This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document L:2023:213:FULL
Official Journal of the European Union, L 213, 30 August 2023
Publicatieblad van de Europese Unie, L 213, 30 augustus 2023
Publicatieblad van de Europese Unie, L 213, 30 augustus 2023
|
ISSN 1977-0758 |
||
|
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 213 |
|
|
||
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
66e jaargang |
|
Inhoud |
|
II Niet-wetgevingshandelingen |
Bladzijde |
|
|
|
BESLUITEN |
|
|
|
* |
||
|
|
|
HANDELINGEN VAN BIJ INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN INGESTELDE ORGANEN |
|
|
|
* |
|
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
BESLUITEN
|
30.8.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 213/1 |
BESLUIT (EU) 2023/1665 VAN DE COMMISSIE
van 28 augustus 2023
tot rectificatie van Besluit (EU) 2023/1409 houdende opdracht aan de centrale administrateur van het EU-register het overschot van de Unie aan het einde van de tweede verbintenisperiode van het Protocol van Kyoto terug te geven aan de lidstaten en het Verenigd Koninkrijk
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Besluit (EU) 2015/1339 van de Raad van 13 juli 2015 betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van de wijziging van Doha van het Protocol van Kyoto bij het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering en de gezamenlijke nakoming van de in dat kader aangegane verplichtingen (1), en met name artikel 4,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Na de vaststelling van Besluit (EU) 2023/1409 van de Commissie (2) heeft de Commissie in de berekening van het netto-overschot van de Unie een fout vastgesteld. |
|
(2) |
Om de rechtszekerheid te waarborgen, moet het bovengenoemde besluit van de Commissie worden gerectificeerd en moet de bijlage bij dat besluit worden vervangen voor wat betreft het totale bedrag van het overschot van de Unie en het aan de lidstaten toegewezen overschot van de Unie. |
|
(3) |
Na de overheveling van het deel van de opbrengsten naar het aanpassingsfonds is er een netto-overschot van de Unie in het EU-register van 2 156 103 762 toegewezen eenheden, in tegenstelling tot 2 215 147 885 eenheden zoals vermeld in bovengenoemd besluit van de Commissie van 4 juli 2023. Deze eenheden moeten overeenkomstig de in artikel 4, lid 2, van Besluit (EU) 2015/1339 vastgestelde regels aan de lidstaten en het Verenigd Koninkrijk worden teruggegeven (3). |
|
(4) |
Dit besluit moet op de dag van de bekendmaking ervan in werking treden, zodat het overschot van de Unie vóór 9 september 2023, de datum waarop de extra periode voor het nakomen van de verplichtingen uit hoofde van het Protocol van Kyoto afloopt, aan de lidstaten wordt teruggegeven, |
BESLUIT:
Artikel 1
De bijlage bij Besluit (EU) 2023/1409 wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 28 augustus 2023.
Voor de Commissie
Maroš ŠEFČOVIČ
Uitvoerend vicevoorzitter
(1) PB L 207 van 4.8.2015, blz. 1.
(2) Besluit (EU) 2023/1409 van de Commissie van 4 juli 2023 houdende opdracht aan de centrale administrateur van het EU-register het overschot van de Unie aan het einde van de tweede verbintenisperiode van het Protocol van Kyoto terug te geven aan de lidstaten en het Verenigd Koninkrijk (PB L 170 van 5.7.2023, blz. 100).
BIJLAGE
De bijlage bij Besluit (EU) 2023/1409 wordt als volgt gewijzigd:
|
Lidstaten en Verenigd Koninkrijk |
Uit het overschot van de Unie toegewezen eenheden |
|
België |
20 450 588 |
|
Bulgarije |
126 141 099 |
|
Tsjechië |
133 267 103 |
|
Denemarken |
13 136 942 |
|
Duitsland |
195 195 443 |
|
Estland |
50 771 706 |
|
Ierland |
11 354 436 |
|
Griekenland |
15 894 130 |
|
Spanje |
58 409 926 |
|
Frankrijk |
99 661 294 |
|
Kroatië |
7 182 633 |
|
Italië |
79 680 094 |
|
Cyprus |
1 568 619 |
|
Letland |
40 100 861 |
|
Litouwen |
70 430 898 |
|
Luxemburg |
2 406 891 |
|
Hongarije |
107 256 218 |
|
Malta |
307 434 |
|
Nederland |
30 412 409 |
|
Oostenrijk |
13 412 151 |
|
Polen |
298 687 162 |
|
Portugal |
13 296 395 |
|
Roemenië |
490 413 095 |
|
Slovenië |
3 286 845 |
|
Slowakije |
75 013 997 |
|
Finland |
8 658 264 |
|
Zweden |
13 218 840 |
|
Verenigd Koninkrijk |
176 488 289 |
|
Totaal |
2 156 103 762 |
HANDELINGEN VAN BIJ INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN INGESTELDE ORGANEN
|
30.8.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 213/4 |
BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ EU-ICAO
van 25 mei 2023
tot wijzing van de werkregeling tussen de Europese Unie en de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie betreffende de samenwerking op het gebied van de melding van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart [2023/1666]
HET GEMENGD COMITÉ EU-ICAO,
Gezien het memorandum van samenwerking tussen de Europese Unie en de ICAO tot vaststelling van een kader voor versterkte samenwerking, ondertekend in Montreal en Brussel op 28 april en 4 mei 2011 (het memorandum), en met name de artikelen 3.3 en 7.3, punt c);
Gezien de bijlage betreffende de veiligheid van de luchtvaart bij het memorandum, en met name artikel 3.1;
Gezien het Global Aviation Safety Plan (GASP) van de ICAO (ICAO-doc. 10004) en de Global Safety Initiatives (GSI);
Gezien de Global Aviation Safety Roadmap (GASR, 2006) voor de invoering van de internationale uitwisseling van gegevens/het wereldwijde systeem voor de melding van gegevens;
Gezien Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 inzake het melden, onderzoeken en opvolgen van voorvallen in de burgerluchtvaart en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2003/42/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 1321/2007 en (EG) nr. 1330/2007 van de Commissie (1);
Gezien Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 inzake onderzoek en preventie van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart en houdende intrekking van Richtlijn 94/56/EG (2);
Gezien Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad (3);
Overwegende dat de definities van de taxonomie van het ADREP-systeem (Accident/Incident Data Reporting) van de ICAO hoofdzakelijk gebaseerd zijn op de normen en aanbevolen praktijken (SARP’s), handleidingen en richtsnoeren van de ICAO;
Overwegende dat de gebruikers van het ADREP en het Europees Coördinatiecentrum voor rapportagesystemen van vliegtuigongevallen (Eccairs) in ICAO-lidstaten verder gebruik moeten kunnen maken van informatie die verkregen is via het verzamelen, analyseren en delen van gegevens om veiligheidsdreigingen en bijdragende factoren op wereldschaal in kaart te brengen;
Overwegende dat de veiligheid van de luchtvaart en de harmonisatie van de internationale burgerluchtvaart gebaseerd zijn op erkende normen zoals het ADREP-systeem, en het belang erkennende van wederzijdse bijstand en samenwerking op het gebied van veiligheidsbeheer en gegevensbanksystemen;
Overwegende dat het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA) binnen de Europese Unie verplicht is om de Europese Commissie bij te staan bij het beheer van het Europees centraal register waarin alle in de Europese Unie verzamelde voorvalmeldingen worden opgeslagen, en met name als taak heeft om een nieuwe versie van het Eccairs-softwarepakket, Eccairs 2 genaamd, te ontwikkelen en te onderhouden;
Overwegende dat het EASA sinds 1 januari 2021 alle functies heeft overgenomen die het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (JRC) momenteel uitvoert met betrekking tot de Eccairs-software;
Overwegende dat de werkregeling met het EASA de functies vervult die verband houden met de Eccairs-software, zoals op 10 maart 2022 door het Gemengd Comité is besloten;
Gezien de noodzaak om samenwerkingsgebieden tussen de ICAO en het EASA vast te stellen ter ondersteuning van de implementatie van Eccairs 2, in dit geval gebieden die verband houden met opleiding en ondersteunende activiteiten die onder deze werkregeling vallen,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De aan dit besluit gehechte wijzigingen van de werkregeling die op 10 maart 2022 te Montréal is opgesteld met betrekking tot de samenwerking op het gebied van de melding van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart, worden goedgekeurd.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.
Voor het Gemengd Comité EU-ICAO
De voorzitters [alleen handtekeningen]
(1) PB L 122 van 24.4.2014, blz. 18.
BIJLAGE
WERKREGELING TUSSEN DE INTERNATIONALE BURGERLUCHTVAARTORGANISATIE EN DE EUROPESE UNIE
BETREFFENDE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN DE MELDING VAN ONGEVALLEN EN INCIDENTEN IN DE BURGERLUCHTVAART
De werkregeling wordt als volgt gewijzigd:
|
1) |
Punt 2.2, f), wordt als volgt gewijzigd:
|
|
2) |
Punt 2.3 wordt als volgt gewijzigd:
|
|
3) |
Punt 5.4. wordt als volgt gewijzigd:
|
|
4) |
Het volgende nieuwe punt 5.5 wordt ingevoegd: “De intellectuele-eigendomsrechten van gezamenlijk ontwikkeld materiaal zijn gezamenlijk eigendom van de partijen. Onder “gezamenlijke intellectuele eigendom” wordt verstaan: intellectuele eigendom met betrekking tot producten, onderzoek, gegevens, analyses, informatie en andere materialen die de partijen gezamenlijk ontwikkelen in het kader van deze samenwerking. Voor alle rechten op gezamenlijke intellectuele eigendom gelden de volgende voorwaarden:
|
|
5) |
Het volgende nieuwe artikel 6 AANSPRAKELIJKHEID wordt ingevoegd:
|
|
6) |
Het volgende nieuwe punt 6.1 wordt ingevoegd:
|
|
7) |
Artikel 6 WIJZIGINGEN EN BEËINDIGING wordt als volgt gewijzigd:
|
|
8) |
Aan de werkregeling wordt een nieuw aanhangsel toegevoegd:
|