Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31963R0007

    Verordening nr. 7/63/Euratom van de Raad van 3 december 1963 betreffende het reglement van de Arbitragecommissie bedoeld in artikel 18 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie

    PB 180 van 10.12.1963, p. 2849–2853 (DE, FR, IT, NL)
    Bijzondere uitgave in het Engels: Serie I Deel 1963-1964 blz. 56 - 61

    Andere speciale editie(s) (DA, EL, ES, PT, FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1963/7/oj

    31963R0007

    Verordening nr. 7/63/Euratom van de Raad van 3 december 1963 betreffende het reglement van de Arbitragecommissie bedoeld in artikel 18 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie

    Publicatieblad Nr. 180 van 10/12/1963 blz. 2849 - 2853
    Bijzondere uitgave in het Deens: Serie I Hoofdstuk 1963-1964 blz. 0051
    Bijzondere uitgave in het Engels: Serie I Hoofdstuk 1963-1964 blz. 0056
    Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 01 Deel 1 blz. 0087
    Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 12 Deel 1 blz. 0081
    Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 12 Deel 1 blz. 0081


    ++++

    VERORDENING No . 7/63/EURATOM VAN DE RAAD

    van 3 december 1963

    betreffende het reglement van de Arbitragecommissie bedoeld in artikel 18 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie

    DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR ATOOMENERGIE ,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en inzonderheid artikel 18 daarvan ,

    Gezien het voorstel van het Hof van Justitie ,

    Overwegende dat het de taak is van de Raad om op voorstel van het Hof van Justitie het reglement van de Arbitragecommissie vast te stellen ;

    Overwegende dat het van belang is , bij het vaststellen van de wijze van organisatie en werking van de Arbitragecommissie en van de procesvoering , het beroep op deze commissie te bevorderen om de geschillen die bij het afgeven van vergunningen kunnen rijzen te beslechten ;

    Overwegende dat het daarom wenselijk is dat in de Arbitragecommissie leden zitting hebben die onderdaan zijn van de Lid-Staten en de voor de goede werking van de Commissie op verschillend gebied vereiste juridische of technische opleiding of ervaring bezitten ; dat de zittingen van de Commissie worden gehouden in de vorm van arbitragegroepen bestaande uit een beperkt aantal scheidsmannen ; dat partijen in elk stadium van het geding een schikking kan worden voorgesteld en dat dit geding kosteloos is ;

    Overwegende dat de leden van de Arbitragecommissie hun functie dienen uit te oefenen in volkomen onpartijdigheid en derhalve van rechtsvervolging vrijgesteld dienen te zijn met betrekking tot hetgeen zij in hun officiële hoedanigheid hebben verricht ;

    Overwegende dat het van belang is het voor de werkzaamheden van de Arbitragecommissie noodzakelijke administratieve apparaat alsmede de hieraan verbonden kosten tot een minimum te beperken en te dien einde de griffie van de Commissie aan het Hof van justitie op te dragen ,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

    Samenstelling van de Arbitragecommissie

    Artikel 1

    par . 1

    De Arbitragecommissie , bedoeld in artikel 18 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie _ hierna te noemen de Commissie _ bestaat uit een president , twee vice-presidenten en twaalf andere leden , die onderdaan zijn van een Lid-Staat van de Gemeenschap ; zij worden gekozen uit personen die alle waarborgen voor onafhankelijkheid bieden en de voor de werkzaamheden van de Commissie noodzakelijke technische of juridische kennis bezitten ; zij worden voor zes jaar benoemd door de Raad van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie _ hierna te noemen de Raad .

    De leden van de Commissie moeten in het genot zijn van hun rechten als staatsburger en burgerlijke rechten en de president en de vice-presidenten moeten bovendien de noodzakelijke juridische kennis bezitten en voldoen aan de in hun onderscheiden landen gestelde eisen het ambt van rechter te bekleden .

    Bij de benoeming der leden van de Commissie overtuigt de Raad zich ervan dat er een verantwoord evenwicht bestaat tussen de leden met een juridische opleiding of met juridische ervaring en de leden met een technische opleiding of met technische ervaring .

    par . 2

    De voordracht van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen _ hierna te noemen het Hof _ aan de Raad bevat achttien kandidaten voor de functie van president en de functies der beide vice-presidenten van de Commissie , en zesendertig kandidaten voor de overige functies in de Commissie .

    De kandidaten die de Raad niet heeft gekozen als president of als vice-president en van de Commissie worden geacht eveneens te zijn voorgedragen voor de overige functies .

    par . 3

    De president van het Hof deelt de Regeringen van de Lid-Staten twee maanden van tevoren mede , op welke datum het Hof voornemens is de aan de Raad van Ministers over te leggen lijst van kandidaten op te stellen .

    par . 4

    Uit de gestelde kandidaten kiezen de leden van het Hof de personen die aan de Raad zullen worden voorgedragen . Deze keuze vindt plaats bij geheime stemming .

    Degenen die bij de eerste stemming de volstrekte meerderheid van stemmen verkrijgen of op wie bij een tweede stemming de meeste stemmen worden uitgebracht , worden als kandidaten voorgedragen .

    par . 5

    Ieder door de Raad benoemd lid moet de Raad binnen dertig dagen , volgende op zijn benoeming , mededelen of hij deze benoeming aanvaardt . Wanneer hij de benoeming niet bevestigt of weigert , wordt zijn benoeming geacht niet te hebben plaatsgevonden en benoemt de Raad een ander lid in zijn plaats .

    par . 6

    De leden van de Commissie zijn herbenoembaar .

    Artikel 2

    par . 1

    De Commissie is gevormd , zodra ieder der benoemde leden zijn ambt heeft aanvaard .

    par . 2

    Bij hun ambtsaanvaarding verbinden de leden van de Commissie zich in een openbare zitting van het Hof plechtig , hun functie uit te oefenen in volkomen onpartijdigheid en geheel overeenkomstig hun geweten , niets van het geheim der beraadslagingen openbaar te maken en gedurende hun ambtsperiode en na afloop daarvan de uit hun taak voortvloeiende verplichtingen na te komen , en in het bijzonder eerlijkheid en kiesheid te betrachten bij het uitoefenen van bepaalde functies of het aanvaarden van bepaalde voordelen .

    Artikel 3

    De leden van de Commissie genieten immuniteit van rechtsvervolging met betrekking tot hetgeen zij in hun officiële hoedanigheid hebben verricht , daarbij inbegrepen het gesproken of geschreven woord . Zij blijven deze immuniteit genieten ook nadat zij hun ambt hebben neergelegd .

    Het Hof kan , in voltallige zitting , deze immuniteit opheffen .

    Artikel 4

    De leden van de Commissie mogen niet deelnemen aan de berechting van enige zaak , waarin zij vroeger zijn opgetreden als gemachtigde , raadsman of advocaat van een van de partijen of waarover zij zich hebben moeten uitspreken als lid van een rechtbank , van een commissie van onderzoek of in enige andere hoedanigheid .

    Indien een der leden van de Commissie om een bijzondere reden meent niet te kunnen deelnemen aan de berechting of aan het onderzoek van een bepaalde zaak , stelt hij de president hiervan in kennis . Ingeval de president van de Commissie van oordeel is dat een lid om een bijzondere reden niet deel kan nemen aan de behandeling van een bepaalde zaak , stelt hij de betrokkene hiervan in kennis .

    Wanneer ten aanzien van de toepassing van dit artikel moeilijkheden rijzen , beslist de Commissie .

    Artikel 5

    par . 1

    Behalve door vervanging of door overlijden , eindigt de ambtsuitoefening van een lid van de Commissie door aftreding .

    Ingeval van aftreding richt het lid daartoe tot de president van het Hof een brief , welke naar de voorzitter van de Raad wordt doorgezonden . Door deze brief ontstaat een vacature op het ogenblik van ontvangst door de voorzitter van de Raad .

    Behoudens in gevallen waarin paragraaf 2 toepassing vindt , blijft elk lid zitting hebben totdat zijn opvolger in functie treedt .

    par . 2

    De leden van de Commissie kunnen slechts van hun ambt worden ontheven , wanneer zij , naar het eenstemmige oordeel van de rechters en de advocaten-generaal van het Hof , hebben opgehouden aan de gestelde voorwaarden of aan de uit hun ambt voortvloeiende verplichtingen te voldoen .

    De griffier van het Hof geeft de betrokkene kennis van de beslissing van het Hof .

    Ingeval van een beslissing waarbij een lid van de Commissie van zijn ambt wordt ontheven , ontstaat door deze kennisgeving een vacature .

    Artikel 6

    par . 1

    Wanneer de ambtsuitoefening van een lid v}}r het verstrijken van zijn mandaat eindigt , kiest de Raad zijn plaatsvervanger voor de verdere duur van het mandaat , uit de laatste door het Hof krachtens artikel 1 voorgedragen kandidaten . De Raad kan het Hof evenwel verzoeken om drie extra kandidaten voor te dragen .

    par . 2

    Bij afwezigheid of verhindering van de president wordt zijn functie waargenomen door de vice-president met de meeste dienstjaren of , indien beide vice-presidenten evenveel dienstjaren hebben , door de oudste van de twee .

    Artikel 7

    Op voorstel van het Hof stelt de Raad het bedrag der aan de leden van de Commissie toe te kennen vergoedingen vast .

    Artikel 8

    De Commissie zetelt bij het Hof . De arbitragegroep , bedoeld in artikel 10 , paragraaf 1 , kan in overleg met partijen bij wijze van uitzondering besluiten elders binnen de Gemeenschap te zetelen .

    Artikel 9

    De functie van griffier van de Commissie wordt vervuld door een ambtenaar van het Hof , die het Hof te dien einde aanwijst in overleg met de president van de Commissie . De bevoegdheden van de griffier worden op voorstel van de president vastgesteld door de Commissie met toestemming van het Hof .

    Aanwijzing van scheidsmannen en regeling van het taalgebruik

    Artikel 10

    par . 1

    Een geschil wordt bij de Commissie aanhangig gemaakt wanneer een exemplaar van het compromis in de zin van de artikelen 20 en 22 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie , aan de president van de Commissie wordt voorgelegd .

    Aan de zittingen van de Commissie , gehouden in de vorm van arbitragegroepen , nemen drie scheidsmannen deel , namelijk de president of een van de vice-presidenten en twee leden . Elke partij in het geschil wijst een van deze beide leden aan .

    De president van de Commissie verdeelt de geschillen tussen zichzelf en de vice-presidenten , in overleg met laatstgenoemden , ten einde partijen zo groot mogelijke waarborgen te geven voor een snelle berechting van hun zaak . Er zijn even zoveel arbitragegroepen als lopende geschillen . De president en de vice-presidenten van de Commissie kunnen gelijktijdig het voorzitterschap van verschillende arbitragegroepen bekleden , terwijl elk ander lid gelijktijdig in verschillende arbitragegroepen zitting kan hebben .

    par . 2

    Ongeacht hun taak de president van de Commissie bij diens afwezigheid of verhindering te vervangen , bekleden de vice-presidenten het voorzitterschap van de arbitragegroepen overeenkomstig de aanwijzingen van de president van de Commissie .

    Zodra een geschil bij de Commissie aanhangig is gemaakt , neemt de president het voorzitterschap van de arbitragegroep op zich of wijst hij een van de vice-presidenten aan als voorzitter van deze groep . De voorzitter van de arbitragegroep stelt elk der partijen vervolgens een termijn van ten hoogste één maand waarbinnen zij schriftelijk dienen mede te delen , welke leden van de Commissie zij als scheidsmannen aanwijzen .

    Op een met redenen omkleed verzoek van een van partijen kan de in de vorige alinea bedoelde termijn door de voorzitter van de arbitragegroep met een gelijke termijn worden verlengd .

    Wanneer een van partijen verzuimt tijdig een scheidsman aan te wijzen , wordt deze op verzoek van de voorzitter van de arbitragegroep door de president van het Hof aangewezen .

    par . 3

    In het in artikel 4 bedoelde geval of in elk ander geval waarin een scheidsman verhinderd is aan een geding deel te nemen , wijst de partij die deze scheidsman heeft aangewezen , of die in het in paragraaf 2 , vierde alinea , van het onderhavige artikel genoemde geval zulks had moeten doen , binnen de termijn van een maand een andere scheidsman aan . Paragraaf 2 , vierde alinea , van het onderhavige artikel is van overeenkomstige toepassing .

    par . 4

    Wanneer een van de scheidsmannen tijdens het geding wordt vervangen , wordt dit hervat op het punt waar het zich bevond op het tijdstip waarop de vacature is ontstaan . Wanneer de nieuw benoemde scheidsman zulks verzoekt , vindt de mondelinge behandeling opnieuw plaats .

    Artikel 11

    par . 1

    In afwijking van artikel 10 kunnen partijen bij compromis bepalen dat hun geschil ter beslissing zal worden voorgelegd aan een in zijn persoonlijke hoedanigheid gekozen enig scheidsman _ de president van de Arbitragecommissie , een vice-president of een ander lid _ , ofwel aan een arbitragegroep die buiten haar voorzitter uit vier leden bestaat , waarvan elke partij er twee aanwijst .

    par . 2

    Het compromis dient te vermelden : de onderwerpen van geschil , een opsomming van de punten waarover de scheidsmannen zich moeten uitspreken , alsmede de keuze van de partijen nopens de samenstelling van de arbitragegroep .

    Artikel 12

    Het geding wordt gevoerd in een van de officiële talen van de Gemeenschap . De te gebruiken taal wordt gekozen door de houder van het octrooi , het voorlopig bescherminggevende recht , het gebruiksmodel of de octrooiaanvrage .

    De arbitragegroep kan evenwel op verzoek van een partij en na de andere partij te hebben gehoord , machtiging verlenen tot het geheel of gedeeltelijk voeren van het geding in een andere officiële taal . Dit verzoek kan niet door de Commissie van de E.G.A . worden gedaan .

    Schikking

    Artikel 13

    par . 1

    De arbitragegroep kan in elk stadium van het geding partijen een schikking voorstellen .

    In dat geval stelt de arbitragegroep , zodra zij met haar onderzoek gereed is , partijen mondeling of schriftelijk op de hoogte van de voorwaarden voor een schikking die zij hun meent te kunnen voorstellen , met het verzoek binnen een bepaalde termijn hun mening kenbaar te maken . Zij zet partijen schriftelijk of mondeling de gronden uiteen , die voor het voorstel pleiten .

    par . 2

    Indien partijen de voorgestelde schikking aanvaarden , wordt hiervan een proces-verbaal opgemaakt waarin de inhoud van de schikking is weergegeven en dat door de voorzitter van de arbitragegroep , de griffier en partijen wordt ondertekend . Een door de voorzitter en de griffier ondertekende expeditie wordt aan partijen ter hand gesteld . De voorzitter van de arbitragegroep vergewist zich ervan dat partijen de schikking uitvoeren . Ingeval partijen hun verplichtingen niet binnen de in het procesverbaal van de schikking genoemde termijn nakomen , doet de arbitragegroep uitspraak .

    par . 3

    Wanneer beide partijen of een van hen de schikking niet aanvaarden en de arbitragegroep het nutteloos acht , te trachten partijen op andere voorwaarden tot overeenstemming te brengen , wordt over de zaak uitspraak gedaan . In de beslissing van de arbitragegroep wordt in dat geval vermeld dat partijen niet tot een schikking bereid waren , doch wordt de inhoud van de voorgestelde schikking niet weergegeven .

    Procesvoering

    Artikel 14

    De arbitragegroep beslist of v}}r de mondelinge behandeling schriftelijke memoriën dienen te worden uitgewisseld . In dat geval stelt de voorzitter van de arbitragegroep het aantal memoriën en de in acht te nemen termijnen vast .

    De griffier deelt deze termijnen mede aan partijen , die hun memoriën bij de griffier indienen , de griffier zendt deze door aan de andere partij en maakt het dossier voor de behandeling van de zaak gereed .

    De voorzitter van de arbitragegroep stelt dag en plaats van de eerste zitting vast . De griffier stelt partijen hiervan tijdig in kennis .

    Artikel 15

    Wanneer in het in artikel 14 , eerste alinea , genoemde geval een der partijen zijn memorie of memoriën niet indient binnen de door de voorzitter van de arbitragegroep gestelde termijn , stelt deze niettemin dag en plaats van de zitting vast .

    Wanneer een der partijen , hoewel behoorlijk opgeroepen , niet verschijnt , kan de arbitragegroep de conclusies van de andere partij toewijzen na zich ervan te hebben vergewist dat deze feitelijk en rechtens gegrond zijn . Desgewenst kan de arbitragegroep ook gelasten dat een nieuwe zitting wordt gehouden .

    Artikel 16

    Ieder partij kan zich door een of meer raadslieden laten vertegenwoordigen of bijstaan . Zo spoedig mogelijk bericht zij haar voornemen daartoe aan de griffier , die de andere partij hiervan in kennis stelt . De indiening van het compromis of de memoriën door een raadsman geldt als zodanige kennisgeving .

    Artikel 17

    Desgewenst kan de arbitragegroep een gerechtelijke plaatsopneming verrichten ; partijen kunnen hierbij tegenwoordig zijn .

    Artikel 18

    De arbitragegroep stelt de procesvoering , alsmede de duur daarvan , vast . Zij is vrij in de beoordeling van de bewijsmiddelen .

    Artikel 19

    De mondelinge behandeling wordt geleid door de voorzitter van de arbitragegroep . Deze is slechts openbaar , wanneer de arbitragegroep daartoe met toestemming van partijen besluit .

    Van elke zitting wordt een proces-verbaal opgemaakt , dat wordt ondertekend door de voorzitter van de arbitragegroep en de griffier .

    Artikel 20

    Nadat partijen hun standpunten hebben uiteengezet , wordt de mondelinge behandeling gesloten verklaard .

    De arbitragegroep is niettemin bevoegd , zolang nog geen uitspraak is gedaan , de mondelinge behandeling te heropenen wanneer nieuwe bewijsmiddelen bekend worden , die haar beslissing op doorslaggevende wijze kunnen beïnvloeden , of wanneer zij na een grondiger onderzoek , omtrent bepaalde punten nadere opheldering verlangt .

    Artikel 21

    De arbitragegroep beraadslaagt met gesloten deuren ; de beraadslagingen zijn en blijven geheim . Alle beslissingen van de groep worden genomen met meerderheid van stemmen .

    Artikel 22

    De uitspraak wordt op schrift gesteld en gedateerd op de dag van ondertekening . De uitspraak vermeldt de namen der scheidsmannen en wordt door hen ondertekend . De uitspraak wordt met redenen omkleed ; in het compromis kan evenwel worden bepaald dat dit ten aanzien van bijzondere punten niet geschiedt .

    De arbitragegroep kan bepalen dat de uitspraak in openbare zitting wordt voorgelezen , in aanwezigheid of na behoorlijke oproeping van partijen .

    De uitspraak wordt terstond ter kennis van partijen gebracht .

    Artikel 23

    Met inachtneming van de bepalingen van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en van de gemeenschappelijke algemene rechtsbeginselen van haar Lid-Staten , oordeelt de arbitragegroep naar recht en billijkheid .

    Artikel 24

    Dit reglement is op alle gevallen van toepassing , daaronder begrepen het geval dat het geschil overeenkomstig artikel 11 , paragraaf 1 , wordt voorgelegd aan één scheidsman of aan een arbitragegroep van vijf leden .

    Budgettaire en financiële bepalingen

    Artikel 25

    Het voeren van een geding voor de Commissie is kosteloos . De aan de werkzaamheden van de Commissie verbonden kosten , zoals de vergoedingen bedoeld in artikel 7 , de griffiekosten , de overige administratieve kosten en de eigenlijke kosten van de schikkings - of arbitrageprocedure worden geboekt op de huishoudelijke begroting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie in een afzonderlijk hoofdstuk van afdeling IV betreffende het Hof .

    Artikel 26

    De in artikel 73 van het Reglement voor de Procesvoering van het Hof als invorderbaar aangemerkte kosten komen ten laste van partijen . Indien partijen het niet eens zijn over de kosten in het arbitragecompromis , bedoeld in artikel 10 , paragraaf 1 , beslist de arbitragegroep naar recht en billijkheid over deze kosten . Het in artikel 15 , paragraaf 5 , van het Reglement voor de Procesvoering van het Hof bedoelde tarief is van toepassing .

    In geval van geschil nopens de invorderbare kosten , beslist de arbitragegroep die met de zaak is belast op verzoek van de betrokken partij bij beschikking , na de andere partij te hebben gehoord .

    Artikel 27

    De kosten der gedwongen tenuitvoerlegging worden door de geëxecuteerde aan de executant vergoed op de voet van het tarief , geldende in de Staat waar de executie plaatsvindt .

    Slotbepalingen

    Artikel 28

    Dit reglement kan te allen tijde nadat de Commissie in functie is getreden op voorstel van het Hof worden herzien en aangevuld . De president van de Commissie kan het Hof voorstellen doen tot wijziging en aanvulling van de in dit reglement vervatte procedureregels .

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

    Gedaan te Brussel , 3 december 1963 .

    Voor de Raad

    De Voorzitter

    J . M . A . H . LUNS

    Top