 200 km

     

    0,3531 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen 201 en 1 000 km

     

    0,5884 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen 1 001 en 2 000 km

     

    0,3531 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen 2 001 en 3 000 km

     

    0,1177 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen 3 001 en 4 000 km

     

    0,0567 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen 4 001 en 10 000 km

     

    0 EUR per km voor het gedeelte van de afstand dat hoger ligt dan 10 000 km.

    Aan deze vergoeding wordt een forfaitair supplement toegevoegd van:

    176,52 EUR als de afstand per spoor tussen de standplaats en de plaats van herkomst tussen 725 km en 1 450 km bedraagt,

    353,02 EUR als de afstand per spoor tussen de standplaats en de plaats van herkomst meer dan 1 450 km bedraagt.

    Artikel 7

    Met ingang van 1 juli 2007 bedraagt de in artikel 10, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde dagvergoeding:

    36,48 EUR voor de ambtenaar die recht heeft op de kostwinnerstoelage,

    29,41 EUR voor de ambtenaar die geen recht heeft op de kostwinnerstoelage.

    Artikel 8

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt het minimumbedrag voor de inrichtingsvergoeding, bedoeld in artikel 24, lid 3, van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden, vastgesteld op:

    1 038,73 EUR voor het personeelslid dat recht heeft op de kostwinnerstoelage,

    617,64 EUR voor het personeelslid dat geen recht heeft op de kostwinnerstoelage.

    Artikel 9

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt het minimumbedrag voor de werkloosheidsuitkering, bedoeld in artikel 28 bis, lid 3, tweede alinea, van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden, vastgesteld op 1 245,73 EUR en het maximumbedrag op 2 491,48 EUR, en wordt het vaste bedrag dat moet worden afgetrokken, vastgesteld op 1 132,49 EUR.

    Artikel 10

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt de in artikel 63 van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden opgenomen tabel van de maandelijkse basissalarissen vervangen door de hiernavolgende tabel:

    1.7.2007

    Salaristrap

    Categorie

    Groep

    1

    2

    3

    4

    A

    I

    6 348,95

    7 135,39

    7 921,83

    8 708,27

    II

    4 607,96

    5 056,98

    5 506,00

    5 955,02

    III

    3 872,28

    4 044,77

    4 217,26

    4 389,75

    B

    IV

    3 719,83

    4 084,00

    4 448,17

    4 812,34

    V

    2 921,86

    3 114,47

    3 307,08

    3 499,69

    C

    VI

    2 778,90

    2 942,50

    3 106,10

    3 269,70

    VII

    2 487,22

    2 571,85

    2 656,48

    2 741,11

    D

    VIII

    2 248,06

    2 380,46

    2 512,86

    2 645,26

    IX

    2 164,97

    2 195,13

    2 225,29

    2 255,45

    Artikel 11

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt de in artikel 93 van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden opgenomen tabel van de maandelijkse basissalarissen vervangen door de hiernavolgende tabel:

    Functie-groep

    1.7.2007

    Salaristrap

    Rang

    1

    2

    3

    4

    5

    6

    7

    IV

    18

    5 433,53

    5 546,53

    5 661,87

    5 779,61

    5 899,81

    6 022,50

    6 147,74

    17

    4 802,29

    4 902,16

    5 004,11

    5 108,17

    5 214,40

    5 322,84

    5 433,53

    16

    4 244,39

    4 332,66

    4 422,76

    4 514,73

    4 608,62

    4 704,46

    4 802,29

    15

    3 751,30

    3 829,31

    3 908,95

    3 990,24

    4 073,22

    4 157,92

    4 244,39

    14

    3 315,50

    3 384,44

    3 454,83

    3 526,67

    3 600,01

    3 674,88

    3 751,30

    13

    2 930,32

    2 991,26

    3 053,46

    3 116,96

    3 181,78

    3 247,95

    3 315,50

    III

    12

    3 751,25

    3 829,25

    3 908,88

    3 990,16

    4 073,14

    4 157,84

    4 244,30

    11

    3 315,47

    3 384,41

    3 454,79

    3 526,63

    3 599,97

    3 674,83

    3 751,25

    10

    2 930,32

    2 991,25

    3 053,45

    3 116,95

    3 181,77

    3 247,93

    3 315,47

    9

    2 589,91

    2 643,76

    2 698,74

    2 754,86

    2 812,14

    2 870,62

    2 930,32

    8

    2 289,04

    2 336,64

    2 385,23

    2 434,83

    2 485,46

    2 537,15

    2 589,91

    II

    7

    2 589,84

    2 643,71

    2 698,70

    2 754,83

    2 812,12

    2 870,61

    2 930,32

    6

    2 288,93

    2 336,53

    2 385,13

    2 434,74

    2 485,38

    2 537,07

    2 589,84

    5

    2 022,97

    2 065,05

    2 108,00

    2 151,84

    2 196,60

    2 242,29

    2 288,93

    4

    1 787,92

    1 825,11

    1 863,07

    1 901,82

    1 941,37

    1 981,75

    2 022,97

    I

    3

    2 202,57

    2 248,29

    2 294,95

    2 342,58

    2 391,20

    2 440,82

    2 491,48

    2

    1 947,17

    1 987,58

    2 028,83

    2 070,94

    2 113,92

    2 157,79

    2 202,57

    1

    1 721,38

    1 757,11

    1 793,57

    1 830,80

    1 868,79

    1 907,58

    1 947,17

    Artikel 12

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt het minimumbedrag voor de inrichtingsvergoeding, bedoeld in artikel 94 van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden, vastgesteld op:

    781,31 EUR voor het personeelslid dat recht heeft op de kostwinnerstoelage,

    463,22 EUR voor het personeelslid dat geen recht heeft op de kostwinnerstoelage

    Artikel 13

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt het minimumbedrag voor de werkloosheidsuitkering, bedoeld in artikel 96, lid 3, tweede alinea, van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden, vastgesteld op 934,31 EUR en het maximumbedrag op 1 868,61 EUR, en wordt het vaste bedrag dat moet worden afgetrokken, vastgesteld op 849,38 EUR.

    Artikel 14

    Met ingang van 1 juli 2007 worden de toeslagen voor continu- of ploegendienst, bedoeld in artikel 1, lid 1, eerste alinea, van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 300/76 van de Raad (2) vastgesteld op 356,04 EUR, 537,38 EUR, 587,56 EUR en 801,03 EUR.

    Artikel 15

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt op de in artikel 4 van Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad (3) genoemde bedragen een coëfficiënt toegepast van 5,139465.

    Artikel 16

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt de tabel in artikel 8, lid 2, van bijlage XIII bij het Statuut vervangen door de hiernavolgende tabel:

    1.7.2007

    Salaristrap

    Rang

    1

    2

    3

    4

    5

    6

    7

    8

    16

    15 761,93

    16 424,26

    17 114,43

    17 114,43

    17 114,43

    17 114,43

     

     

    15

    13 930,91

    14 516,30

    15 126,30

    15 547,14

    15 761,93

    16 424,26

     

     

    14

    12 312,60

    12 829,99

    13 369,12

    13 741,07

    13 930,91

    14 516,30

    15 126,30

    15 761,93

    13

    10 882,28

    11 339,57

    11 816,07

    12 144,81

    12 312,60

     

     

     

    12

    9 618,12

    10 022,29

    10 443,43

    10 733,99

    10 882,28

    11 339,57

    11 816,07

    12 312,60

    11

    8 500,81

    8 858,03

    9 230,25

    9 487,05

    9 618,12

    10 022,29

    10 443,43

    10 882,28

    10

    7 513,30

    7 829,02

    8 158,00

    8 384,97

    8 500,81

    8 858,03

    9 230,25

    9 618,12

    9

    6 640,50

    6 919,54

    7 210,31

    7 410,91

    7 513,30

     

     

     

    8

    5 869,09

    6 115,72

    6 372,71

    6 550,01

    6 640,50

    6 919,54

    7 210,31

    7 513,30

    7

    5 187,30

    5 405,28

    5 632,41

    5 789,12

    5 869,09

    6 115,72

    6 372,71

    6 640,50

    6

    4 584,71

    4 777,36

    4 978,11

    5 116,61

    5 187,30

    5 405,28

    5 632,41

    5 869,09

    5

    4 052,11

    4 222,39

    4 399,82

    4 522,23

    4 584,71

    4 777,36

    4 978,11

    5 187,30

    4

    3 581,39

    3 731,89

    3 888,71

    3 996,90

    4 052,11

    4 222,39

    4 399,82

    4 584,71

    3

    3 165,35

    3 298,37

    3 436,97

    3 532,59

    3 581,39

    3 731,89

    3 888,71

    4 052,11

    2

    2 797,64

    2 915,20

    3 037,71

    3 122,22

    3 165,35

    3 298,37

    3 436,97

    3 581,39

    1

    2 472,65

    2 576,55

    2 684,82

    2 759,52

    2 797,64

     

     

     

    Artikel 17

    Met ingang van 1 juli 2007 worden de bedragen van de in artikel 14, eerste alinea, van bijlage XIII bij het Statuut bedoelde kindertoelage als volgt vastgesteld:

    1.7.2007-31.12.2007

    319,27

    1.1.2008-31.12.2008

    333,19

    Artikel 18

    Met ingang van 1 juli 2007 worden de bedragen van de in artikel 15, eerste alinea, van bijlage XIII bij het Statuut bedoelde schooltoelage als volgt vastgesteld:

    1.7.2007-31.8.2007

    50,86

    1.9.2007-31.8.2008

    67,83

    Artikel 19

    Met ingang van 1 juli 2007 wordt, voor de toepassing van artikel 18, lid 1, van bijlage XIII bij het Statuut, de vaste vergoeding genoemd in artikel 4 bis van bijlage VII bij het Statuut dat vóór 1 mei 2004 van kracht was, vastgesteld op:

    122,83 EUR per maand voor ambtenaren in de rangen C4 en C5,

    188,31 EUR per maand voor ambtenaren in de rangen C1, C2 en C3.

    Artikel 20

    Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 17 december 2007.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    J. SILVA


    (1)  PB L 56 van 4.3.1968, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 337/2007 (PB L 90 van 30.3.2007, blz. 1).

    (2)  Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 300/76 van de Raad van 9 februari 1976 tot vaststelling van de categorieën van begunstigden, de voorwaarden voor toekenning en de hoogte van de toeslagen die kunnen worden toegekend aan ambtenaren die hun werkzaamheden verrichten in het kader van een continu- of ploegendienst (PB L 38 van 13.2.1976, blz. 1). Verordening aangevuld bij Verordening (Euratom, EGKS, EEG) nr. 1307/87 (PB L 124 van 13.5.1987, blz. 6) en laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1873/2006 (PB L 360 van 19.12.2006, blz. 61).

    (3)  Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8). Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1750/2002 (PB L 264 van 2.10.2002, blz. 15).


    Top