This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62020TN0450
Case T-450/20: Action brought on 15 July 2020 — Tempora v Parliament
Zaak T-450/20: Beroep ingesteld op 15 juli 2020 — Tempora/Parlement
Zaak T-450/20: Beroep ingesteld op 15 juli 2020 — Tempora/Parlement
PB C 279 van 24.8.2020, p. 64–64
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
24.8.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 279/64 |
Beroep ingesteld op 15 juli 2020 — Tempora/Parlement
(Zaak T-450/20)
(2020/C 279/80)
Procestaal: Frans
Partijen
Verzoekende partij: Tempora (Vorst, België) (vertegenwoordigers: A. Delvaux en R. Simar, advocaten)
Verwerende partij: Europees Parlement
Conclusies
— |
het beroep tot nietigverklaring ontvankelijk verklaren; |
— |
overgaan tot nietigverklaring van het besluit van onbekende datum waarbij het Europees Parlement heeft besloten om de opdracht te gunnen aan de BVBA IMAGINA EU; |
— |
het Europees Parlement verwijzen in de kosten. |
Middelen en voornaamste argumenten
Ter ondersteuning van haar beroep tegen het besluit om de opdracht in het kader van aanbesteding COMM/AWD/2019/421 aan een andere inschrijver te gunnen, voert de verzoekende partij twee middelen aan.
1. |
Eerste middel: schending van artikel 15.2 van het bestek, de zorgvuldigheids- en nauwkeurigheidsverplichtingen, de beginselen van gelijkheid, mededinging en transparantie, en artikel 170, lid 1, van verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (PB 2018, L 193, blz. 1) (hierna: “verordening 2018/1046”). De verzoekende partij is in dit verband van mening dat het Parlement de opdracht aan haar had moeten gunnen, aangezien de BVBA IMAGINA EU niet over voldoende economische en financiële draagkracht beschikte en dus niet mocht worden geselecteerd. |
2. |
Tweede middel: schending van punt 23 van bijlage I bij verordening 2018/1046, artikel 16 van het bestek, de beginselen van gelijkheid, mededinging en transparantie, en de zorgvuldigheids- en nauwkeurigheidsverplichtingen. De verzoekende partij voert aan dat de door de BVBA IMAGINA EU uitgebrachte biedingen ongewoon laag zijn en niet mochten worden toegelaten. |