EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32020R0989
Commission Delegated Regulation (EU) 2020/989 of 27 April 2020 amending Delegated Regulation (EU) 2020/124 as regards certain provisions of, and Annexes to, the conservation and enforcement measures of the Northwest Atlantic Fisheries Organisation (NAFO)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/989 van de Commissie van 27 april 2020 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/124 wat betreft een aantal bepalingen van en bijlagen bij de instandhoudings- en handhavingsmaatregelen van de Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (NAFO)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/989 van de Commissie van 27 april 2020 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/124 wat betreft een aantal bepalingen van en bijlagen bij de instandhoudings- en handhavingsmaatregelen van de Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (NAFO)
C/2020/2561
PB L 221 van 10.7.2020, p. 5–41
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
10.7.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 221/5 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2020/989 VAN DE COMMISSIE
van 27 april 2020
tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/124 wat betreft een aantal bepalingen van en bijlagen bij de instandhoudings- en handhavingsmaatregelen van de Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (NAFO)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2019/833 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 tot vaststelling van instandhoudings- en handhavingsmaatregelen die van toepassing zijn in het gereglementeerde gebied van de Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan, tot wijziging van Verordening (EU) 2016/1627 en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2115/2005 en (EG) nr. 1386/2007 van de Raad (1), en met name artikel 50, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Unie is partij bij het Verdrag inzake toekomstige multilaterale samenwerking op visserijgebied in het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (“het NAFO-verdrag”), dat is goedgekeurd bij Verordening (EEG) nr. 3179/78 van de Raad (2). |
(2) |
Het Europees Parlement en de Raad hebben Verordening (EU) 2019/833 vastgesteld om de instandhoudings- en handhavingsmaatregelen van de NAFO op te nemen in het recht van de Unie. |
(3) |
In artikel 50 van Verordening (EU) 2019/833 is bepaald dat de Commissie een gedelegeerde handeling moet vaststellen ter aanvulling van die verordening met de in de bijlage bij die verordening genoemde bepalingen van en bijlagen bij de instandhoudings- en handhavingsmaatregelen van de NAFO. |
(4) |
Op grond van artikel 50 is de Commissie tevens bevoegd overeenkomstig artikel 51 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die gedelegeerde handeling later te wijzigen. |
(5) |
Bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/124 van de Commissie (3) is Verordening (EU) 2019/833 aangevuld met een aantal instandhoudings- en handhavingsmaatregelen van de NAFO. |
(6) |
Tijdens haar jaarvergadering in september 2019 heeft de NAFO negen bijlagen bij haar instandhoudings- en handhavingsmaatregelen gewijzigd wat betreft de lijst van indicatorsoorten voor kwetsbare mariene ecosystemen (KME’s) (bijlage I.E, deel VI), het formaat voor kennisgeving en machtiging van vaartuigen (bijlage II.C), de soortenlijst (bijlage I.C), de “authorised topside chafers/shrimp toggle chains” (bijlage III.B), het formaat van de vangstaangifte (bijlage II.D), het formaat voor annulering van de vangstaangifte (bijlage II.F), het standaardmodel voor het waarnemersverslag (bijlage II.M), het waarnemersverslag (bijlage II.G) en het inspectieverslag (bijlage IV.B). Deze bijlagen worden bindend voor de Unie op 3 december 2019. |
(7) |
Deze wijzigingen moeten ook worden opgenomen in het recht van de Unie. Daarom moet Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/124 van de Commissie dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/124 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 27 april 2020.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 141 van 28.5.2019, blz. 1.
(2) Verordening (EEG) nr. 3179/78 van de Raad van 28 december 1978 betreffende de sluiting door de Europese Economische Gemeenschap van de Overeenkomst inzake toekomstige multilaterale samenwerking op visserijgebied in het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (PB L 378 van 30.12.1978, blz. 1).
(3) Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/124 van de Commissie van 15 oktober 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/833 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van instandhoudings- en handhavingsmaatregelen die van toepassing zijn in het gereglementeerde gebied van de Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan, tot wijziging van Verordening (EU) 2016/1627 en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2115/2005 en (EG) nr. 1386/2007 van de Raad (PB L 34 I van 6.2.2020, blz. 1).
BIJLAGE
De bijlage wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Punt 3 wordt vervangen door:
Lijst van KME-indicatorsoorten
”. |
2. |
Punt 5 wordt vervangen door:
Kennisgeving en machtiging vaartuigen
”. |
3. |
Punt 11 wordt vervangen door:
Lijst van soorten (4)
|
4. |
Punt 12 wordt vervangen door:
Authorised Topside Chafers/Shrimp Toggle Chains (toegestane bovennetbeschermers/bevestigingskettingen voor garnalen) (1) Bovennetbeschermer van het door ICNAF aanvaarde type De bovennetbeschermer van het door ICNAF aanvaarde type is een rechthoekig stuk want dat wordt bevestigd aan de bovenzijde van de kuil om beschadiging te verminderen en te voorkomen, dat voldoet aan de volgende voorwaarden:
(2) Bovennetbeschermer met meervoudige, achter elkaar geplaatste bovensleeplappen Een bovennetbeschermer met meervoudige, achter elkaar geplaatste bovensleeplappen omvat stukken want die op al hun delen mazen hebben die niet kleiner zijn dan de mazen van de kuil, en waarbij:
(3) Garnalentrawl — overkuil voor vaartuigen die op garnaal vissen in de NRA Een overkuil is een stuk want dat rond een garnalentrawl kan worden aangebracht om de kuil te beschermen en te versterken.
Shrimp Toggle Chains Voor het bevestigen van de grondpees aan de vislijn of de dunnepees worden op verschillende afstanden bevestigingskettingen (kettingen, touwen of combinaties van beide) geplaatst, zogenaamde “toggle chains”. De termen “vislijn” en “dunnepees” kunnen in dit verband door elkaar worden gebruikt. Op sommige vaartuigen wordt één enkele lijn gebruikt; op andere worden een vislijn en een dunnepees gebruikt zoals aangegeven in het schema. De lengte van de “toggle chain” moet worden gemeten van het hart van de ketting of het touw die de grondpees vormt (het hart van de grondpees) tot de onderkant van de vislijn. Op bijgaand schema is aangegeven hoe de lengte van de “toggle chain” moet worden gemeten.
”. |
5. |
Punt 31 wordt vervangen door:
Gegevensuitwisselingsformaat en -protocollen A. Formaat voor doorzending van gegevens De structuur van de gegevenstransmissie is als volgt:
B. Protocollen voor gegevensuitwisseling De toegestane gegevensuitwisselingsprotocollen voor elektronische verzending van rapporten en berichten tussen de verdragsluitende partijen en het secretariaat zijn in overeenstemming met bijlage II.B van de CEM, regels inzake vertrouwelijkheid. C. Formaat voor de elektronische uitwisseling van gegevens over de monitoring van de visserij (Noord-Atlantisch formaat)
D.1. Structuur van de in de bijlagen II.E en II.F genoemde rapporten en berichten bij doorzending van de verdragsluitende partijen naar het secretariaat In voorkomend geval zendt iedere verdragsluitende partij de rapporten en berichten die hij overeenkomstig de artikelen 28 en 29 van de CEM van zijn vaartuigen ontvangt, door aan het secretariaat na er de volgende wijzigingen in te hebben aangebracht:
D.2. Retourberichten Indien een verdragsluitende partij daarom verzoekt, zendt de secretaris een retourbericht telkens wanneer hij een elektronisch verzonden verslag of bericht ontvangt. A) Formaat van het retourbericht
B) Foutnummers retour
E. Soorten rapporten en berichten
”. |
6. |
Punt 32 wordt vervangen door:
Annuleringsbericht Formaatspecificaties voor het verzenden van berichten van het VCC naar de NAFO (XNW), zie ook de bijlagen II.D.A, II.D.B, II.D.C en II.D.D.1
”. |
7. |
Punt 35 wordt vervangen door:
Deel 1.A — Informatie over het vissersvaartuig, de visreis en de waarnemer
Deel 1.B — Informatie over het vistuig
Deel 2. Vangst- en inspanningsgegevens per trek/uitzetting
Deel 3. Conformiteitsinformatie Voer waarnemingen in inzake:
Deel 4. Samenvatting inspanning en vangst 4A. Samenvatting inspanning
4B. Samenvatting vangst
Deel 5. Vangsten van Groenlandse haai — informatie per haal
Deel 6. Formulier lengtesamenstelling
”. |
8. |
Punt 36 wordt vervangen door:
Waarnemersverslag
|
9. |
Punt 41 wordt vervangen door:
Inspectieverslag VISSERIJORGANISATIE VOOR HET NOORDWESTELIJK DEEL VAN DE ATLANTISCHE OCEAAN ___________________________________________________________________________ (Inspecteur: gebruik HOOFDLETTERS en een ZWARTE PEN) (1) INSPECTIEVAARTUIG
(2) INSPECTEURS (Indien het gaat om een stagiair, vermeld dat dan)
(3) INFORMATIE OVER HET GEÏNSPECTEERDE VAARTUIG
(4) DATUM VAN DE LAATSTE INSPECTIE OP ZEE
(5) DATUM EN TIJDSTIP VAN DE LOPENDE INSPECTIE
(6) VERIFICATIE
(7) REGISTRATIE VAN VISSERIJINSPANNING EN VANGSTEN
(8) INFORMATIE OVER DE WAARNEMER
(9) METING VAN DE MAZEN — IN MILLIMETER
(10) IN HET LOGBOEK GENOTEERDE VANGSTEN VOOR DE HUIDIGE VISREIS
(11) GEGEVENS OVER DE GEÏNSPECTEERDE VIS 11.1. Vangsten die zijn waargenomen BIJ DE LAATSTE TREK (indien van toepassing)
11.2. Vangsten AAN BOORD
(12) GEGEVENS OVER DE GEÏNSPECTEERDE VIS AAN BOORD 12.1. Verschil met logboek
12.2. Overtredingen
(13) OPMERKINGEN (indien nodig kunnen extra bladzijden worden toegevoegd)
(14) HANDTEKENING VAN DE DIENSTDOENDE INSPECTEUR (15) NAAM EN HANDTEKENING VAN DE TWEEDE INSPECTEUR OF DE GETUIGE (16) NAAM EN HANDTEKENING VAN DE GETUIGE(N) VAN DE KAPITEIN (17) DATA EN TIJDSTIPPEN VAN BEËINDIGING VAN DE INSPECTIE EN VAN VERTREK
(18) ONTVANGSTBEVESTIGING VAN HET VERSLAG DOOR DE KAPITEIN (indien nodig kunnen extra bladzijden worden toegevoegd)
”. |
(1) Verplicht bij gebruik als unieke identificatie in andere berichten.
(2) Indien van toepassing.
(3) Voor transportvaartuigen is het TA-veld facultatief.
(4) Indien een soort wordt gevangen die niet in deze lijst is opgenomen (bijlage I.C), moet de ASFIS-soortenlijst van de FAO worden gebruikt. De ASFIS-lijst is te vinden op: http://www.fao.org/fishery/collection/asfis/en
(*1) Overeenkomstig een door STACRES tijdens de jaarlijkse vergadering van 1970 aangenomen aanbeveling (ICNAF Redbook 1970, deel I, blz. 67) wordt heek van het geslacht Urophycis voor statistische rapportering als volgt aangeduid: a) heek afkomstig uit de deelgebieden 1, 2 en 3, en uit de sectoren 4R, S, T en V als witte heek, Urophycis tenuis; b) met lijnen gevangen heek of met gelijk welke methode gevangen heek die langer is dan 55 cm standaardlengte, afkomstig uit de sectoren 4W en X, deelgebied 5 en statistisch vak 6, als witte heek, Urophycis tenuis; c) andere heek van het geslacht Urophycis, afkomstig uit de sectoren 4W en X, deelgebied 5 en statistisch vak 6 als Atlantische gaffelkabeljauw, Urophycis chuss, met uitzondering van het bepaalde onder b).”.
(5) Het plusteken (+) hoeft niet te worden vermeld; introducerende nullen mogen worden weggelaten.
(6) Een annuleringsbericht mag niet worden gebruikt om een ander annuleringsbericht te annuleren.
(7) Wanneer een rapport niet vanaf een vaartuig wordt verzonden, wordt het tijdstip van verzending vanaf het VCC vermeld (= RD, RT).
(*2) Bij de trawlvisserij wordt “begin” gezien als het einde van het uitzetten en “einde” als de start van het terughalen van het vistuig. In alle andere gevallen wordt “begin” gezien als het begin van het uitzetten en “einde” als het einde van het terughalen van het vistuig.
(*3) Decimale tijd. Bij de trawlvisserij: de tijd tussen het einde van het uitzetten en de start van het terughalen van het vistuig. In alle andere gevallen: de tijd tussen het begin van het uitzetten en het einde van het terughalen van het vistuig.
(*4) Met inbegrip van KME-indicatoren.
(*5) Overeenkomstig de CEM artikel 5, lid 2.
(*6) Bij de trawlvisserij is de vistijd de tijd tussen het einde van het uitzetten en de start van het terughalen van het vistuig. In alle andere gevallen is de vistijd de tijd tussen het begin van het uitzetten en het einde van het terughalen van het vistuig. Som van de duur van alle trekken in de vermelde sector, per vistuigtype en doelsoort.
(*7) Overeenkomstig de CEM artikel 1, lid 6.
(8) Alleen meedelen indien relevant.
(9) “Ja” indien de waarnemer bevestigt dat de logboekgegevens overeenkomstig de CEM zijn geregistreerd.
(10) “Ja” indien de waarnemer bevestigt dat de krachtens artikel 13, leden 11 en 12, en artikel 28, lid 6, vereiste verslagen overeenkomstig de CEM zijn verzonden.
(11) “Ja” indien de waarnemer een afwijking van de CEM ontdekt.
(12) Verplicht indien “LB” = “Nee”, of “HA” = “Nee”, of “AF” = “Ja”.
(13) De teruggegooide ondermaatse vis die in het “US”-veld wordt aangegeven, moet ook worden opgenomen in de hoeveelheden die worden vermeld in het “RJ”- veld (teruggooi).”.