Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015CA0570

    Zaak C-570/15: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 13 september 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden — Nederland) — X/Staatssecretaris van Financiën [Prejudiciële verwijzing — Toepassing van de socialezekerheidsregelingen — Migrerende werknemers — Vaststelling van de toe te passen wetgeving — Verordening (EEG) nr. 1408/71 — Artikel 14, lid 2, onder b), i) — Persoon die op het grondgebied van twee of meer lidstaten werkzaamheden in loondienst pleegt uit te oefenen — Persoon die in een lidstaat in loondienst werkzaam is en een deel van zijn werkzaamheden in zijn woonlidstaat uitoefent]

    PB C 382 van 13.11.2017, p. 8–9 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    13.11.2017   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 382/8


    Arrest van het Hof (Derde kamer) van 13 september 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden — Nederland) — X/Staatssecretaris van Financiën

    (Zaak C-570/15) (1)

    ([Prejudiciële verwijzing - Toepassing van de socialezekerheidsregelingen - Migrerende werknemers - Vaststelling van de toe te passen wetgeving - Verordening (EEG) nr. 1408/71 - Artikel 14, lid 2, onder b), i) - Persoon die op het grondgebied van twee of meer lidstaten werkzaamheden in loondienst pleegt uit te oefenen - Persoon die in een lidstaat in loondienst werkzaam is en een deel van zijn werkzaamheden in zijn woonlidstaat uitoefent])

    (2017/C 382/08)

    Procestaal: Nederlands

    Verwijzende rechter

    Hoge Raad der Nederlanden

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: X

    Verwerende partij: Staatssecretaris van Financiën

    Dictum

    Artikel 14, lid 2, onder b), i), van verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, in de versie zoals gewijzigd en bijgewerkt bij verordening (EG) nr. 118/97 van de Raad van 2 december 1996, zoals gewijzigd bij verordening (EG) nr. 592/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008, moet aldus worden uitgelegd dat een persoon als in het hoofdgeding, die in loondienst werkzaam is voor rekening van een op het grondgebied van een lidstaat gevestigde werkgever en die woont in een andere lidstaat, op het grondgebied waarvan hij in het betreffende jaar een deel van die werkzaamheden in loondienst — 6,5 % van zijn arbeidsuren — heeft verricht, zonder dat dit vooraf met zijn werkgever was overeengekomen, niet moet worden beschouwd als een persoon die werkzaamheden in loondienst op het grondgebied van twee lidstaten pleegt uit te oefenen in de zin van die bepaling.


    (1)  PB C 38 van 1.2.2016.


    Top