Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62011CA0064

    Zaak C-64/11: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 25 april 2013 — Europese Commissie/Koninkrijk Spanje (Niet-nakoming — Vrijheid van vestiging — Artikel 49 VWEU — Beperkingen — Belastingwetgeving — Onmiddellijke heffing over latente meerwaarden — Verplaatsing van zetel van vennootschap, staking van activiteiten van vaste inrichting of overdracht van activa van deze inrichting)

    PB C 171 van 15.6.2013, p. 2–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    15.6.2013   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 171/2


    Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 25 april 2013 — Europese Commissie/Koninkrijk Spanje

    (Zaak C-64/11) (1)

    (Niet-nakoming - Vrijheid van vestiging - Artikel 49 VWEU - Beperkingen - Belastingwetgeving - Onmiddellijke heffing over latente meerwaarden - Verplaatsing van zetel van vennootschap, staking van activiteiten van vaste inrichting of overdracht van activa van deze inrichting)

    2013/C 171/03

    Procestaal: Spaans

    Partijen

    Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: J. Baquero Cruz en R. Lyal, gemachtigden)

    Verwerende partij: Koninkrijk Spanje (vertegenwoordigers: A. Rubio González en M. Muñoz Pérez, gemachtigden)

    Interveniënten aan de zijde van verwerende partij: Bondsrepubliek Duitsland (vertegenwoordigers: T. Henze en K. Petersen, gemachtigden), Franse Republiek (vertegenwoordigers: G. de Bergues en N. Rouam, gemachtigden), Italiaanse Republiek (vertegenwoordigers: G. Palmieri, gemachtigde, bijgestaan door P. Gentili, avvocato dello Stato), Koninkrijk der Nederlanden (vertegenwoordigers: M. Bulterman, C. Wissels en J. Langer, gemachtigden), Portugese Republiek (vertegenwoordiger: L. Inez Fernandes, gemachtigde), Republiek Finland (vertegenwoordiger: M. Pere, gemachtigde), Koninkrijk Zweden (vertegenwoordiger: A. Falk, gemachtigde), Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (vertegenwoordiger: L. Seeboruth, gemachtigde)

    Voorwerp

    Niet-nakoming — Schending van artikel 49 VWEU en artikel 31 EER-Overeenkomst — Fiscale bepalingen op grond waarvan vennootschappen die fiscaal niet langer in Spanje zijn gevestigd of hun activa naar een andere lidstaat overbrengen, onmiddellijk een exitheffing moeten betalen

    Dictum

    1)

    Door vaststelling van artikel 17, lid 1, sub a en c, van koninklijk besluit 4/2004 van 5 maart 2004 houdende goedkeuring van de gecodificeerde versie van de wet inzake de vennootschapsbelasting (Real Decreto 4/2004 por el que se aprueba el Texto Refundido de la Ley del Impuesto sobre Sociedades), krachtens welk in geval van verplaatsing van de zetel van een in Spanje gevestigde vennootschap en van de activa van een in Spanje gevestigde vaste inrichting naar een andere lidstaat, de niet-gerealiseerde meerwaarden worden opgenomen in de belastinggrondslag voor het aanslagjaar, terwijl deze meerwaarden geen onmiddellijke fiscaal relevante gevolgen hebben indien deze verrichtingen op Spaans grondgebied plaatsvinden, is het Koninkrijk Spanje de krachtens artikel 49 VWEU op hem rustende verplichtingen niet nagekomen.

    2)

    Het beroep wordt verworpen voor het overige.

    3)

    Het Koninkrijk Spanje wordt verwezen in de kosten.

    4)

    De Bondsrepubliek Duitsland, de Franse Republiek, de Italiaanse Republiek, het Koninkrijk der Nederlanden, de Portugese Republiek, de Republiek Finland, het Koninkrijk Zweden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland zullen hun eigen kosten dragen.


    (1)  PB C 113 van 9.4.2011.


    Top