This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62011TN0526
Case T-526/11: Action brought on 3 October 2011 — Igcar Chemicals v ECHA
Zaak T-526/11: Beroep ingesteld op 3 oktober 2011 — Igcar Chemicals/ECHA
Zaak T-526/11: Beroep ingesteld op 3 oktober 2011 — Igcar Chemicals/ECHA
PB C 347 van 26.11.2011, p. 41–42
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
26.11.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 347/41 |
Beroep ingesteld op 3 oktober 2011 — Igcar Chemicals/ECHA
(Zaak T-526/11)
2011/C 347/74
Procestaal: Spaans
Partijen
Verzoekende partij: Igcar Chemicals, SL (Rubí, Spanje) (vertegenwoordiger: L. Fernández Vaissieres, advocaat)
Verwerende partij: Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA)
Conclusies
— |
het beroep ontvankelijk en gegrond verklaren; |
— |
het bestreden besluit gedeeltelijk nietig verklaren voor zover het betrekking heeft op het uitreiken van een factuur voor administratieve kosten, en deze factuur nietig verklaren; |
— |
ECHA verwijzen in de kosten van de procedure. |
Middelen en voornaamste argumenten
Dit beroep is gericht tegen besluit nr. SME (2011) 0572 van het Europees Agentschap voor chemische stoffen („ECHA”) van 3 augustus 2011 en de daarmee samenhangende factuur voor administratieve kosten (factuurnummer 10028302 van 5 augustus 2011).
Destijds had verzoekster voor verschillende stoffen die zij wilde registreren, een preregistratie ingediend. Vóór die registraties werd verzoekster ten onrechte als kleine onderneming ingeschreven.
Op grond van artikel 13, lid 3, van verordening (EG) nr. 340/2008 van de Commissie betreffende de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen te betalen vergoedingen krachtens verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) (hierna: „vergoedingenverordening”) verzocht het Agentschap in juni 2011 verzoekster om aan te tonen dat zij recht had op de op haar toegepaste verlaging van de registratievergoeding. Verzoekster antwoordde op dit verzoek dat haar omvang die van een middelgrote onderneming was en dat zij dit nog vóór de ontvangst van het verzoek van ECHA uit eigen beweging in het REACH-IT-systeem had gecorrigeerd.
Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster vijf middelen aan.
1) |
Eerste middel: onbevoegdheid van de Europese Commissie om de heffing van een vergoeding voor administratieve kosten aan ECHA te delegeren en onbevoegdheid van ECHA voor de vaststelling van besluit MB/29/2010 van zijn raad van bestuur van 12 november 2010 („on the classification of services for which charges are levied”)
|
2) |
Tweede middel: ongeoorloofde delegatie van bevoegdheid in artikel 13, lid 4, van de vergoedingenverordening
|
3) |
Derde middel: bestraffend karakter van besluit MB/29/2010
|
4) |
Vierde middel: schending van het rechtszekerheidsbeginsel
|
5) |
Vijfde middel: schending van het evenredigheidsbeginsel bij de vaststelling van de betrokken administratieve kosten |