EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62017CA0611

Zaak C-611/17: Arrest van het Hof (Grote kamer) van 30 april 2019 — Italiaanse Republiek/Raad van de Europese Unie (Beroep tot nietigverklaring — Gemeenschappelijk visserijbeleid — Instandhouding van de bestanden — Internationaal Verdrag voor de instandhouding van Atlantische tonijnen — Totaal toegestane vangst (TAC) voor mediterrane zwaardvis — Verordening (EU) 2017/1398 — Vaststelling van de vangstmogelijkheden voor 2017 — Exclusieve bevoegdheid van de Unie — Vaststelling van de referentieperiode — Betrouwbaarheid van de basisgegevens — Omvang van de rechterlijke toetsing — Artikel 17 VEU — Beheer van de belangen van de Unie in internationale organen — Beginsel van relatieve stabiliteit — Toepassingsvoorwaarden — Beginselen van niet-terugwerkende kracht, rechtszekerheid, gewettigd vertrouwen en non-discriminatie)

PB C 220 van 1.7.2019, p. 3–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

1.7.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 220/3


Arrest van het Hof (Grote kamer) van 30 april 2019 — Italiaanse Republiek/Raad van de Europese Unie

(Zaak C-611/17) (1)

(Beroep tot nietigverklaring - Gemeenschappelijk visserijbeleid - Instandhouding van de bestanden - Internationaal Verdrag voor de instandhouding van Atlantische tonijnen - Totaal toegestane vangst (TAC) voor mediterrane zwaardvis - Verordening (EU) 2017/1398 - Vaststelling van de vangstmogelijkheden voor 2017 - Exclusieve bevoegdheid van de Unie - Vaststelling van de referentieperiode - Betrouwbaarheid van de basisgegevens - Omvang van de rechterlijke toetsing - Artikel 17 VEU - Beheer van de belangen van de Unie in internationale organen - Beginsel van relatieve stabiliteit - Toepassingsvoorwaarden - Beginselen van niet-terugwerkende kracht, rechtszekerheid, gewettigd vertrouwen en non-discriminatie)

(2019/C 220/04)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoekende partij: Italiaanse Republiek (vertegenwoordigers: G. Palmieri, gemachtigde, bijgestaan door P. Gentili, avvocato dello Stato)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: F. Naert en E. Moro, gemachtigden)

Interveniënten aan de zijde van de verwerende partij: Koninkrijk Spanje (vertegenwoordigers: aanvankelijk V. Ester Casas, vervolgens M. J. García-Valdecasas Dorrego, gemachtigden), Europese Commissie (vertegenwoordigers: F. Moro en A. Stobiecka-Kuik, gemachtigden)

Dictum

1.

Het beroep wordt verworpen.

2.

De Italiaanse Republiek wordt verwezen in haar eigen kosten alsook in die van de Raad van de Europese Unie.

3.

Het Koninkrijk Spanje en de Europese Commissie dragen hun eigen kosten.


(1)  PB C 424 van 11.12.2017


Top