EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32023D1013

Besluit (EU) 2023/1013 van de Raad van 16 mei 2023 betreffende een afwijking van Besluit 2013/471/EU betreffende de toekenning van dagvergoedingen en het vergoeden van reiskosten aan de leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité, alsmede aan de plaatsvervangers, en tot wijziging van Besluit (EU) 2021/1072

ST/8018/2023/INIT

PB L 136 van 24.5.2023, p. 69–71 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2023/1013/oj

24.5.2023   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 136/69


BESLUIT (EU) 2023/1013 VAN DE RAAD

van 16 mei 2023

betreffende een afwijking van Besluit 2013/471/EU betreffende de toekenning van dagvergoedingen en het vergoeden van reiskosten aan de leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité, alsmede aan de plaatsvervangers, en tot wijziging van Besluit (EU) 2021/1072

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 301, derde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Besluit (EU) 2021/1072 van de Raad (1) is een tijdelijke afwijking van de artikelen 2, 3 en 4 van Besluit 2013/471/EU van de Raad (2) ingevoerd wat betreft de betaling van dagvergoedingen en de vergoeding van reiskosten aan de leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité (het “Comité”) en hun plaatsvervangers (samen de “begunstigden” genoemd), waardoor begunstigden die vergaderingen elektronisch op afstand bijwonen recht krijgen op een dagvergoeding.

(2)

De tijdelijke afwijking werd noodzakelijk geacht om ervoor te zorgen dat de activiteiten van het Comité te allen tijde op passende en houdbare wijze konden plaatsvinden voor het waarborgen van de institutionele continuïteit gedurende de periode van aanhoudende reisproblemen of sanitaire beperkingen ten aanzien van fysieke vergaderingen als gevolg van de COVID-19-pandemie in de Unie.

(3)

Uit de door het Comité ingediende verslagen over de toepassing van de tijdelijke afwijking is gebleken dat een dagvergoeding voor begunstigden die vergaderingen elektronisch op afstand bijwonen zowel voor de begroting als voor het milieu voordelen oplevert, en dat er ook sprake is van voordelen en efficiëntieverbeteringen met betrekking tot de institutionele en bedrijfscontinuïteit van het Comité. Deze voordelen blijven ook relevant als de reisproblemen als gevolg van de COVID-19-pandemie in de Unie zijn opgelost, zoals blijkt uit het verzoek van het Comité aan de Raad om met een structurele oplossing te komen waardoor het mogelijk wordt om een dagvergoeding toe te kennen aan begunstigden die bepaalde soorten vergaderingen van het Comité elektronisch op afstand bijwonen.

(4)

Het is daarom passend dat de bij Besluit (EU) 2021/1072 van de Raad ingevoerde tijdelijke afwijking wordt vervangen door een structurele oplossing die de mogelijkheid biedt om een dagvergoeding toe te kennen aan begunstigden die elektronisch op afstand de voorbereidende vergaderingen bijwonen waarvoor overeenkomstig de interne regels van het Comité naar behoren toestemming is verleend, met uitzondering van bureauvergaderingen, zittingen van de voltallige vergadering of vergaderingen van de afdelingen of van de adviescommissie Industriële Reconversie. Het is ook passend dat, in naar behoren gemotiveerde en uitzonderlijke omstandigheden, wanneer het onmogelijk is om vergaderingen van het Comité volledig in persoon te organiseren, de dagvergoeding voor begunstigden voor het bijwonen op afstand met elektronische middelen wordt toegekend met betrekking tot een andere vergadering van het Comité waarvoor naar behoren toestemming is verleend en die essentieel is om de institutionele en bedrijfscontinuïteit van het Comité te waarborgen.

(5)

De werkelijke administratieve kosten die worden gemaakt door een begunstigde die een vergadering elektronisch op afstand bijwoont, zijn lager dan het tarief van de dagvergoeding dat momenteel geldt voor het fysiek bijwonen van vergaderingen, terwijl de door een begunstigde bestede tijd gelijk blijft. Daarom is het passend dat de dagvergoeding die wordt toegekend aan de begunstigden die vergaderingen elektronisch op afstand bijwonen, dienovereenkomstig wordt aangepast.

(6)

Het Comité moet gedetailleerde regels vaststellen voor de toekenning van de dagvergoeding aan begunstigden die vergaderingen elektronisch op afstand bijwonen, om de voordelen van deelname op afstand te maximaliseren en er tegelijkertijd voor te zorgen dat er geen ongerechtvaardigde toename van het aantal door het Comité georganiseerde vergaderingen ontstaat.

(7)

Het Comité moet regelmatig aan de Raad verslag uitbrengen over de toepassing van de dagvergoeding voor begunstigden die elektronisch op afstand vergaderingen bijwonen, zodat de Raad de gevolgen ervan kan evalueren overeenkomstig de verslagleggingsvereisten die staan beschreven in Besluit 2013/471/EU. In de verslagen moeten met name de evolutie van het aantal Comitévergaderingen die op afstand met elektronische middelen weg worden bijgewoond en de duur ervan worden aangegeven, alsook welke budgettaire en milieubesparingen de desbetreffende vergaderingen hebben opgeleverd.

(8)

Dit besluit moet deel uitmaken van een toekomstige alomvattende herziening van Besluit 2013/471/EU, die vóór het einde van de huidige mandaatsperiode van het Comité moet worden uitgevoerd.

(9)

Besluit (EU) 2021/1072 moet worden ingetrokken,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   In afwijking van de artikelen 2, 3 en 4 van Besluit 2013/471/EU hebben begunstigden die een vergadering van het Comité elektronisch op afstand bijwonen enkel recht op een dagvergoeding die is vastgesteld op 145 EUR.

2.   De in lid 1 bedoelde dagvergoeding wordt alleen toegekend voor vergaderingen waarvoor toestemming is verleend overeenkomstig de interne regels van het Comité, met uitzondering van bureauvergaderingen, zittingen van de voltallige vergadering, vergaderingen van de afdelingen en vergaderingen van de adviescommissie Industriële Reconversie (CCMI).

3.   In naar behoren gemotiveerde en uitzonderlijke omstandigheden wordt de in lid 1 bedoelde dagvergoeding ook toegekend voor een andere vergadering waarvoor naar behoren toestemming is verleend met uitzondering van die waarvoor de dagvergoeding wordt toegekend overeenkomstig lid 2, mits een dergelijke vergadering niet volledig in persoon kan worden georganiseerd en dat zij essentieel is om de institutionele en bedrijfscontinuïteit van het Comité te waarborgen.

Artikel 2

Het Comité stelt uiterlijk op 26 juli 2023 nadere bepalingen ter uitvoering van artikel 1 vast.

Artikel 3

De verslaglegging over de toepassing van de in artikel 1 bedoelde dagvergoeding wordt opgenomen in de verslagleggingsverplichtingen van artikel 9 van Besluit 2013/471/EU.

Artikel 4

Besluit (EU) 2021/1072 wordt ingetrokken.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 16 mei 2023.

Voor de Raad

De voorzitter

E. SVANTESSON


(1)  Besluit (EU) 2021/1072 van de Raad van 28 juni 2021 betreffende een tijdelijke afwijking van Besluit 2013/471/EU betreffende de toekenning van dagvergoedingen en het vergoeden van reiskosten aan de leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité, alsmede aan de plaatsvervangers, in het licht van de door de COVID-19-pandemie in de Unie veroorzaakte reisproblemen (PB L 230 van 30.6.2021, blz. 30).

(2)  Besluit 2013/471/EU van de Raad van 23 september 2013 betreffende de toekenning van dagvergoedingen en het vergoeden van reiskosten aan de leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité, alsmede aan de plaatsvervangers (PB L 253 van 25.9.2013, blz. 22).


Top