This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52009AP0369
The protection of animals at the time of killing * European Parliament legislative resolution of 6 May 2009 on the proposal for a Council regulation on the protection of animals at the time of killing (COM(2008)0553 – C6-0451/2008 – 2008/0180(CNS))
Bescherming van dieren bij het doden * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 6 mei 2009 over het voorstel voor een verordening van de Raad inzake de bescherming van dieren bij het doden (COM(2008)0553 – C6-0451/2008 – 2008/0180(CNS))
Bescherming van dieren bij het doden * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 6 mei 2009 over het voorstel voor een verordening van de Raad inzake de bescherming van dieren bij het doden (COM(2008)0553 – C6-0451/2008 – 2008/0180(CNS))
PB C 212E van 5.8.2010, p. 326–346
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
5.8.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
CE 212/326 |
Woensdag, 6 mei 2009
Bescherming van dieren bij het doden *
P6_TA(2009)0369
Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 6 mei 2009 over het voorstel voor een verordening van de Raad inzake de bescherming van dieren bij het doden (COM(2008)0553 – C6-0451/2008 – 2008/0180(CNS))
2010/C 212 E/49
(Raadplegingsprocedure)
Het Europees Parlement,
gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2008)0553),
gelet op artikel 37 van het EG-Verdrag, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C6-0451/2008),
gelet op artikel 51 van zijn Reglement,
gezien het verslag van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling en het advies van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A6-0185/2009),
1. |
hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement; |
2. |
verzoekt de Commissie haar voorstel krachtens artikel 250, lid 2, van het EG-Verdrag dienovereenkomstig te wijzigen; |
3. |
verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen; |
4. |
wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in het voorstel van de Commissie; |
5. |
verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie. |
DOOR DE COMMISSIE VOORGESTELDE TEKST |
AMENDEMENT |
||||||||||||
Amendement 1 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Titel |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening van de Raad inzake de bescherming van dieren bij het doden |
Voorstel voor een verordening van de Raad inzake de bescherming van dieren bij het slachten en doden |
||||||||||||
Amendement 2 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 6 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 3 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 15 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 4 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 16 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 5 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 22 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 6 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 24 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 7 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 32 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 8 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 33 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 9 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 34 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 10 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 35 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 11 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 37 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 12 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Overweging 38 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 13 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 1 – lid 2 – letter a – punt i |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 14 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 1 – lid 2 – letter a – punt ii |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 15 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 1 – lid 2 – letter a – punt iv bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 16 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 1 – lid 2 – letter b bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 17 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 2 – letter b |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 18 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 2 – letter b bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 19 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 2 – letter d bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 20 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 2 – letter f |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 21 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 2 – letter g |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 22 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 2 – letter k |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 23 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 2 – letter m |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 24 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 2 – letter a |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 25 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 2 – letter d |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 26 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 2 – letter f |
|||||||||||||
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 119 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 3 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
3 bis. Het doden van overtollige eendagskuikens, onafhankelijk van de toegepaste methoden, is niet meer toegestaan zodra er geschikte alternatieven zijn voor het doden van deze dieren. |
||||||||||||
Amendement 27 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 2 – alinea 1 |
|||||||||||||
2. Dieren mogen in afwijking van lid 1 gedood worden zonder voorafgaande bedwelming indien zulks wordt voorgeschreven door religieuze riten, mits het doden in een slachthuis plaatsvindt. |
2. Overeenkomstig religieuze riten mogen dieren worden geslacht zonder voorafgaande bedwelming, mits het slachten in een slachthuis plaatsvindt. |
||||||||||||
Amendement 28 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 2 – alinea 2 |
|||||||||||||
De lidstaten zijn echter niet verplicht om deze uitzondering toe te passen. |
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 29 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 5 – lid 1 |
|||||||||||||
1. Het bedwelmen wordt uitgevoerd volgens de methoden zoals beschreven in bijlage I. |
1. Het bedwelmen wordt uitgevoerd volgens de methoden zoals beschreven in bijlage I. Teneinde rekening te houden met wetenschappelijke en technische vorderingen kan de Commissie nieuwe bedwelmingsmethoden goedkeuren op basis van een beoordeling door de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en in overeenstemming met de procedure bedoeld in artikel 22, lid 2. |
||||||||||||
Amendement 30 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 5 – lid 2 – alinea 1 |
|||||||||||||
2. Het personeel dat verantwoordelijk is voor de bedwelming, voert periodieke controles uit om te waarborgen dat de dieren geen tekenen van bewustzijn of gevoeligheid vertonen in de periode gelegen tussen het eind van het bedwelmingsproces en de vaststelling van overlijden. |
2. Het personeel dat verantwoordelijk is voor de bedwelming, voert periodieke controles uit om te waarborgen dat de dieren geen tekenen van bewustzijn of gevoeligheid vertonen in de periode gelegen tussen het eind van het bedwelmingsproces en het overlijden. |
||||||||||||
Amendement 31 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 5 – lid 2 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
2 bis. Na de bedwelming moet zo snel mogelijk worden begonnen met het verbloeden. |
||||||||||||
Amendement 32 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 5 – lid 3 – alinea 2 |
|||||||||||||
Elke wijziging dient echter een niveau van dierenwelzijn te waarborgen dat ten minste gelijkwaardig is aan dat van de bestaande methoden, hetgeen moet blijken uit wetenschappelijk bewijsmateriaal dat in relevante, internationaal erkende, collegiaal getoetste tijdschriften is gepubliceerd. |
Elke wijziging dient echter een niveau van dierenwelzijn te waarborgen dat ten minste gelijkwaardig is aan dat van de bestaande methoden. Dit moet blijken uit adequaat wetenschappelijk bewijsmateriaal. |
||||||||||||
Amendement 33 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 5 – lid 4 |
|||||||||||||
4. Volgens de in artikel 22, lid 2, bedoelde procedure kunnen communautaire codes voor goede praktijken worden vastgesteld met betrekking tot de in bijlage I beschreven methoden |
4. Volgens de in artikel 22, lid 2, bedoelde procedure kunnen communautaire richtsnoeren voor het opstellen van procedures en uitvoeren van regels worden vastgesteld met betrekking tot de in bijlage I beschreven methoden. |
||||||||||||
Amendement 34 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 2 – alinea 1 |
|||||||||||||
2. Exploitanten stellen dienovereenkomstige standaardwerkwijzen op en voeren die uit om te waarborgen dat het doden van dieren en daarmee verband houdende activiteiten overeenkomstig artikel 3, lid 1, plaatsvinden. |
2. Exploitanten stellen dienovereenkomstige standaardwerkwijzen op en voeren die uit om te waarborgen dat het slachten van dieren en daarmee verband houdende activiteiten overeenkomstig artikel 3, lid 1, plaatsvinden. Te dien einde kunnen op slachthuizen de procedures worden toegepast die zijn vastgelegd in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 852/2004. |
||||||||||||
Amendement 35 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 3 |
|||||||||||||
3. Op verzoek worden de standaardwerkwijzen ter beschikking gesteld van de bevoegde autoriteit. |
3. Op verzoek worden de standaardwerkwijzen ter beschikking gesteld van de bevoegde autoriteit. Telkens als er veranderingen zijn doorgevoerd in standaardwerkwijzen moet de officiële dierenarts schriftelijk op de hoogte worden gesteld. |
||||||||||||
Amendement 36 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 3 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
3 bis. De bevoegde autoriteit kan wijzigingen aanbrengen in de standaardwerkprocedures wanneer deze duidelijk niet in overeenstemming zijn met de algemene regels en vereisten die in deze verordening zijn vastgesteld. |
||||||||||||
Amendement 120 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 3 ter (nieuw) |
|||||||||||||
|
3 ter. De leden 1 tot en met 3 zijn niet van toepassing op het doden van dieren in slachthuizen waar wekelijks niet meer dan 50 stuks grootvee worden geslacht. |
||||||||||||
Amendement 37 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 2 – letter a |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 38 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 2 – letter f |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 39 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 2 – letter f bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 40 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 3 |
|||||||||||||
3. Het doden van pelsdieren geschiedt onder supervisie van een persoon die beschikt over het in artikel 18 bedoelde getuigschrift van vakbekwaamheid, dat alle activiteiten omvat die onder zijn of haar supervisie worden uitgevoerd. |
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 41 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 8 – letter a |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 42 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 8 – letter c bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 43 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 2 |
|||||||||||||
2. Tijdens slachtactiviteiten is er onmiddellijk en ter plekke adequate back-upbedwelmingsuitrusting beschikbaar die wordt ingezet bij een storing of fout in de oorspronkelijk gebruikte bedwelmingsuitrusting. |
2. Tijdens slachtactiviteiten is er onmiddellijk en ter plekke een adequate back-upbedwelmingsmethode beschikbaar die wordt ingezet bij een storing of fout in de oorspronkelijk gebruikte bedwelmingsuitrusting. Wanneer deze back-upbedwelmingsmethode zware installaties betreft, is mobiele apparatuur geschikt. |
||||||||||||
Amendement 44 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 2 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
2 bis. Geen dier mag worden gefixeerd wanneer de slachter die verantwoordelijk is voor de bedwelming en het slachten van het dier daarvoor nog niet gereed is. |
||||||||||||
Amendement 45 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 10 |
|||||||||||||
De voorschriften van de hoofdstukken II en III van deze verordening zijn relevant voor de toepassing van artikel 12, lid 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 854/2004. |
Bij de inspectie van slachthuizen of inrichtingen in derde landen die zijn of moeten worden erkend met het oog op de uitvoer naar de Europese Unie overeenkomstig de communautaire regelgeving, vergewissen de deskundigen van de Commissie zich ervan dat de in artikel 5 bedoelde levende dieren zijn geslacht onder omstandigheden die, voor wat het dierenwelzijn betreft, ten minste even goede waarborgen bieden als in deze verordening zijn voorgeschreven. Vlees uit derde landen kan alleen worden ingevoerd wanneer het keuringscertificaat dat dit vlees begeleidt, aangevuld is met een verklaring dat aan bovenstaande eis is voldaan. |
||||||||||||
Amendement 46 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 10 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
Artikel 10 bis Regeling voor de invoer vanuit derde landen De Commissie zorgt ervoor dat vlees en producten op basis van vlees afkomstig uit derde landen en bestemd voor consumptie op de interne markt in overeenstemming zijn met de bepalingen van deze verordening. |
||||||||||||
Amendement 121 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 11 – lid 2 – inleidende formule |
|||||||||||||
2. Voor de toepassing van deze verordening keurt de bevoegde autoriteit als bedoeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 853/2004, voor elk slachthuis het volgende goed: |
2. Voor de toepassing van deze verordening keurt de bevoegde autoriteit als bedoeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 853/2004, voor elk slachthuis met een slachtcapaciteit van meer dan 50 stuks grootvee per week of 150 000 stuks pluimvee per jaar het volgende goed |
||||||||||||
Amendement 48 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 11 – lid 2 – letter a |
|||||||||||||
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 49 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 11 – lid 2 – letter c |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 50 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 2 |
|||||||||||||
2. Exploitanten waarborgen dat dieren die zonder bedwelming gedood worden, mechanisch gefixeerd zijn. |
2. Exploitanten waarborgen dat, voorzover van toepassing en in het geval van religieus slachten waarbij dieren zonder bedwelming geslacht worden, de dieren mechanisch gefixeerd zijn. |
||||||||||||
Amendement 51 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 3 – letter e |
|||||||||||||
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 52 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 3 – alinea 2 |
|||||||||||||
Het bepaalde onder a) en b) is echter niet van toepassing op de haken die voor pluimvee worden gebruikt. |
Het bepaalde onder a) en b) is echter niet van toepassing op de haken die voor pluimvee en konijnachtigen worden gebruikt. |
||||||||||||
Amendement 53 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 1 |
|||||||||||||
1. Exploitanten dienen adequate controleprocedures op te stellen en te gebruiken om te verifiëren en vast te stellen dat slachtdieren effectief bedwelmd zijn in de periode gelegen tussen het eind van het bedwelmingsproces en de vaststelling van overlijden. |
1. Exploitanten dienen adequate controleprocedures op te stellen en te gebruiken om te verifiëren en vast te stellen dat slachtdieren effectief bedwelmd zijn in de periode gelegen tussen het eind van het bedwelmingsproces en de vaststelling van overlijden. Dieren moeten dood zijn voordat enige andere potentieel pijnlijke uitslachtingsprocedure of behandeling wordt uitgevoerd. |
||||||||||||
Amendement 54 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 4 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
4 bis. Exploitanten van pelsdierhouderijen dienen de bevoegde autoriteit vooraf te melden wanneer er dieren gedood zullen worden teneinde de officiële dierenarts in staat te stellen te controleren of aan de vereisten die zijn vastgelegd in deze verordening, en aan de standaardwerkwijzen, wordt voldaan. |
||||||||||||
Amendement 55 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 5 |
|||||||||||||
5. Volgens de in artikel 22, lid 2, bedoelde procedure kunnen communautaire codes voor goede praktijken worden vastgesteld met betrekking tot de controleprocedures in slachthuizen. |
5. Volgens de in artikel 22, lid 2, bedoelde procedure kunnen communautaire richtlijnen voor het opstellen van procedures en de uitvoering van regels worden vastgesteld met betrekking tot de controleprocedures in slachthuizen. |
||||||||||||
Amendement 56 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 5 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
5 bis. De officiële dierenarts dient de bovengenoemde controleprocedures en het naleven van de standaard-werkwijzen regelmatig te controleren. |
||||||||||||
Amendement 57 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 14 – lid -1 (nieuw) |
|||||||||||||
|
-1. De exploitanten zijn verantwoordelijk voor de naleving van de in onderhavige verordening vastgelegde voorschriften. |
||||||||||||
Amendement 58 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 14 – lid 1 |
|||||||||||||
1. Exploitanten benoemen voor elk slachthuis een functionaris voor het dierenwelzijn die verantwoordelijk is voor de naleving in dat slachthuis van de voorschriften van deze verordening. Deze functionaris rapporteert rechtstreeks aan de exploitant over zaken die verband houden met het welzijn van dieren. |
1. Exploitanten benoemen voor elk slachthuis een functionaris voor het dierenwelzijn die verantwoordelijk is voor het toezicht op de naleving in dat slachthuis van de voorschriften van deze verordening. Deze functionaris rapporteert rechtstreeks aan de exploitant over zaken die verband houden met het welzijn van dieren. |
||||||||||||
Amendement 103 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 14 – lid 5 |
|||||||||||||
5. De leden 1 en 4 zijn niet van toepassing op slachthuizen waar minder dan 1 000 stuks vee (zoogdieren) of minder dan 150 000 stuks pluimvee per jaar worden geslacht. |
5. Slachthuizen waar minder dan 1 000 stuks vee (zoogdieren) of minder dan 150 000 stuks pluimvee per jaar worden geslacht , kunnen worden geëxploiteerd met een functionaris voor dierenwelzijn, waarbij de procedure voor het verkrijgen van een certificaat van beroepsvaardigheid vereenvoudigd wordt overeenkomstig voorschriften vastgesteld door de bevoegde autoriteit . |
||||||||||||
Amendement 60 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 15 – lid 1 |
|||||||||||||
1. De bevoegde autoriteit en de exploitanten die betrokken zijn bij een ruimingsoperatie stellen voorafgaand aan die operatie een actieplan op om te waarborgen dat aan de voorschriften van deze verordening wordt voldaan. In de rampenplannen die krachtens de communautaire wetgeving inzake de diergezondheid vereist zijn, worden – op basis van de hypothese die in het rampenplan is geformuleerd over de omvang en de locatie van vermoedelijke ziekte-uitbraken – met name de voorgenomen slachtmethoden en de corresponderende standaardwerkwijzen voor het waarborgen van de voorschriften van deze verordening opgenomen. |
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 61 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 15 – lid 3 |
|||||||||||||
3. Voor de toepassing van dit artikel en in uitzonderlijke omstandigheden kan de bevoegde autoriteit afwijkingen toestaan van een of meer van de voorschriften van deze verordening wanneer die autoriteit van mening is dat de naleving waarschijnlijk van invloed zal zijn op de volksgezondheid of een aanzienlijke vertraging zal opleveren in het proces om de ziekte uit te bannen. |
3. Voor de toepassing van dit artikel en in gevallen van overmacht kan de bevoegde autoriteit in uitzonderlijke omstandigheden afwijkingen toestaan van een of meer van de voorschriften van deze verordening wanneer die autoriteit van mening is dat de naleving waarschijnlijk van invloed zal zijn op de volksgezondheid of een aanzienlijke vertraging zal opleveren in het proces om de ziekte uit te bannen of het dierenwelzijn nog meer zal schaden . |
||||||||||||
Amendement 62 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 15 – lid 4 |
|||||||||||||
4. Binnen één jaar na de beëindigingsdatum van de ruimingsoperatie doet de bevoegde autoriteit als bedoeld in lid 1 de Commissie een evaluatieverslag van de resultaten toekomen; dat verslag wordt ook voor het publiek beschikbaar gemaakt, met name via internet. In het verslag wordt met name aandacht besteed aan:
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 63 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 16 |
|||||||||||||
In noodsituaties neemt de persoon die verantwoordelijk is voor de betreffende dieren, alle noodzakelijke maatregelen om de dieren zo snel mogelijk te doden. |
In geval van noodslachtingen neemt de persoon die verantwoordelijk is voor de betreffende dieren, alle noodzakelijke maatregelen om de dieren zo snel mogelijk te slachten, onverminderd de voorwaarden voor noodslachtingen buiten het slachthuis zoals die zijn neergelegd in bijlage III, sectie I, hoofdstuk VI, bij Verordening (EG) nr. 853/2004. |
||||||||||||
Amendement 64 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 17 |
|||||||||||||
Artikel 17 Referentiecentra 1. Elke lidstaat wijst een nationaal referentiecentrum aan (hierna: „het referentiecentrum” genoemd) om de volgende taken uit te voeren:
2. Binnen één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening verstrekken de lidstaten nadere gegevens over hun referentiecentrum aan de Commissie en de andere referentiecentra en maken zij die informatie tevens via internet voor het publiek beschikbaar. 3. Referentiecentra kunnen ook de vorm van een netwerk van afzonderlijke entiteiten hebben, mits alle in lid 1 genoemde taken voor alle relevante activiteiten die in de betreffende lidstaat worden uitgevoerd, zijn toegewezen. De lidstaten kunnen voor de uitvoering van een of meer van die taken ook een entiteit aanwijzen die zich buiten hun eigen grondgebied bevindt. |
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 65 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 1 – letter b |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 66 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 1 – letter c |
|||||||||||||
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 67 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 2 |
|||||||||||||
2. De bevoegde autoriteit kan het organiseren van de cursussen, het afsluitend examen en het verstrekken van getuigschriften van vakbekwaamheid aan een afzonderlijk orgaan of aan een afzonderlijke entiteit delegeren dat/die:
De nadere gegevens over dergelijke organen en entiteiten worden voor het publiek beschikbaar gemaakt, met name via internet. |
2. De opleidingen worden ontwikkeld en in voorkomend geval verzorgd door de eigen onderneming of een door de bevoegde autoriteit gemachtigde organisatie. Deze onderneming of organisatie verstrekt getuigschriften van vakbekwaamheid op dit terrein. De bevoegde autoriteit ontwikkelt en verzorgt opleidingen en verstrekt getuigschriften van vakbekwaamheid voorzover zij dat nodig acht. |
||||||||||||
Amendement 68 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 3 – alinea 1 |
|||||||||||||
3. Op de getuigschriften van vakbekwaamheid wordt niet alleen aangegeven voor welke categorieën dieren, maar ook voor welke van de activiteiten als bedoeld in artikel 7, leden 2 en 3, het getuigschrift geldig is. |
3. De lidstaten wijzen de bevoegde autoriteit aan die verantwoordelijk is voor het goedkeuren van de inhoud van de in lid 2 genoemde opleidingen. |
||||||||||||
Amendementen 69 en 70 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 3 – alinea 2 |
|||||||||||||
De geldigheidsduur van getuigschriften van vakbekwaamheid bedraagt maximaal vijf jaar. |
De geldigheidsduur van getuigschriften van vakbekwaamheid is onbeperkt. De bezitters van getuigschriften van vakbekwaamheid zijn verplicht regelmatig aan scholingen deel te nemen . |
||||||||||||
Amendement 71 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 24 – lid 2 |
|||||||||||||
2. Tot en met 31 december 2014 kunnen de lidstaten de getuigschriften van vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 18 zonder examen verstrekken aan personen die kunnen aantonen dat zij gedurende een onafgebroken periode van minimaal [tien] jaar relevante professionele werkervaring hebben opgedaan. |
2. Tot en met 31 december 2014 kunnen de lidstaten de getuigschriften van vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 18 zonder examen verstrekken aan personen die kunnen aantonen dat zij een passende opleiding hebben genoten en voor de inwerkingtreding van de onderhavige verordening minimaal 12 maanden relevante professionele werkervaring hebben opgedaan. |
||||||||||||
Amendement 72 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Artikel 24 – lid 2 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
2 bis. Vóór 1 januari 2013 dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een wetsvoorstel in over de vaststelling van voorwaarden en regels voor het gebruik van mobiele slachthuizen in de Europese Unie, waarbij ervoor wordt gezorgd dat in deze mobiele eenheden alle voorzorgsmaatregelen worden genomen, opdat het dierenwelzijn niet in het gedrang komt. |
||||||||||||
Amendement 73 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage I – hoofdstuk I – tabel I – regel nr. 2 – categorie dieren |
|||||||||||||
Herkauwers tot 10 kg , pluimvee en lagomorfen. |
Herkauwers, pluimvee en konijnachtigen. |
||||||||||||
Amendement 74 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage I – hoofdstuk I – tabel I – regel nr. 2 – cruciale parameters – alinea 2 |
|||||||||||||
Adequate snelheid en diameter van de pen gerelateerd aan de grootte van het dier en de diersoort. |
Adequate snelheid en diameter van de pen (contactplaatmethode) gerelateerd aan de grootte van het dier en de diersoort. |
||||||||||||
Amendement 75 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage I – hoofdstuk I – tabel 2 – regel nr. 2 – naam |
|||||||||||||
Elektrisch doden (kop tot rug) |
Elektrisch bedwelmen of slachten (kop tot hart of kop tot rug) |
||||||||||||
Amendement 76 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage I – hoofdstuk I – tabel 2 – regel nr. 2 – categorie dieren |
|||||||||||||
Alle diersoorten, met uitzondering van lammeren en biggen met een levend gewicht van minder dan 5 kg en runderen. |
Alle diersoorten. |
||||||||||||
Amendement 77 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage I – hoofdstuk I – tabel 3 – regel nr. 2 – categorie dieren |
|||||||||||||
Varkens en pluimvee |
Varkens, pluimvee en pelsdieren |
||||||||||||
Amendement 78 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage I – hoofdstuk II – punt 7 – alinea 1 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
Kooldioxide met concentraties van meer dan 30 % mag niet worden gebruikt voor het bedwelmen of slachten van pluimvee in slachthuizen. Dergelijke concentraties mogen alleen worden gebruikt bij het doden van overtollige kuikens of voor ziektepreventie. |
||||||||||||
Amendement 79 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage II – punt 2.3 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 80 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage II – punt 3.2 |
|||||||||||||
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 81 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage II – punt 3.3 |
|||||||||||||
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 82 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage II – punt 4.1 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 83 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage II – punt 4.2 |
|||||||||||||
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 84 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage II – punt 7.2 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 85 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 1.2 |
|||||||||||||
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 86 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 1.5 |
|||||||||||||
|
Schrappen |
||||||||||||
Amendement 87 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 1.7 – letter c |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 88 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 1.8 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 89 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 1.8 ter (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 90 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 2.1 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 91 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 2 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 92 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 2 ter (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 93 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 3.1 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 94 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 3.1 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 95 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – punt 3.2 bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 112 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – lid 3.2 ter (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 96 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage III – letter 3.3 |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Amendement 97 |
|||||||||||||
Voorstel voor een verordening Bijlage IV – letter f bis (nieuw) |
|||||||||||||
|
|
(1) PB L 358 van 18.12.1986, blz. 1.