Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62017CN0185

Zaak C-185/17: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Аdministrativen sad Varna (Bulgarije) op 10 april 2017 — Nachalnik na Mitnitsa Varna/Saksa OOD

PB C 213 van 3.7.2017, p. 21–21 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

3.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 213/21


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Аdministrativen sad Varna (Bulgarije) op 10 april 2017 — Nachalnik na Mitnitsa Varna/Saksa OOD

(Zaak C-185/17)

(2017/C 213/27)

Procestaal: Bulgaars

Verwijzende rechter

Аdministrativen sad Varna

Partijen in het hoofdgeding

Verzoeker in cassatie: Nachalnik na Mitnitsa Varna

Verweerster in cassatie: Saksa OOD

Prejudiciële vragen

1)

Betekent de regel in de toelichting bij tabel 3 van norm EN 590 (thans EN 590:2014), die bepaalt dat „[h]et […] mogelijk [is] de definitie van gasolie in de zin van het gemeenschappelijk douanetarief niet toe te passen op de klassen die bestemd zijn voor gebruik in arctische klimaatzones of onder barre winterse omstandigheden”, dat het mogelijk is om bij de bepaling van de tariefindeling van deze soort motorbrandstof de algemene voorschriften in aanvullende aantekening 2 bij hoofdstuk 27, onder d) en e), van de gecombineerde nomenclatuur niet toe te passen?

2)

Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord en de goederen waar de douaneschuld betrekking op heeft, beantwoorden aan de definitie van „dieselmotorbrandstof bestemd voor gebruik in arctische klimaatzones of onder barre winterse omstandigheden” van norm EN 590, moeten deze dan worden ingedeeld onder tariefpost 2710 19 43 van de gecombineerde nomenclatuur voor „gasolie”, of zijn de algemene voorschriften in aanvullende aantekening 2 bij hoofdstuk 27, onder d) en e), van de gecombineerde nomenclatuur van toepassing?

3)

Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord, volgens welke criteria moet dan worden beoordeeld wanneer de definitie van gasolie in de zin van het gemeenschappelijk douanetarief van de Europese Unie moet worden toegepast en wanneer voor de tariefindeling van de goederen de door norm EN 590 opgelegde vereisten en onderzoeksmethoden in acht moeten worden genomen?

4)

Volstaan de in aanvullende aantekening 2 bij hoofdstuk 27, onder d) en e), van de gecombineerde nomenclatuur genoemde methoden en indicatoren om een product volledig en nauwkeurig als „gasolie” te kunnen identificeren, of moeten alle chemische indicatoren die voor het product kenmerkend zijn, bij het onderzoek worden betrokken?


Top