Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014D0008

2014/8/EU: Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 10 oktober 2013 tot wijziging van Besluit 2010/372/EU betreffende het gebruik van gereguleerde stoffen als hulpstof overeenkomstig artikel 8, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad (Kennisgeving geschied onder nummer C(2013) 6517)

PB L 8 van 11.1.2014, p. 27–29 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2014/8/oj

11.1.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 8/27


UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 10 oktober 2013

tot wijziging van Besluit 2010/372/EU betreffende het gebruik van gereguleerde stoffen als hulpstof overeenkomstig artikel 8, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2013) 6517)

(Slechts de teksten in de Duitse, de Franse, de Italiaanse, de Nederlandse, de Poolse en de Portugese taal zijn authentiek)

(2014/8/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen (1), en met name artikel 8, lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Met het oog op de verantwoordelijkheden van de Unie uit hoofde van Besluit X/14 en latere besluiten van de partijen bij het Protocol van Montreal betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken wordt het gebruik van gereguleerde stoffen als hulpstof door artikel 8, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1005/2009 beperkt tot 1 083 metrieke ton per jaar en worden de emissies als gevolg van het gebruik als hulpstof beperkt tot 17 metrieke ton per jaar.

(2)

Bij Besluit 2010/372/EU van de Commissie (2) is een lijst opgesteld van ondernemingen die gereguleerde stoffen als technische hulpstof mogen gebruiken, waarbij voor iedere onderneming de maximumhoeveelheden worden vastgesteld die ter aanvulling mogen worden ingezet, respectievelijk mogen worden uitgestoten.

(3)

Sinds 2010 zijn twee ondernemingen (Anwil SA en CUF Químicos Industriais SA) gestopt met het gebruik van gereguleerde stoffen als hulpstoffen. Een andere onderneming (Arkema France SA) heeft de Franse bevoegde autoriteiten gewezen op grote en onmiskenbare fouten in de emissiegegevens die aan de Commissie zijn doorgegeven voor de jaren 2007, 2008, 2009, 2010 en 2011, met als gevolg dat haar jaarlijkse emissies aanzienlijk werden onderschat. De Commissie heeft deze gegevens gebruikt om voor de onderneming maximumwaarden te berekenen, zoals vastgesteld in de bijlage bij Besluit 2010/372/EU, waarin een lijst is opgenomen van de ondernemingen en de maximumwaarden die door elke onderneming jaarlijks mogen worden uitgestoten. De Franse bevoegde autoriteiten hebben deze bewering onderzocht en hebben geconstateerd dat de gerapporteerde gegevens inderdaad onmiskenbare fouten bevatten. Deze fouten in de gerapporteerde gegevens lijken niet opzettelijk en hebben geleid tot het vaststellen van maximumwaarden voor de onderneming die een stuk lager lagen dan wanneer de opgegeven jaarlijkse emissies correct waren geweest. De maximumwaarden voor de onderneming zoals vastgesteld in de bijlage bij Besluit 2010/372/EU zijn dus geen correcte weerspiegeling van haar jaarlijkse emissies tot op dat moment en moeten worden gecorrigeerd.

(4)

De bijlage bij Besluit 2010/372/EU moet derhalve worden gewijzigd.

(5)

Bovendien moet worden verduidelijkt dat het eveneens mogelijk is de ter aanvulling in te zetten quota binnen dezelfde onderneming over te dragen van de ene stof of toepassing naar een andere.

(6)

Besluit 2010/372/EU moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

Besluit 2010/372/EU is niet in de tijd beperkt en het is mogelijk zinvol om de verordening en met name de bijlage te herzien in het licht van toekomstige technische ontwikkelingen.

(8)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 25, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1005/2009 ingestelde comité,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit 2010/372/EU wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 3 wordt de eerste zin vervangen door:

„Een onderneming mag het ter aanvulling in te zetten quotum dat haar voor een in de bijlage genoemde bestaande installatie werd toegewezen, geheel of gedeeltelijk overdragen aan een andere in de bijlage genoemde onderneming, ongeacht de stof of de toepassing waarvoor de hoeveelheid werd toegewezen, of mag het quotum binnen de onderneming overdragen naar een andere, in de bijlage voor die onderneming genoemde stof of toepassing.”.

2)

De bijlage bij Besluit 2010/372/EU wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de volgende ondernemingen:

Anwil SA

Ul. Toruńska 222

87-805 Włocławek

POLEN

Arkema France SA

420 rue d’Estienne-d’Orves

92705 Colombes Cedex

FRANKRIJK

Bayer Material Science AG

CAS-PR-CKD, Gebäude B669

41538 Dormhagen

DUITSLAND

CUF Químicos Industriais SA

Quinta da Indústria Beduído

3860-680 Estarreja

PORTUGAL

Potasse et Produits Chimiques SA

95 rue du Général de Gaulle

68802 Thann Cedex

FRANKRIJK

Vencorex France

Établissement du Pont-de-Claix

Plate-forme chimique

Rue Lavoisier

BP16

38801 Le Pont-de-Claix Cedex

FRANKRIJK

Solvay Specialty Polymers Italy SpA

Viale Lombardia 20

20021 Bollate (MI)

ITALIË

Teijin Aramid BV

Oosterhorn 6

9930 AD Delfzijl

NEDERLAND

Gedaan te Brussel, 10 oktober 2013.

Voor de Commissie

Connie HEDEGAARD

Lid van de Commissie


(1)  PB L 286 van 31.10.2009, blz. 1.

(2)  PB L 169 van 3.7.2010, blz. 17.


BIJLAGE

(Deze bijlage wordt niet gepubliceerd omdat zij vertrouwelijke informatie bevat.)


Top