Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62014TN0413

    Zaak T-413/14: Beroep ingesteld op 30 mei 2014 — Grigoriadis e.a./Europees Parlement e.a.

    PB C 439 van 8.12.2014, p. 29–29 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    8.12.2014   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 439/29


    Beroep ingesteld op 30 mei 2014 — Grigoriadis e.a./Europees Parlement e.a.

    (Zaak T-413/14)

    (2014/C 439/39)

    Procestaal: Grieks

    Partijen

    Verzoekende partijen: Grigoris Grigoriadis (Athene, Griekenland), Faidra Grigoriadou (Athene), Ioannis Tsolias (Thessaloniki, Griekenland), Dimitrios Alexopoulos (Thessaloniki), Nikolaos Papageorgiou (Athene) en Ioannis Marinopoulos (Athene) (vertegenwoordiger: Ch. Papadimitriou, advocaat)

    Verwerende partijen: Europees Parlement, Europese Raad, Raad van de Europese Unie, Europese Commissie, Europese Centrale Bank, Eurogroep

    Conclusies

    vaststellen dat verweerders hebben nagelaten de nodige wettelijke maatregelen vast te stellen om de door verzoekers verworven obligaties uitdrukkelijk uit te sluiten van gedwongen deelname aan het PSI-programma (deelname van de privésector aan de sanering van de overheidsschuld) voor houders van Grieks schuldpapier die worden beheerst door Grieks recht;

    bij handeling, richtlijn, verordening of andere bron van gemeenschapsrecht met rechtstreekse werking verzoekers toestaan de gehele waarde terug te vorderen van de waardepapieren die, zonder dat zij daarom hadden verzocht of daarmee hadden ingestemd, in het PSI-programma waren opgenomen; en

    elke verzoeker bij handeling, richtlijn, verordening of andere bron van gemeenschapsrecht met rechtstreekse werking een vergoeding van 5 00  000 EUR toekennen voor het ongerief, de schade en de ernstige schending van de grondrechten die zij hebben geleden.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Ter ondersteuning van hun beroep voeren verzoekers vijf middelen aan.

    1.

    Eerste middel: de wetgevende en niet-wetgevende maatregelen die er in Griekenland toe hebben geleid dat houders van Griekse schuldpapieren die door Grieks recht worden beheerst, verplicht waren tot deelname aan het PSI, zijn zuivere handelingen van de Unie.

    2.

    Tweede middel: de maatregelen die de Griekse regering heeft vastgesteld om het hoofd te bieden aan de Griekse schuld zijn in wezen opgelegd door de instellingen van de Europese Unie en, in het bijzonder, door de ECB en de Europese Commissie.

    3.

    Derde middel: verweerders hebben nagelaten de nodige wettelijke maatregelen vast te stellen om het Griekse schuldpapier van verzoekers bij de handelingen van de Griekse ministerraad waarbij de toepassingsvoorwaarden van PSI in Griekenland zijn bepaald, uitdrukkelijk uit te sluiten.

    4.

    Vierde middel: door het ontbreken van een uitdrukkelijke uitsluiting van deelname aan PSI is verzoekers ernstig en rechtstreeks persoonlijk leed berokkend en zijn zij gehinderd in het genot van hun grondrechten.

    5.

    Vijfde middel: alle wetgevingsmaatregelen van de Griekse regering zijn vastgesteld op aanwijzing van, of, juister gezegd, bij besluit van de Eurogroep, de ECOFIN-Raad, de ECB en de Europese Commissie.


    Top