This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62016TA0232
Case T-232/16 P: Judgment of the General Court of 19 January 2017 — Commission v Frieberger and Vallin (Appeal — Civil service — Officials — Pensions — Reform of the Staff Regulations — Raising of the retirement age — Decision refusing to recalculate the bonus relating to pension rights — Principle of ne ultra petita — Error in law — Obligation to state reasons)
Zaak T-232/16 P: Arrest van het Gerecht van 19 januari 2017 — Commissie/Frieberger en Vallin („Hogere voorziening — Openbare dienst — Ambtenaren — Pensioenen — Hervorming van het Statuut — Verhoging van de pensioenleeftijd — Besluit houdende weigering om de extra pensioenjaren te herwaarderen — Verbod om ultra petita te beslissen — Onjuiste rechtsopvatting — Motiveringsplicht”)
Zaak T-232/16 P: Arrest van het Gerecht van 19 januari 2017 — Commissie/Frieberger en Vallin („Hogere voorziening — Openbare dienst — Ambtenaren — Pensioenen — Hervorming van het Statuut — Verhoging van de pensioenleeftijd — Besluit houdende weigering om de extra pensioenjaren te herwaarderen — Verbod om ultra petita te beslissen — Onjuiste rechtsopvatting — Motiveringsplicht”)
PB C 63 van 27.2.2017, p. 28–29
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
27.2.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 63/28 |
Arrest van het Gerecht van 19 januari 2017 — Commissie/Frieberger en Vallin
(Zaak T-232/16 P) (1)
((„Hogere voorziening - Openbare dienst - Ambtenaren - Pensioenen - Hervorming van het Statuut - Verhoging van de pensioenleeftijd - Besluit houdende weigering om de extra pensioenjaren te herwaarderen - Verbod om ultra petita te beslissen - Onjuiste rechtsopvatting - Motiveringsplicht”))
(2017/C 063/39)
Procestaal: Frans
Partijen
Rekwirerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: G. Berscheid en G. Gattinara, gemachtigden)
Andere partijen in de procedure: Jürgen Frieberger (Sint-Lambrechts-Woluwe, België), Benjamin Vallin (Sint-Gillis, België) (vertegenwoordigers: J.-N. Louis en N. de Montigny, advocaten)
Voorwerp
Hogere voorziening tegen het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (Derde kamer) van 2 maart 2016, Frieberger en Vallin/Commissie (F-3/15, EU:F:2016:26), en strekkende tot vernietiging van dat arrest
Dictum
1) |
Het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie (Derde kamer) van 2 maart 2016, Frieberger en Vallin/Commissie (F-3/15), wordt vernietigd. |
2) |
Het door Frieberger en Vallin bij het Gerecht voor ambtenarenzaken ingestelde beroep in de zaak F-3/15 wordt verworpen. |
3) |
Elke partij draagt haar eigen kosten van de procedure in hogere voorziening. |
4) |
Frieberger en Vallin worden verwezen in de kosten van de procedure voor het Gerecht voor ambtenarenzaken, daaronder begrepen de kosten van de Europese Commissie. |