This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62018CA0600
Case C-600/18: Judgment of the Court (Eighth Chamber) of 26 September 2019 (request for a preliminary ruling from the Szombathelyi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság — Hungary) — UTEP 2006. SRL v Vas Megyei Kormányhivatal Hatósági Főosztály, Hatósági, Építésügyi és Oktatási Osztály (Reference for a preliminary ruling — Road transport — Articles 91 and 92 TFEU — Regulation (EU) No 165/2014 — Article 32(3), Article 33(1) and Article 41(1) — Infringement of the rules on the use of tachographs — Duty of Member States to make provision for effective, dissuasive and non-discriminatory penalties — Resident and non-resident small and medium-sized enterprises — Differential treatment)
Zaak C-600/18: Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 26 september 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Szombathelyi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság - Hongarije) – UTEP 2006. SRL/Vas Megyei Kormányhivatal Hatósági Főosztály, Hatósági, Építésügyi és Oktatási Osztály (Prejudiciële verwijzing – Wegvervoer – Artikelen 91 en 92 VWEU – Verordening (EU) nr. 165/2014 – Artikel 32, lid 3, artikel 33, lid 1, en artikel 41, lid 1 – Inbreuk op de regels inzake het gebruik van tachografen – Verplichting voor de lidstaten om doeltreffende, afschrikkende en niet-discriminerende sancties in te stellen – In het binnenland of in het buitenland gevestigde kleine en middelgrote ondernemingen – Gedifferentieerde behandeling)
Zaak C-600/18: Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 26 september 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Szombathelyi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság - Hongarije) – UTEP 2006. SRL/Vas Megyei Kormányhivatal Hatósági Főosztály, Hatósági, Építésügyi és Oktatási Osztály (Prejudiciële verwijzing – Wegvervoer – Artikelen 91 en 92 VWEU – Verordening (EU) nr. 165/2014 – Artikel 32, lid 3, artikel 33, lid 1, en artikel 41, lid 1 – Inbreuk op de regels inzake het gebruik van tachografen – Verplichting voor de lidstaten om doeltreffende, afschrikkende en niet-discriminerende sancties in te stellen – In het binnenland of in het buitenland gevestigde kleine en middelgrote ondernemingen – Gedifferentieerde behandeling)
PB C 399 van 25.11.2019, p. 18–18
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
25.11.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 399/18 |
Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 26 september 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Szombathelyi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság - Hongarije) – UTEP 2006. SRL/Vas Megyei Kormányhivatal Hatósági Főosztály, Hatósági, Építésügyi és Oktatási Osztály
(Zaak C-600/18) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Wegvervoer - Artikelen 91 en 92 VWEU - Verordening (EU) nr. 165/2014 - Artikel 32, lid 3, artikel 33, lid 1, en artikel 41, lid 1 - Inbreuk op de regels inzake het gebruik van tachografen - Verplichting voor de lidstaten om doeltreffende, afschrikkende en niet-discriminerende sancties in te stellen - In het binnenland of in het buitenland gevestigde kleine en middelgrote ondernemingen - Gedifferentieerde behandeling)
(2019/C 399/20)
Procestaal: Hongaars
Verwijzende rechter
Szombathelyi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: UTEP 2006. SRL
Verwerende partij: Vas Megyei Kormányhivatal Hatósági Főosztály, Hatósági, Építésügyi és Oktatási Osztály
Dictum
Artikel 41, lid 1, van verordening (EU) nr. 165/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 4 februari 2014 betreffende tachografen in het wegvervoer, tot intrekking van verordening (EEG) nr. 3821/85 van de Raad betreffende het controleapparaat in het wegvervoer en tot wijziging van verordening (EG) nr. 561/2006 van het Europees Parlement en de Raad tot harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer, moet aldus worden uitgelegd dat het zich verzet tegen een bestuurlijke praktijk van een lidstaat op grond waarvan aan in die lidstaat gevestigde kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s) voor wegvervoer, maar niet aan in het buitenland gevestigde kmo’s, een lichtere sanctie kan worden opgelegd, die bestaat in een waarschuwing in plaats van een bestuurlijke boete, wanneer dergelijke kmo’s voor de eerste keer een inbreuk, van een gelijk ernstniveau, op de bepalingen van verordening nr. 165/2014 plegen.