This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32022R1855
Commission Delegated Regulation (EU) 2022/1855 of 10 June 2022 supplementing Regulation (EU) No 648/2012 of the European Parliament and of the Council with regard to regulatory technical standards specifying the minimum details of the data to be reported to trade repositories and the type of reports to be used (Text with EEA relevance)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1855 van de Commissie van 10 juni 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen inzake de minimale mate van gedetailleerdheid van de aan transactieregisters te rapporteren gegevens en het te gebruiken rapportagetype (Voor de EER relevante tekst)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1855 van de Commissie van 10 juni 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen inzake de minimale mate van gedetailleerdheid van de aan transactieregisters te rapporteren gegevens en het te gebruiken rapportagetype (Voor de EER relevante tekst)
C/2022/3589
PB L 262 van 07/10/2022, p. 1–33
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
7.10.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 262/1 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2022/1855 VAN DE COMMISSIE
van 10 juni 2022
tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen inzake de minimale mate van gedetailleerdheid van de aan transactieregisters te rapporteren gegevens en het te gebruiken rapportagetype
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (1), en met name artikel 9, lid 5,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 148/2013 van 19 december 2012 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters met technische reguleringsnormen inzake de minimale mate van gedetailleerdheid van de aan transactieregisters te rapporteren gegevens is aanzienlijk gewijzigd. Aangezien verdere wijzigingen nodig zijn om het rapportagekader te verduidelijken en te zorgen voor samenhang met nieuwe technische uitvoeringsnormen en andere internationaal overeengekomen normen, moet de verordening worden ingetrokken en door deze verordening worden vervangen. |
(2) |
De rapportage van volledige en nauwkeurige gegevens betreffende derivaten, met inbegrip van de vermelding van de bedrijfsgebeurtenissen die aanleiding geven tot de veranderingen in de derivaten, is van essentieel belang om een doeltreffend gebruik van de derivatengegevens mogelijk te maken. |
(3) |
Wanneer een derivatencontract bestaat uit een combinatie van derivatencontracten waarover gezamenlijk wordt onderhandeld in het kader van één economische overeenkomst, moeten de eigenschappen van elk van de betrokken derivatencontracten inzichtelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten. Aangezien de bevoegde autoriteiten ook de algemene context moeten kunnen begrijpen, moet uit het rapport tevens duidelijk worden dat het derivatencontract onderdeel is van een complex derivaat. Daarom moeten derivatencontracten die betrekking hebben op een combinatie van derivatencontracten voor elk derivatencontract in afzonderlijke rapporten worden gerapporteerd, met een interne identificatiecode die de rapporten onderling verbindt. |
(4) |
In het geval van derivatencontracten bestaande uit een combinatie van derivatencontracten die in meer dan één rapport moeten worden gerapporteerd, kan het lastig zijn te bepalen hoe de relevante informatie betreffende het contract over de rapporten moet worden verdeeld en dus hoeveel rapporten er moeten worden ingediend. Daarom moeten tegenpartijen het eens worden over het aantal rapporten dat over een dergelijk contract moet worden ingediend. |
(5) |
Om een zekere flexibiliteit mogelijk te maken, moet een tegenpartij het rapport betreffende een contract aan de andere tegenpartij of aan een derde kunnen delegeren. Tegenpartijen moeten ook kunnen overeenkomen de rapportage te delegeren aan een gemeenschappelijke derde entiteit, met inbegrip van een centrale tegenpartij (CTP). Om de gegevenskwaliteit te waarborgen wanneer één rapport wordt opgesteld namens beide tegenpartijen, moet dat rapport alle relevante gegevens met betrekking tot elke tegenpartij bevatten. Wanneer de rapportage is gedelegeerd, moet het rapport alle gegevens bevatten die zouden zijn gerapporteerd indien het zou zijn opgesteld door de rapporterende tegenpartij. |
(6) |
Het is van belang te erkennen dat een CTP optreedt als een partij bij een derivatencontract. Wanneer een bestaand contract vervolgens door een CTP wordt gecleard, moet het als beëindigd worden gerapporteerd en moet het nieuwe uit de clearing voortvloeiende contract worden gerapporteerd. |
(7) |
Voorts moet worden erkend dat bepaalde derivaten, zoals derivaten die op handelsplatforms of op georganiseerde handelsplatforms buiten de Unie worden verhandeld, door CTP’s geclearde derivaten of contracten ter verrekening van verschillen, vaak worden beëindigd en in een positie worden opgenomen, en dat het risico van dergelijke derivaten op positieniveau wordt beheerd. Bovendien wordt de daaruit voortvloeiende positie, en niet de oorspronkelijke derivaten op transactieniveau, onderworpen aan de daaropvolgende levenscyclusgebeurtenissen. Om dergelijke derivaten efficiënt en nauwkeurig te kunnen rapporteren, moet het tegenpartijen worden toegestaan te rapporteren op positieniveau. Om te voorkomen dat tegenpartijen ten onrechte gebruikmaken van rapportage op positieniveau, moeten specifieke voorwaarden worden vastgesteld waaraan zij moeten voldoen om op dat niveau te rapporteren. |
(8) |
Teneinde de concentratie van blootstellingen en systeemrisico’s naar behoren te kunnen monitoren, is het van cruciaal belang ervoor te zorgen dat volledige en nauwkeurige informatie over de tussen twee tegenpartijen uitgewisselde blootstellingen en zekerheden wordt ingediend bij transactieregisters. De op basis van de marktwaarde of een modellenbenadering bepaalde waarde van een contract geeft aan welk teken en welke omvang de met het contract samenhangende blootstellingen hebben, en vormt een aanvulling op de informatie over de in het contract vermelde oorspronkelijke waarde. Het is derhalve essentieel dat tegenpartijen waarderingen van derivatencontracten overeenkomstig een gemeenschappelijke methodologie rapporteren. Voorts is het minstens zo belangrijk de rapportage van gestorte en ontvangen initial en variation margin met betrekking tot een bepaald derivaat te eisen. Daarom moeten tegenpartijen die hun derivaten zeker stellen, gegevens over die zekerheidsstelling op transactiebasis rapporteren. Wanneer zekerheden worden berekend op portefeuillebasis, moeten de tegenpartijen de gestorte en ontvangen initialen variation margin met betrekking tot die portefeuille rapporteren middels een unieke, door de rapporterende tegenpartij vastgestelde code. Die unieke code moet de specifieke portefeuille aanduiden via welke de zekerheden worden uitgewisseld en moet het ook mogelijk maken om alle betrokken derivaten aan die specifieke portefeuille te koppelen. |
(9) |
Het nominale bedrag is een essentieel kenmerk van een derivaat om de aan dat derivaat verbonden verplichtingen vast te stellen. Bovendien worden de nominale bedragen gebruikt als een maatstaf bij de beoordeling van blootstellingen, het handelsvolume en de omvang van de derivatenmarkt. Daarom is een consistente rapportage van de nominale bedragen van essentieel belang. Om ervoor te zorgen dat tegenpartijen de nominale bedragen op geharmoniseerde wijze rapporteren, moet de vereiste methode voor de berekening van het nominale bedrag worden gespecificeerd voor de verschillende soorten producten. |
(10) |
Evenzo moet de informatie met betrekking tot de prijsstelling van de derivaten consistent worden gerapporteerd zodat de bevoegde autoriteiten de gerapporteerde blootstellingen kunnen verifiëren, de kosten en liquiditeit op de derivatenmarkten kunnen evalueren en de prijzen van op verschillende markten verhandelde soortgelijke producten kunnen vergelijken. |
(11) |
Als gevolg van levenscyclusgebeurtenissen zoals clearing, verlenging of compressie worden bepaalde derivaten gecreëerd, gewijzigd of beëindigd. Om de bevoegde autoriteiten in staat te stellen inzicht te verwerven in de volgorde van de gebeurtenissen op de markt en in de relaties tussen de gerapporteerde derivaten, is het essentieel te voorzien in een methode om alle betrokken derivaten die door dezelfde levenscyclusgebeurtenis worden beïnvloed, aan elkaar te koppelen. Aangezien de efficiëntste manier om derivaten aan elkaar te koppelen naargelang van de aard van de gebeurtenis kan verschillen, moeten verschillende koppelingsmethoden worden vastgesteld. |
(12) |
Deze verordening is gebaseerd op de ontwerpen van technische reguleringsnormen die de Europese Autoriteit voor effecten en markten (European Securities and Markets Authority, ESMA) bij de Commissie heeft ingediend. |
(13) |
De ESMA heeft open publieke raadplegingen gehouden over de ontwerpen van technische reguleringsnormen waarop deze verordening is gebaseerd, heeft de mogelijke daaraan verbonden kosten en baten geanalyseerd en heeft de overeenkomstig artikel 37 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad opgerichte Stakeholdergroep effecten en markten om advies verzocht (2). |
(14) |
Om ervoor te zorgen dat tegenpartijen en transactieregisters alle maatregelen kunnen nemen die nodig zijn om zich aan de nieuwe vereisten aan te passen, moet de datum van toepassing van deze verordening met 18 maanden worden uitgesteld, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Te verstrekken gegevens in de in artikel 9, leden 1 en 3, van Verordening (EU) nr. 648/2012 bedoelde rapporten
1. De rapporten die op grond van artikel 9, leden 1 en 3, van Verordening (EU) nr. 648/2012 worden verstrekt aan transactieregisters bevatten de volledige en nauwkeurige gegevens als vermeld in de tabellen 1, 2 en 3 van de bijlage bij deze verordening die betrekking hebben op het betrokken derivaat.
Die gegevens worden in één enkel rapport gerapporteerd.
2. Bij de rapportage over de sluiting, wijziging of beëindiging van het derivaat specificeert een tegenpartij in het rapport de gegevens betreffende de soort actie en de soort gebeurtenis, zoals beschreven in de velden 151 en 152 van tabel 2 van de bijlage, waarmee die sluiting, wijziging of beëindiging verband houdt.
3. In afwijking van lid 1 worden die gegevens, indien de velden in de tabellen 1, 2 en 3 van de bijlage geen doeltreffende rapportage van de in lid 1 bedoelde gegevens mogelijk maken, in afzonderlijke rapporten gerapporteerd, bijvoorbeeld indien het derivatencontract bestaat uit een combinatie van derivatencontracten waarover gezamenlijk wordt onderhandeld in het kader van één economische overeenkomst.
De tegenpartijen bij een uit een combinatie van derivatencontracten bestaand derivatencontract als bedoeld in de eerste alinea worden het vóór de uiterste rapportagedatum eens over het aantal afzonderlijke rapporten dat met betrekking tot dat derivatencontract bij een transactieregister moet worden ingediend.
De rapporterende tegenpartij koppelt de afzonderlijke rapporten aan elkaar met een identificatienummer dat uniek is op het niveau van de tegenpartij voor de groep van derivatenrapporten overeenkomstig veld 6 van tabel 2 van de bijlage.
4. Wanneer namens beide tegenpartijen één rapport wordt ingediend, bevat het de in de tabellen 1, 2 en 3 van de bijlage beschreven informatie over elk van de tegenpartijen.
5. Wanneer de ene tegenpartij namens de andere tegenpartij de gegevens over een derivaat aan een transactieregister rapporteert of wanneer een derde entiteit namens één of beide tegenpartijen een contract aan een transactieregister rapporteert, bevat de gerapporteerde informatie de volledige reeks gegevens die zouden zijn gerapporteerd indien elke tegenpartij de derivaten afzonderlijk aan het transactieregister had gerapporteerd.
Artikel 2
Geclearde transacties
1. Wanneer een derivaat waarvan de gegevens reeds overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) nr. 648/2012 zijn gerapporteerd, vervolgens door een centrale tegenpartij (CTP) wordt gecleard, wordt dat derivaat als beëindigd gerapporteerd door in de velden 151 en 152 in tabel 2 van de bijlage bij deze verordening het actietype “Beëindigen” en de soort gebeurtenis “Clearing” te specificeren. Uit clearing voortvloeiende nieuwe derivaten worden gerapporteerd door in de velden 151 en 152 in tabel 2 van de bijlage bij deze verordening het actietype “Nieuw” en de soort gebeurtenis “Clearing” te specificeren.
2. Indien een derivaat op een handelsplatform of op een buiten de Unie gevestigd georganiseerd handelsplatform wordt gesloten en op dezelfde dag door een CTP wordt gecleard, worden alleen de uit de clearing voortvloeiende derivaten gerapporteerd. Deze derivaten worden gerapporteerd door in de velden 151 en 152 in tabel 2 van de bijlage hetzij het actietype “Nieuw”, hetzij het actietype “Positiebestanddeel” overeenkomstig artikel 3, lid 2, en het type gebeurtenis “Clearing” te specificeren.
Artikel 3
Rapportage op positieniveau
1. Na de rapportage van de gegevens betreffende een derivaat dat is gesloten door een tegenpartij en de beëindiging van dat derivaat als gevolg van de opname ervan in een positie, mag een tegenpartij op positieniveau rapporteren, mits aan alle volgende voorwaarden is voldaan:
(a) |
het risico wordt op positieniveau beheerd; |
(b) |
de rapporten hebben betrekking op derivaten die zijn gesloten op een handelsplatform of op een buiten de Unie gevestigd georganiseerd handelsplatform, of op derivaten die door een CTP worden gecleard of op door elkaar vervangbare en door de positie vervangen contracten ter verrekening van verschillen; |
(c) |
de derivaten op transactieniveau als bedoeld in veld 154 van tabel 2 van de bijlage zijn correct gerapporteerd voordat zij in de positie werden opgenomen; |
(d) |
andere gebeurtenissen die van invloed zijn op de gemeenschappelijke velden in het rapport van de positie, worden afzonderlijk gerapporteerd; |
(e) |
de in punt b) bedoelde derivaten zijn naar behoren beëindigd door vermelding van het actietype “Beëindigen” in veld 151 van tabel 2 van de bijlage en de soort gebeurtenis “Opneming in een positie” in veld 152 van tabel 2 van de bijlage; |
(f) |
de resulterende positie is naar behoren gerapporteerd, hetzij als een nieuwe positie, hetzij als een actualisering van een bestaande positie; |
(g) |
bij de opstelling van het rapport van de positie zijn alle toepasselijke velden in de tabellen 1 en 2 van de bijlage correct ingevuld en is in veld 154 van tabel 2 van de bijlage aangegeven dat het rapport op positieniveau is opgesteld; |
(h) |
de tegenpartijen bij het derivaat komen met elkaar overeen dat het derivaat op positieniveau moet worden gerapporteerd. |
2. Wanneer een bestaand derivaat op dezelfde dag in een rapport op positieniveau moet worden opgenomen, wordt dat derivaat gerapporteerd met het actietype “Positiebestanddeel” in veld 151 van tabel 2 van de bijlage.
3. De latere actualiseringen, waaronder van de waardering en van zekerheden alsook andere wijzigingen en levenscyclusgebeurtenissen, worden op positieniveau gerapporteerd, en niet op transactieniveau voor de oorspronkelijke derivaten die zijn beëindigd en in die positie zijn opgenomen.
Artikel 4
Rapportage van blootstellingen
1. De gegevens over de zekerheden voor zowel geclearde als niet-geclearde derivaten hebben betrekking op alle gestelde en ontvangen zekerheden overeenkomstig de velden 1 tot en met 29 in tabel 3 van de bijlage.
2. Indien tegenpartij 1 zekerheden stelt op portefeuillebasis, rapporteert tegenpartij 1 of de voor rapportage verantwoordelijke entiteit aan een transactieregister de op portefeuillebasis gestelde en ontvangen zekerheden overeenkomstig de velden 1 tot en met 29 in tabel 3 van de bijlage en specificeert een code ter identificatie van de portefeuille overeenkomstig veld 9 in tabel 3 van de bijlage.
3. Andere niet-financiële tegenpartijen dan die bedoeld in artikel 10 van Verordening (EU) nr. 648/2012 en de entiteiten die verantwoordelijk zijn om namens hen te rapporteren, zijn niet verplicht gegevens over zekerheden of op basis van de marktwaarde of een modellenbenadering bepaalde waarderingen van de contracten als bedoeld in de tabellen 2 en 3 van de bijlage bij deze verordening te verstrekken.
4. Voor door een CTP geclearde derivaten rapporteert tegenpartij 1 of de entiteit die verantwoordelijk is voor de rapportage de door de CTP geleverde waardering van het derivaat overeenkomstig de velden 21 tot en met 25 in tabel 2 van de bijlage.
5. Voor niet door een CTP geclearde derivaten rapporteert tegenpartij 1 of de entiteit die verantwoordelijk is voor de rapportage, overeenkomstig de velden 21 tot en met 25 in tabel 2 van de bijlage bij deze verordening, de waardering van het derivaat uitgevoerd volgens de methodiek als gedefinieerd in internationale standaard voor financiële verslaglegging nr. 13 inzake de waardering van de reële waarde als vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1126/2008 van de Commissie (3), zonder de reële waarde te wijzigen.
Artikel 5
Nominaal bedrag
1. Het nominale bedrag van een derivaat als bedoeld in de velden 55 en 64 in tabel 2 van de bijlage wordt als volgt gespecificeerd:
(a) |
in het geval van swaps, futures, termijncontracten en opties die in monetaire eenheden worden verhandeld, het referentiebedrag; |
(b) |
in het geval van andere dan de in punt a) bedoelde opties, berekend aan de hand van de uitoefenprijs; |
(c) |
in het geval van andere dan de in punt a) bedoelde termijncontracten, het product van de termijnprijs en de totale nominale hoeveelheid van de onderliggende waarde; |
(d) |
in het geval van aandelendividendswaps, het product van de periodieke vaste uitoefenprijs en het aantal aandelen of indexeenheden; |
(e) |
in het geval van aandelenvolatiliteitswaps, het nominale bedrag van de vega; |
(f) |
in het geval van aandelenvariantieswaps, het bedrag van de variantie; |
(g) |
in het geval van financiële contracten ter verrekening van verschillen, het resulterende bedrag van de initiële prijs en de totale nominale hoeveelheid; |
(h) |
in het geval van vaste/variabele grondstoffenswaps, het product van de vaste prijs en de totale nominale hoeveelheid; |
(i) |
in het geval van grondstoffenbasisswaps, het product van de laatst beschikbare spotprijs op het tijdstip van de transactie van het onderliggende actief van het deel zonder spread en de totale nominale hoeveelheid van het deel zonder spread; |
(j) |
in het geval van swaptions, het nominale bedrag van het onderliggende contract; |
(k) |
in het geval een niet in de punten a) tot en met j) genoemd derivaat, waarbij het nominale bedrag wordt berekend op basis van de prijs van het onderliggend actief en deze prijs alleen beschikbaar is op het moment van de afwikkeling, de prijs aan het eind van de dag van het onderliggend actief op de datum van sluiting van het contract. |
2. Het initiële rapport van een derivatencontract waarvan het nominale bedrag in de tijd varieert, vermeldt het nominale bedrag dat van toepassing is op de datum van sluiting van het derivatencontract, alsook het schema voor de nominale bedragen.
Bij de rapportage van het schema voor de nominale bedragen vermelden de tegenpartijen alle volgende elementen:
i) |
de niet-aangepaste ingangsdatum van het desbetreffende nominale bedrag; |
ii) |
de niet-aangepaste einddatum van het nominale bedrag; |
iii) |
het nominale bedrag dat van kracht wordt op de bijbehorende niet-aangepaste ingangsdatum. |
Artikel 6
Prijs
1. De prijs van een derivaat als bedoeld in veld 48 in tabel 2 van de bijlage wordt als volgt gespecificeerd:
(a) |
in het geval van swaps met periodieke betalingen in verband met grondstoffen, de vaste prijs; |
(b) |
in het geval van termijncontracten met betrekking tot grondstoffen en aandelen, de termijnkoers van de onderliggende waarde; |
(c) |
in het geval van swaps met betrekking tot aandelen en contracten ter verrekening van verschillen, de initiële prijs van de onderliggende waarde. |
2. De prijs van een derivaat wordt niet gespecificeerd in veld 48 van tabel 2 van de bijlage wanneer die in een ander veld van tabel 2 van de bijlage is gespecificeerd.
Artikel 7
Koppeling van rapporten
De rapporterende tegenpartij of voor rapportage verantwoordelijke entiteit koppelt de rapporten met betrekking tot de derivaten die zijn gesloten of beëindigd als gevolg van dezelfde gebeurtenis als bedoeld in veld 152 van tabel 2 van de bijlage als volgt:
(a) |
in het geval van clearing, instap, toewijzing en uitoefening rapporteert de tegenpartij de unieke transactie-identificatiecode (UTI) van het oorspronkelijke derivaat dat als gevolg van de in veld 152 van tabel 2 bedoelde gebeurtenis werd beëindigd, in veld 3 van tabel 2 van de bijlage in het rapport of de rapporten met betrekking tot het derivaat of de derivaten die uit die gebeurtenis voortvloeien; |
(b) |
indien een derivaat in een positie wordt opgenomen, rapporteert de tegenpartij de UTI van de positie waarin dat derivaat is opgenomen in veld 4 van tabel 2 van de bijlage in het rapport van dat derivaat dat is verzonden met het actietype “Positiebestanddeel” of een combinatie van het actietype “Beëindigen” en de soort gebeurtenis “Opneming in een positie”; |
(c) |
in het geval van een posttransactionele risicobeperking (PTRB) met een aanbieder van PTRB-diensten of CTP die de PTRB-dienst verleent, rapporteert de tegenpartij in veld 5 van tabel 2 van de bijlage een unieke code ter identificatie van deze gebeurtenis die door die aanbieder van PTRB-diensten of CTP is verstrekt, in alle rapporten met betrekking tot de derivaten die als gevolg van of naar aanleiding van die gebeurtenis zijn beëindigd. |
Artikel 8
Intrekking
Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 148/2013 wordt ingetrokken.
Verwijzingen naar de ingetrokken verordening worden opgevat als verwijzingen naar deze verordening.
Artikel 9
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 29 april 2024.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 10 juni 2022.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 201 van 27.7.2012, blz. 1.
(2) Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).
(3) Verordening (EG) nr. 1126/2008 van de Commissie van 3 november 2008 tot goedkeuring van bepaalde internationale standaarden voor jaarrekeningen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1606/2002 van het Europees Parlement en de Raad (Voor de EER relevante tekst) (PB L 320 van 29.11.2008, blz. 1).
BIJLAGE
Tabel 1
|
Afdeling |
Veld |
Te melden gegevens |
1 |
Partijen bij het derivaat |
Tijdstempel van de rapportage |
Datum en tijdstip van indiening van het rapport in het transactieregister. |
2 |
Partijen bij het derivaat |
Identificatie van de rapporterende entiteit |
Indien de voor rapportage verantwoordelijke entiteit de indiening van het rapport aan een derde of de andere tegenpartij heeft gedelegeerd, wordt deze entiteit in dit veld geïdentificeerd aan de hand van een unieke code. Anders moet de voor rapportage verantwoordelijke entiteit in dit veld worden vermeld. |
3 |
Partijen bij het derivaat |
Voor de rapportage verantwoordelijke entiteit |
Indien een financiële tegenpartij als enige verantwoordelijk en wettelijk aansprakelijk is voor de rapportage namens beide tegenpartijen overeenkomstig artikel 9, lid 1 bis, van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad (1) en de niet-financiële tegenpartij niet besluit zelf de gegevens van haar otc-derivatencontracten met de financiële tegenpartij te rapporteren, de unieke code ter identificatie van die financiële tegenpartij. Wanneer een beheermaatschappij, in overeenstemming met artikel 9, lid 1 ter, van die verordening, verantwoordelijk en wettelijk aansprakelijk is voor de rapportage namens een instelling voor collectieve belegging in effecten (icbe), de unieke identificatiecode van die beheermaatschappij. Wanneer een beheerder van een alternatieve beleggingsinstelling (abi-beheerder), in overeenstemming met artikel 9, lid 1 quater, van die verordening, verantwoordelijk en wettelijk aansprakelijk is voor de rapportage namens een alternatieve beleggingsinstelling (abi), de unieke identificatiecode van die abi-beheerder. Wanneer een vergunninghoudende entiteit die verantwoordelijk is voor het beheren en handelen in naam van een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (IBPV), verantwoordelijk en wettelijk aansprakelijk is voor de rapportage namens die IBPV overeenkomstig artikel 9, lid 1 quinquies, van die verordening, de unieke code ter identificatie van die entiteit. Dit veld is alleen van toepassing op otc-derivaten. |
4 |
Partijen bij het derivaat |
Tegenpartij 1 (rapporterende tegenpartij) |
Identificatiecode van de tegenpartij bij een derivatentransactie die via het desbetreffende rapport aan zijn rapportageverplichting voldoet. In het geval van een toegewezen derivatentransactie die door een fondsbeheerder namens een fonds wordt uitgevoerd, wordt het fonds als tegenpartij gerapporteerd, en niet de fondsbeheerder. |
5 |
Partijen bij het derivaat |
Aard van tegenpartij 1 |
Geef aan of tegenpartij 1 een centrale tegenpartij (CTP), een financiële tegenpartij of een niet-financiële tegenpartij in de zin van artikel 2, punten 1, 8 en 9, van Verordening (EU) nr. 648/2012 is, of een entiteit als bedoeld in artikel 1, lid 5, van die verordening. |
6 |
Partijen bij het derivaat |
Ondernemingssector van tegenpartij 1 |
Aard van de bedrijfsactiviteiten van tegenpartij 1 Is tegenpartij 1 een financiële tegenpartij, dan bevat dit veld alle nodige in de taxonomie voor financiële tegenpartijen opgenomen codes in veld 6 van tabel 1 van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860 van de Commissie (2) die betrekking hebben op die tegenpartij. Is tegenpartij 1 een niet-financiële tegenpartij, dan bevat dit veld alle nodige in de taxonomie voor niet-financiële tegenpartijen opgenomen codes in veld 6 van tabel 1 van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860 die betrekking hebben op die tegenpartij. Wanneer meer dan één activiteit wordt gerapporteerd, worden de codes ingevuld in volgorde van het relatieve belang van de betrokken activiteiten. |
7 |
Partijen bij het derivaat |
Clearingdrempel van tegenpartij 1 |
Informatie over de vraag of de posities van tegenpartij 1 boven de in artikel 4 bis, lid 3, of artikel 10, lid 3, van Verordening (EU) nr. 648/2012 bedoelde clearingdrempel uitkwam op de datum waarop de transactie werd gesloten. |
8 |
Partijen bij het derivaat |
Identificatietype tegenpartij 2 |
Indicator waaruit blijkt of tegenpartij 2 is geïdentificeerd aan de hand van een identificatiecode voor juridische entiteiten. |
9 |
Partijen bij het derivaat |
Tegenpartij 2 |
Identificatiecode van tegenpartij 2 bij een derivatentransactie In het geval van een toegewezen derivatentransactie die door een fondsbeheerder namens een fonds wordt uitgevoerd, wordt het fonds als tegenpartij gerapporteerd, en niet de fondsbeheerder. |
10 |
Partijen bij het derivaat |
Land van tegenpartij 2 |
Indien tegenpartij 2 een natuurlijke persoon is, de code van het land van verblijf van die persoon. |
11 |
Partijen bij het derivaat |
Aard van tegenpartij 2 |
Geef aan of tegenpartij 2 een CTP, een financiële tegenpartij of een niet-financiële tegenpartij in de zin van artikel 2, punten 1, 8 en 9, van Verordening (EU) nr. 648/2012 is, of een entiteit als bedoeld in artikel 1, lid 5, van die verordening. |
12 |
Partijen bij het derivaat |
Ondernemingssector van tegenpartij 2 |
Aard van de bedrijfsactiviteiten van tegenpartij 2 Is tegenpartij 2 een financiële tegenpartij, dan bevat dit veld alle nodige in de taxonomie voor financiële tegenpartijen opgenomen codes in veld 6 van tabel 1 van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860 die betrekking hebben op die tegenpartij. Is tegenpartij 2 een niet-financiële tegenpartij, dan bevat dit veld alle nodige in de taxonomie voor niet-financiële tegenpartijen opgenomen codes in veld 6 van tabel 1 van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860 die betrekking hebben op die tegenpartij. Wanneer meer dan één activiteit wordt gerapporteerd, worden de codes ingevuld in volgorde van het relatieve belang van de betrokken activiteiten. |
13 |
Partijen bij het derivaat |
Clearingdrempel van tegenpartij 2 |
Informatie over de vraag of de posities van tegenpartij 2 boven de in artikel 4 bis, lid 3, of artikel 10, lid 3, van Verordening (EU) nr. 648/2012 bedoelde clearingdrempel uitkwam op de datum waarop de transactie werd gesloten. |
14 |
Partijen bij het derivaat |
Rapportageverplichting van tegenpartij 2 |
Indicator die aangeeft of tegenpartij 2 rapportageplichtig is uit hoofde van Verordening (EU) nr. 648/2012, ongeacht wie verantwoordelijk en wettelijk aansprakelijk is voor de rapportage van die tegenpartij. |
15 |
Partijen bij het derivaat |
Identificatie van de makelaar |
Indien een makelaar optreedt als intermediair voor tegenpartij 1 zonder dat hij zelf een tegenpartij wordt, identificeert tegenpartij 1 de betrokken makelaar aan de hand van een unieke code. |
16 |
Partijen bij het derivaat |
Clearinglid |
Identificatiecode van het clearinglid dat is gebruikt om een derivatentransactie bij een CTP te clearen. Dit gegevenselement is van toepassing op geclearde transacties. |
17 |
Partijen bij het derivaat |
Richting |
Indicator die aangeeft of tegenpartij 1 de koper of de verkoper is, zoals bepaald op de datum waarop het derivaat werd afgesloten. |
18 |
Partijen bij het derivaat |
Richting van deel 1 |
Indicator die aangeeft of tegenpartij 1 de betaler of de ontvanger van deel 1 is, zoals bepaald op de datum waarop het derivaat werd afgesloten. |
19 |
Partijen bij het derivaat |
Richting van deel 2 |
Indicator die aangeeft of tegenpartij 1 de betaler of de ontvanger van deel 2 is, zoals bepaald op de datum waarop het derivaat werd afgesloten. |
20 |
Partijen bij het derivaat |
Rechtstreeks verband houdend met de handelsactiviteit of het beheer van kasmiddelen |
Informatie over het feit of van het contract objectief kan worden aangetoond dat het rechtstreeks verband houdt met de commerciële bedrijvigheid of de activiteiten betreffende het beheer van de kasmiddelen van tegenpartij 1 als bedoeld in artikel 10, lid 3, van Verordening (EU) nr. 648/2012. Dit veld wordt alleen ingevuld indien tegenpartij 1 een niet-financiële tegenpartij is als bedoeld in artikel 2, punt 9, van Verordening (EU) nr. 648/2012. |
Tabel 2
|
Afdeling |
Veld |
Te melden gegevens |
||||||||||||||||||
1 |
Afdeling 2a — Identificatiecodes en koppelingen |
Unieke transactie-identificatiecode (UTI) |
Unieke transactie-identificatiecode als bedoeld in artikel 7 van Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860. |
||||||||||||||||||
2 |
Afdeling 2a — Identificatiecodes en koppelingen |
Traceernummer rapport |
Wanneer een derivaat is uitgevoerd op een handelsplatform, een door het handelsplatform gegenereerd nummer dat uniek is voor die uitvoering. |
||||||||||||||||||
3 |
Afdeling 2a — Identificatiecodes en koppelingen |
Eerdere UTI (voor één-op-één- en één-op-veel-relaties tussen transacties) |
Unieke transactie-identificatiecode die is toegekend aan de eerdere transactie die aanleiding heeft gegeven tot de gerapporteerde transactie als gevolg van een levenscyclusgebeurtenis, met een één-op-één-relatie tussen transacties (bijvoorbeeld in het geval van verlenging, wanneer een transactie wordt beëindigd en wanneer een nieuwe transactie wordt aangemaakt) of met een één-op-veel-relatie tussen transacties (bijvoorbeeld bij clearing of als een transactie wordt opgesplitst in verschillende transacties). Dit gegevenselement is niet van toepassing bij het rapporteren van veel-op-één- en veel-op-veel-relaties tussen transacties (bijvoorbeeld in het geval van compressie). |
||||||||||||||||||
4 |
Afdeling 2a — Identificatiecodes en koppelingen |
UTI van de latere positie |
De UTI van de positie waarin een derivaat is opgenomen. Dit veld is alleen van toepassing op de rapporten die betrekking hebben op de beëindiging van een derivaat als gevolg van de opneming ervan in een positie. |
||||||||||||||||||
5 |
Afdeling 2a — Identificatiecodes en koppelingen |
Identificatiecode van de posttransactionele risicobeperking (PTRB) |
Identificatiecode die wordt gegenereerd door de aanbieder van PTRB-diensten of de CTP die de PTRB-dienst verleent, teneinde alle derivaten die in een bepaalde PTRB-verrichting worden opgenomen en die uit die PTRB-verrichting voortvloeien, met elkaar te verbinden. |
||||||||||||||||||
6 |
Afdeling 2a — Identificatiecodes en koppelingen |
Identificatiecode van het pakket |
Identificatiecode (bepaald door tegenpartij 1) om derivaten in hetzelfde pakket te koppelen overeenkomstig artikel 1, lid 3, derde alinea, van deze verordening. Een pakket kan rapportageplichtige en niet-rapportageplichtige transacties omvatten. |
||||||||||||||||||
7 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Internationaal effectenidentificatienummer (ISIN) |
ISIN ter identificatie van een product dat is toegelaten tot de handel of wordt verhandeld op een gereglementeerde markt, een multilaterale handelsfaciliteit, een georganiseerde handelsfaciliteit of via een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling. |
||||||||||||||||||
8 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Unieke productidentificatiecode (UPI) |
UPI ter identificatie van het product. |
||||||||||||||||||
9 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Productclassificatie |
Code voor de classificatie van financiële instrumenten met betrekking tot het instrument. |
||||||||||||||||||
10 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Soort contract |
Elk gerapporteerd contract wordt naar soort ingedeeld. |
||||||||||||||||||
11 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Activaklasse |
Elk gerapporteerd contract wordt ingedeeld aan de hand van de activaklasse waarop het is gebaseerd. |
||||||||||||||||||
12 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Derivaat op basis van cryptoactiva |
Indicator of het derivaat is gebaseerd op cryptoactiva. |
||||||||||||||||||
13 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Soort identificatie van de onderliggende waarde |
Soort identificatie van de relevante onderliggende waarde. |
||||||||||||||||||
14 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Identificatie van de onderliggende waarde |
De directe onderliggende waarde wordt geïdentificeerd aan de hand van een unieke identificatiecode voor de betrokken onderliggende waarde op basis van de soort waarde. Voor credit default swaps moet de ISIN van de referentieverplichting worden verstrekt. |
||||||||||||||||||
15 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Indicator van de onderliggende index |
Vermelding van de onderliggende index, in voorkomend geval. |
||||||||||||||||||
16 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Naam van de onderliggende index |
De volledige naam van de onderliggende index zoals toegekend door de indexaanbieder. |
||||||||||||||||||
17 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Code aangepaste korf |
Indien de derivatentransactie gebaseerd is op een aangepaste korf, de unieke code die door de samensteller van de aangepaste korf is toegekend om de onderdelen ervan aan elkaar te koppelen. |
||||||||||||||||||
18 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Identificatiecode van de onderdelen van de korf |
In geval van aangepaste korven bestaande uit, onder meer, op een handelsplatform verhandelde financiële instrumenten worden enkel op een handelsplatform verhandelde financiële instrumenten gespecificeerd. |
||||||||||||||||||
19 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Afwikkelingsvaluta 1 |
Valuta voor de afwikkeling van de transactie in contanten, in voorkomend geval. Voor producten op basis van meerdere valuta die niet worden verrekend, de afwikkelingsvaluta van deel 1. Dit gegevenselement is niet van toepassing op fysiek afgewikkelde producten (zoals fysiek afgewikkelde swaptions). |
||||||||||||||||||
20 |
Afdeling 2b — Contractinformatie |
Afwikkelingsvaluta 2 |
Valuta voor de afwikkeling van de transactie in contanten, in voorkomend geval. Voor producten op basis van meerdere valuta die niet worden verrekend, de afwikkelingsvaluta van deel 2. Dit gegevenselement is niet van toepassing op fysiek afgewikkelde producten (zoals fysiek afgewikkelde swaptions). |
||||||||||||||||||
21 |
Afdeling 2c — Waardering |
Waarderingsbedrag |
Waardering van het contract tegen marktwaarde of waardering op basis van een modellenbenadering als bedoeld in artikel 4 van deze verordening. Voor een geclearde transactie moet de waardering van de CTP worden gebruikt. |
||||||||||||||||||
22 |
Afdeling 2c — Waardering |
Valuta van de waardering |
Valuta waarin het waarderingsbedrag is uitgedrukt. |
||||||||||||||||||
23 |
Afdeling 2c — Waardering |
Tijdstempel van de waardering |
Datum en tijdstip van de laatste waardering tegen marktwaarde, verstrekt door de CTP of berekend aan de hand van de actuele of laatst beschikbare marktprijs van de inputs. |
||||||||||||||||||
24 |
Afdeling 2c — Waardering |
Waarderingsmethode |
Bron en methode die tegenpartij 1 gebruikt voor de waardering van de transactie. Indien ten minste één als modellenbenadering geclassificeerde waarderingsinput wordt gebruikt, wordt de gehele waardering ingedeeld als waardering op basis van een modellenbenadering. Indien alleen inputs worden gebruikt die worden ingedeeld als “gebaseerd op de marktwaarde”, wordt de gehele waardering ingedeeld als “gebaseerd op de marktwaarde”. |
||||||||||||||||||
25 |
Afdeling 2c — Waardering |
Delta |
De verhouding tussen de verandering in de prijs van een derivatentransactie en de verandering in de prijs van de onderliggende waarde. Dit veld is alleen van toepassing op opties en swaptions. De geactualiseerde delta wordt dagelijks gerapporteerd door financiële tegenpartijen en niet-financiële tegenpartijen als bedoeld in artikel 10 van Verordening (EU) nr. 648/2012. |
||||||||||||||||||
26 |
Afdeling 2d — Zekerheden |
Indicator zekerhedenportefeuille |
Indicator die aangeeft of de zekerheden op portefeuillebasis zijn gesteld. Met “op portefeuillebasis” wordt een reeks transacties met een gezamenlijke margin (op netto- of brutobasis) bedoeld, in tegenstelling tot het scenario waarbij de margin voor elke afzonderlijke transactie wordt berekend en gestort. |
||||||||||||||||||
27 |
Afdeling 2d — Zekerheden |
Code van de zekerhedenportefeuille |
Indien zekerheden worden gerapporteerd op portefeuillebasis, een door tegenpartij 1 aan de portefeuille toegekende unieke code. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien de zekerheidsstelling op transactiebasis heeft plaatsgevonden, als er geen zekerheidsovereenkomst is of als er geen zekerheid is gesteld of ontvangen. |
||||||||||||||||||
28 |
Afdeling 2e — Risicolimitering/rapportage |
Tijdstempel van de bevestiging |
Datum en tijdstip van de bevestiging, als uiteengezet in artikel 12 van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 149/2013 van de Commissie (3). Alleen van toepassing op niet door een CTP geclearde otc-derivatencontracten |
||||||||||||||||||
29 |
Afdeling 2e — Risicolimitering/rapportage |
Bevestigd |
Voor nieuwe te rapporteren transacties, of de juridisch bindende voorwaarden van een otc-derivatencontract zijn gedocumenteerd en overeengekomen (bevestigd) of niet zijn gedocumenteerd en overeengekomen (niet bevestigd). Indien ze gedocumenteerd en overeengekomen zijn, of een dergelijke bevestiging is uitgevoerd:
Alleen van toepassing op niet door een CTP geclearde otc-derivatencontracten |
||||||||||||||||||
30 |
Afdeling 2f — Clearing |
Clearingverplichting |
Aangeven of het gerapporteerde contract behoort tot een klasse van otc-derivaten waarop de clearingverplichting van toepassing is verklaard en of beide partijen bij het contract op het moment van uitvoering van het contract aan de clearingverplichting zijn onderworpen op grond van Verordening (EU) nr. 648/2012. Alleen van toepassing op otc-derivatencontracten. |
||||||||||||||||||
31 |
Afdeling 2f — Clearing |
Gecleard |
Indicator of het derivaat door een CTP is gecleard. |
||||||||||||||||||
32 |
Afdeling 2f — Clearing |
Tijdstempel van de clearing |
Tijdstip en datum waarop de clearing heeft plaatsgevonden. Alleen van toepassing op door een CTP geclearde derivaten. |
||||||||||||||||||
33 |
Afdeling 2f — Clearing |
Centrale tegenpartij |
Identificatiecode van de CTP die de transactie heeft gecleard. Dit gegevenselement is niet van toepassing als het gegevenselement “Cleared” de waarde “N” heeft (“Nee, niet centraal gecleard”). |
||||||||||||||||||
34 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Soort raamovereenkomst |
Verwijzing naar de soort raamovereenkomst op basis waarvan de tegenpartijen een derivaat hebben gesloten. |
||||||||||||||||||
35 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Ander soort raamovereenkomst |
Naam van de raamovereenkomst. Dit veld alleen invullen wanneer in veld 34 in deze tabel “OTHR” (overig) is gerapporteerd. |
||||||||||||||||||
36 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Versie raamovereenkomst |
Verwijzing naar het jaar van de voor de gerapporteerde transactie relevante raamovereenkomst, in voorkomend geval. |
||||||||||||||||||
37 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Intragroep |
Aangeven of het contract is gesloten als een intragroepstransactie in de zin van artikel 3 van Verordening (EU) nr. 648/2012. |
||||||||||||||||||
38 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
PTRB |
Vermeld of het contract voortvloeit uit een PTRB-verrichting. |
||||||||||||||||||
39 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Soort PTRB-techniek |
Indicator van het type PTRB-verrichting met het oog op rapportage uit hoofde van Verordening (EU) nr. 648/2012. Portefeuillecompressie zonder derde-dienstverlener: Een regeling om het risico in bestaande transactieportefeuilles te verminderen door niet-prijsvormende transacties te gebruiken, voornamelijk om het uitstaande nominale bedrag of het aantal transacties te verminderen of de voorwaarden anderszins te harmoniseren, door transacties geheel of gedeeltelijk te beëindigen en de beëindigde derivaten gewoonlijk te vervangen door nieuwe, vervangende transacties. Portefeuillecompressie met een derde-dienstverlener of CTP: Een door een dienstverlener of CTP verleende PTRB-dienst om het risico in bestaande transactieportefeuilles te verminderen door niet-prijsvormende transacties te gebruiken, voornamelijk om het uitstaande nominale bedrag of het aantal transacties te verminderen of de voorwaarden anderszins te harmoniseren, door transacties geheel of gedeeltelijk te beëindigen en de beëindigde derivaten gewoonlijk te vervangen door nieuwe, vervangende transacties. Herbalancering van de portefeuille/marginbeheer: Een door een dienstverlener verleende PTRB-dienst om het risico in een bestaande transactieportefeuille te verminderen door nieuwe niet-prijsvormende transacties toe te voegen en waarbij geen bestaande transacties in de portefeuille worden beëindigd of vervangen en de nominale waarde wordt verhoogd in plaats van verlaagd. Andere PTRB-diensten met betrekking tot de portefeuille: Een door een dienstverlener verleende PTRB-dienst om het risico in bestaande transactieportefeuilles te verminderen door niet-prijsvormende transacties te gebruiken en die niet kan worden aangemerkt als portefeuillecompressie of -herbalancering. |
||||||||||||||||||
40 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Aanbieders van PTRB-diensten |
Identificatiecode voor juridische entiteiten (legal identity identifier — LEI) van de PTRB-dienstverlener. |
||||||||||||||||||
41 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Plaats van uitvoering |
Identificatie van het platform waar de transactie is uitgevoerd. De segment-MIC volgens ISO 10383 gebruiken voor transacties uitgevoerd op een handelsplatform, door een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling of op een georganiseerd handelsplatform buiten de Unie. Indien de segment-MIC niet bestaat, de exploitant-MIC gebruiken. Gebruik de MIC-code “XOFF” voor financiële instrumenten die tot de handel zijn toegelaten, of worden verhandeld op een handelsplatform of waarvoor een verzoek om toelating werd gedaan, indien de transactie met betrekking tot dat financiële instrument niet wordt uitgevoerd op een handelsplatform, door een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling of op een georganiseerd handelsplatform buiten de Unie, of indien een tegenpartij niet weet dat zij handelt met een tegenpartij 2 die als een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling optreedt. Gebruik de MIC-code “XXXX” voor financiële instrumenten die niet tot de handel zijn toegelaten, of worden verhandeld op een handelsplatform, of waarvoor geen verzoek om toelating werd gedaan en die niet worden verhandeld op een georganiseerd handelsplatform buiten de Unie. |
||||||||||||||||||
42 |
Afdeling 2c — Gegevens over de transactie |
Tijdstempel van de uitvoering |
Datum en tijdstip waarop een transactie oorspronkelijk werd uitgevoerd, waarbij een nieuwe UTI is aangemaakt. Dit gegevenselement blijft ongewijzigd gedurende de gehele levenscyclus van de UTI. Voor rapportage op positieniveau moet worden verwezen naar het tijdstip waarop de positie voor het eerst is geopend. |
||||||||||||||||||
43 |
Afdeling 2c — Gegevens over de transactie |
Ingangsdatum |
Niet-aangepaste datum waarop de verplichtingen uit hoofde van de otc-derivatentransactie in werking treden, zoals vermeld in de bevestiging. Indien de ingangsdatum niet in de contractuele voorwaarden is gespecificeerd, vermelden de tegenpartijen in dit veld de datum van uitvoering van het derivaat. |
||||||||||||||||||
44 |
Afdeling 2c — Gegevens over de transactie |
Vervaldatum |
Niet-aangepaste datum waarop de verplichtingen uit hoofde van de derivatentransactie vervallen, zoals vermeld in de bevestiging. Vroegtijdige beëindiging is niet van invloed op dit gegevenselement. |
||||||||||||||||||
45 |
Afdeling 2c — Gegevens over de transactie |
Datum van de vroegtijdige beëindiging |
Ingangsdatum van de vroegtijdige beëindiging (vervaldatum) van de gerapporteerde transactie. Dit gegevenselement is van toepassing indien de transactie vóór de vervaldatum wordt beëindigd als gevolg van een eerdere tussentijdse beslissing van een tegenpartij (of tegenpartijen). |
||||||||||||||||||
46 |
Afdeling 2c — Gegevens over de transactie |
Uiterste contractuele afwikkelingsdatum |
Niet-aangepaste contractuele datum waarop alle overdrachten van contanten of activa moeten plaatsvinden en waarop de tegenpartijen geen uitstaande contractuele verplichtingen meer mogen hebben ten opzichte van elkaar. Voor producten die mogelijk geen uiterste contractuele afwikkelingsdatum hebben (zoals Amerikaanse opties), heeft dit gegevenselement betrekking op de uiterlijke datum waarop de overdracht van contanten of activa zou plaatsvinden indien het product op de vervaldatum zou worden beëindigd. |
||||||||||||||||||
47 |
Afdeling 2c — Gegevens over de transactie |
Soort levering |
Aangeven of het contract fysiek of contant is afgewikkeld. |
||||||||||||||||||
48 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Prijs |
In de derivatentransactie gespecificeerde prijs, exclusief vergoedingen, belastingen of provisies. Wanneer de prijs niet bekend is wanneer een nieuwe transactie wordt gerapporteerd, wordt de prijs geactualiseerd zodra die beschikbaar komt. Voor transacties die deel uitmaken van een pakket bevat dit gegevenselement, in voorkomend geval, de prijs van de transactie van de component. |
||||||||||||||||||
49 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Prijsvaluta |
Valuta waarin de prijs luidt. De prijsvaluta is alleen van toepassing indien de prijs als geldbedrag wordt uitgedrukt. |
||||||||||||||||||
|
De velden 50 tot en met 52 zijn herhaalbaar en worden ingevuld in het geval van derivaten met prijsschema’s. |
|
|
||||||||||||||||||
50 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Niet-aangepaste ingangsdatum van de prijs |
Niet-aangepaste ingangsdatum van de prijs. |
||||||||||||||||||
51 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Niet-aangepaste einddatum van de prijs |
Niet-aangepaste einddatum van de prijs (niet van toepassing indien de niet-aangepaste einddatum van een bepaald schema samenvalt met de niet-aangepaste ingangsdatum van de volgende periode). |
||||||||||||||||||
52 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Prijs die geldt tussen de niet-aangepaste ingangsdatum en de einddatum |
Prijs die van kracht is tussen de niet-aangepaste ingangsdatum en de niet-aangepaste einddatum, die einddatum inbegrepen. |
||||||||||||||||||
53 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Prijs van de pakkettransactie |
Handelsprijs van het gehele pakket waarin de gerapporteerde derivatentransactie een component is. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien:
De prijzen en gerelateerde gegevenselementen van de transacties (prijsvaluta) die afzonderlijke componenten van het pakket vertegenwoordigen, worden gerapporteerd wanneer deze beschikbaar zijn. De pakkettransactieprijs is mogelijk niet bekend wanneer een nieuwe transactie wordt gerapporteerd, maar kan later worden bijgewerkt. |
||||||||||||||||||
54 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Valuta van de prijs van de pakkettransactie |
Valuta waarin de prijs van de pakkettransactie luidt. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien:
|
||||||||||||||||||
55 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Nominaal bedrag van deel 1 |
Nominaal bedrag van deel 1 als bedoeld in artikel 5 van de verordening. |
||||||||||||||||||
56 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Nominale valuta 1 |
Indien van toepassing: de valuta waarin het nominale bedrag van deel 1 luidt. |
||||||||||||||||||
|
De velden 57 tot en met 59 zijn herhaalbaar en worden ingevuld in het geval van derivaten met schema’s voor nominale bedragen. |
|
|
||||||||||||||||||
57 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Ingangsdatum van het nominale bedrag van deel 1 |
Niet-aangepaste datum waarop het bijbehorende nominale bedrag van deel 1 van kracht wordt. |
||||||||||||||||||
58 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Einddatum van het nominale bedrag van deel 1 |
Niet-aangepaste einddatum van het nominale bedrag van deel 1 (niet van toepassing indien de niet-aangepaste einddatum van een bepaald schema samenvalt met de niet-aangepaste ingangsdatum van de volgende periode). |
||||||||||||||||||
59 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Nominaal bedrag dat gold op de bijbehorende ingangsdatum van deel 1 |
Nominaal bedrag van deel 1 dat van kracht wordt op de bijbehorende niet-aangepaste ingangsdatum. |
||||||||||||||||||
60 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Totale nominale hoeveelheid van deel 1 |
Totale nominale hoeveelheid van het onderliggende actief van deel 1 voor de looptijd van de transactie. Wanneer de totale nominale hoeveelheid niet bekend is wanneer een nieuwe transactie wordt gerapporteerd, wordt de totale nominale hoeveelheid geactualiseerd zodra deze beschikbaar komt. |
||||||||||||||||||
|
De velden 61 tot en met 63 zijn herhaalbaar en worden ingevuld in het geval van derivaten met schema’s voor de nominale hoeveelheid. |
|
|
||||||||||||||||||
61 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Ingangsdatum van de nominale hoeveelheid van deel 1 |
Niet-aangepaste datum waarop de bijbehorende nominale hoeveelheid van deel 1 van kracht wordt |
||||||||||||||||||
62 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Einddatum van de nominale hoeveelheid van deel 1 |
Niet-aangepaste einddatum van de nominale hoeveelheid van deel 1 (niet van toepassing indien de niet-aangepaste einddatum van een bepaald schema samenvalt met de niet-aangepaste ingangsdatum van de volgende periode). |
||||||||||||||||||
63 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Nominale hoeveelheid die gold op de bijbehorende ingangsdatum van deel 1 |
Nominale hoeveelheid van deel 1 die van kracht wordt op de bijbehorende niet-aangepaste ingangsdatum. |
||||||||||||||||||
64 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Nominaal bedrag van deel 2 |
In voorkomend geval, het nominale bedrag van deel 2 als bedoeld in artikel 5 van deze verordening. |
||||||||||||||||||
65 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Nominale valuta 2 |
Indien van toepassing: de valuta waarin het nominale bedrag van deel 2 luidt. |
||||||||||||||||||
|
De velden 66 tot en met 68 zijn herhaalbaar en worden ingevuld in het geval van derivaten met schema’s voor nominale bedragen. |
|
|
||||||||||||||||||
66 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Ingangsdatum van het nominale bedrag van deel 2 |
Niet-aangepaste datum waarop het bijbehorende nominale bedrag van deel 2 van kracht wordt. |
||||||||||||||||||
67 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Einddatum van het nominale bedrag van deel 2 |
Niet-aangepaste einddatum van het nominale bedrag van deel 2 (niet van toepassing indien de niet-aangepaste einddatum van een bepaald schema samenvalt met de niet-aangepaste ingangsdatum van de volgende periode). |
||||||||||||||||||
68 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Nominaal bedrag dat gold op de bijbehorende ingangsdatum van deel 2 |
Nominaal bedrag van deel 2 dat van kracht wordt op de bijbehorende niet-aangepaste ingangsdatum. |
||||||||||||||||||
69 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Totale nominale hoeveelheid van deel 2 |
Totale nominale hoeveelheid van het onderliggende actief van deel 2 voor de looptijd van de transactie. Wanneer de totale nominale hoeveelheid niet bekend is wanneer een nieuwe transactie wordt gerapporteerd, wordt de totale nominale hoeveelheid geactualiseerd zodra deze beschikbaar komt. |
||||||||||||||||||
|
De velden 70 tot en met 72 zijn herhaalbaar en worden ingevuld in het geval van derivaten met schema’s voor de nominale hoeveelheid. |
|
|
||||||||||||||||||
70 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Ingangsdatum van de nominale hoeveelheid van deel 2 |
Niet-aangepaste datum waarop de bijbehorende nominale hoeveelheid van deel 2 van kracht wordt. |
||||||||||||||||||
71 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Einddatum van de nominale hoeveelheid van deel 2 |
Niet-aangepaste einddatum van de nominale hoeveelheid van deel 2 (niet van toepassing indien de niet-aangepaste einddatum van een bepaald schema samenvalt met de niet-aangepaste ingangsdatum van de volgende periode). |
||||||||||||||||||
72 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Nominale hoeveelheid die gold op de bijbehorende ingangsdatum van deel 2 |
Nominale hoeveelheid van deel 2 die van kracht wordt op de bijbehorende niet-aangepaste ingangsdatum. |
||||||||||||||||||
|
Het deel met de velden 73 tot en met 78 is herhaalbaar |
|
|
||||||||||||||||||
73 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Type overige betaling |
Type van het bedrag van de overige betaling. De betaling van de optiepremie wordt niet opgenomen als betalingstype, aangezien optiepremies worden gerapporteerd via het specifieke gegevenselement voor dergelijke premies. |
||||||||||||||||||
74 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Bedrag overige betaling |
Betalingsbedragen met bijbehorende betalingstypen om te voldoen aan vereisten inzake de beschrijving van transacties uit verschillende activaklassen. |
||||||||||||||||||
75 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Valuta overige betaling |
Valuta waarin het bedrag van de overige betaling wordt uitgedrukt. |
||||||||||||||||||
76 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Datum overige betaling |
Niet-aangepaste datum waarop het bedrag van de overige betaling wordt betaald. |
||||||||||||||||||
77 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Betaler overige betaling |
Identificatiecode van de betaler van het bedrag van de overige betaling. |
||||||||||||||||||
78 |
Afdeling 2g — Gegevens over de transactie |
Ontvanger overige betaling |
Identificatiecode van de ontvanger van het bedrag van de overige betaling. |
||||||||||||||||||
79 |
Afdeling 2h — Rente |
Vaste rente van deel 1 of coupon |
Vermelding van het gehanteerde vasterentedeel 1 of de gehanteerde coupon, indien toepasselijk. |
||||||||||||||||||
80 |
Afdeling 2h — Rente |
Dagtellingsconventie van de vaste rente of coupon van deel 1 |
Indien van toepassing: conventie inzake dagtellingen (vaak ook wel dagtellingsdeel of dagtellingsbasis of dagtellingsmethode genoemd) die bepaalt hoe de rentebetalingen worden berekend. Hiermee wordt de jaarfractie van de berekeningsperiode berekend, waarbij het aantal dagen in de berekeningsperiode wordt gedeeld door het aantal dagen van het jaar. |
||||||||||||||||||
81 |
Afdeling 2h — Rente |
Betalingsfrequentieperiode van de vaste rente of coupon van deel 1 |
Indien van toepassing: tijdseenheid van de betalingsfrequentie, bv. dag, week, maand, jaar of looptijd van de stroom voor de vaste rente van deel 1 of de coupon. |
||||||||||||||||||
82 |
Afdeling 2h — Rente |
Multiplicator van de betalingsfrequentieperiode van de vaste rente of coupon van deel 1 |
Indien van toepassing: aantal tijdseenheden (uitgedrukt door de betalingsfrequentieperiode) dat de frequentie van de periodieke betalingen van de vaste rente van deel 1 of de coupon bepaalt. Een transactie waarbij om de twee maanden betalingen worden verricht, wordt bijvoorbeeld weergegeven met de betalingsfrequentieperiode “MNTH” (maandelijks) en een multiplicator voor die periode van 2. Dit gegevenselement is niet van toepassing als de betalingsfrequentieperiode “ADHO” is. Indien de betalingsfrequentieperiode “EXPI” is, is de multiplicator voor de betalingsfrequentie gelijk aan 1. Als de betalingsfrequentie dagelijks is, is de betalingsfrequentieperiode “DAIL” en is de multiplicator van de betalingsfrequentie gelijk aan 0. |
||||||||||||||||||
83 |
Afdeling 2h — Rente |
Identificatiecode van de variabele rente van deel 1 |
Indien van toepassing: vermelding van de gehanteerde rentetarieven die op gezette tijden worden herzien in het licht van een marktreferentietarief. |
||||||||||||||||||
84 |
Afdeling 2h — Rente |
Indicator van de variabele rente van deel 1 |
Vermelding van de rente, indien toepasselijk. |
||||||||||||||||||
85 |
Afdeling 2h — Rente |
Naam van de variabele rente van deel 1 |
De volledige naam van de rente zoals toegekend door de indexaanbieder. |
||||||||||||||||||
86 |
Afdeling 2h — Rente |
Dagtellingsconventie van de variabele rente van deel 1 |
Indien van toepassing: conventie inzake dagtellingen (vaak ook wel dagtellingsdeel of dagtellingsbasis of dagtellingsmethode genoemd) die bepaalt hoe de rentebetalingen voor de variabele rente van deel 1 worden berekend. Hiermee wordt de jaarfractie van de berekeningsperiode berekend, waarbij het aantal dagen in de berekeningsperiode wordt gedeeld door het aantal dagen van het jaar. |
||||||||||||||||||
87 |
Afdeling 2h — Rente |
Betalingsfrequentieperiode van de variabele rente van deel 1 |
Indien van toepassing: tijdseenheid van de betalingsfrequentie, bv. dag, week, maand, jaar of looptijd van de stroom van de variabele rente van deel 1. |
||||||||||||||||||
88 |
Afdeling 2h — Rente |
Multiplicator van de betalingsfrequentieperiode van de variabele rente van deel 1 |
Indien van toepassing: aantal tijdseenheden (uitgedrukt door de betalingsfrequentieperiode) dat de frequentie van de periodieke betalingen van de variabele rente van deel 1 bepaalt. Een transactie waarbij om de twee maanden betalingen worden verricht, wordt bijvoorbeeld weergegeven met de betalingsfrequentieperiode “MNTH” (maandelijks) en een multiplicator voor die periode van 2. Dit gegevenselement is niet van toepassing als de betalingsfrequentieperiode “ADHO” is. Indien de betalingsfrequentieperiode “EXPI” is, is de multiplicator voor de betalingsfrequentie gelijk aan 1. Als de betalingsfrequentie dagelijks is, is de betalingsfrequentieperiode “DAIL” en is de multiplicator van de betalingsfrequentie gelijk aan 0. |
||||||||||||||||||
89 |
Afdeling 2h — Rente |
Referentieperiode van de variabele rente van deel 1 — tijdsperiode |
Tijdsperiode ter beschrijving van de referentieperiode voor het variabelerentedeel 1. |
||||||||||||||||||
90 |
Afdeling 2h — Rente |
Referentieperiode van de variabele rente van deel 1 — multiplicator |
Multiplicator van de tijdsperiode ter beschrijving van de referentieperiode voor het variabelerentedeel 1. |
||||||||||||||||||
91 |
Afdeling 2h — Rente |
Herzieningsfrequentieperiode van de variabele rente van deel 1 |
Indien van toepassing: tijdseenheid van de herzieningsfrequentie van de betalingen, bv. dag, week, maand, jaar of looptijd van de stroom van de variabele rente van deel 1. |
||||||||||||||||||
92 |
Afdeling 2h — Rente |
Multiplicator van de herzieningsfrequentie van de variabele rente van deel 1 |
Indien van toepassing: aantal tijdseenheden (uitgedrukt door de betalingsfrequentieperiode) dat de frequentie van de periodieke herziening van de betalingen van de variabele rente van deel 1 bepaalt. Een transactie waarbij om de twee maanden betalingen worden verricht, wordt bijvoorbeeld weergegeven met de betalingsfrequentieperiode “MNTH” (maandelijks) en een multiplicator voor die periode van 2. Dit gegevenselement is niet van toepassing als de betalingsfrequentieperiode “ADHO” is. Indien de betalingsfrequentieperiode “EXPI” is, is de multiplicator voor de betalingsfrequentie gelijk aan 1. Als de betalingsfrequentie dagelijks is, is de betalingsfrequentieperiode “DAIL” en is de multiplicator van de betalingsfrequentie gelijk aan 0. |
||||||||||||||||||
93 |
Afdeling 2h — Rente |
Spread van deel 1 |
Vermelding van de spread van deel 1, indien toepasselijk: voor otc-derivatentransacties met periodieke betalingen (bijvoorbeeld swaps met een vaste of variabele rente, rente-basisswaps, grondstoffenswaps),
|
||||||||||||||||||
94 |
Afdeling 2h — Rente |
Valuta van de spread van deel 1 |
Indien van toepassing: de valuta waarin de spread van deel 1 luidt. Dit gegevenselement is alleen van toepassing indien de spread als geldbedrag wordt uitgedrukt. |
||||||||||||||||||
95 |
Afdeling 2h — Rente |
Vaste rente van deel 2 |
Vermelding van het gehanteerde vasterentedeel 2, indien toepasselijk. |
||||||||||||||||||
96 |
Afdeling 2h — Rente |
Dagtellingsconventie van de vaste rente van deel 2 |
Indien van toepassing: conventie inzake dagtellingen (vaak ook wel dagtellingsdeel of dagtellingsbasis of dagtellingsmethode genoemd) die bepaalt hoe de rentebetalingen worden berekend. Hiermee wordt de jaarfractie van de berekeningsperiode berekend, waarbij het aantal dagen in de berekeningsperiode wordt gedeeld door het aantal dagen van het jaar. |
||||||||||||||||||
97 |
Afdeling 2h — Rente |
Betalingsfrequentieperiode van de vaste rente van deel 2 |
Indien van toepassing: tijdseenheid van de betalingsfrequentie, bv. dag, week, maand, jaar of looptijd van de stroom voor de vaste rente van deel 2. |
||||||||||||||||||
98 |
Afdeling 2h — Rente |
Multiplicator van de betalingsfrequentieperiode van de vaste rente van deel 2 |
Indien van toepassing: aantal tijdseenheden (uitgedrukt door de betalingsfrequentieperiode) dat de frequentie van de periodieke betalingen van de vaste rente van deel 2 bepaalt. Een transactie waarbij om de twee maanden betalingen worden verricht, wordt bijvoorbeeld weergegeven met de betalingsfrequentieperiode “MNTH” (maandelijks) en een multiplicator voor die periode van 2. Dit gegevenselement is niet van toepassing als de betalingsfrequentieperiode “ADHO” is. Indien de betalingsfrequentieperiode “EXPI” is, is de multiplicator voor de betalingsfrequentie gelijk aan 1. Als de betalingsfrequentie dagelijks is, is de betalingsfrequentieperiode “DAIL” en is de multiplicator van de betalingsfrequentie gelijk aan 0. |
||||||||||||||||||
99 |
Afdeling 2h — Rente |
Identificatiecode van de variabele rente van deel 2 |
Indien van toepassing: vermelding van de gehanteerde rentetarieven die op gezette tijden worden herzien in het licht van een marktreferentietarief |
||||||||||||||||||
100 |
Afdeling 2h — Rente |
Indicator van de variabele rente van deel 2 |
Vermelding van de rente, indien toepasselijk. |
||||||||||||||||||
101 |
Afdeling 2h — Rente |
Naam van de variabele rente van deel 2 |
De volledige naam van de rente zoals toegekend door de indexaanbieder. |
||||||||||||||||||
102 |
Afdeling 2h — Rente |
Dagtellingsconventie van de variabele rente van deel 2 |
Indien van toepassing: conventie inzake dagtellingen (vaak ook wel dagtellingsdeel of dagtellingsbasis of dagtellingsmethode genoemd) die bepaalt hoe de rentebetalingen voor de variabele rente van deel 2 worden berekend. Hiermee wordt de jaarfractie van de berekeningsperiode berekend, waarbij het aantal dagen in de berekeningsperiode wordt gedeeld door het aantal dagen van het jaar. |
||||||||||||||||||
103 |
Afdeling 2h — Rente |
Betalingsfrequentieperiode van de variabele rente van deel 2 |
Indien van toepassing: tijdseenheid van de betalingsfrequentie, bv. dag, week, maand, jaar of looptijd van de stroom van de variabele rente van deel 2. |
||||||||||||||||||
104 |
Afdeling 2h — Rente |
Multiplicator van de betalingsfrequentieperiode van de variabele rente van deel 2 |
Indien van toepassing: aantal tijdseenheden (uitgedrukt door de betalingsfrequentieperiode) dat de frequentie van de periodieke betalingen van de variabele rente van deel 2 bepaalt. Een transactie waarbij om de twee maanden betalingen worden verricht, wordt bijvoorbeeld weergegeven met de betalingsfrequentieperiode “MNTH” (maandelijks) en een multiplicator voor die periode van 2. Dit gegevenselement is niet van toepassing als de betalingsfrequentieperiode “ADHO” is. Indien de betalingsfrequentieperiode “EXPI” is, is de multiplicator voor de betalingsfrequentie gelijk aan 1. Als de betalingsfrequentie dagelijks is, is de betalingsfrequentieperiode “DAIL” en is de multiplicator van de betalingsfrequentie gelijk aan 0. |
||||||||||||||||||
105 |
Afdeling 2h — Rente |
Referentieperiode van de variabele rente van deel 2 — tijdsperiode |
Tijdsperiode ter beschrijving van de referentieperiode voor het variabelerentedeel 2. |
||||||||||||||||||
106 |
Afdeling 2h — Rente |
Referentieperiode van de variabele rente van deel 2 — multiplicator |
Multiplicator van de tijdsperiode ter beschrijving van de referentieperiode voor het variabelerentedeel 2. |
||||||||||||||||||
107 |
Afdeling 2h — Rente |
Herzieningsfrequentieperiode van de variabele rente van deel 2 |
Indien van toepassing: tijdseenheid van de herzieningsfrequentie van de betalingen, bv. dag, week, maand, jaar of looptijd van de stroom van de variabele rente van deel 2. |
||||||||||||||||||
108 |
Afdeling 2h — Rente |
Multiplicator van de herzieningsfrequentie van de variabele rente van deel 2 |
Indien van toepassing: aantal tijdseenheden (uitgedrukt door de betalingsfrequentieperiode) dat de frequentie van de periodieke herziening van de betalingen van de variabele rente van deel 2 bepaalt. Een transactie waarbij om de twee maanden betalingen worden verricht, wordt bijvoorbeeld weergegeven met de betalingsfrequentieperiode “MNTH” (maandelijks) en een multiplicator voor die periode van 2. Dit gegevenselement is niet van toepassing als de betalingsfrequentieperiode “ADHO” is. Indien de betalingsfrequentieperiode “EXPI” is, is de multiplicator voor de betalingsfrequentie gelijk aan 1. Als de betalingsfrequentie dagelijks is, is de betalingsfrequentieperiode “DAIL” en is de multiplicator van de betalingsfrequentie gelijk aan 0. |
||||||||||||||||||
109 |
Afdeling 2h — Rente |
Spread van deel 2 |
Vermelding van de spread van deel 2, indien toepasselijk: voor otc-derivatentransacties met periodieke betalingen (bijvoorbeeld swaps met een vaste of variabele rente, rente-basisswaps, grondstoffenswaps),
|
||||||||||||||||||
110 |
Afdeling 2h — Rente |
Valuta van de spread van deel 2 |
Indien van toepassing: de valuta waarin de spread van deel 2 luidt. Dit gegevenselement is alleen van toepassing indien de spread als geldbedrag wordt uitgedrukt. |
||||||||||||||||||
111 |
Afdeling 2h — Rente |
Spread van de pakkettransactie |
Handelsprijs van het gehele pakket waarin de gerapporteerde derivatentransactie een component van een pakkettransactie is. De pakkettransactieprijs wanneer de prijs van het pakket wordt uitgedrukt als een spread, het verschil tussen twee referentieprijzen. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien:
De spread en de gerelateerde gegevenselementen van de transacties (spreadvaluta) die afzonderlijke componenten van het pakket vertegenwoordigen, worden gerapporteerd wanneer deze beschikbaar zijn. De spread van de pakkettransactie is mogelijk niet bekend wanneer een nieuwe transactie wordt gerapporteerd, maar kan later worden bijgewerkt. |
||||||||||||||||||
112 |
Afdeling 2h — Rente |
Valuta van de spread van de pakkettransactie |
Valuta waarin de spread van de pakkettransactie luidt. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien:
|
||||||||||||||||||
113 |
Afdeling 2i — Deviezen |
Wisselkoers 1 |
De in de derivatentransactie vermelde wisselkoers tussen de twee valuta die de tegenpartijen bij aanvang van de transactie zijn overeengekomen, uitgedrukt als de wisselkoers bij de omrekening van de basisvaluta in de prijsvaluta. |
||||||||||||||||||
114 |
Afdeling 2i — Deviezen |
Termijnkoers |
Termijnkoers zoals overeengekomen tussen de tegenpartijen van de contractuele overeenkomst. Deze wordt weergegeven als een prijs van de basisvaluta in de prijsvaluta. |
||||||||||||||||||
115 |
Afdeling 2i — Deviezen |
Wisselkoersbasis |
Valutapaar en volgorde waarin de wisselkoers luidt, uitgedrukt als basisvaluta of prijsvaluta. |
||||||||||||||||||
116 |
Afdeling 2j — Grondstoffen en emissierechten (Algemeen) |
Basisproduct |
Basisproduct zoals gespecificeerd in de classificatie van grondstoffen in tabel 4 van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860. |
||||||||||||||||||
117 |
Afdeling 2j — Grondstoffen en emissierechten (Algemeen) |
Subproduct |
Subproduct zoals gespecificeerd in de classificatie van grondstoffen in tabel 4 van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860. Dit veld moet een specifiek basisproduct bevatten. |
||||||||||||||||||
118 |
Afdeling 2j — Grondstoffen en emissierechten (Algemeen) |
Verder subproduct |
Verder subproduct zoals gespecificeerd in de classificatie van grondstoffen in tabel 4 van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860. Dit veld moet een specifiek subproduct bevatten. |
||||||||||||||||||
119 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Leveringspunt of -zone |
Leveringspunt(en) van (een) marktgebied(en). |
||||||||||||||||||
120 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Interconnectiepunt |
Vermelding van de grens (grenzen) of grenspunt(en) van een transportcontract |
||||||||||||||||||
121 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Belastingsprofiel |
Identificatie van het leveringsprofiel. |
||||||||||||||||||
|
Het deel met de velden 122 tot en met 131 is herhaalbaar |
|
|
||||||||||||||||||
122 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Starttijd van het leveringsinterval |
Starttijd van het leveringsinterval voor elk blok of elke vorm. |
||||||||||||||||||
123 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Eindtijd van het leveringsinterval |
Eindtijd van het leveringsinterval voor elk blok of elke vorm. |
||||||||||||||||||
124 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Startdatum van de levering |
Startdatum van de levering. |
||||||||||||||||||
125 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Einddatum van de levering |
Einddatum van de levering. |
||||||||||||||||||
126 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Duur |
Duur van de leveringsperiode. |
||||||||||||||||||
127 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Dagen van de week |
De dagen van de week van de levering. |
||||||||||||||||||
128 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Leveringscapaciteit |
Het aantal eenheden dat is opgenomen in de transactie voor elk leveringsinterval vermeld in de velden 122 en 123. |
||||||||||||||||||
129 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Eenheid van de hoeveelheid |
De gebruikte maateenheid. |
||||||||||||||||||
130 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Prijs per geleverde hoeveelheid in een tijdsinterval |
Indien van toepassing, de prijs per hoeveelheid per leveringstijdsinterval. |
||||||||||||||||||
131 |
Afdeling 2k — Grondstoffen en emissierechten (Energie) |
Valuta van de prijs per geleverde hoeveelheid in een tijdsinterval |
De valuta waarin de prijs per hoeveelheid per tijdsinterval wordt uitgedrukt. |
||||||||||||||||||
132 |
Afdeling 2l — Opties |
Soort optie |
Aangeven of het derivatencontract een call (recht om een bepaald onderliggend actief te kopen) of een put (recht om een bepaald onderliggend actief te verkopen) is, dan wel of op het tijdstip van uitvoering van het derivatencontract niet valt uit te maken of het een call of put is. Bij swaptions:
Bij caps en floors:
|
||||||||||||||||||
133 |
Afdeling 2l — Opties |
Aard van de optie |
Aangeven of de optie uitsluitend op een vaste datum mag worden uitgeoefend (Europese optie), op een reeks vooraf bepaalde data (Bermudaanse optie), dan wel op eender welk moment van de looptijd van het contract (Amerikaanse optie). |
||||||||||||||||||
134 |
Afdeling 2l — Opties |
Uitoefenprijs |
|
||||||||||||||||||
|
De velden 135 tot en met 137 zijn herhaalbaar en moeten worden ingevuld in het geval van derivaten met uitoefenprijsschema’s |
|
|
||||||||||||||||||
135 |
Afdeling 2l — Opties |
Ingangsdatum van de uitoefenprijs |
Niet-aangepaste ingangsdatum van de uitoefenprijs. |
||||||||||||||||||
136 |
Afdeling 2l — Opties |
Einddatum van de uitoefenprijs |
Niet-aangepaste einddatum van de uitoefenprijs (niet van toepassing indien de niet-aangepaste einddatum van een bepaald schema samenvalt met de niet-aangepaste ingangsdatum van de volgende periode). |
||||||||||||||||||
137 |
Afdeling 2l — Opties |
Uitoefenprijs die gold op de bijbehorende ingangsdatum |
Uitoefenprijs die van kracht is tussen de niet-aangepaste ingangsdatum en de niet-aangepaste einddatum, die einddatum inbegrepen. |
||||||||||||||||||
138 |
Afdeling 2l — Opties |
Valuta/valutapaar van de uitoefenprijs |
Voor aandelenopties, grondstoffenopties en soortgelijke producten, de valuta waarin de uitoefenprijs luidt. Voor valutaopties: Valutapaar en volgorde waarin de uitoefenprijs wordt uitgedrukt. Deze prijs wordt uitgedrukt als de basisvaluta afgezet tegen de prijsvaluta. |
||||||||||||||||||
139 |
Afdeling 2l — Opties |
Bedrag van de optiepremie |
Voor opties en swaptions van alle activaklassen, het door de koper van de optie betaalde geldbedrag. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien het instrument geen optie is of geen optionaliteit omvat. |
||||||||||||||||||
140 |
Afdeling 2l — Opties |
Valuta van de optiepremie |
Voor opties en swaptions van alle activaklassen, de valuta waarin het bedrag van de optiepremie luidt. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien het instrument geen optie is of geen optionaliteit omvat. |
||||||||||||||||||
141 |
Afdeling 2l — Opties |
Datum van de betaling van de optiepremie |
Niet-aangepaste datum waarop de optiepremie wordt betaald. |
||||||||||||||||||
142 |
Afdeling 2i - Opties |
Vervaldatum van de onderliggende waarde |
In het geval van swaptions, vervaldatum van de onderliggende swap. |
||||||||||||||||||
143 |
Afdeling 2m — Kredietderivaten |
Rangorde |
Geeft de rangorde aan van de schuldtitel of de schuldkorf of de index die aan een derivaat ten grondslag ligt. |
||||||||||||||||||
144 |
Afdeling 2m — Kredietderivaten |
Referentie-entiteit |
Identificatie van de onderliggende referentie-entiteit. |
||||||||||||||||||
145 |
Afdeling 2m — Kredietderivaten |
Serie |
Het serienummer van de samenstelling van de index indien van toepassing. |
||||||||||||||||||
146 |
Afdeling 2m — Kredietderivaten |
Versie |
Een nieuwe versie van een serie wordt uitgegeven wanneer een van de onderdelen in gebreke blijft en de index opnieuw moet worden gewogen om het nieuwe aantal totale onderdelen binnen de index in aanmerking te nemen. |
||||||||||||||||||
147 |
Afdeling 2m — Kredietderivaten |
Indexfactor |
De op Nominaal (veld 55 in deze tabel) toe te passen factor om deze aan te passen aan de vorige kredietgebeurtenissen in die indexserie. |
||||||||||||||||||
148 |
Afdeling 2m — Kredietderivaten |
Tranche |
Aangeven of het derivatencontract in tranches is onderverdeeld. |
||||||||||||||||||
149 |
Afdeling 2m — Kredietderivaten |
Attachment point CDS (Credit Default Swap) -index |
Gedefinieerd punt waaronder de verliezen in de onderliggende portefeuille de nominale waarde van een tranche verminderen. Zo zal de nominale waarde in een tranche met een attachment point van 3 % worden verlaagd nadat zich in de portefeuille een verlies van 3 % heeft voorgedaan. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien de transactie geen CDS-tranche betreft (index of aangepaste korf). |
||||||||||||||||||
150 |
Afdeling 2m — Kredietderivaten |
Detachment point CDS-index |
Gedefinieerd punt waarboven de verliezen in de onderliggende portefeuille de nominale waarde van een tranche niet langer verminderen. Zo zal de nominale waarde in een tranche met een attachment point van 3 % en een detachment point van 6 % worden verlaagd nadat zich in de portefeuille een verlies van 3 % heeft voorgedaan. Bij een verlies van 6 % in de portefeuille is de nominale waarde van de tranche uitgeput. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien de transactie geen CDS-tranche betreft (index of aangepaste korf). |
||||||||||||||||||
151 |
Afdeling 2n — Wijzigingen in het derivaat |
Actietype |
|
||||||||||||||||||
152 |
Afdeling 2n — Wijzigingen in het derivaat |
Soort gebeurtenis |
Corporate event: Een beheersdaad met betrekking tot onderliggende aandelen die de derivaten op die aandelen beïnvloedt
Actualisering — De actualisering van een uitstaand derivaat uitgevoerd tijdens de overgangsperiode om ervoor te zorgen dat het in overeenstemming is met de gewijzigde rapportagevereisten |
||||||||||||||||||
153 |
Afdeling 2n — Wijzigingen in het derivaat |
Datum gebeurtenis |
Datum waarop de te rapporteren gebeurtenis met betrekking tot het derivatencontract die in de rapportage is opgenomen, heeft plaatsgevonden of, in geval van een wijziging, de datum waarop die wijziging van kracht wordt. |
||||||||||||||||||
154 |
Afdeling 2n — Wijzigingen in het derivaat |
Niveau |
Aangeven of het rapport op transactie- of positieniveau is opgesteld. Een rapport op positieniveau kan alleen worden gebruikt als aanvulling op transactierapporten ter rapportering van posttransactionele gebeurtenissen en enkel indien de individuele transacties in verwisselbare producten door de positie zijn vervangen. |
Tabel 3
Post |
Afdeling |
Veld |
Te melden gegevens |
||||
1 |
Partijen bij het derivaat |
Tijdstempel van de rapportage |
Datum en tijdstip van indiening van het rapport in het transactieregister. |
||||
2 |
Partijen bij het derivaat |
Identificatie van de rapporterende entiteit |
Indien de voor rapportage verantwoordelijke entiteit de indiening van het rapport aan een derde of de andere tegenpartij heeft gedelegeerd, wordt deze entiteit in dit veld geïdentificeerd aan de hand van een unieke code. Anders moet de voor rapportage verantwoordelijke entiteit in dit veld worden vermeld. |
||||
3 |
Partijen bij het derivaat |
Voor de rapportage verantwoordelijke entiteit |
Indien een financiële tegenpartij als enige verantwoordelijk en wettelijk aansprakelijk is voor de rapportage namens beide tegenpartijen overeenkomstig artikel 9, lid 1 bis, van Verordening (EU) nr. 648/2012, en de niet-financiële tegenpartij niet besluit zelf de gegevens van haar otc-derivatencontracten met de financiële tegenpartij te rapporteren, de unieke code ter identificatie van die financiële tegenpartij. Wanneer een beheermaatschappij, in overeenstemming met artikel 9, lid 1 ter, van die verordening, verantwoordelijk en wettelijk aansprakelijk is voor de rapportage namens een instelling voor collectieve belegging in effecten (icbe), de unieke identificatiecode van die beheermaatschappij. Wanneer een beheerder van een alternatieve beleggingsinstelling (abi-beheerder), in overeenstemming met artikel 9, lid 1 quater, van die verordening, verantwoordelijk en wettelijk aansprakelijk is voor de rapportage namens een alternatieve beleggingsinstelling (abi), de unieke identificatiecode van die abi-beheerder. Wanneer een vergunninghoudende entiteit die verantwoordelijk is voor het beheren en handelen in naam van een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (IBPV), verantwoordelijk en wettelijk aansprakelijk is voor de rapportage namens die IBPV overeenkomstig artikel 9, lid 1 quinquies, van die verordening, de unieke code ter identificatie van die entiteit. Dit veld is alleen van toepassing op otc-derivaten. |
||||
4 |
Partijen bij het derivaat |
Tegenpartij 1 (rapporterende tegenpartij) |
Identificatiecode van de tegenpartij bij een derivatentransactie die via het desbetreffende rapport aan zijn rapportageverplichting voldoet. In het geval van een toegewezen derivatentransactie die door een fondsbeheerder namens een fonds wordt uitgevoerd, wordt het fonds als tegenpartij gerapporteerd, en niet de fondsbeheerder. |
||||
5 |
Partijen bij het derivaat |
Identificatietype tegenpartij 2 |
Indicator waaruit blijkt of tegenpartij 2 is geïdentificeerd aan de hand van een identificatiecode voor juridische entiteiten. |
||||
6 |
Partijen bij het derivaat |
Tegenpartij 2 |
Identificatiecode van tegenpartij 2 bij een derivatentransactie In het geval van een toegewezen derivatentransactie die door een fondsbeheerder namens een fonds wordt uitgevoerd, wordt het fonds als tegenpartij gerapporteerd, en niet de fondsbeheerder. |
||||
7 |
Zekerheden |
Tijdstempel van de zekerheden |
Datum en tijdstip waarop de waarden van de margins worden gerapporteerd. |
||||
8 |
Zekerheden |
Indicator zekerhedenportefeuille |
Indicator die aangeeft of de zekerheden op portefeuillebasis zijn gesteld. Met “op portefeuillebasis” wordt een reeks transacties met een gezamenlijke margin (op netto- of brutobasis) bedoeld, in tegenstelling tot het scenario waarbij de margin voor elke afzonderlijke transactie wordt berekend en gestort. |
||||
9 |
Zekerheden |
Code van de zekerhedenportefeuille |
Indien zekerheden worden gerapporteerd op portefeuillebasis, een door tegenpartij 1 aan de portefeuille toegekende unieke code. Dit gegevenselement is niet van toepassing indien de zekerheidsstelling op transactiebasis heeft plaatsgevonden, als er geen zekerheidsovereenkomst is of als er geen zekerheid is gesteld of ontvangen. |
||||
10 |
Zekerheden |
UTI |
Unieke transactie-identificatiecode als bedoeld in artikel 7 van Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860. |
||||
11 |
Zekerheden |
Categorie zekerheidsstelling |
Geef aan of er een zekerheidsovereenkomst tussen de tegenpartijen is. Dit gegevenselement wordt verstrekt voor elke transactie of portefeuille, afhankelijk van de vraag of de zekerheidsstelling wordt verricht op transactie- of portefeuilleniveau, en is van toepassing op zowel geclearde als niet-geclearde transacties. |
||||
12 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 gestorte initial margin (vóór de haircut) |
Monetaire waarde van de door tegenpartij 1 gestorte initial margin, met inbegrip van eventuele margin die nog onderweg is en nog moet worden afgewikkeld. Indien de zekerheidsstelling op portefeuilleniveau geschiedt, heeft de gestorte initial margin betrekking op de gehele portefeuille; indien de zekerheidsstelling geschiedt op het niveau van afzonderlijke transacties, heeft de gestorte initial margin betrekking op die afzonderlijke transacties. Dit veld heeft betrekking op de totale actuele waarde van de initial margin, en niet op de dagelijkse verandering ervan. Het gegevenselement heeft betrekking op zowel niet-geclearde als centraal geclearde transacties. Voor centraal geclearde transacties omvat het gegevenselement niet de bijdragen aan het wanbetalingsfonds, noch de zekerheden die tegen liquiditeitsvoorzieningen bij de centrale tegenpartij zijn gestort, d.w.z. vastgelegde kredietlijnen. Indien de gestorte initial margin luidt in meer dan één valuta, worden die bedragen omgerekend in één enkele door tegenpartij 1 gekozen valuta en gerapporteerd als één totale waarde. |
||||
13 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 gestorte initial margin (na de haircut) |
Monetaire waarde van de door tegenpartij 1 gestorte initial margin, met inbegrip van eventuele margin die nog onderweg is en nog moet worden afgewikkeld. Indien de zekerheidsstelling op portefeuilleniveau geschiedt, heeft de gestorte initial margin betrekking op de gehele portefeuille; indien de zekerheidsstelling geschiedt op het niveau van afzonderlijke transacties, heeft de gestorte initial margin betrekking op die afzonderlijke transacties. Dit veld heeft betrekking op de totale actuele waarde van de initial margin na toepassing van de haircut (in voorkomend geval), en niet op de dagelijkse verandering ervan. Het gegevenselement heeft betrekking op zowel niet-geclearde als centraal geclearde transacties. Voor centraal geclearde transacties omvat het gegevenselement niet de bijdragen aan het wanbetalingsfonds, noch de zekerheden die tegen liquiditeitsvoorzieningen bij de centrale tegenpartij zijn gestort, d.w.z. vastgelegde kredietlijnen. Indien de gestorte initial margin luidt in meer dan één valuta, worden die bedragen omgerekend in één enkele door tegenpartij 1 gekozen valuta en gerapporteerd als één totale waarde. |
||||
14 |
Zekerheden |
Valuta van de gestorte initial margin |
Valuta waarin de gestorte initial margin luidt. Indien de gestorte initial margin luidt in meer dan één valuta, geeft dit gegevenselement één van die valuta weer die tegenpartij 1 heeft gekozen voor de omrekening van alle waarden van de gestorte initial margin. |
||||
15 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 gestorte variation margin (vóór de haircut) |
Monetaire waarde van de door tegenpartij 1 gestorte variation margin, met inbegrip van de in contanten afgewikkelde margin en eventuele margin die nog onderweg is en nog niet is afgewikkeld. De voorwaardelijke variation margin is niet inbegrepen. Indien de zekerheidsstelling op portefeuilleniveau geschiedt, heeft de gestorte variation margin betrekking op de gehele portefeuille; indien de zekerheidsstelling geschiedt op het niveau van afzonderlijke transacties, heeft de gestorte variation margin betrekking op die afzonderlijke transacties. Dit veld heeft betrekking op de totale actuele waarde van de variation margin, die is gecumuleerd sinds de eerste rapportage van de voor de portefeuille of transactie gestorte variation margins. Indien de gestorte variation margin luidt in meer dan één valuta, worden die bedragen omgerekend in één enkele door tegenpartij 1 gekozen valuta en gerapporteerd als één totale waarde. |
||||
16 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 gestorte variation margin (na de haircut) |
Monetaire waarde van de door tegenpartij 1 gestorte variation margin, met inbegrip van de in contanten afgewikkelde margin en eventuele margin die nog onderweg is en nog niet is afgewikkeld. De voorwaardelijke variation margin is niet inbegrepen. Indien de zekerheidsstelling op portefeuilleniveau geschiedt, heeft de gestorte variation margin betrekking op de gehele portefeuille; indien de zekerheidsstelling geschiedt op het niveau van afzonderlijke transacties, heeft de gestorte variation margin betrekking op die afzonderlijke transacties. Dit veld heeft betrekking op de totale actuele waarde van de variation margin na toepassing van de haircut, in voorkomend geval, die is gecumuleerd sinds de eerste rapportage van de voor de portefeuille of transactie gestorte variation margin. Indien de gestorte variation margin luidt in meer dan één valuta, worden die bedragen omgerekend in één enkele door tegenpartij 1 gekozen valuta en gerapporteerd als één totale waarde. |
||||
17 |
Zekerheden |
Valuta van de gestorte variation margins |
Valuta waarin de gestorte variation margin luidt. Indien de gestorte variation margin luidt in meer dan één valuta, geeft dit gegevenselement één van die valuta weer die tegenpartij 1 heeft gekozen voor de omrekening van alle waarden van de gestorte variation margin. |
||||
18 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 te veel gestorte zekerheden |
Monetaire waarde van eventuele aanvullende zekerheden die afzonderlijk en onafhankelijk van de initial en de variation margin zijn gestort door tegenpartij 1. Dit veld heeft betrekking op de totale actuele waarde van de te veel gestorte zekerheden vóór toepassing van de haircut (in voorkomend geval), en niet op de dagelijkse verandering ervan. Elke gestorte initial of variation margin die de vereiste initial of variation margin overschrijdt, wordt gerapporteerd als onderdeel van respectievelijk de gestorte initial margin of de gestorte variation margin, en wordt niet opgenomen in de te veel gestorte zekerheden. Voor centraal geclearde transacties worden te veel gestorte zekerheden alleen gerapporteerd voor zover die aan een specifieke portefeuille of transactie kunnen worden toegewezen. |
||||
19 |
Zekerheden |
Valuta van de te veel gestorte zekerheden |
Valuta waarin de te veel gestorte zekerheden luiden. Indien de te veel gestorte zekerheden luiden in meer dan één valuta, geeft dit gegevenselement één van die valuta weer die tegenpartij 1 heeft gekozen voor de omrekening van alle waarden van de te veel gestorte zekerheden. |
||||
20 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 geïnde initial margin (vóór de haircut) |
Monetaire waarde van de door tegenpartij 1 geïnde initial margin, met inbegrip van eventuele margin die nog onderweg is en nog moet worden afgewikkeld. Indien de zekerheidsstelling op portefeuilleniveau geschiedt, heeft de geïnde initial margin betrekking op de gehele portefeuille; indien de zekerheidsstelling geschiedt op het niveau van afzonderlijke transacties, heeft de geïnde initial margin betrekking op die afzonderlijke transacties. Dit veld heeft betrekking op de totale actuele waarde van de initial margin, en niet op de dagelijkse verandering ervan. Het gegevenselement heeft betrekking op zowel niet-geclearde als centraal geclearde transacties. Voor centraal geclearde transacties omvat het gegevenselement niet de zekerheden die de centrale tegenpartij heeft geïnd in het kader van haar beleggingsactiviteit. Indien de geïnde initial margin luidt in meer dan één valuta, worden die bedragen omgerekend in één enkele door tegenpartij 1 gekozen valuta en gerapporteerd als één totale waarde. |
||||
21 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 geïnde initial margin (na de haircut) |
Monetaire waarde van de door tegenpartij 1 geïnde initial margin, met inbegrip van eventuele margin die nog onderweg is en nog moet worden afgewikkeld. Indien de zekerheidsstelling op portefeuilleniveau geschiedt, heeft de geïnde initial margin betrekking op de gehele portefeuille; indien de zekerheidsstelling geschiedt op het niveau van afzonderlijke transacties, heeft de geïnde initial margin betrekking op die afzonderlijke transacties. Dit veld heeft betrekking op de totale actuele waarde van de initial margin na toepassing van de haircut (in voorkomend geval), en niet op de dagelijkse verandering ervan. Het gegevenselement heeft betrekking op zowel niet-geclearde als centraal geclearde transacties. Voor centraal geclearde transacties omvat het gegevenselement niet de zekerheden die de centrale tegenpartij heeft geïnd in het kader van haar beleggingsactiviteit. Indien de geïnde initial margin luidt in meer dan één valuta, worden die bedragen omgerekend in één enkele door tegenpartij 1 gekozen valuta en gerapporteerd als één totale waarde. |
||||
22 |
Zekerheden |
Valuta van de geïnde initia margin |
Valuta waarin de geïnde initial margin luidt. Indien de geïnde initial margin luidt in meer dan één valuta, geeft dit gegevenselement één van die valuta weer die tegenpartij 1 heeft gekozen voor de omrekening van alle waarden van de geïnde initial margin. |
||||
23 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 geïnde variation margin (vóór de haircut) |
Monetaire waarde van de door tegenpartij 1 geïnde variation margin, met inbegrip van de in contanten afgewikkelde margin en eventuele margin die nog onderweg is en nog niet is afgewikkeld. De voorwaardelijke variation margin is niet inbegrepen. Indien de zekerheidsstelling op portefeuilleniveau geschiedt, heeft de geïnde variation margin betrekking op de gehele portefeuille; indien de zekerheidsstelling geschiedt op het niveau van afzonderlijke transacties, heeft de geïnde variation margin betrekking op die afzonderlijke transacties. Dit veld heeft betrekking op de totale actuele waarde van de variation margin, die is gecumuleerd sinds de eerste rapportage van de voor de portefeuille of transactie geïnde variation margins. Indien de geïnde variation margin luidt in meer dan één valuta, worden die bedragen omgerekend in één enkele door tegenpartij 1 gekozen valuta en gerapporteerd als één totale waarde. |
||||
24 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 geïnde variation margin (na de haircut) |
Monetaire waarde van de door tegenpartij 1 geïnde variation margin, met inbegrip van de in contanten afgewikkelde margin en eventuele margin die nog onderweg is en nog niet is afgewikkeld. De voorwaardelijke variation margin is niet inbegrepen. Indien de zekerheidsstelling op portefeuilleniveau geschiedt, heeft de geïnde variation margin betrekking op de gehele portefeuille; indien de zekerheidsstelling geschiedt op het niveau van afzonderlijke transacties, heeft de geïnde variation margin betrekking op die afzonderlijke transacties. Dit veld heeft betrekking op de totale actuele waarde van de geïnde variation margin na toepassing van de haircut, in voorkomend geval, die is gecumuleerd sinds de eerste rapportage van de voor de portefeuille/transactie geïnde variation margin. Indien de geïnde variation margin luidt in meer dan één valuta, worden die bedragen omgerekend in één enkele door tegenpartij 1 gekozen valuta en gerapporteerd als één totale waarde. |
||||
25 |
Zekerheden |
Valuta van de geïnde variation margin |
Valuta waarin de geïnde variation margin luidt. Indien de geïnde variation margin luidt in meer dan één valuta, geeft dit gegevenselement één van die valuta weer die tegenpartij 1 heeft gekozen voor de omrekening van alle waarden van de geïnde variation margin. |
||||
26 |
Zekerheden |
Door tegenpartij 1 te veel geïnde zekerheden |
Monetaire waarde van eventuele aanvullende zekerheden die afzonderlijk en onafhankelijk van de initial en de variation margin zijn geïnd door tegenpartij 1. Dit gegevenselement heeft betrekking op de totale actuele waarde van de te veel geïnde zekerheden vóór toepassing van de haircut (in voorkomend geval), en niet op de dagelijkse verandering ervan. Elke geïnde initial of variation margin die de vereiste initial of variation margin overschrijdt, wordt gerapporteerd als onderdeel van respectievelijk de geïnde initial margin of de geïnde variation margin, en wordt niet opgenomen in de te veel geïnde zekerheden. Voor centraal geclearde transacties worden te veel geïnde zekerheden alleen gerapporteerd voor zover die aan een specifieke portefeuille of transactie kunnen worden toegewezen. |
||||
27 |
Zekerheden |
Valuta van de te veel geïnde zekerheden. |
Valuta waarin de te veel geïnde zekerheden luiden. Indien de te veel geïnde zekerheden luiden in meer dan één valuta, geeft dit gegevenselement één van die valuta weer die tegenpartij 1 heeft gekozen voor de omrekening van alle waarden van de te veel geïnde zekerheden. |
||||
28 |
Zekerheden |
Actietype |
De rapportage bevat één van de volgende actietypes:
|
||||
29 |
Zekerheden |
Datum gebeurtenis |
Datum waarop de te rapporteren gebeurtenis met betrekking tot het derivatencontract die in de rapportage is opgenomen, heeft plaatsgevonden. In het geval van actualisering van zekerheden: de datum waarop de in het rapport opgenomen informatie wordt verstrekt. |
(1) Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (PB L 201 van 27.7.2012, blz. 1).
(2) Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1860 van de Commissie van 10 juni 2022 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de normen, formats, frequentie en methoden en regelingen voor rapportage (zie bladzijde 68 van dit Publicatieblad).
(3) Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 149/2013 van de Commissie van 19 december 2012 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende indirecte clearingregelingen, de clearingverplichting, het openbaar register, toegang tot een handelsplatform, niet-financiële tegenpartijen, risico-inperkingstechnieken voor niet door een CTP geclearde otc-derivatencontracten (PB L 52 van 23.2.2013, blz. 11).